Schrijnende gevolgen
Hoewel België reeds duizenden malen veroordeeld werd voor het voeren van een onwettelijk en inhumaan opvangbeleid, blijft de huidige federale regering doelbewust opvangplaatsen voor verzoekers om internationale bescherming afbouwen.
‘Slapen op straat of in onveilige schuilplaatsen tast niet alleen het lichaam maar ook de geest aan.’
Die nood aan asiel wordt er nochtans niet minder op. Volgens de vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties (UNHCR) moet elke twee seconden iemand gedwongen op de vlucht voor geweld of vervolging.
Mensen op de vlucht hebben recht op een veilig toevluchtsoord waar men vrij is van bedreiging, geweld en vervolging. Voor mensen die bescherming zoeken uit landen als Afghanistan, Congo en Palestina, is de jojobeweging van het af- en opschalen van opvangplaatsen geen politiek spel maar een onrechtmatige en onrechtvaardige beproeving.
Van kwetsbaar naar nog meer kwetsbaar
Een recent rapport kaart aan dat slechts minder dan tien procent van de asielzoekers momenteel terecht kan in een opvangcentrum. Bovendien blijkt dat deze kwetsbare mensen door een inhumaan asielbeleid in een nog meer kwetsbare positie terechtkomen, met alle gevolgen van dien voor hun gezondheid en welzijn.
Voor een grote groep ‘staat de deur naar dakloosheid open’. De grote meerderheid van dakloze asielzoekers kampt met gezondheidsproblemen die rechtstreeks te linken zijn aan hun erbarmelijke leefomstandigheden. Slapen op straat of in overvolle, onveilige schuilplaatsen tast niet alleen het lichaam maar ook de geest aan.
Sluimerende psychische druk
Zo’n situaties verergeren menselijk leed niet alleen, ze vormen er ook een nieuwe voedingsbodem voor. Onderzoek met mensen op de vlucht toont zeer helder aan dat de dagelijkse leefomstandigheden tijdens de asielprocedure minstens zo bepalend zijn voor het psychisch welzijn als eerdere ervaringen in het land van herkomst of tijdens de vlucht.
Als asielzoekers in overlevingsmodus gedwongen worden, is psychisch welzijn vaak geen prioritaire hulpvraag meer. Op dat moment zijn er te veel andere, urgentere zorgen. Hierdoor sluimert psychische druk onderhuids en werkt het lang door.
De asielzoeker die wel met zijn hulpvraag rond mentaal welzijn bij een organisatie aanklopt, botst op structurele tekortkomingen in de geestelijke gezondheidszorg. Middenveldorganisaties kaarten aan dat de capaciteit van deze zorg ontoereikend is om aan de noden tegemoet te komen, en melden bovendien een stijging in kritieke situaties.
Psychisch welzijn als privilege
Op de vooravond van World Mental Health Day – 10 oktober -– bracht de European Council on Refugees and Excile (ECRE) het overlijden van Mahmoud Farajalah onder de aandacht. De jonge Palestijn overleed recent door zelfdoding terwijl hij al maandenlang in een Belgisch gesloten detentiecentrum vastzat zonder toegang tot adequate geestelijke gezondheidszorg.
Dit is helaas geen uitzonderlijke situatie, maar het maakt opnieuw pijnlijk duidelijk dat psychisch welzijn nog steeds als een privilege wordt beschouwd. Hulp is haast ontoegankelijk voor diegenen die naar de marge van onze samenleving worden geduwd.
Lijden als strategische beleidskeuze
Net als in de meeste Europese landen, lijkt onze regering te kiezen voor een ‘Politics of Unease’: een bestuursvorm die onzekerheid en lijden niet bestrijdt, maar net inzet als afschrikmiddel voor asielzoekers. Zo’n overheidsbeleid resulteert in inhumane en repressieve maatregelen die deprivatie cultiveren en die psychisch lijden uitlokken en versterken.
Psychisch lijden wordt dus niet enkel verergerd door wanbeleid en nalatigheid, maar ook doelbewust in de hand gewerkt door een strategie van ontrading, deprivatie en uitputting van asielzoekers.
Dit lijden is dus geen toevallig of onbedoeld neveneffect. Het zit ingebakken in het asielproces. In gesprekken met mensen die zich in een asielprocedure bevinden, horen we keer op keer dat zij hun grootste bron van stress in het asielsysteem zelf situeren. Hierdoor menen velen dan ook dat geestelijke gezondheidszorg slechts in beperkte mate in staat is hun lijden te verlichten.
Naar een herwaardering van asiel
De beleidskeuze om de straat als opvangmodus in te schakelen, betekent dat velen hun recht op écht asiel wordt ontzegd. Asiel is meer dan goodwill of de administratieve procedure waartoe het nu beleidsmatig uitgehold wordt. Bovendien staat de strategische legale, sociale en psychologische marginalisering die zich momenteel voltrekt haaks op wat ‘asiel’ in essentie betekent.
‘Psychisch leed zit ingebakken in het asielproces en is dus geen onbedoeld neveneffect.’
Een asiel hoort een veilig toevluchtsoord te zijn voor wie bescherming zoekt. Momenteel lijkt onze samenleving het steeds meer te benaderen als iets waartegen we ons moeten beschermen. Het hoort een plek te zijn waar men vrij is van geweld, niet waar meer geweld wordt aangedaan. Geestelijke gezondheid is daarin een fundament, geen privilege dat gegund of verdiend moet worden.


Reacties [1]
Dringend doorgeven bij bevoegde instances!
HET ZIJN ‘MENSEN’
geen dieren of building!