Brusselse Begijnhofkerk
Dinsdag 2 februari 2021, half zes ’s avonds. In het schemerdonker tekenen tientallen mensen present voor de ingang van de Brusselse Begijnhofkerk. Naast en boven de poort hangen spandoeken. Twee agenten in een anonieme wagen kijken vanop afstand toe.
‘Er broeit al langer iets in Brussel.’
De aanwezigen staan in kleine groepjes of alleen. Ze spreken Spaans, bellen in het Arabisch of overleggen in een taal die iets weg heeft van Pashtou. Iemand met een megafoon neemt het woord: “De voorbije zaterdag zijn negen mensen zonder papieren een bezetting begonnen in deze kerk. Het nieuws verspreidde zich en tegen de avond waren het er al honderd.”
As we speak is dat aantal opgelopen tot meer dan 350 mensen. Ondanks hoge kerkgewelven, alcoholgel en mondmaskers is dat te veel voor een coronaproof verblijf. Nieuwe aanmeldingen worden dan ook geweigerd. Bezetters verspreiden zich over andere locaties, en vinden nu ook onderdak in universitaire gebouwen.
Tussen wanhoop en actie
Er broeit al langer iets in Brussel, maar deze winter lijkt de sluimerende brei van frustraties en wanhoop een kookpunt te hebben bereikt. Er is algemene coronamoeheid en grote onvrede over een reeks politieacties.
Bovendien roepen ook organisaties van en voor mensen zonder papieren op tot actie. Terwijl ze vroeger vaak in de luwte werkten, schrijven ze nu perscommuniqués en roepen ze lotgenoten op om zich bij hen aan te sluiten. Terwijl sommigen na een jarenlang illegaal verblijf in wanhoop verglijden, soms gevolgd door drieste berichten in de media, zijn er anderen mensen die blijven proberen om hun energie constructief te kanaliseren.
Dit was bijvoorbeeld het geval op vrijdag 23 januari toen 250 actievoerders voor de Dienst Vreemdelingenzaken verzamelden. Dat was precies vier dagen nadat de jonge dertiger Ilyes Abbedou opgepakt werd omwille van zijn illegale verblijfsstatus en vervolgens overleed in een politiecel.
Vergeten groep
Het illustreert pijnlijk hoe de maatschappij sans-papiers vergeet. Beredderen was het altijd al, maar het voorbije jaar is de situatie verergerd. Mensen zonder papieren mogen niet werken, hoewel ze arbeidsrechten hebben. Ze zoeken hun toevlucht in zwartwerk op markten, bouwwerven en in keukens. Maar door de coronacrisis loopt ook die overlevingsroute dood.
‘Voor mensen zonder papieren was het altijd al beredderen, maar het voorbije jaar is de situatie verergerd.’
Ook in de hele gezondheidscrisis komen sans-papiers nauwelijks aan bod. Wie weet of ze deel uitmaken van de vaccinatiestrategie?
Recht op wonen in het vizier
En wat met hun woonsituatie? Terwijl de Brusselse regering hoopvolle huisvestingsplannen aankondigt en de strijd aangaat tegen thuisloosheid, wordt in alle talen gezwegen over deze precaire groep.
‘Intussen werden in Brussel al vier gebouwen gekraakt.’
Dat is vreemd. Want gaat het over thuis- en dakloosheid, dan zijn er veel redenen om de schijnwerpers te zetten op mensen zonder papieren. Dat doen enkele Brusselse burgerinitiatieven met de ‘Campagne voor solidaire opvorderingen’. Die schoot in december 2020 uit de startblokken en zette meteen “Huisvesting/papieren voor iedereen”, in het profiel van haar Facebookpagina.
Intussen kraakten ze vier gebouwen in het Brussels Gewest, telkens voor enkele tientallen bewoners. Vervolgens gaan ze in gesprek met de lokale overheid.
Al worden deze protestacties doorgaans getolereerd, toch blijft een formele ondersteuning voor de doelgroep uit. Dat is een foute beleidskeuze. Er is politieke wil om de daklozen- en huisvestingscrisissen aan te pakken. Maar zonder een oplossing voor mensen zonder wettig verblijf, zal dat beleid tekortschieten.
Theorie en praktijk
Zonder regularisatie is het in België onmogelijk om een fatsoenlijk leven te leiden, stelt ook de Brusselse Bond voor Recht op Wonen. Sociale woningen zijn voor hen ontoegankelijk, dus zijn ze aangewezen op de private huurmarkt. Daar kunnen ze ‘in theorie’ een huurovereenkomst aangaan. Want verhuurders kunnen niet gestraft worden voor het verhuren van een pand aan iemand zonder papieren.
‘Wie zonder papieren is, valt uit de boot.’
Maar wie ‘in de praktijk’ al eens een huurcontract afsloot, weet dat er identiteitspapieren, garanties en loonfiches worden gevraagd. Wie zonder papieren is, valt uit de boot en is aangewezen op een ‘ander segment’ van de woonmarkt.
Voor Brusselaars met papieren komen er geconventioneerde huurprijzen, extra woningen, semi-geautomatiseerde huurtoelagen en meer middelen voor housing first. Eindelijk en terecht. Maar wat met zij die geen papieren hebben? Voor hen zijn tijdelijke depannages in gekraakte gebouwen met de steun van vrijwilligers het hoogst haalbare.
Veel redenen voor grondig debat
De kille reactie van Sammy Mahdi, staatssecretaris voor Asiel en Migratie, geeft hen weinig hoop: “Kerken bezetten, helpt niet en er komt geen algemene regularisatie”.
Te vaak stopt het beleidsdebat over mensen zonder papieren, bij het thema terugkeer. Mainstream politiek lijkt niet bereid het debat breder te voeren. Er zijn nochtans heel veel redenen om dat wel te doen.
‘Een op tien Brusselaars heeft geen verblijfspapieren.’
In Brussel gaat het over een grote groep mensen. Het is al lang oud nieuws dat er in de hoofdstad ongeveer 120.000 mensen zonder papieren leven. Maar dringt die omvang wel voldoende door? Een op tien Brusselaars heeft geen verblijfspapieren. En die groep neemt enkel toe.
Er is ook een ethische dimensie van gebrek aan menselijkheid en solidariteit. Het gaat om mensen van heel diverse afkomst, leeftijd en pluimage. Ook kinderen, al dan niet in België geboren horen bij deze groep. Kunnen we hen structureel rechten blijven ontnemen?
Ook om redenen van effectiviteit moet het debat ten gronde gevoerd worden. Uit een effectevaluatie blijkt dat de regularisatie in 1999-2000 leidde tot integratie. Ruim de helft van een steekproef van mensen die geregulariseerd werden, was na vijf jaar formeel tewerkgesteld. Zo’n 11 procent kreeg een werkloosheidsuitkering en 14 procent overleefde met een OCMW-uitkering.
Willekeur
Terugkeerbeleid zal wellicht een deeltje van de oplossing zijn. Maar terugkeer naar het land van herkomst is voor deze mensen zelden een optie. In landen zoals Venezuela of Afghanistan is het simpelweg gevaarlijk, Iran geeft niet thuis bij een terugkeerverzoek en Algerije weigert ronduit. De samenleving blijft onverschillig, behalve als een gedwongen terugkeeractie in hun omgeving plaatsvindt.
De VRT dook een tijdje geleden in een aantal van die verhalen en wees ondermeer op de aangevoelde willekeur als de ene Afghaan wel asiel krijgt en zijn broer niet. Ook onderzoeker en terreinexpert Pascal Debruyne toont aan dat asielvoorwaarden en procedures telkens weer als toegankelijk en rechtvaardig worden voorgesteld, terwijl ze dat in de feiten vaak niet zijn. Hij pleit voor regularisaties om de zaken recht te trekken.
Oplossingen op korte termijn
Maar er zijn ook oplossingen die onmiddellijk kunnen ingaan. Zo stelt de Liga voor Mensenrechten voor om opnieuw een multidisciplinaire commissie van toezicht, die dossier per dossier bekijkt, te installeren.
Ook een goed idee: het opstarten van experimenten met opvang en oriëntatie voor mensen die zijn ‘uitgeprocedeerd’, zoals voorzien in het federaal regeerakkoord. En op gemeentelijk niveau besprak de gemeenteraad van Molenbeek regularisatie van mensen die er wonen en werken. Al steunde een meerderheid dit voorstel, toch bleef het verder muisstil.
Voor de mensen aan de Begijnhofkerk is het duidelijk. Het zal een lange en uitputtende strijd zijn, maar regularisatie is het doel.
Reacties
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies