Ouderen drinken alcohol
Hoewel het drinken van alcohol in het algemeen vermindert met de leeftijd, blijken ouderen frequenter alcohol te drinken dan jongere leeftijdsgroepen. Naarmate de leeftijd stijgt, neemt het dagelijks gebruik van alcohol toe. Dat dagelijks gebruik is het hoogst bij de groep van 55 tot 75-jarigen.
‘Meer ouderen drinken alcohol dan vroeger.’
Vanaf 75 jaar zien we opnieuw een daling. Van de 75-plussers drinkt bijna 25% van de mannen en 13% van de vrouwen elke dag alcohol.
Vandaag zijn er meer ouderen die alcohol drinken dan vroeger. Bij de babyboomgeneratie is alcohol meer aanvaard. Drinkpatronen blijven bij het ouder worden ook redelijk stabiel.
Medicatiegebruik
Het gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen, antidepressiva en antipsychotica in woonzorgcentra is hoog. Onderzoek in 76 Belgische woonzorgcentra toonde aan dat 79% van de bewoners één of meerdere psychofarmaca gebruikte. Van alle bewoners nam 54% slaap- en kalmeermiddelen, 40% antidepressiva en 33% antipsychotica.Vander Stichele, R., Elseviers, M., Verrue, C., Soenen, K. en Smet, M. (2006), ‘Geneesmiddelengebruik in de Belgische rusthuizen en rust-en verzorgingstehuizen’, Health Services Research,
Meer recente studies tonen aan dat het gebruik hoog blijft. En dat is niet zonder gevaar. Het gebruik van psychofarmaca bij ouderen heeft risico’s, zoals een verhoogde kans op vallen. Er zijn ook een pak nevenwerkingen. Ouderen kunnen suf, verward en onrustig reageren. Wie langdurig slaapmedicatie neemt, kan geheugenproblemen krijgen. Antidepressiva zorgen soms voor hartkloppingen en hoofdpijn.
Extra kwetsbaar
Naast de risico’s die ook voor volwassenen gelden, zijn ouderen omwille van hun leeftijd extra kwetsbaar.
Bij het ouder worden treden een aantal lichamelijke veranderingen op. Zo hebben ouderen meer lichaamsvet en minder lichaamsvocht, de lever en de nieren werken minder goed en de lichaamsweerstand neemt af. Dit heeft een invloed op de absorptie en verwerking van alcohol en medicatie in het lichaam. Zelfs kleine hoeveelheden alcohol hebben al een impact op het functioneren.
Gezondheidsproblemen
Daarnaast hebben ouderen een grotere kans op gezondheidsproblemen. Het risico en de ernst van reeds aanwezige aandoeningen zoals hoge bloeddruk, dementie of depressie kunnen toenemen door alcohol of medicatie. Bovendien verhogen ze het risico op kanker, valincidenten en vergeetachtigheid.
Op hun beurt zijn bepaalde gezondheidsproblemen een risicofactor voor problematisch gebruik van alcohol. Denk maar aan het toenemend aantal ouderen dat pijn lijdt of kampt met psychische problemen zoals dementie of depressie.
Alternatieve behandeling
Alcohol en psychofarmaca brengen dus belangrijke risico’s met zich mee. Medische richtlijnen raden het gebruik van psychofarmaca slechts aan in specifieke situaties. Antidepressiva zijn er voor ernstige depressies, dus niet bij rouw of verdriet, wat vaak voorkomt bij ouderen.
‘Alternatieven genieten de voorkeur.’
Alternatieven genieten de voorkeur. In veel gevallen kan je zonder geneesmiddelen het probleem aanpakken. Ouderen die slecht slapen kan je helpen door hen meer te laten bewegen, een goede slaaphygiëne aan te leren en hen waar nodig psychologisch te begeleiden. Zij hebben niet altijd een slaappil nodig.
Slechte cocktail
Het medicatiegebruik bij ouderen is hoog. Bewoners van woonzorgcentra nemen dagelijks gemiddeld acht geneesmiddelen waarvan zeven chronisch of langer dan drie maanden.
‘Wie medicatie neemt, drinkt beter geen alcohol.’
Alcohol kan de werking van verschillende type medicatie versterken of verzwakken. Zo versterkt alcohol de negatieve effecten van slaap- en kalmeermiddelen. Dit verhoogt het risico op valincidenten en overdosis bij het gelijktijdig gebruik van alcohol en medicatie.
Wie medicatie neemt, drinkt dus beter geen alcohol of informeert zich goed bij zijn arts. Zeker bij ouderen zijn alcohol en medicatie een slechte cocktail.
Problemen in woonzorgcentra
Het Vlaams expertisecentrum Alcohol en andere Drugs (VAD) stuurde in september 2017 een onlinevragenlijst naar woonzorgcentra in Vlaanderen om meer zicht te krijgen op de noden en problemen bij het gebruik van alcohol en psychofarmaca. 69 medewerkers vulden de vragenlijst in.
Wat blijkt? Woonzorgcentra ondervinden problemen bij bewoners die psychofarmaca en alcohol gebruiken. Ze ervaren negatieve effecten van psychofarmaca en alcohol op de oudere zelf, zijn omgeving of de werking van het woonzorgcentrum.
60% van de woonzorgcentra ondervond bij minstens 20% van de bewoners problemen door gebruik van psychofarmaca. Voor 13% van de woonzorgcentra is het psychofarmacagebruik van hun bewoners een nog grotere uitdaging. Zij ervaren negatieve effecten van psychofarmacagebruik bij minstens de helft van de bewoners.
Familie zit met vragen
Voor alcohol ligt dit cijfer lager. Van de woonzorgcentra zegt 65% dat één op tien bewoners het voorbije jaar problemen had als gevolg van alcoholgebruik.
‘Familie maakt zich zorgen.’
Hulpverleners geven aan dat waar het gebruik van psychofarmaca vooral impact heeft op de bewoners, bijvoorbeeld door verminderde slaapkwaliteit, het gebruik van alcohol eerder voor overlast zorgt bij andere bewoners of personeel.
Uit de bevraging blijkt dat familie met veel vragen zit of zich zorgen maakt. Medewerkers weten vaak niet hoe om te gaan met bewoners die (overmatig) alcohol drinken.
Meer ondersteuning
Woonzorgcentra zijn vragende partij voor ondersteunende materialen en concrete handvatten. Zo willen ze meer informatie over het gebruik van psychofarmaca en alcohol bij ouderen. En materialen om mee te geven met de bewoner en familie. Ook vorming en training van medewerkers over het gebruik van psychofarmaca vinden ze belangrijk.
Volgens de bevraagden voelt de meerderheid van de medewerkers zich onvoldoende deskundig om om te gaan met bewoners die (problematisch) drinken of psychofarmaca gebruiken. Maar liefst 40% geeft aan dat het personeel onvoldoende op de hoogte is van de risico’s.
‘Medewerkers voelen zich onvoldoende deskundig.’
De woonzorgcentra geven aan dat deze thema’s niet prioritair zijn op de vormingsagenda van hun medewerkers. Toch informeert bijna één derde het personeel over het gebruik van alcohol. Meer dan de helft informeert zijn medewerkers over psychofarmacagebruik.
Beleid
Uit de bevraging blijkt dat een aantal woonzorgcentra de voorbije jaren investeerden in één van beide thema’s. Zo zegt 44% een beleid te hebben over alcohol of psychofarmaca. Daarnaast maakt 46% gebruik van richtlijnen voor de afbouw van psychofarmaca.
Ook zeggen ze aandacht te hebben voor de systematische controle van psychofarmacagebruik bij nieuwe bewoners. Drie vierde van de woonzorgcentra heeft afspraken voor het gebruik van alcohol.
De helft van de bevraagden informeert bewoners over psychofarmaca en ruim een derde over alcohol. Ze doen dit onder meer via brochures of individuele begeleiding. Hierbij ondervinden de woonzorgcentra wel moeilijkheden zoals een gebrek aan tijd of weerstand bij collega’s om deze thema’s te bespreken.
Tijd voor verdere actie
In 2013 startte woonzorgcentrum Leiehome in het Oost-Vlaamse Drongen met een intern kwaliteitsproject om het gebruik van psychofarmaca te doen dalen. Bij de start gebruikten 72% van hun bewoners psychofarmaca.
Leiehome streefde naar een efficiënter en effectiever medicatiegebruik. Bewoners krijgen enkel psychofarmaca wanneer er een duidelijke indicatie voor bestaat en een niet-medicamenteuze aanpak geen of onvoldoende soelaas biedt.
‘Streven naar efficiënter en effectiever medicatiegebruik.’
Leiehome stelde een projectmedewerker aan die het personeel hierin begeleide. Tegelijk investeerde het woonzorgcentrum in een hogere levenskwaliteit van de bewoners met de Betekenisvolle Activiteitenmethode (BAM). Bewoners kregen meer activiteiten op maat aangeboden. Zo kreeg een bewoonster die haar hele leven piano speelde opnieuw een piano op haar kamer.
Minder medicatie
De aanpak is succesvol. Het psychofarmacagebruik in Leiehome daalde op vier jaar tijd van 72% naar 48%. Leiehome merkte onder andere dat de mobiliteit van bewoners toenam, met minder ernstige valpartijen tot gevolg. Ook steeg de tevredenheid van bewoners.
Dit succes leidde tot een pilootproject in vijf Oost-Vlaamse woonzorgcentra. In het eerste projectjaar stelden de onderzoekers een daling van 10% vast in het psychofarmacagebruik. Dit loopt gelijk met de resultaten van Leiehome na hun eerste projectjaar.
‘Gebruik psychofarmaca daalde naar 48%.’
Uit deze pilootprojecten blijkt dat een persoonsgerichte aanpak noodzakelijk is. Het is belangrijk om bewoners, familie, vrijwilligers en medewerkers te betrekken. Alleen vorming geven aan medewerkers van de woonzorgcentra is onvoldoende.
Vlaanderen
Dit succes bleef bij de Vlaamse overheid niet onopgemerkt. Dit jaar startte de voorbereiding voor het project ‘Procesbegeleiding voor preventie binnen zorg en welzijn’. Binnen dit project zullen procesbegeleiders de woonzorgcentra begeleiden en advies geven bij preventie van psychofarmacagebruik, valrisico’s, ondervoeding en mondzorg.
VAD werkt momenteel samen met woonzorgcentrum Leiehome, de Universiteit Gent en de Arteveldehogeschool Gent om de verspreiding van het psychofarmaca project in heel Vlaanderen voor te bereiden.
Uit de bevraging van VAD blijkt duidelijk dat woonzorgcentra problemen ondervinden bij bewoners die psychofarmaca of alcohol gebruiken. Ze zijn vragende partij voor meer ondersteuning en concrete handvatten. Het succes van het project in Leiehome bewijst het belang van een beleidsmatige aanpak die gericht is op meerdere dimensies. Het project ‘procesbegeleiding voor preventie binnen zorg en welzijn’ ondersteunt de woonzorgcentra hierin.
Reacties [1]
Belangrijk is ook de artsen te sensibiliseren die verbonden zijn aan de woonzorgcentra. Toen mijn tante opgenomen is in een WZC kreeg ze zoveel medicatie dat ze helemaal suf was. Als ik vragen stelde dan zei de arts dat het gevolg was van dementie. Uiteindelijk zijn ze na een jaar met de medicatie gestopt en was ze helemaal niet dement. Het zijn de artsen die de medicatie voorschrijven.
Zeker lezen
‘Sociaal werk zal meer politiek worden’
Impact van migratie op mentaal welzijn: ‘Kinderen dragen littekens van hun ouders’
Jongeren over gezond leven: ‘Ook wat ongezond is, kan gelukkig maken’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies