Kippenmaagjes en Lavazza-koffie
Een heerlijk warme septembermaand in Toscane, enkele jaren geleden. Ik verblijf op een landgoed op zo’n dertig kilometer van Firenze.
‘Ik observeer vooral de mensen.’
Ik benut deze reis ook om een stap vooruit te zetten bij het schrijven aan ‘Hoop verlenen’, mijn eerste boek. Lukt dat goed, dan beloon ik een vruchtbare schrijfdag met een avondwandeling naar het nabijgelegen tabakswinkeltje annex restaurant. Dat ligt drie kilometer verderop, tussen heuvels en cipressen. Op het beperkte menu staan geneugten zoals kippenmaagjes. Hier zijn locals thuis.
Vooral het uithangbord van Lavazza-koffie trekt mij aan. Ik drink een espresso aan de diepvriezer met ijscrème die dienst doet als tafel. Ik blader achteloos door de krant en observeer vooral de mensen.
Oudere mannen
Iedereen lijkt elkaar hier te kennen. Op een bankje spreken oudere mannen opgewekt in de felle nazomerzon. Helaas ken ik onvoldoende Italiaans om te weten waarover het gaat.
Plots stopt het gesprek. Hun blikken zijn gericht op een te voet aankomende jongeman. Er vallen twee woorden die ik wel kan vertalen: ‘Cartellino Rosso’, de rode kaart.
Het is hem menens
Zijn wat gebocheld lichaam heeft toch een sportieve uitstraling dankzij het verticaal roodzwart gestreept voetbalshirt met op de voorkant ‘Fly Emirates’ en aan de achterkant een groot nummer ‘9’ met daarboven ‘Torres’. De jongeman loopt, nu hij hier aan het winkeltje is aangekomen, onrustig over en weer.
Een aankomende auto trekt zijn aandacht. Zodra de wagen passeert, haalt ‘Cartellino Rosso’ een rode kaart uit zijn achterzak. Met volledig gestrekte arm toont hij die aan de bestuurder van de voorbijrijdende auto. De strenge blik geeft aan dat het hem menens is.
Sigarette
De auto rijdt voorbij. De kaart verdwijnt weer snel in de achterzak alsof hij geen reactie had verwacht. Ook bij de volgende wagen die passeert, herhaalt de gedecideerde scheidsrechter in voetballersoutfit zijn gebaar. De beweging lijkt geoefend, de kaart is versleten.
Bij de derde wagen doet hij niets. De auto stopt en twee meisjes stappen uit. Ze groeten hem en hij loopt naar hen toe. Een van hen legt haar arm om hem heen. Ze geeft hem geld. Het woord ‘sigarette’ valt. Samen gaan ze binnen.
De ouderen mannen hebben hun gesprek al lang hervat.
Alberto
Op mijn laatste reisdag besluit ik de dienster van deze gezellige Italiaanse stek aan te spreken. Een vrouw naast me merkt mijn beperkte Italiaanse woordenschat op en zegt in het Frans dat ze gerust wil vertalen. We hebben het over de streek.
‘Ze neemt zijn hoofd met beide handen liefdevol vast.’
Net op dat moment komt Cartellino Rosso binnen, deze keer fraai opgekleed. Mijn gesprekspartner breekt onze babbel af en stelt hem meteen enkele vragen. Ze neemt zijn hoofd met beide handen liefdevol vast. Hij verdwijnt zonder al te veel te zeggen en zonder andere mensen aan te kijken.
De vertaalster geeft me mee dat de rode kaarten voor de autobestuurders nog vriendelijk waren. Alberto, zo heet hij, heeft de gewoonte om aan anderen te vertellen dat ze heel snel dood zullen gaan.
De regenjassen van de kunstenaar
Op de terugweg naar mijn vakantiewoning, laat deze jongeman me niet los. Ik wandel en mijmer. Hij doet me denken aan een ander bijzonder man: de Nederlandse outsider-kunstenaar Willem van Genk (1927-2005), wereldwijd bekend voor zijn zeer gedetailleerde collages. Macht en onmacht is een thema dat steeds terugkomt in zijn werk.
‘Op de terugweg naar mijn vakantiewoning, laat deze jongeman me niet los.’
Van Genk had honderden regenjassen opgeslagen in zijn huis, aan de kapstok, op stapels in de zetel, zowat overal. Elke jas werd slechts eenmaal gedragen. Eén wandeling in de stad en dan belandde hij op de stapel bij de andere.
Net als Willem van Genk heeft Alberto bescherming nodig om zich in de publieke ruimte te begeven. De regenjas van Willem is als de rode kaart van Alberto. Zonder deze bescherming komen ze niet buiten. Het gaat om overleven.
Niet bang
Italië kent al lang geen psychiatrische instellingen meer. Hier zijn burgers dit vreemd gedrag in de publieke ruimte gewoon. Ze beschouwen het als een manier van omgaan met het leven in zeer moeilijke omstandigheden.
‘Zijn vreemd gedrag maakt hen niet bang. Warm en liefdevol herkennen ze het als zijn strategie om de publieke ruimte te betreden.’
Sommigen, zoals de oudere mannen op het bankje, reageren wat lacherig en meewarig. Maar de meisjes en de dienster tonen openlijk dat ze Alberto graag hebben. Zijn vreemd gedrag maakt hen niet bang. Warm en liefdevol herkennen ze het als zijn strategie om de publieke ruimte te betreden.
Gevoel van macht
Vanwaar komt zo’n bizarre strategie? Het levensverhaal van de betrokkene kan helpen om dat te begrijpen.
Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog beleeft Willem van Genk een traumatisch moment. Twee Gestapo vallen zijn ouderlijk huis binnen. Ze zoeken zijn vader die Joodse mensen helpt onderduiken. De jonge Willem kan hen geen antwoord geven omdat hij zelf niet weet waar zijn vader is.
Zijn angst en fascinatie voor macht projecteert zich op de lederen jassen van de Gestapo. Later zal hij dat zelf veruitwendigen in het bizarre gebruik van regenjassen. Het geeft hem een gevoel van macht en ook fetisjistische bevrediging.
Volwaardig burger
Ik blijf tot op vandaag nieuwsgierig naar het levensverhaal van Alberto. Waar liggen zijn kwetsbaarheden en traumatische ervaringen? En waarom grijpt hij als bescherming naar de rode kaart, nota bene symbool bij uitstek voor uitsluiting?
Een ding is duidelijk: In deze openbaarheid, in de publieke ruimte, is hij volwaardig burger.
Reacties [2]
Dit is … Jouw getuigenis…
En ik zit hier met mijn mond open.
Zoveel dat ik wil zeggen, en zou willen over converseren.
Echt
Wtf
Niet normaal, zo aangesproken door je moraal
Is dit alles over Toscane ? De titel van het artikel verleidde mij om het te lezen.
Maar het gaat over zachte spontane eigenheid en over verdraagzaamheid door respect.
En daar moeten we terug naartoe ,vind jij ? Ik ga mee dan .
Zeker lezen
Jongvolwassenen in detentie: ‘Zorg moet fundamentele pijler blijven’
‘De kerstmarkt heeft betere openingsuren dan de sociale dienst’
Arts Wouter Arrazola de Oñate: ‘Racisme maakt mensen ziek’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies