Achtergrond

Zorgambassadeur Candice De Windt: ‘Organisaties zonder personeelstekort zijn vaak minder hiërarchisch’

Lisa Develtere

Het is niet uit de media weg te slaan: zorg en welzijn kreunen onder een ernstig personeelstekort. Zorgambassadeur Candice De Windt lanceert daarom een campagne om werken en opleiding in zorg en welzijn positief in de kijker te zetten. “Er zijn organisaties waar mensen op een wachtlijst staan om er te mogen werken.”

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Warmte en teamwork

Sinds een klein jaar heeft Vlaanderen een nieuwe zorgambassadeur: Candice De Windt. Ze vervangt Lon Holtzer die met pensioen ging. Waar Holtzer nog voornamelijk focuste op het tekort aan verpleegkundigen en zorgkundigen, is de opdracht van De Windt breder en is ze ook welzijnsambassadeur.

Een hele boterham, erkent De Windt. Maar, zegt ze, ook al is het een bijzonder divers werkveld, met verschillende diplomavereisten, verloning en jobinhoud, toch is er een gemeenschappelijke stam. “Mensen die kiezen voor een job in zorg en welzijn, kiezen voor een job met veel warmte, teamwork en maatschappelijke meerwaarde.”

‘Mensen die kiezen voor een job in zorg en welzijn, kiezen voor een job met veel warmte, teamwork en maatschappelijke meerwaarde.’

Zelf heeft De Windt een achtergrond als verpleegkundige. Na enkele jaren als stafmedewerker in een psychiatrisch ziekenhuis ging ze aan de slag bij Odisee Hogeschool, als docent en later als directeur onderwijs en onderzoek. “Mijn loopbaan toont wat er zo mooi is aan opleidingen in zorg en welzijn: je krijgt zo’n stevige basis dat er veel mogelijk is. Dat zetten we nog te weinig in de picture.”

Weerstand

De Windt heeft zich de keuze voor verpleegkunde geen moment beklaagd. Nochtans ervaarde ze weerstand toen ze haar studieplannen aankondigde. “Van thuis, van studiegenoten, van leerkrachten. Ik was de enige in mijn klas Latijn-Wetenschappen die niet naar de universiteit ging. Die negatieve kijk op hogeschoolopleidingen leeft nog steeds in het algemeen secundair onderwijs. Dat is een gemiste kans. Want we hebben in alle zorg- en welzijnsopleidingen nood aan sterke studenten.”

Vanwaar deze negatieve kijk? Volgens De Windt is er nog te vaak de reflex bij jongeren en ouders: start zo hoog mogelijk, en als het niet lukt, kan je altijd nog afdalen. “Eigenlijk zou het omgekeerd moeten zijn: start met waar je op dat moment klaar voor bent. Daarna zijn er nog talloze manieren om verder een weg af te leggen, zoals nascholing, werkplekleren of levenslang leren. We denken daar echt verkeerd.”

Beeldvorming zit fout

In hoofdzaak is er volgens De Windt ook een probleem van beeldvorming over zorg en welzijn. Daarom start ze een nieuwe communicatiecampagne die de troeven van een loopbaan in zorg en welzijn in de kijker zet. De communicatie focust in eerste instantie op zes beroepen: verpleegkundige, zorgkundige, verzorgende, persoonsbegeleider, kinderbegeleider en logistiek medewerker in de zorg. Stelselmatig zal dit ook aangevuld worden met andere beroepen.

Naast de campagne komt er ook een nieuwe overkoepelende merknaam voor opleidingen en jobs in zorg en welzijn: Careēr. De Windt droomt van een effect zoals bij STEM, een letterwoord voor ‘Science, Technology, Engineering en Mathematics’. “Tien jaar geleden kende niemand STEM, vandaag weet iedereen wat het is. Zorg en welzijn heeft ook nood aan zo’n sterke merknaam.”

‘Tien jaar geleden kende niemand STEM, vandaag weet iedereen wat het is. Zorg en welzijn heeft ook nood aan zo’n sterke merknaam.’

“We weten dat de eerste zaadjes voor de keuze voor een bepaald beroep al rond de leeftijd van tien jaar geplant worden. Maar vandaag komen zorg en welzijn helemaal niet aan bod in de lagere school.” Nochtans ziet De Windt tal van kansen: een EHBO-les, een bezoek aan een woonzorgcentrum of een uitstap met bewoners van een voorziening voor personen met een beperking. “Hoe sneller je kinderen in contact brengt met zorg en welzijn, hoe makkelijker ze er later voor zullen kiezen.”

Ook voor jongeren in het secundair onderwijs plant de zorgambassadeur communicatie-acties. Al ligt daar volgens haar ook een belangrijke rol bij leerlingenbegeleiders en leerkrachten om talent te spotten en leerlingen daarop aan te spreken.

Arbeidstekort

Te weinig begeleiders in de kinderopvang, OCMW’s die geen maatschappelijk werkers vinden, woonzorgcentra die een afdeling moeten sluiten omdat ze te weinig personeel hebben: het personeelstekort zit volop in de media. Maar helpt die aandacht wel? Het is dubbel, vindt De Windt. “Het helpt om het probleem scherp te stellen, maar het negatieve frame kan ook nefast zijn.”

“Als we voortdurend de boodschap de wereld insturen dat er crisis is en dat mensen de job niet meer zien zitten, hoe kunnen we dan jong talent aantrekken?” Nochtans ziet De Windt sectoren zoals de horeca worstelen met een nog groter personeelstekort. “Toch wordt daar veel minder alarmistisch over gesproken. Hoe komt dat?”

Misschien omdat de maatschappelijke impact van een tekort in een woonzorgcentrum of ziekenhuis groter is dan in een café?

“Natuurlijk. Als een café sluit, kan je gewoon naar een ander café. Een ander kinderdagverblijf of woonzorgcentrum vind je niet zo gemakkelijk. Toch moeten we nadenken over het beeld dat we schetsen.”

‘Als we voortdurend de boodschap de wereld insturen dat er crisis is en dat mensen de job niet meer zien zitten, hoe kunnen we dan jong talent aantrekken?’

“Ieder van ons moet een beetje ambassadeur zijn. We moeten fier zijn op het werk. Praat met je omgeving over hoe schoon deze job is. Iedereen die ik op het veld bezoek, beaamt dat we dat te weinig doen. Maar na zo’n bezoek blijf ik altijd nog wat hangen. En dan hoor ik van een verpleegkundige dat ze haar achttienjarige dochter die ook verpleegkunde wil studeren, aanmaant om toch nog eens goed na te denken.”

“Waar zijn we mee bezig? We schreeuwen moord en brand dat we te weinig mensen hebben, maar als zoon of dochter zin heeft om voor de zorg- of welzijnssector te kiezen, zeggen we: ‘Oei zou je dat wel doen?’”

“Het is te gemakkelijk om te verwachten dat de overheid het tekort in haar eentje oplost. Er zijn nu eenmaal heel veel vacatures en tegelijk zijn er historisch weinig mensen op zoek naar werk. Combineer dat met alle babyboomers die op pensioen gaan en de vergrijzing van de zorgvragers, en je zit met een groot probleem dat je niet in één-twee-drie oplost.”

“Ieder van ons moet een beetje ambassadeur zijn. We moeten fier zijn op het werk. Praat met je omgeving over hoe schoon deze job is.”

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Het is wel geen nieuw probleem. We weten toch al langer dat veel medewerkers de pensioenleeftijd bereiken en dat de instroom van nieuwe studenten deze uitstroom niet dekt.

“Mijn voorgangster is elf jaar geleden gestart, dus je kan niet zeggen dat de overheid niets gedaan heeft. Tegenover tien jaar geleden zien we vandaag bijvoorbeeld 20 procent meer afgestudeerde verpleegkundigen. Is dat genoeg? Nee, we hebben nog werk op de plank. Maar je kan niets zeggen dat er niets gebeurde.”

“Wat we niet zagen aankomen was de coronacrisis en de sterke concurrentie die zorg en welzijn ervaart van andere beroepen. We zien trouwens dat het een probleem is waar heel Europa mee worstelt.”

Kunnen we voor de oplossing de mosterd halen in andere Europese landen?

“Ik zie geen wonderoplossing. Landen als Duitsland en het Verenigd Koninkrijk zetten sterk in op economische migratie van zorgpersoneel uit het buitenland, maar daar kan je wel bedenkingen bij hebben. Ook wij worden actief benaderd door zorgopleidingen van Sri Lanka, over Mexico tot India.”

‘Economische immigratie is geen kant-en-klare oplosing.’

“Ook in die landen is geen overschot aan zorgpersoneel. Daarnaast blijf ik gewrongen zitten met de barrières op vlak van taal en cultuur. Economische immigratie is geen kant-en-klare oplossing, dat is duidelijk. Met een werkgroep proberen we hierrond wel een kader uit te werken.”

Sociaal.Net schreef eerder over het groeiend personeelstekort in het sociaal werk. Hoog tijd om de strakke diplomavereisten voor maatschappelijk werkers in de OCMW’s te laten varen, reageerden enkele lezers.

“Ik ben geen specialist in deze materie en wil me in dat debat ook niet positioneren.”

“Los daarvan, blijf ik de eigenheid van verschillende beroepsgroepen soms vaag vinden. Waar zit de kern van elke afstudeerrichting? Dat is niet altijd duidelijk. Scholen moeten meer klaarheid scheppen. Waar zit het verschil tussen een gezinswetenschapper en een maatschappelijk werker? Waarom past de ene student absoluut bij orthopedagogie en moet de andere kiezen voor sociale readaptatiewetenschappen? Als die differentiatie heel helder is, maakt dat de discussie over diplomavereisten eenvoudiger.”

Wat als het personeelstekort niet op te lossen is? Zullen we bijvoorbeeld, zoals Nederland onlangs besliste, de bedden in woonzorgcentra strenger toewijzen?

“Iedereen die zorg nodig heeft, heeft recht op zorg. Maar dat wil niet zeggen dat we niet kritisch kunnen kijken naar hoe efficiënt zorg georganiseerd is. Als ik een dag meerijd met een thuiszorgdienst, kruis ik vijf andere diensten die in dezelfde regio actief zijn. Dat moet toch beter kunnen? We denken nog te veel vanuit onze eigen organisaties. Nochtans schuilen veel kansen in samenwerking.”

‘Iedereen die zorg nodig heeft, heeft recht op zorg.’

“We moeten naar onszelf durven kijken. We zeggen nogal snel dat we aan ‘innovatieve arbeidsorganisatie’ doen maar eigenlijk denken we nog steeds heel klassiek. Elke zorgmedewerker heeft zijn afgebakende taken. Ik vind het erg dat je in een voorziening voor personen met een beperking een verpleegkundige nodig hebt om iemand een eenvoudige pijnstiller toe te dienen of steunkousen aan te doen.”

“Een interessant voorbeeld is de samenwerking tussen een maatwerkbedrijf en enkele woonzorgcentra. Zij zochten uit hoe werknemers uit de sociale economie het takenpakket van de zorgkundigen konden verlichten. Zo’n samenwerkingen zijn altijd voor iedereen een beetje aanpassen, maar het is wel een win-win.”

Zo’n reorganisatie vereist wel visionair management.

“Dat klopt. De top van een organisatie is niet altijd klaar om zo’n verandertraject te begeleiden. Klassiek voor zorg en welzijn is dat de meest ervaren sociale professionals doorstromen naar leidinggevende functies. Maar het is niet omdat je een hele goede sociaal werker of ergotherapeut bent, dat je een goede manager bent.”

Sommige organisaties hebben geen last van een personeelstekort. Dat is opvallend.

“Sterker nog, er zijn zelfs organisaties waar mensen op een wachtlijst staan om er te mogen werken. Organisaties zonder personeelstekort zetten sterk in op de kracht van medewerkers. Het personeel is allemaal ambassadeur van de instelling. Iedereen wil er werken.”

“Wat doen zij anders? Ze zijn vaak minder hiërarchisch. Teams maar ook bewoners, zorgvragers, mantelzorgers worden veel meer ingezet op hun talenten en krijgen meer autonomie. Het personeel wordt betrokken bij beslissingen. Ze krijgen ook meer verantwoordelijkheid.”

‘Als ik organisaties bezoek, zegt de manier van ontvangst vaak al iets over de cultuur.’

“Ik bezocht onlangs een ziekenhuis. We verliezen veel studenten doordat de stagebegeleiding ondermaats is. Als je het goed aanpakt, zijn stagiairs nochtans je collega’s van morgen. Dat ziekenhuis had dat goed begrepen. Het bracht mensen van alle afdelingen en de hogescholen samen om hun stagebeleid vorm te geven. Wat is een goede stage? En hoe organiseer je dat binnen een team? Door iedereen te betrekken, is het beleid gedragen. Dat werkt veel beter dan iets van bovenop opleggen.”

“Als ik organisaties bezoek, zegt de manier van ontvangst vaak al iets over de cultuur. Bij de echt innovatieve organisaties staat het jongste personeelslid klaar om uitleg te geven of neemt een 95-jarige bewoner me bij de arm voor een rondleiding.”

“Klassiek voor zorg en welzijn is dat de meest ervaren sociale professionals doorstromen naar leidinggevende functies. Maar het is niet omdat je een hele goede sociaal werker bent, dat je een goede manager bent.”

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Organisaties die het goed doen krijgen wel evenveel subsidies als die waar het minder goed loopt. Kan een overheid hierop meer sturen?

“Dat vind ik moeilijk. Hoe ga je deze kwalitatieve beoordeling maken? Maar het is wel in het eigenbelang van organisaties om stil te staan bij hoe ze in de war for talent kunnen bovendrijven. Waarom moeten medewerkers voor jou kiezen? Een belangrijk instrument is daar je missie en visie. En kom niet af met ‘de patiënt, de bewoner of het kind staat centraal’, want dat zegt elke organisatie.”

Moeten de lonen niet fundamenteel omhoog zodat meer mensen de stap naar zorg en welzijn zetten?

“Het is lastig om daar uitspraken over te doen die gelden voor alle beroepen binnen zorg en welzijn. Er zijn immers veel verschillen. Een aantal zorgberoepen worden goed verloond, ook dat moeten we durven zeggen. Maar in bijvoorbeeld de kinderopvang moet er wel iets gebeuren. Het is niet correct dat kinderbegeleiders de overstap maken naar het kleuteronderwijs omdat ze daar een pak meer verdienen en betere uren krijgen.”

‘Een aantal zorgberoepen worden goed verloond, ook dat moeten we durven zeggen.’

“Geld is ook slechts één luik van een job. Uiteraard wil iedereen op het einde van de maand zijn rekeningen kunnen betalen. En er zullen altijd werknemers zijn waar loon de doorslag geeft, maar ik geloof dat als je inzet op authenticiteit en een fijne werkplek creëert, je ook talent kan binnenhalen.”

Door de krapte op de arbeidsmarkt bestaat het risico dat niemand nog zware zorgjobs wil doen. Zo getuigde een opvoeder uit de gehandicaptenzorg onlangs dat hij veel collega’s ziet verdrinken en andere oorden opzoeken.

“Dat is natuurlijk een probleem. De eindeloopbaandagen (in de volksmond gekend als ‘rimpeldagen’, nvdr.) voor mensen boven de 45 jaar zijn een belangrijke maatregel om het werk werkbaar te houden. Daarnaast moeten we blijven nadenken over slimme manieren om het personeel te ontlasten.”

“Ik sprak bijvoorbeeld met een zorgkundige in een woonzorgcentrum dat slimme detectiesystemen had geïnstalleerd. Vroeger moest zij elke nacht vier keer een toer doen bij alle honderd bewoners om te kijken of alles oké was. Nu krijgt ze heel gericht een melding als er iets is. Dat bespaart haar veel tijd. Tijd die ze kan besteden aan andere taken, bijvoorbeeld medicatie klaarzetten en administratie. Zaken die de dagdienst weer ontlasten.”

In zorg en welzijn moet er vaak ’s nachts en in het weekend gewerkt worden. Niet iedereen ziet dat zitten.

“We moeten meer de keerzijde van de medaille benadrukken: het biedt ook veel flexibiliteit. In sommige ziekenhuizen heb je bijvoorbeeld de optie om te werken in een shift van twaalf uur. Dan werk je drie dagen en ben je de rest van de week vrij. Voor sommige mensen is dat ideaal.”

‘Ik geloof sterk in systemen waarbij medewerkers zelf de uren doorgeven wanneer ze willen werken.’

“Of neem mensen met kinderen in co-ouderschap. Veel van hen vinden het waarschijnlijk prima om de week dat de kinderen bij hen zijn minder te werken, en de andere week meer. We moeten hier creatief mee omgaan. Ik geloof sterk in systemen waarbij medewerkers zelf de uren doorgeven wanneer ze willen werken. Daar bestaan ook apps voor die vervolgens automatisch een puzzel leggen. Dan hoeft een leidinggevende geen uren te spenderen aan de werkroosters. Dat is niet meer van deze tijd.”

Je lanceert dit voorjaar een nieuwe communicatiecampagne rond werken in zorg en welzijn. Wat staat er nog meer op je planning?

“Ik heb veel verschillende werven lopen. Zo komt er een actieplan om meer mannen aan te trekken voor de kinderopvang. Een andere werf is die rond zij-instromers. Ik wil het graag mogelijk maken dat mensen die nu niet werken de weg naar zorg en welzijn vinden.”

“Je merkt dat zij geen nood hebben aan klassieke klassikale opleidingen. Ik wil naar een systeem waarbij ze meteen kunnen starten op de werkvloer en dan binnen de twee jaar hun beroepskwalificatie halen.”

Reacties [12]

  • Georg Mores

    De patient die als ‘wachtschaap’ de aandacht en de moeite doet om goed waar te nemen ervaart toch bijzondere verschllen. Er waren vroeger dames die na de humaniora soms LatijGrieks een studie voor verpleger gingen aanvatten. Ze hadden soms nog een Sobotta in huis.NU ervaren we dat de instroom voor de opleidingen verpleegkunde overwegend uit het beroepsonderwijs komt of uit de richting humane wetenschappen. Dat verklaart ook de taalhantering, en de stijl én de concentratie. De overdreven feminisering zoals we waarnemen in het basisonderwijs sleept ook precies dezelfde symptomen en reacties mee. Hoofd verplegers zijn schimmen achter een scherm met een sterk ‘ PULS retoriek’ in hun uitingen.
    Dat zijn fenomenen wie we niet kunnen loochenen. Een betere tekst willen we laten verspreiden om hopelijk wat bij te bestellen
    Alles kan beter maar vertrek dan van een solide diagnose.
    Wij blijven bezorg over die evolutie

  • Maud Morres

    Wil men de realiteiten eens goed waarnemen. Qua taalbeheersinng en tact ervaart men de meest vreemde toestanden.De reden van die toestand hoeft men niet ver te zoeken; Vooral scholieren uitstroom uit beroepsonderwijs en humane wetenschappen starten die opleidingen. ‘ onder het motto ‘ sociaal zijn ‘. Na een bachelor opleiding kennen ze plots geen vaktijdschriften.. bizar het zal toch niet the Lancet wezen dat ze missen.Van een ernstige selectie of een gedegen HRM is er in het ziekenhuiswezen geen sprake. Het is behelpen horen we her en der.De ‘helden van de zorg ‘ is nog zo’n kreet of is het een pathologische afwijking. Willen de ziekenhuizen eens een paar mystery patients inschakelen in plaats van de resem syndicale kreten ‘werkdruk’ ‘ slechte verloning’ ? ‘ Wat men gelooft..is waar ‘ en de faire analyse van het personeelsprobleem blijft uit.

  • Patrick Mechels

    Het is tegenwoordig meer geroep om medewerkers met een roeping. Een opgedrongen keuze (moeten) maken is geen roeping. Er is een verschil tussen leven om te werken en werken om te leven. Een roeping is meer leven om te werken en de jeugd kiest tegenwoordig meer voor te werken om te leven oftewel meer vrije tijd.

  • Hilde Poels

    Als 58 jarige verpleegkundige, met specialisatie oncologie, ruime ervaring in verschillende diciplines, vind ik geen werk in mijn sector……Reden; – budget van de instelling; ahja, wanneer ze mij halftime laten werken, kunnen ze voor hetzelfde budget 1,5 pas afgestudeerden aannemen (maar die zijn er niet, en ik wel). – Deeltijds werken; oei, we hebben enkel voltijdse vacatures momenteel.
    Het is schrijnend om te concluderen dat in die 37 jaar praktijkervaring op verschillende organisatorische werkvloeren, de onderlinge verschillen blijven bestaan, en helaas is en blijft GEZONDHEIDSZORG een verlies-latende sector waar NOOIT genoeg subsidies/overheidsgeld naar (mag), kan gaan.

    • Patrick Mechels

      Ze zoeken liefst verpleegkundigen van 21-22 jaar met >25 jaar ervaring, die maken ze nog niet! Als intensieve zorgen verpleegkundige en 29 jaar kennis en ervaring pas je niet meer in de bedrijfsboekhouding. Interne en externe sollicitaties eindigen bij online…gelukkig werkt mijn echtgenote nu niet meer in een WZC en/of ziekenhuis.

  • Christel Flamant

    Positieve boodschap uitbrengen, gaat nogal moeilijk hë, als je al student en nieuwkomer gewoon voor de leeuwen wordt gegooid omdat de vaste kapot gewerkt zijn en geen tijd hebben om de nieuwkomers en studenten deftig op te vangen.
    1ste jaarsstudenten die gewoon moeten meedraaien als vaste, ik kan je verzekeren dat de zin om verder te studeren vlug weg is, als je alleen naar een kamer wordt gestuurd en je vind een overleden bewoner of komt in een situatie die je niet weet hoe het op te lossen.
    Nieuwkomer die na een paar dagen al worden overstelpt met de vraag meeruren te doen en onderbroken te werken, dikwijls op afdeling die ze nog niet eens kennen en daar medicatie moeten uitdelen aan mensen waar ze de naam nog niet van kennen, laat staan op een afdeling voor mensen met dementie.
    Das de realiteit‼️‼️
    En dat schrikken jullie dat ze gaan lopen, ofwel ergens anders proberen of gewoon uit de zorg stappen.
    Goed bezig!!!!! Sarcastisch bedoelt, de mooiheid van de job is verdwenen, triestig!!

  • Patrick Mechels

    Waar een minder hiërarchische lijn gevoerd wordt zal het er ook menselijker aan toe gaan. In grotere instellingen zit je met ivoren torenwerkers en een omgekeerde pyramide. Daarbij, er is geen enkele wet die meer personeel voorziet bovenop het wettelijk minimum. Als er voldoende personeel is heeft dit een positieve uitstraling op collega’s en ook op de bewoners van WZC,… Dat is toch onrechtstreeks positieve reclame voor de instelling. Om een grote vis te kunnen vangen moet je kleine vissen uitwerpen… toch denk ik dat het kalf al verdronken is, de noden zijn nooit ernstig genomen terwijl men goed wist wat er te gebeuren stond. Nu is het nog roeien met de riemen die men heeft en een oplossing lijkt veraf… stop de privatisering i.p.v. omgekeerd.

  • Patrick Mechels

    Corona heeft veel aan het licht gebracht. Het personeelstekort is eigenlijk maar relatief. Veel medewerkers stonden tijdens de eerste corona golf midden in de frontlinies met gevaar voor eigen leven, dit wegens weinig tot geen beschermingsmiddelen. Doch dacht minister Vandenbroucke en Mevr. Cloet eraan om zorgmedewerkers die niet gevaccineerd waren op non-actief te zetten en zelfs te ontslaan. Respect voor hun jarenlange diensten was ver zoek. Gelukkig werd vaccinatie geen verplichting. Producenten van vaccins zijn ingedekt via de bijsluiter; vermelding van complicaties en nevenwerkingen. Als het een verplichting zou geworden zijn moesten de werkgevers en de regering ook maar de kosten dragen indien het fout ging. Een grijze zone met lange gerechtelijke procedures en gedeelde verantwoordelijkheid zouden veel ergernis en miserie teweeg gebracht hebben. In Nederland zijn er genoeg gevallen gekend met gerechtelijke procedures, hier is er weinig communicatie rond?

  • Patrick Mechels

    Logistieke dienst is ook een onderdeel van een zorgteam. Deze medewerkers krijgen 19u contracten aangeboden. Je moet tegenwoordig wel zeer flexibel zijn om een bestaan te hebben. m.a.w. Ze moeten een bijberoep van 19u elders zoeken om rond te komen. Dit in combinatie met (hoofdberoep) bovenop de flexibiliteit in de zorg… alles ten koste van je familiaal en sociaal leven. Geef medewerkers volwaardige contracten zodat ze geen jobs moeten combineren. Het principe van de sociale maribel is voorbij gestreefd, meer koppen tijdens de zorgmomenten. Hoogtijd voor een visie op lange termijn i.p.v. het ene probleem op te lossen door er elders weer één te creëren.

  • Patrick Mechels

    Misschien moet er ook ernstig ingezet worden op werkbaar werk i.p.v. onmenselijke ontslagen zoals medische overmacht. Je krijgt tegenwoordig toch moeilijk uitgelegd dat een intensieve zorgen verpleegkundige met BBT spoed/intensieve zorgen en 29 jaar kennis/ervaring voor geen enkele andere functie in aanmerking kan komen. Mijn echtgenote maakte het mee en je kan je moeilijk voorstellen wat het betekenen kan als je steeds met een hart voor de patiënten en familie zorgde en je plots op deze wijze wordt bedankt voor bewezen diensten. De grond schuift onder je voeten weg en je wordt ineens begraven. Gelukkig vond ze rechtvaardigheid op de arbeidsrechtbank. Onterecht ontslag medische overmacht en schending van het discriminatieverbod. Je kan dan toch moeilijk verwachten dat ze de zorg nog een positieve manier zal uitbrengen.

    • Ronny Mechels

      Een hart voor de mens maakt stilaan plaats voor het geld van de mens. Ook ziekenhuizen hebben te maken met de economische wetmatigheid van vraag en aanbod. Al jarenlang richten artsen en chirurgen, werkzaam in ziekenhuizen privépraktijken op om hogere marges te kunnen realiseren. Verpleegkundigen hebben nu ook de heilige graal ontdekt door op uitzendbasis hogere lonen te kunnen eisen.Probleem is nu dat zowel artsen/chirurgen en ziekenhuizen hierdoor hun marges en onderhandelingsmacht gefnuikt zien. “De ongelijke verloning doet bovendien wrijvingen ontstaan in de zorgteams. Zorgnet-Icuro vraagt dat er grenzen worden gesteld aan dit systeem.” aldus Margot Cloet. Je oogst wat je zaait natuurlijk

  • Jean

    Ons benijdenswaardig erfgoed van zorg en hulpverlening heeft veel van zijn pluimen verloren. Dat we het personeel in alle sectoren zorg en welzijn niet met de vinger mogen wijzen is een feit. Wie dan wel? Onze regering? Of de organisaties die de hiërarchie hoog houden en streven naar die grote pot van centen dat verdeeld wordt? Maar die centen (subsidies) dienen voor een groot deel om de ivoren toren te betalen, met veel rangen en titels die geld kosten. De onderste verdieping krijgt de resten van het opgesoupeerde budget, en blijft dweilen met de kraan open.
    Verpleegkundigen, begeleiding enz.. moeten soms taken doen die niet door hen zouden moeten gedaan worden, en als het fout loopt zijn zij ook nog de pineut. Dat de middenspelers het beter doen is logisch, daar is geen hiërarchie. Het personeel daar is basic en toch juist genoeg om te doen wat ze moeten doen, in het belang van de cliënt.
    De grootsten zijn niet altijd de beste dienstverleners.

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.