Stilte
Er woedt al een tijd een verhit debat over transmigranten en minderjarige transmigranten. Maar in de jeugdhulp blijft het opvallend stil. Zelfs nu, na het schokkend rapport van Dokters van de Wereldover het politiegeweld, waarvan ook minderjarigen slachtoffer zijn, hoor je quasi niemand. Opvallend.
‘Je hoort de jeugdhulp niet.’
Toch ben ik ervan overtuigd dat de jeugdhulp een antwoord heeft op vragen die rijzen over hoe we best omgaan met deze groep minderjarigen.
Transmigrant
Werpt het begrip ‘transmigrant’ een dam op tegen onze inzet en betrokkenheid vanuit de jeugdhulp? Het is alvast een term die ons niet vooruithelpt. Migratie is een federale, geen Vlaamse bevoegdheid.
En is zo’n transmigrant niet vooral op doorreis en al helemaal niet geïnteresseerd in hulp of opvang? Het woord zegt het toch zelf: een migrant in transit.
Dit standpunt hoorden we de laatste tijd keer op keer: “Transmigranten willen niet opgevangen of geholpen worden.” Maar klopt dit? En proberen we wel genoeg wanneer het gaat om minderjarigen?
Andere bril
Wat als we gewoon eens door een andere bril kijken? Laat het woord transmigrant achterwege, en stel je een minderjarige voor, een jongere. Veerkrachtig, een overlever, maar ook kwetsbaar.
Stel je een jongere voor, op zoek naar een beter perspectief die weinig vertrouwen heeft in autoriteit of officiële instanties. Stel je een jongere voor die slecht geïnformeerd is. Een jongere die vooral vatbaar is voor de mening van zijn ‘peers’, die hem telkens opnieuw zeggen dat de oplossing niet hier maar elders ligt.
Een boodschap die versterkt wordt door volwassenen die de jongere keer op keer vertellen dat de oplossing over het Kanaal ligt. Want is het dat niet wat smokkelaars met minderjarigen doen?
Kijk van de jeugdhulp
Onder wiens bevoegdheid valt zo’n jongere nu? Hoe kijken we als Vlaamse jeugdhulp naar deze jongeren? Zijn dit geen jongeren waarover we iets te vertellen hebben?
Hoeveel kennis en ervaring hebben we in Vlaanderen niet in het werken met jongeren die op het eerste gezicht geen duidelijke hulpvraag tonen? In het opbouwen van een vertrouwensband met jongeren?
‘Hoe kijken we als jeugdhulp naar deze jongeren?’
In de jeugdhulp werken we allemaal contextgericht, participatief, ervaringsgericht en aanklampend. We zetten in op talenten en veerkracht. We kijken breed en mild. We werken met herstel en time-out en blijven kansen aanreiken. We werken multi-disciplinair en intersectoraal. Out-of-the-box en op maat als het kan, outreachend als het moet.
We vertrekken van begeleidingsnoden van jongeren, eerder dan van verblijfsstatuut.Lieckens, E. (2018), ‘Duw minderjarige vluchteling niet in een hokje’, Sociaal.Net, 4 juli 2018.
Aan de kant staan
Waarom blijven we als jeugdhulpverleners dan aan de kant staan als het gaat om minderjarige vluchtelingen die ingelepeld krijgen dat Engeland de enige optie is? Waarom mengen we ons niet in dit debat? Het gaat toch gewoon om jongeren?
‘We kunnen ons minstens mengen in het debat.’
Kijk vandaag naar de jeugdhulp en je ziet een enorme diversiteit: ondersteuning, hulp en bijstand bestaat in alle soorten en vormen. In ons vakjargon zijn het ‘modules’ die we als een rijk palet aanbieden.
De voorbije maanden vroeg ik me meer dan eens af wat het voor deze jongeren op de vlucht zou betekenen als we nog maar een fractie van deze expertise voor hen zouden inzetten. Als het niet kan via het bieden van residentiële plaatsen omdat we er geen vrij hebben, dan kunnen we als jeugdhulp ons minstens meer gaan mengen in het debat.
Basiswerk
We weten immers dat lang niet alle jonge vluchtelingen hardnekkig in parken willen slapen of voor hun plezier in vrachtwagens klimmen. Er zijn alternatieven, maar die vragen tijd en een veilig kader waarin jeugdhulpverleners kunnen werken met deze jongeren.
‘Basisbegeleidingswerk kan veel doen.’
Basisbegeleidingswerk kan al veel doen: een gesprek aangaan over hun intenties en reisbestemming, stilstaan bij de context rond deze jongeren en nagaan wie er feitelijk beslist over de jongere en zijn bestemming. Een goede uitleg over de mythe ‘Engeland’ en de opties aan onze kant van het Kanaal doen soms anders beslissen.
Zo vreemd of anders hoeft hulp voor deze groep jonge mensen niet te zijn. Laten we alvast beginnen met het weglaten van het begrip ‘transmigrant’. Het ontmenselijkt en dekt met een lelijke vlag een heel diverse lading. Jongeren op de vlucht, zegt meer waar het echt over gaat.
Reacties [3]
Wie in Brussel werkt in de jeugdhulp kan er niet omheen : vele ‘jongeren op de vlucht’, zoals David hen omschrijft, zijn er in het straat- en parkbeeld. Ik deel de analyse, het voorstel tot debat maar vooral de idee van ‘iets doen’.
Laat ons al starten om met alle jeugdhulp organisaties die vooral in Brussel actief zijn, samen te zitten om onze inzichten aan te scherpen, om samen te kijken wat we kunnen doen. Wij doen in elk geval mee, Tonuso vzw kijkt niet de andere kant op.
Een spiegel. Raak.
En raakt omdat we ons alleen – ik bedoel :’ik, mezelf, als jeugdhulpverlener’ en ‘wij, onze jeugdhulporganisatie’ – kunnen afvragen hoe het komt dat wij aan de kant blijven staan, terwijl we het weten.
Jongeren zijn jongeren. MInderjarigen minderjarigen. Zij zijn onze opdracht.
En dan zijn we toch terecht ongerust over en weten we ons geappelleerd om actie te nemen, wanneer ze in parken slapen en hun leven in gevaar brengen door onder vrachtwagens te klimmen.
David, we willen meer dan het debat aangaan.
Wat een correcte analyse!
Zuivere oplossingen kunnen de mythe van de zogenoemde chaos en ingewikkeldheid ontkrachten.
En inderdaad, jeugdwerk zou een lans moeten/kunnen breken.
Dirk Pauwels
Zeker lezen
‘Sociaal werk zal meer politiek worden’
Impact van migratie op mentaal welzijn: ‘Kinderen dragen littekens van hun ouders’
Jongeren over gezond leven: ‘Ook wat ongezond is, kan gelukkig maken’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies