Verhaal

‘De psychiatrie tekent je voor het leven’

Eleny Mebre Jannis

Eleny Mebre Jannis (27) studeerde af aan de masteropleiding rechten en werkt  als juriste bij de Vlaamse Overheid. Allesbehalve evident, want verschillende gedwongen opnames en een strikt psychiatrisch toezicht bleven haar achtervolgen. Ondertussen heeft ze haar vrijheid terug en kan ze verder met haar leven. Dit is haar getuigenis.
psychiatrie

© Zakaria Labyad / StampMedia

Eerste contact met psychiatrie

In het voorjaar van 2020, bij de start van de coronacrisis, werd ik gediagnostiseerd met een bipolaire stoornis. Eenvoudig gezegd is dat een stemmingsstoornis waarbij depressieve en manische episodes elkaar afwisselen, maar variaties zijn mogelijk waarbij de één of de andere episode meer naar voren treedt.

‘Daar zat ik dan, op een gesloten afdeling, niet wetende hoe lang het zou duren of wat ik kon verwachten.’

Na een psychose werd ik met spoed opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis in Limburg, waar ik nog vaak zou terugkeren. Dat gebeurde allemaal heel snel en zonder goede communicatie met mijn ouders.

Zelf wist ik ook niet wat er ging gebeuren. Het was mijn eerste contact met de psychiatrie. Plots zat ik in een ambulance en werd ik van een Psychiatrische Afdeling van een Algemeen Ziekenhuis (PAAZ) overgebracht naar een psychiatrisch ziekenhuis. Er werd geen toelichting gegeven door de hulpverleners, er werd me niets gezegd over wat er zou volgen.

Gesloten afdeling

Eenmaal aangekomen in het psychiatrisch ziekenhuis, wilde ik er al snel weer vertrekken. Maar dat ging blijkbaar niet zomaar. Het parket had al een vrijheidsbeperkende maatregel genomen, of althans gevraagd aan de bevoegde vrederechter om een gedwongen opname (collocatie) te treffen.

Daar zat ik dan, op een gesloten afdeling, niet wetende hoe lang het zou duren of wat ik kon verwachten. Mede door de strenge coronamaatregelen waren de bezoekmogelijkheden zeer beperkt. Nooit had ik me voor ogen kunnen houden dat dit nog maar het begin was van een lange weg binnen de psychiatrie.

Te hoge dosis antipsychotica

Om de stemming te stabiliseren, bestaat er een heel gamma aan geneesmiddelen. Het meest bekende is lithium. Het komt ook voor dat patiënten psychotisch worden. Daarom wordt er vaak sterk ingezet op antipsychotica. Ook bij mij werd er gezocht naar de ‘juiste’ combinatie van medicatie en dat verliep niet altijd even vlot.

‘Ik begon troebel te zien, was hard aan het trillen en kon me amper rechtop houden.’

Het gebeurde dat ik een te hoge dosis antipsychotica kreeg waardoor ik amper kon functioneren en feitelijk werd gereduceerd tot een kamerplant. Ik herinner me nog goed dat ik in de zomer van 2020 troebel begon te zien, hard aan het trillen was en me amper rechtop kon houden. Dat waren slechts enkele hevige bijwerkingen van een te hoge dosis van het antipsychoticum Invega.

Desondanks werd ik in deze toestand ontslagen uit het ziekenhuis, weliswaar onder nazorgvoorwaarden.

Al te vaak en al te snel medicatie

Begrijp me niet verkeerd: ik ben altijd voorstander geweest om zo snel mogelijk het ziekenhuis te verlaten. Alleen was het niet verantwoord om mij in deze toestand te laten vertrekken. Naar mijn mening ontliep het ziekenhuis hier zijn basistaak, namelijk de patiënt kwaliteitsvolle zorg verlenen en hem zo goed mogelijk voorbereiden op een leven na de opname.

Ik ben intussen overgeschakeld naar een andere combinatie van medicatie, maar de vermoeidheid en het laag energieniveau blijven aanwezig. Ik pleit daarom graag tegen een té gemedicaliseerde aanpak van sommige psychische aandoeningen.

Al te vaak en al te snel schrijven artsen voor jongeren en zelfs kinderen (soms zware) medicatie voor. Uit een studie van 2017 aan het Universitair Psychiatrisch Centrum van de KU Leuven bleek dat de verstrekking van antipsychotica bij kinderen en jongeren in België was toegenomen. De conclusie van de onderzoekers was dat het onduidelijk is of deze toename wel of niet gerechtvaardigd was.

Fixatie

Bovendien ijver ik mee voor een afschaffing van fixatie bij afzonderingen. Fixatie is een dwangmaatregel waarbij de patiënt met riemen aan de enkels, polsen en buik wordt vastgemaakt aan een bed in een isolatieruimte. Dat is zeer traumatiserend voor de patiënt, en kan soms een averechts effect hebben wanneer de maatregel te lang duurt.

‘Fixatie is zeer traumatiserend.’

Twee jaar geleden heeft het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin daarrond strikte richtlijnen uitgetekend om onder meer de fixatie niet langer dan 24 uur te laten duren en om altijd in een nabespreking en verdere opvolging te voorzien. Helaas worden deze richtlijnen in de praktijk niet altijd en overal gerespecteerd.

Tijdens mijn opname in het psychiatrisch ziekenhuis voelde ik me meer een last voor het personeel dan een patiënt die recht heeft op de beste mogelijke zorgen. Hoewel ik me vooral een nummer voelde en een persoonlijke, diepgaande aanpak miste, moet ik zeggen dat er ook uitzonderingen waren. Zo was er een verpleegkundige die, buiten de verplichte momenten, ook zomaar eens mijn kamer binnenwandelde. Zij luisterde naar mij terwijl ik mijn lesvoorbereidingen tegen haar hardop aan het herhalen was.

De wonderen van een stevige knuffel

In mijn ideale wereld wordt er niet gefixeerd, maar wordt er tijd, veel tijd, uitgetrokken voor één-op-één-gesprekken met de patiënt. Beter zou er gekeken worden naar het groter plaatje, naar wat de oorzaak is van de psychische klachten, zodat men ook meer gericht kan werken en bijvoorbeeld aan iemands levensstijl kan werken.

Meer nabijheid en meer geborgenheid, zowel van de hulpverleners als van het ruimere netwerk zouden psychiatrische patiënten veel verder kunnen helpen. We leven in een kille samenleving die niet altijd weet hoe ze moet omgaan met mensen met een psychische kwetsbaarheid.

Het hoeft nochtans niet zo ingewikkeld te zijn. Een stevige knuffel kan wonderen doen. Laat ons voelen dat we er niet alleen voor staan. En wees geduldig, want het is een proces waar je met vallen en opstaan doorheen moet.

Adoptie, vechtscheiding, trauma’s

Mijn bipolaire stoornis, waaraan mogelijks een genetische kwetsbaarheid aan de grondslag ligt, kwam vooral door enkele belangrijke stressvolle levensomstandigheden tot uiting. Mijn adoptieachtergrond en de onstabiele thuissituatie waarin ik opgroeide, spelen zeker een belangrijke rol.

‘De vechtscheiding van mijn adoptieouders zorgde voor veel onderliggende stress.’

De (v)echtscheiding van mijn adoptieouders, de ontwrichtende gevolgen daarvan voor de kinderen, en enkele andere onverwerkte traumatische gebeurtenissen uit mijn jeugd hebben voor veel onderliggende stress en een groot gevoel van mentale en emotionele onveiligheid gezorgd.

Het gedwongen karakter van de behandeling woog zwaar op mij. Het was dan ook een serieuze juridische strijd om mijn leven weer volledig in handen te krijgen. De vrederechter volgt namelijk meestal het advies van de behandelende arts. De tussenkomst van de aangestelde pro-Deoadvocaat is in de feiten slechts een formaliteit. De patiënt zelf wordt paternalistisch behandeld.

Geen perspectief

Ik zag op een gegeven moment geen perspectief meer. Het leek alsof de gedwongen opname eeuwig zou duren. Ik begon mij vragen te stellen en las er de wetgeving op na. Daar zag ik dat de wet niet langer werd nageleefd, de maximumtermijn van de nazorg – één jaar, tenzij wederopname – was ruimschoots overschreden.

‘Het leek alsof de gedwongen opname eeuwig zou duren.’

Met nieuwe moed verzamelde ik alle bewijzen. Samen met een zelfgekozen advocaat diende ik een verzoekschrift in tot opheffing van de gedwongen opname. Uiteindelijk werd het gedwongen statuut opgeheven.

De angst voor een nieuwe gedwongen opname, bleef als een zwaard van Damocles boven mijn hoofd hangen. Het had een grote impact op mijn dagelijks leven, zowel fysiek als mentaal.

Ook met het geforceerd karakter van de medicatie had ik moeilijkheden. Zoals eerder beschreven, wegen de bijwerkingen zwaar. Vandaag zijn ze gelukkig niet meer zo ernstig als een paar jaar geleden, maar vermoeidheid en sufheid blijven een constante. Daarnaast blijft het stigma van ‘geesteszieke’ al die tijd aan je kleven, ook al heb je de aandoening onder controle.

Diep dal

We zien dat er de laatste jaren meer aandacht is voor het mentaal welzijn van jongeren. Toch zou ik bijkomende aandacht willen vestigen op de mentale uitdagingen van mensen die, zoals ik, geadopteerd zijn.

‘Interlandelijke adoptie eindigt niet met de overbrenging van het kind naar België. Het is pas dan dat het hele verhaal begint.’

Onderzoek toont aan dat geadopteerde mensen vroeg of laat bovengemiddeld kampen met psychische problemen. Dat gegeven, dat ook terug te vinden is in het eindrapport van het expertenpanel inzake interlandelijke adoptie, blijft onderbelicht.

De mentale moeilijkheden van geadopteerden – jong en oud – vinden grotendeels hun oorsprong in de gebrekkige, zeg maar in veel gevallen totaal afwezige, nazorg. Zo is er in ons gezin niet een keer iemand van de adoptiedienst op bezoek geweest om te kijken hoe het met mij ging. Ook het Agentschap Opgroeien (het voormalige Kind & Gezin) was afwezig. Mijn welzijn was geen prioriteit.

Laten we niet vergeten dat interlandelijke adoptie niet eindigt met de overbrenging van het kind naar België. Het is pas dan dat het hele verhaal begint.

Als ik terugblik op de afgelopen vierenhalf jaar, kan ik niet ontkennen dat ik door een diep dal ben gegaan. Het was een moeilijke, onstabiele en onzekere periode voor mij. Ik moest de vele negatieve bijwerkingen op lichaam en geest aanvaarden, voerde een uitputtende strijd en verloor ook heel wat vrienden en vriendinnen.

Positief zijde van de medaille

Er is gelukkig ook een andere, positieve, zijde van de medaille. Deze periode heeft me geleerd om elke dag zelfzorg toe te passen, om geduldig te zijn en geloof te behouden, ook en vooral in de allerdonkerste dagen.

‘Ik heb mezelf beter leren kennen.’

In lastige omstandigheden ben ik er toch in geslaagd om een belangrijk doel in mijn leven, mijn masterdiploma rechten, succesvol af te ronden. Waarvoor veel dank aan de goede ondersteuning van de Universiteit Antwerpen.

Mijn blik is verruimd, door de vele gesprekken met medebewoners in het ziekenhuis, door met de psychiatrie als ‘systeem’ in aanraking te komen en de verstrekkende gevolgen aan den lijve te ondervinden. Ik heb mezelf beter leren kennen. Een sterke wil is een krachtig voordeel, maar het kan ook in je nadeel werken.

Hoe dan ook heb ik besloten om de piloot in de cockpit van mijn leven te worden en te blijven. Vandaag gaat het goed met me. Sinds twee jaar is Brussel mijn nieuwe thuis. Hier heb ik de nodige stabiliteit opgebouwd voor mezelf. Hier bouw ik verder aan mijn toekomst.

Reacties

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.