Politici luisteren niet altijd
“Wat me stoort is dat er allerlei beslissingen worden genomen over mensen in armoede door mensen die zelf nooit in armoede hebben geleefd. Hoe kun je dan weten wat de juiste oplossingen zijn?” Aan het woord is Lisa Van de Velde (26), brugfiguur bij het Antwerpse netwerk van armoedeverenigingen STA-AN.
In aanloop naar de lokale verkiezingen sprak Sociaal.Net met vier mensen met ervaring in armoede. Hoe kijken zij naar de politiek? En wat moet er volgens hen veranderen in hun gemeente? Motor voor de gesprekken was de campagne ‘Als ik burgemeester ben…’ Met die campagne wil het Netwerk tegen Armoede mensen in armoede aanmoedigen om te gaan stemmen en zich uit te spreken over wat er moet veranderen.
‘Een goede politicus luistert naar mensen.’
Wat Lisa vertelt, komt in de verschillende gesprekken regelmatig terug. “Politici weten niet welke impact hun beslissingen hebben op mensen in armoede”, vertelt Christophe Teirlinck (50). Hij is ervaringsdeskundige en beleidsmedewerker bij het Netwerk tegen Armoede in Brussel. “Het is mijn job om de leefwereld van mensen in armoede binnen te brengen bij beleidsmakers.”
AbdulDe naam Abdul is een pseudoniem. is vrijwilliger bij een vluchtelingenorganisatie in Oost-Vlaanderen. Hij vertelt gedreven: “Een goede politicus luistert naar mensen. Die zit daar om mensen vooruit te helpen. Er zijn ook politici die het voor zichzelf doen en in de job interessante kansen zien. Maar als je daar niet voor de mensen zit, dan zit je niet op de juiste plek.”
Waar het om gaat
Als politici wel zouden luisteren, waar moet hun aandacht dan liggen? Een thema dat vaak ter sprake komt is wonen. “Wonen is een basisbehoefte”, zegt Christophe. “Als je geen adres hebt, kun je geen bankrekening openen. Als je geen bankrekening hebt, kan je geen job zoeken, want je loon moet ergens gestort worden.”
Ook Lisa zet wonen op nummer een. “Alles is zo duur. Duizend euro per maand voor een appartement, wie kan dat betalen? Als ik het appartement dat ik nu huur kwijtraak, dan kom ik terug op straat terecht. Een andere woning kan ik niet betalen.”
‘Ik ben niet opgegroeid in armoede, ik ben erin beland.’
Die opmerking maakt Lisa niet zomaar, ze weet maar al te goed hoe snel je dakloos kan worden. “Zelf werd ik dakloos als tiener. Op school had ik het signaal gegeven dat het thuis niet goed ging. Ze hebben met mijn moeder gebeld en die zei dat het wel meeviel. Voor de school was het opgelost. Hadden ze maar geluisterd: een paar maanden later was het zover en stond ik op straat.”
Lisa vertelt verder: “Ik ben niet opgegroeid in armoede, ik ben erin beland. En daardoor wist ik niks van de hulpverlening of waar ik moest aankloppen. Dus in het begin sliep ik veel bij mensen in de zetel. Uiteindelijk kwam ik bij het OCMW terecht, ik weet ook niet meer hoe, en hebben ze me in een crisisopvang gestoken.”
Ondertussen werkt Lisa als brugfiguur en helpt ze jongeren op weg naar hulporganisaties. En die organisaties informeert en adviseert ze zodat ze jongeren beter kunnen ondersteunen. “Nu ken ik de hulpverlening goed en heb ik een groot netwerk. Dat maakt het veel makkelijker om de jongeren de juiste richting uit te sturen.”
Werk als hefboom?
Christophe noemt werk een ander belangrijk thema. “Werk kan een hefboom zijn om uit armoede te geraken. Maar het is niet genoeg om iemand aan werk te helpen, we moeten er ook voor zorgen dat mensen kunnen blijven werken. Bijvoorbeeld door te zorgen voor goed openbaar vervoer en kinderopvang die voor iedereen toegankelijk is.”
‘De begeleiding van werklozen moet beter.’
Ook de begeleiding van werklozen moet beter, weet hij uit eigen ervaring: “Op het moment dat ik mijn opleiding tot ervaringsdeskundige wilde starten, kreeg ik nog een invaliditeitsuitkering. Om aan mijn opleiding te beginnen, moest ik vanuit die invaliditeit de werkloosheid in en ging ik er 300 euro in de maand op achteruit.”
Niet vanzelfsprekend, want Christophe had schulden. “Gelukkig werd ik goed begeleid in mijn gemeente. Alle hulpverleners, van mijn sociaal werker tot mijn huisarts, werkten samen een plan uit zodat ik aan die opleiding kon beginnen. Het zou mooi zijn als meer gemeenten zo’n samenwerking stimuleren.”
Sport en cultuur
Rafael Janssen (42) is coach bij armoedevereniging Compagnie & Co in Lommel. Hij herkent de gebrekkige opvang van dakloze mensen. “We krijgen hier zoveel mensen aan de deur die onderdak zoeken. Helaas kunnen we hen zelf niet helpen aan onderdak. We verwijzen wel altijd door naar bevoegde organisaties. Soms geven we mensen zelfs een ticket voor de bus naar Hasselt. Daar kunnen ze zich bij de noodopvang aanmelden.”
‘Sport is belangrijk om je beter in je vel te voelen.’
Maar armoede gaat over veel meer dan wonen en werk, geeft Rafael aan. “We moeten ervoor zorgen dat mensen goed in hun vel zitten. Daarin zijn sport en cultuur belangrijk. Zulke activiteiten geven je afleiding, maar zijn ook een goede manier om vrienden te maken en een netwerk uit te bouwen. Helaas kan niet iedereen ze betalen.”
Naast de betaalbaarheid van lidmaatschappen, gaat het volgens Rafael ook om toegankelijkheid: “Ik groeide op in armoede en weet hoe het voelt als je bij een sportclub uitgesloten wordt. Als armoedecoach vertel ik verenigingen hoe ze hun activiteiten toegankelijker kunnen maken. Dat gaat om aanpassingen in communicatie, zorgen dat het minder opvalt dat mensen aan een ander tarief deelnemen…”
“Maar alles begint bij het bijstellen van het beeld dat heerst over armoede. Mensen belanden niet in armoede door hun gedrag, maar stellen bepaald gedrag door de omstandigheden waarin ze leven. Laten we in plaats van met de vinger te wijzen, die omstandigheden eens aanpakken”, aldus nog Rafael.
Vluchtverhaal
Bij Abdul ligt de focus anders. Hij woont al elf jaar in België, maar kreeg nog geen verblijfspapieren. Dat hij daardoor in een precaire situatie leeft, vindt hij moeilijk: “Ik respecteer alle wetten van België, maar voor mij zijn mensen meer dan wetten. Je moet kunnen overleven.”
‘Ik ben heel rijk door alles wat ik weet.’
Zijn vluchtverhaal legt de directe link met zijn politieke interesse. Abduls vader was namelijk politicus in zijn thuisland. “Hij kwam op voor de rechten van de zwakkere mensen”, vertelt Abdul. Zijn vader werd vervolgd en een aantal keer opgesloten. En dus besloot Abdul te vluchten vooraleer hem hetzelfde zou overkomen.
Het zijn heftige herinneringen, maar zijn vader inspireert ook: “Ik wil opkomen voor andere mensen, voor zwakke mensen. Misschien ben ik ook wel zwak, in mijn portemonnee. Maar ik ben niet zwak in mijn hoofd. Ik ben heel rijk door alles wat ik weet.”
Abdul kwam een paar jaar na zijn aankomst in België terecht bij de vluchtelingenorganisatie waar hij nu vrijwilliger is. “Ik was ziek maar zonder adres kon ik niet bij een dokter terecht.” Via via kreeg hij de tip om bij de organisatie aan te kloppen voor hulp. Die schoten direct in actie. Abdul bleef achteraf plakken en helpt nu zelf andere mensen. “Ik ken ondertussen alle regels over vluchtelingen. In mijn thuisland studeerde ik IT, dus ik help de mensen hier ook met hun computer.”
Lokale overheid
Genoeg thema’s met impact op mensen in armoede. Maar hoe kan een lokale overheid hiermee aan de slag?
Rafael vertelt dat ze met Compagnie & Co in overleg zijn over de invoering van de UiTPAS. De UiTPAS kan iedereen gebruiken voor cultuur- en sportactiviteiten. Als gemeente kan je aan de pas een kansentarief laten toevoegen. “Zo gebruikt iedereen dezelfde pas en valt het niet op wie aan een lager tarief deelneemt.”
‘Het zou krachtig zijn als ervaringsdeskundigen mee kunnen schrijven aan het beleid.’
“We staan al best ver in die onderhandelingen, dus hopelijk is het binnenkort zover”, gaat Rafael enthousiast verder. “Alleen hebben ze ons voorlopig nog niet betrokken in de uitwerking ervan en dat is jammer. Daarom vind ik die uitspraak van Mahatma Ghandi zo sterk: ‘Alles wat je voor mij doet, maar zonder mij, doe je tegen mij’. Je kan wel gesprekken voeren met mensen in armoede, maar het is veel krachtiger als ervaringsdeskundigen effectief mee kunnen schrijven aan het beleid.”
Regels, tools en nieuwe initiatieven
Ook voor de andere thema’s bestaan oplossingen. “Iets specifiek waar gemeentes op kunnen inzetten is de REMI-tool”, vertelt Christophe. “Dat is een tool voor OCMW’s om de behoeftigheid van cliënten op een uniforme manier te beoordelen. De tool houdt overal rekening mee: wonen, voeding, vrije tijd, vervoer… Al 424 van de 580 OCMW’s gebruiken dat.”
“Vanuit het Netwerk tegen Armoede geven we regelmatig input voor die tool. Zo hebben we er tijdens corona voor gezorgd dat er in het budget ruimte kwam voor de aankoop van een laptop zodat kinderen thuis les konden volgen.”
‘Als je het moeilijk hebt om rond te komen, ben je niet met politiek bezig.’
Volgens Lisa moeten er vooral sociale woningen bijkomen. Maar er is ook nood aan meer opvang voor dak- en thuislozen. “In Antwerpen hebben we nu Parkours, een noodopvang voor jongeren van CAW Antwerpen. Jongeren kunnen er tot rust komen, maar worden ook begeleid in hun zoektocht naar een woning en werk. Dat is een positieve ontwikkeling.”
Voor Abdul gaan de verkiezingen over mensenrechten. “Ik denk dat politici vooral moeten zorgen dat iedereen kan ademen, dat alle mensen aan hun rechten toekomen. Regels strenger maken is niet altijd de oplossing.” Hij verwijst naar het negatieve beeld dat heerst over nieuwkomers: “Niet alle mensen zijn slecht. Stel dat tien op de honderd mensen slechte bedoelingen hebben, dan zijn negentig van die honderd nog altijd goede mensen. En die hebben ook rechten.”
Politieke interesse
Pijnpunten benoemen en oplossingen aanwijzen, het gaat mijn gesprekspartners goed af. Waren ze altijd al zo geïnteresseerd in politiek? “Vroeger was het wel een ver-van-mijn-bed-show”, zegt Christophe. “Als je het moeilijk hebt om rond te komen, ben je daar niet mee bezig.”
“Nu ik als beleidsmedewerker werk, ga ik er veel bewuster mee om. Ik lees de partijprogramma’s beter, maar ik weet nu ook dat het belangrijk is om je stem te laten horen. Op die manier kun je verandering creëren.”
‘Vroeger was de politiek een ver-van-mijn-bed-show.’
“Voor mijn job bij STA-AN was ik niet zoveel met politiek bezig”, vertelt Lisa. “Het wordt ook niet zo goed uitgelegd. Het gaat vaak over politieke partijen en hoeveel zetels iedereen heeft, maar de echte thema’s komen niet aan bod.”
Dat is iets wat Rafael herkent: “Ik heb vroeger veel weerstand gevoeld tegen verkiezingen. Ik zag er het nut niet van in. Politici leggen de mening van het volk naast zich neer. Zo kan het gebeuren dat de grootste partij niet kan besturen omdat andere partijen samen een coalitie vormen en zo de stem van het volk niet gevolgd wordt. Dat noem ik niet democratisch.”
“Ik weet wel ongeveer waar de meeste politieke partijen voor staan, maar het is niet dat ik de politiek zoveel opvolg”, gaat hij verder. “Op mijn werk ben ik er meer mee bezig. De drempels waar mensen op botsen, breng ik bijvoorbeeld tot bij de burgemeester.”
Gaan stemmen
Rafael, Lisa en Christophe gaan zeker stemmen op 13 oktober. Waarom? “Omdat de stem van jonge mensen in armoede gehoord moet worden”, zegt Lisa. “Als we niet gaan stemmen, wie luistert er dan naar ons? Ik voel dat de buitenwereld niet begrijpt hoe groot de armoedeproblematiek is. Het is belangrijk dat het hoger op de politieke agenda komt. Ik hoop zoveel mogelijk mensen te kunnen overhalen om zeker te gaan stemmen.”
‘Als we niet gaan stemmen, wie luistert er dan naar ons?’
“Ik ga stemmen om het goede voorbeeld te geven”, vertelt Rafael. “Maakt de politiek altijd alle beloften waar? Nee. Maar door niet te stemmen, zal er zeker niks veranderen. De enige manier om verandering te bekomen is door je uit te spreken.”
“Ik heb altijd al gestemd”, zegt Christophe. “Je stem is belangrijk. Als je echt twijfelt op wie je moet stemmen, denk dan na over wat je belangrijk vindt en bekijk de programma’s van de partijen in jouw gemeente.”
Eindigen doen we bij Abdul. Als hij zou mogen, zou hij zeker gaan stemmen. “Verkiezingen zijn heel belangrijk. Ik wacht tot de dag dat ik mag gaan stemmen. Ik hoop dat die ooit komt. Hoop is heel belangrijk, daar moet je aan vasthouden.”
Reacties [1]
Geachte,
Wat me het meeste stoort wat “woning” aangaat heden: “Geen keuze” meer hebbend! Of “luxe” D “verplicht” te moeten behalen of op “straat”! Een caravan, varkensstal, garage zo wie zo ontruimd worden zal! Echter “mocht” ik dit verkiezen boven een onbetaalbare woning? Waar is men vrijheid dan in een democratische gemeenschap en christelijk tevens?
Christelijk zijnde nog steeds..al lopen de kapitalistische kerken leeg. (Het zit er bij ons ingebakken door de eeuwen.)
Het probleem in België: Het is alles “hebbend” of “niets”! Waar is de “bufferzone” gebleven? Noodoplossingen “zelf” best weten op te lossen? Niet “alle” luxe van doen hebbend, in tegendeel! Vrijbuiters heden zijnde..dichter bij de natuur dan één wat dan ook luxe woning enkel de staat er goed mee zijnde? Wat is een woning trouwens? Vieren muren en een dak, als vereiste. De rest naar “eigen behoefte” ingericht.
En niet wat “de staat” ons “verplicht” in te wonen om opbrengsten te vergaren. Waar is de neutrale zone heden?
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Dikke Freddy aan Marc Coucke, een mens met geldproblemen
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies