Eureka-moment
‘Gratis caravan te geef.’ Toen sociaal werker Musti Önlen (30) enkele jaren geleden dat zoekertje op Facebook zag, beleefde hij een eureka-moment. “Hier kan ik dakloze jongeren in opvangen, al is het maar tijdelijk”, dacht hij.
De caravan van het zoekertje bleek klaar voor de schroothoop, maar Musti wilde het plan niet opgeven. Hij kocht een andere caravan en vzw Homie zag het levenslicht.
De organisatie biedt dak- en thuisloze jongeren tussen 18 en 25 tijdelijk onderdak en begeleiding op maat. Het doel is dat jongeren binnen een drietal maanden een eigen woonst vinden en zicht hebben op een betere toekomst.
Levensmissie
Musti bekommert zich al meer dan tien jaar over dak- en thuislozen. Zelf heeft hij ook diep gezeten. Op zijn vijftiende belandde hij op straat, sliep in een kraakpand en legde vervolgens een heel traject af in de jeugdhulp. Na zijn studies wilde hij iets terugdoen.
‘Het eerste jaar wilde vzw Homie vier jongeren opvangen. Het werden er uiteindelijk zestien.’
Als cliëntvertegenwoordiger zetelt hij in verschillende adviesraden in de jeugdhulp. Daar zag hij de harde cijfers van het aantal jongeren die vanuit de jeugdhulp in dakloosheid belanden. “In 2016 ging het om maar liefst zestien jongeren, alleen al in de provincie Limburg. Toen ik dat hoorde, kwam de klik: hier moet ik me op focussen.”
Hij noemt het zijn levensmissie, zijn roeping. Voor Homie bestond, bood hij mensen vaak tijdelijk onderdak bij hem thuis. “Als ik zelf geen crisisopvang vond, zette ik een oproep op Facebook. Nu hebben we een duurzamere werking.”
Burgergezinnen in de bres
In de zomer van 2019 ging de opvang van start. Al snel bleek één caravan niet voldoende om aan de hoge vraag te voldoen. Een netwerk van burgergezinnen sprong in de bres en vangen jongeren in nood bij hun thuis op. Het eerste jaar wilde vzw Homie vier jongeren opvangen. Het werden er uiteindelijk zestien.
Het burgerinitiatief draaide anderhalf jaar volledig op vrijwilligers. Pas begin dit jaar kon Musti van zijn passie zijn job maken. In april kreeg hij met Steffi Putseys (27) versterking. Steffi ondersteunt de jongeren individueel en organiseert groepsactiviteiten, zoals een uitstap naar zee of een avondje bowling.
Tijd om echt te luisteren
De ondersteuning gebeurt op maat van de jongeren. Naast huisvesting, hebben jongeren noden op veel andere levensdomeinen, zoals welzijn, financiën of justitie. “We vertrekken vanuit de vraag van de jongere”, legt Steffi uit. “Ik neem de tijd om echt te luisteren. We zeggen niet aan de jongeren wat ze moeten doen. Ze zijn meerderjarig, ze kiezen zelf. Samen werken we aan hun vraag.”
‘We zeggen niet aan de jongeren wat ze moeten doen.’
“De jongeren waar wij mee werken, werden vaak aan hun lot overgelaten”, vult Musti aan. “Dat weet ik uit eigen ervaring. Dingen worden je misschien wel uitgelegd, maar je staat er alleen voor. Je hebt eigenlijk nood aan een vertrouwenspersoon die naast je staat. Wij proberen met de jongeren mee op pad te gaan.”
Dat doen Musti en Steffi niet alleen. Ze kunnen rekenen op heel wat partners. Vzw Homie werkt onder meer samen met gratis psychologen en met advocatenkantoor Unicius dat hulp biedt in rechtszaken. In enkele lokale snackbars zoals Frituur 13 en La Vida Loca kunnen de jongeren gratis eten en de firma Carglass biedt een job aan aan de jongeren van vzw Homie.
Betrokken buurt
Maar daar stopt het niet. Veruit de belangrijkste schakel zijn de buurtbewoners. De caravan van vzw Homie staat in een rustige Hasseltse woonwijk, op het einde van een doodlopende straat in de tuin van een voormalige pastorale woning.
Op de eerste bewonersbijeenkomst, kwamen er heel veel vragen. “Mensen hebben een negatief beeld van dak- en thuislozen. Ze associëren hen al snel met drugs, alcohol en overlast”, zegt Musti. “Maar veel van onze jongeren komen uit de jeugdhulp, psychiatrie of een moeilijke thuissituatie. Het zijn kwetsbare jongeren die nog een toekomst hebben. Dat heb ik de buren uitgelegd.”
‘Jongeren hebben meestal geen schuld aan wat er in hun rugzak zit. En indien wel, verdienen ze een tweede kans.’
“In het begin was er wat argwaan, maar Musti is een bevlogen spreker, dus al snel stond de hele buurt mee achter het initiatief”, vertelt bewoner Gerda Greunlinx (67). De leerkracht op rust doet al jaren vrijwillige huiswerkbegeleiding in de jeugdhulp en trok haar buren mee over de streep. “Jongeren hebben meestal geen schuld aan wat er in hun rugzak zit. En indien wel, verdienen ze een tweede kans.”
WhatsApp-groep
Al snel begonnen buren na te denken over hoe ze de jongeren mee kunnen ondersteunen. Een ‘buurtboekje’ werd rondgegeven. Iedereen schreef erin met welke vragen de jongeren bij hen terechtkunnen. De ene persoon is ’s nachts bereikbaar, bij de andere mag een jongere aanbellen als de melk op is.
In de WhatsApp-groep van de buurt kunnen jongeren signaleren als ze iets nodig hebben. “Is de wc-bril kapot dan ligt er binnen het half uur een nieuwe op”, zegt Gerda. “Maar we schieten enkel in actie op vraag van de jongere. We moeien ons niet en respecteren hun privacy.”
Dubbel
Dario (23) woont nu in de caravan. Hij logeerde al drie maanden bij vrienden toen hij over vzw Homie hoorde. “In het begin had ik mijn twijfels. Hoe is het om in een caravan te wonen? Waar staat die? Is dat niet te klein? Uiteindelijk valt het allemaal supergoed mee.”
Volgende week gaat Dario voor de tweede keer een appartement bezichtigen. “Ik hoop dat mijn woonsituatie zo snel mogelijk in orde komt. Dan kan ik verder met mijn leven. Maar het is dubbel. Ik heb veel aan de begeleiding en de leuke dingen die we doen. Ik ga triest zijn als ik hier weg moet.’”
‘Ik ga triest zijn als ik hier weg moet.’
“Ik woon hier graag. Het is hier gezellig en rustig. Het contact met de buren is heel goed. Wat die mensen voor mij doen, is fantastisch. Bij Gerda mag ik bijvoorbeeld altijd mijn was brengen. Er zijn niet veel mensen die dat zouden doen, daar ben ik zeker van.”
Dankbaar
Amrita (19) woonde vorig jaar enkele maanden in de caravan. Na een conflict met haar huisbaas belandde ze op straat. “Het was mijn eerste huis na een parcours in de jeugdhulp. Toen ik daar weg moest, sliep ik op straat, aan de Primark.”
“Om soms een hotelkamer te kunnen betalen, heb ik dingen gedaan waar ik niet graag aan terugdenk. Ik ben Musti heel dankbaar dat hij me een kans gegeven heeft. Als hij me niet geholpen had, was ik er nu niet meer.”
‘Als Musti me niet geholpen had, was ik er nu niet meer.’
Amrita verbleef in de caravan in volle coronacrisis. Een huurwoning gaan bezichtigen kon niet, dus duurde het wat langer voor ze iets vond. “Ik was bang om de buurtbewoners te besmetten. Veel van hen zijn al wat ouder. Dus ik had enkel contact op afstand. Het was best eenzaam. Maar ik had mijn hond en af en toe kwam een vriendin stiekem op bezoek. Dat mocht niet, maar ik anders hield ik het niet vol.”
Vandaag woont Amrita in een studio. De begeleiding van vzw Homie loopt stilletjes op zijn einde. Steffi heeft Amrita de laatste maanden geholpen met haar administratie. “Papierwerk is voor mij echt Chinees. Waarom gebruiken ze zo’n moeilijke woorden? Maar ik heb nu een map waarin ik alles sorteer. Als ik het niet begrijp, maak ik een foto en stuur ik die naar de maatschappelijk assistent van het OCMW”, aldus nog Amrita.
Loslaten is moeilijk
“We zorgen er altijd voor dat de jongeren na ons elders terecht kunnen met hun vragen”, vertelt Steffi. Maar de jongeren helemaal loslaten is niet altijd gemakkelijk.
‘We zijn geen begeleiders, maar ondersteuners.’
“We zetten enorm in op de vertrouwensband met de jongeren”, vertelt Musti. “Als je een vertrouwensrelatie hebt, is de motivatie hoger, zowel van de jongere als van Steffi en mij. We zijn geen begeleiders, maar ondersteuners.”
Persoonlijk betrokken
Voor Rob (25) zit daar het verschil met andere hulpverlening. “Hier zijn ze persoonlijk betrokken. Ze spreken op gelijke voet met je. Ik kan met hen over alles babbelen. Ze wijzen me nooit met de vinger. Dat is heel fijn. Bij andere hulpverleners hou ik me vaak in. Ik weet nooit zeker of ik hen kan vertrouwen.”
Rob was zes jaar dakloos en belandde drie keer in de gevangenis. “Ik ben niet trots op wat ik gedaan heb, maar het was noodzakelijk om te overleven. Toen ik de laatste keer vrijkwam, kon ik via vzw Homie enkele maanden terecht in een abdij. Ik had het nodig om even tot rust te komen. Nu woon ik in een studio.”
‘Musti en Steffi wijzen me nooit met de vinger.’
“We willen altijd een veilige woonsituatie creëren, maar we doen dat op maat”, licht Musti toe. “Voor sommige jongeren is een verblijf in een caravan of bij een burgergezin niet het juiste antwoord. We hebben ook al jongeren begeleid vanuit een kraakpand. Voor Rob was de abdij het beste.”
Maar naast het vinden van een woonst, betekent vzw Homie veel meer voor Rob. “Er is geen enkele organisatie die kan evenaren wat zij al voor mij gedaan hebben. Ze hielpen me aan een job en schakelden een advocaat in voor mijn problemen met het gerecht. Uiteindelijk kreeg ik drie jaar voorwaardelijk, in plaats van acht maanden cel. Ik was zo blij dat ik niet terug naar de gevangenis moest.”
Musti, jongeren mogen je dag en nacht bellen, soms logeren ze bij je thuis. Bovendien zijn hun problemen niet min. Hoe zorg je voor jezelf?
Musti: “Ik moet toegeven dat het soms zwaar is. We hebben veel meegemaakt deze zomer. We hebben voor het eerst een jongere verloren aan zelfdoding. Dat heeft impact. Veel jongeren worstelen met psychische problemen. We oordelen niet, maar dingen laten ons ook niet koud.”
“De jongeren zullen dat soms ook zien aan ons. Ze mogen weten dat wij ook maar mensen zijn. Ik hoop ook dat we niet immuun raken voor zo’n dingen. Gelukkig heb ik veel aan Steffi en worden we gecoacht.”
Kan je alle jongeren helpen die bij jullie aankloppen?
“Als het niet lukt om de jongere in een caravan of burgergezin onder te brengen, zoeken we een andere oplossing. Ik ga daar ver in. Er slapen regelmatig jongeren even bij mij thuis, in een klooster of op hotel.”
‘Er zijn zo veel stomme regels.’
“Ik zal nooit zeggen: ‘Kom volgende week op kennismakingsgesprek.’ We zoeken dezelfde dag een oplossing. Dat is niet altijd gemakkelijk, maar ik weet hoe het voelt om nergens een plek te hebben. Veel mensen, ook hulpverleners, beseffen niet welke impact dat heeft.”
“Er zijn zo veel stomme regels. Zo zijn er organisaties die soms wel plaats hebben, maar vinden dat de jongere niet past in de groep. Ik denk dan: ‘Fuck die groepsdynamiek!’ Of neem Amrita. Ze kon nergens terecht met haar hond. Hoe moeilijk is het om een kennel te plaatsen bij de opvang? Die viervoeter is van veel daklozen de trouwste vriend.”
Schuiven organisaties met hun strakke regels de hete aardappel naar jullie door?
“Wij vullen de gaten op die anderen laten vallen. Dat is soms frustrerend, maar we laten ons er ook niet door van ons stuk brengen. We doen gewoon verder en signaleren wat misloopt. Lokale besturen horen bescherming te bieden aan onderbeschermden. Maar dat gebeurt helaas niet altijd. Niet elk lokaal bestuur heeft de knowhow of infrastructuur, vandaar dat nog meer samenwerking over gemeentegrenzen heen nodig is.”
“In mei leerde ik een jongen met een mentale beperking kennen die al vier maanden in een tuinhuis woonde. Hij was graatmager. Hij at bijna niets omdat hij niet in de tuin naar het toilet wilde gaan. Tegelijk stond een noodwoning in die gemeente al drie maanden leeg. Daar ben ik heel kwaad over geweest. Ik wijs het lokale bestuur dan op hun verantwoordelijkheid.”
Wordt die kritische houding geapprecieerd?
“Ik probeer zaken altijd op een constructieve manier te signaleren. We nemen de jongeren ook vaak mee op overleg en laten hen vertellen wat er nodig is. Want dat is vaak het probleem: acties worden geformuleerd door mensen die de leefwereld van de jongeren niet kennen. Ze denken ‘Dit gaat helpen’, terwijl het geen oplossing is op maat van de jongeren.”
‘Vaak blijven jongeren te lang in instellingen, terwijl ze met de nodige ondersteuning wel alleen kunnen wonen.’
“Vaak blijven jongeren te lang in instellingen, terwijl ze met de nodige ondersteuning wel alleen kunnen wonen. Er moet dus veel meer ingezet worden op uitstroom. Wij bewijzen dat je veel kan realiseren op relatief korte tijd. We werken hard en halen mooie resultaten, zeker als je ziet met hoe weinig middelen en personeel we het klaarspelen.”
Heb je het gevoel dat er de laatste jaren meer aandacht is voor dak- en thuisloosheid bij jongeren?
“Er gebeuren wel dingen, maar ik vind het jammer dat het allemaal zo traag gaat. Er verandert weinig fundamenteel. De verantwoordelijkheid is ook te veel versnipperd.”
“Het gevoel van urgentie ontbreekt bij het beleid. Nochtans zijn de cijfers onthutsend. Die zouden een wake up call moeten zijn. Er moet dringend een actieplan komen. Met voldoende daadkracht en middelen kunnen we op korte termijn enorm veel waarmaken.”
Reacties [6]
Super wat jullie doen. Kan ik ergens mee helpen? Rina
Hartverwarmend. ik hoop dat vzw Homie blijvend de kracht vindt om deze jongeren een plaats in onze maatschappij te bieden.
Het beleid ziet de nood niet, of de hoogdringendheid. Of ze organiseren activiteiten of oplossingen die niet op maat van de jongeren (of volwassenen) zijn.
Het is schrijnend om te zien dat de hulpkreet vaak wordt gehoord door individuen, burgers die dan vaak sneller resultaten behalen dan de gesubsidieerde instanties. Dan komen we bij administratieve rompslomp waardoor je niet komt tot je hoofdtaak.
Terug gaan kijken naar het beginprobleem en alle achterpoortjes, binnenweggetjes weghalen.
Er gaat nu veel geld verloren aan projecten, administratie, en tussenschotjes.
Lean….hoognodig!
Wouw hoedje af dit is iets wat ik ook wil doen. Mijn schouders zetten onder een project om iets te betekenen voor anderen. Dikke dikke pluim
Echt super wat jullie doen. ik ben zelf enkele jaren geleden ook in zo in situatie gekomen met mijn dochter die toen elf werd. Geen familie en moederziel alleen en ik was al in de dertig. Kan me niet voorstellen om zo jong door die sociale Mallemolen te draaien. En eer een maatschappelijk werker echt de schouders eronder zet is echt dramatisch laat.
Jullie mogen zeer trots zijn op jullie geweldige daden. Dit doet wat met me.
Wauw geweldig initiatief! Kunnen jullie nog hulp gebruiken?
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘Ik kan talloze voorbeelden geven van mensen die bij het Anderlechtse OCMW bot vangen’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies