Beste minister Vandeurzen,
Op Sociaal.Net las ik jouw antwoord op de onderzoekers die betrokken waren op de sociaalwerkconferentie. Opvallend dat er nog ministers zijn die ook inhoudelijk in discussie gaan met onderzoekers.
‘Vermaatschappelijking is een ramp.’
De openheid om in dialoog te gaan over hoe het sociaal werk kan ageren, staat haaks op de tendens in beleidskringen waar men sociaal werk beperkt tot beleidsuitvoerende actor.
Maar beste minister, je vergeet dat ondanks de inspanningen die je benoemt, het op het terrein een ramp is met de vermaatschappelijking van zorg.
Wandeling door Gent
Ik nodig je uit om een keer mee te wandelen door Gent, mijn stad. Het aantal mensen dat door de mazen van het net valt, neemt daar sterk toe. De cijfers zal je wel kennen. Neem er gerust de lokale barometers van Decenniumdoelen bij.
De mensen die onder de radar leven, komen daar nog niet eens in voor.
Parler-vrai
Ik ben me er bewust van dat je weet wat superdiversiteit is: nog zo’n werkwoord. Als ik even eerlijk mag zijn: zelfs te veel een werkwoord, gezien het sociaal werk meer dan eens achter deze realiteit aanloopt.
In tijden van ‘parler-vrai’ mag het wel eens benoemd worden dat de weg nog lang is. En dat wie goed wil doen, dat niet automatisch nu al doet.
Nachtopvang
Maar we zijn in Gent. De plaats bij uitstek waar men de temperatuur van de onderkant van de stad kan opmeten, is de nachtopvang. Die nachtopvang is een crisisopvang geworden voor mensen in permanente crisis.
‘In de nachtopvang kan je besparingen opmeten.’
Groepen kruisen er elkaar in een toestand van toenemende complexiteit en spanning. De nachtopvang is een plek waar globale dynamieken zich vervlechten. Anders gezegd: het is een goede ruimtelijke barometer voor de snelheid van veranderingen aan de onderkant van de samenleving.
Het is de plaats waar je de besparingen kan opmeten, botst op wat transmigratie betekent en de impact ziet van Europese regelgeving inzake arbeidsmigratie.
Schokgolf
Ik wil je iets vertellen over vermaatschappelijking van de zorg, verbonden aan de nachtopvang. De afbouw van residentiële opvang voor kwetsbare groepen zonder woonalternatief veroorzaakt er een schokgolf.
Mensen met psychische problemen komen terecht in de nachtopvang, waardoor de nachtopvang geen plaats meer is voor gezinnen met kinderen. En gezien de nachtopvang werkt volgens de principes van ‘bed, bad, brood’ is er weinig begeleiding voor wie er terecht komt. Vandaar: de permanente crisis.
Sociale huisvesting
Maar deze kwetsbare groepen komen ook in sociale huisvesting terecht. Alleen zijn ook daar onvoldoende mobiele teams om ze goed te omkaderen. Mensen met een meervoudige problematiek verblijven in woningen van het sociaalverhuurkantoor. Medewerkers van sociaalverhuurkantoren slagen alarmkreten over het tekort aan woonbegeleiding.
‘In Nieuw Gent parkeert men kwetsbare mensen.’
Die problematiek staat als stip genoteerd in Nieuw Gent, waar men deze kwetsbare groepen parkeert. En ja, men is daar bezig met geïntegreerd breed onthaal, inspelend op die problemen. Maar dat had preventief moeten gebeuren.
Is dit soort ‘menselijke dumping’ in sociale huisvesting zonder veel omkadering niet erg wrang? Hadden we niet eerst massaal moeten investeren in Housing First of andere woonoplossingen?
Breed onthaal
Een brede eerste lijn en breed onthaal zouden afdoende opvangnetten zijn, schrijf je op Sociaal.Net.
Ik neem je op onze wandeling zeer graag mee naar de échte plaatsen van breed onthaal. Vaak staan ze zeer ver van de sociaal-technocratische hervorming die je beoogt tussen OCMW, CAW en ziekenfondsen.Lees ook: Goris, P. (2018), ‘Sleutelen aan geïntegreerd breed onthaal’, Sociaal.Net, 11 december 2018.
Ze worden getrokken door vrijwilligers die onbetaald ‘de uitstoot’ vangen van die officiële instituties (met excuses voor de taal, maar het werkwoord uitstoten doet hier ter zake). Het zijn kerken, zelforganisaties en burgerorganisaties die in de bres springen.Naert, J. en Debruyne, P. (2017), ‘De gebreken van de geïntegreerde eerste lijn‘, Sociaal.Net, 5 december 2017.
Solidariteitsfonds
Ook voor de opvang zijn deze spelers onontbeerlijk.
Meneer de minister, ik ben altijd tegen ‘Caritas’ geweest, maar ik richtte samen met enkele vrijwilligers een solidariteitsfonds op voor dakloze gezinnen met kinderen, waar we met enkele duizenden euro’s in kas mensen kunnen voorzien van een aantal basisdiensten.
Omdat het officiële basiswerk en breed onthaal veel basisnoden niet meer kan en mag aanpakken. Het is sociaal werk onder de radar, in een schaduwstad die groeit. Je schrijft dat het nog niet goed is. Dat we er nog niet zijn. Dat siert je. Ik geef je mee dat het steeds slechter gaat.
Om toegang te krijgen tot zorg en hulp zijn er een toenemend aantal regels en voorwaarden. Hoeveel toegangspoorten moeten mensen door? Je reikt de hand, ik schud ze graag. We hebben meer échte plaatsen van geïntegreerd breed onthaal nodig, waar mensen gewoon mogen ‘zijn’, waar hulpverleners gewoon mogen present zijn.
Basiswerk
We hebben nood aan plekken waar sociaal werkers terug basisdienstverlening mogen doen.
‘Wat doe je met mensen die honger hebben?’
Vaak staan die heel ver af van het officiële breed onthaal. Ze worden getrokken door niet- of onderbetaalde krachten. Terreinwerkers die zich onttrekken aan de regulitis, de voorwaardelijkheid en het managerialisme dat de officiële hulpcircuits in de tang heeft.
Of waarom denk je dat plaatsen als de inloopcentra van Kind en Gezin, Villa Voortman, nestWERK Gent of deOlijfboom (Een hart voor vluchtelingen Gent) ertoe doen als uitzonderlijke plaatsen?
Net het feit dat ze uitzonderingen zijn, is problematisch. Want beste minister, de materiële tools ontbreken vaak in het hulpverleningstraject. Wat doe je met mensen die honger hebben, geen dak hebben of geen cent om zich te verplaatsen?
Je hebt kritiek op onderzoekers die vermaatschappelijking anders invullen dan wat jij beleidsmatig beoogt. Ik zie vermaatschappelijking dagelijks aan het werk en stel vast: “And it’s doing an ugly job.”
Echte vermaatschappelijking
De échte vermaatschappelijking van zorg is momenteel in handen van vrijwilligers en basiswerkers. Ze doen dat uit noodzaak, gedwongen om te handelen, omdat de gaten die vallen in reguliere circuits veelvuldig zijn en groeien.Dat stellen we ook vast in het boek ‘Sociaal Schaduwwerk’ dat ik samen met Mieke Schrooten en Rebecca Thys schreef. Het boek komt uit in februari 2019, uitgegeven bij Politeia.
Soms besluipt me de bedenking dat om iets te leren over sociaal werk, we ook iets kunnen leren van al dat sociaal schaduwwerk. Ik heb daar geen enkel romantisch beeld over, integendeel. Dat het toenemend ‘daar’ gebeurt, en dat officiële circuits mensen doorsturen naar die informele circuits, is niet goed voor mijn hart. Het doet pijn en het klopt ook niet.
Zelfde woord, andere realiteit
Hoeveel geloof ik ook hecht aan je wil om het anders te doen, de harde realiteit die ik elke dag zie, is anders. Ik hoop dat dit verhaal over vermaatschappelijking ook doordringt.
Want ik kan me niet ontdoen van dat gevoel dat we dezelfde woorden gebruiken, voor andere realiteiten van vermaatschappelijking. Het goede is dat je een ander mensbeeld wil ten aanzien van mensen in nood. En daar vinden we elkaar.
De taal van zorgwekkende zorgmijders en onbereikbare doelgroepen is deel van het probleem. Precies in contrast daarmee bouwden veel informele initiatieven de echte plaatsen van breed onthaal op waar vermaatschappelijking – of moet ik zeggen de vermenselijking – aan het werk is.
Dwangmatige dynamiek
Mijnheer Vandeurzen, vermaatschappelijking kan een antwoord zijn op de verzuchting van kwetsbare mensen om meer autonomie te krijgen. Mensen willen hun toekomsttraject graag mee vormgeven.
Maar waar vermaatschappelijking vrijheid geeft aan mensen die kunnen kiezen, is het voor kwetsbare groepen zonder keuze een dwangmatige dynamiek.
Zonder omkadering en institutionele bescherming gooit vermaatschappelijking mensen terug op zichzelf. Het belast de schouders van onbetaalde krachten die in de schaduw van de reguliere circuits werken.
Reacties [3]
Ik heb begrip voor Pascal zij standpunt over dakloosheid. Toch enkele bedenkingen: ik was aanwezig op een vergadering waar hulpverleners, ervaringsdeskundigen, mensen van de stad spraken over de problemen in Nieuw Gent. Ook zij dachten dat vermaatschappelijking het probleem in Nieuw Gent veroorzaakte of groter maakte. Op het eind van de vergaderingen was dit idee bijgestuurd. Ik kan zeggen dat dit probleem in Gent al veel langer bestaat dan de start van de vermaatschappelijking. Sinds vermaatschappelijking is er net de mogelijkheid om oplossingen te vinden door meer samewerking. Zelf heb ik als psycholoog vele mensen op de afdeling van het psychiatrisch centrum opgevolgd die ziek werden door hun omgeving en dus letterlijk wegvluchtten uit Nieuw Gent. Deze mensen namen een psychiatrisch bed in omwille van de moeilijkheden in deze buurt. Er was op dat moment geen enkele mogelijkheid om vanuit de psychiatrische instelling mee te helpen om de problemen in deze buurt aan te pakken. 1/2
Als men nu door de vermaatschappelijking ook in deze buurt aan het werk gaat (trouwens niet door vrijwilligers of buurtbewoners maar door professionals en ervaringsdeskundigen samen) dan is dit net omdat de geestelijke gezondheidszorg moet vermaatschappelijken en de problemen die ze vroeger schijnbaar oploste door mensen af te zonderen en te isoleren nu probeert mee ter plaatse te verhelpen. Dit is zeer belangrijk werk. Laten we vooral nog meer samenwerken op het terrein. Ik zou bijna durven stellen dat hierin net de kracht en het belang van vermaatschappelijking zit. Samenwerking tussen hulpverleners, stadsdiensten, maar ook burgers, vrijwilligers is de beste garantie voor meer zorgcontinuiteit. 2/2
Pascal,
Je raakt me recht in het hart. Ik kan het nog moeilijk aanzien: de miljoenen euro’s voor de ‘reguliere’ voorzieningen, terwijl de meest kwetsbaren door de mazen van het net vallen. Met heel appreciatie voor de inzet van de mensen die daar werkzaam zijn, hij is onevenredig met de noden van de mensen die in de kou blijven staan.Heel wat organistie(tje)s die zich keihard inzetten voor de meest kwetsbaren moeten het doen met een peulenschil of minder. Dikke Freddy zit nog altijd in de miserie, niettegenstaande hij zogezegd overal terecht kan.
Onze minister meent het zeer goed, maar is de weg naar de hel nog altijd niet geplaveid met goede voornemens?
Ik weet het: het kan nog erger. Sommige partijen -sommige mensen daarvan toch- vinden dat de mensen in staat moeten zichzelf uit hun -zogezegd- eigen stront te trekken. In plaats van vermaatschappelijking van de zorg, zou het maatschappelijk werk meer maatschappelijk moeten worden: het garanderen van de grondrechten van ieder
Zeker lezen
‘De kerstmarkt heeft betere openingsuren dan de sociale dienst’
Arts Wouter Arrazola de Oñate: ‘Racisme maakt mensen ziek’
‘Integratie OCMW in gemeente biedt kansen voor een sterk lokaal sociaal beleid’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies