Stress en angst
De gebeurtenissen in Palestina domineren al meer dan twee maanden het nieuws. Het laat jongeren niet onberoerd. Dat blijkt uit data van Waddist, een app van de Ambrassade die dagelijks bij jongeren peilt wat ze denken, voelen of meemaken.
Bijna vier op de tien jongeren is bezig met wat er gebeurt in Israël en Palestina. 6 procent zegt zelfs er heel veel mee bezig te zijn. De jongeren geven aan stress en angst te hebben, maar niet te weten wat daarmee te doen.
‘Bijna vier op de tien jongeren is bezig met wat er gebeurt in Israël en Palestina.’
Vanzelfsprekend worden jongeren met Palestijnse afkomst nog meer geraakt. Ze kampen met verlies, onzekerheid en gevoelens van machteloosheid. Maar ook andere jongeren met een vluchtverleden, roots in de regio of een moslimachtergrond kennen de situatie en geschiedenis vaak goed. Ook voor hen komt Gaza erg dichtbij.
Wat zijn de vragen van deze jongeren? Wat is je rol als jongerenwerker of jeugdhulpverlener? Kan en moet je je eigen mening opzijschuiven? En wat te doen als er onenigheid is binnen de groep?
Talent voor samen leven
We kloppen met deze vragen aan bij Tumult, een jeugdwerkorganisatie die vrijetijdsactiviteiten organiseert voor kinderen en jongeren. Tumult gaat onder meer op kamp, inleefreis of animatorcursus. Daarnaast ondersteunen ze andere organisaties rond bijvoorbeeld pesten en diversiteit.
Tumult heette vroeger ‘Jeugd & Vrede’. De werking kent haar oorsprong in de vredesbeweging. Vandaag hebben ze als slogan ‘Talent voor samenleven’. “We focussen op samenleven over de grenzen van verschil heen”, vat jeugdwerker Sverre Pots (27) het mooi samen.
‘We focussen op samenleven over de grenzen van verschil heen.’
De vereniging heeft extra aandacht voor kinderen en jongeren die uitsluiting ervaren, zoals mensen met een vluchtverhaal of die leven in een armoedesituatie. Sverre: “Alle kinderen en jongeren verdienen een plek in onze samenleving.”
Sverre is verantwoordelijk voor de internationale uitwisselingen van Tumult. Elk jaar trekken jongeren van middelbare schoolleeftijd naar het buitenland om daar lokale jongeren te ontmoeten of vrijwilligerswerk te doen. “We hebben daarbij extra aandacht voor jongeren die drempels ervaren om naar het buitenland te gaan”, zegt Sverre.
Sterke link met Palestina
De link met Palestina is bij Tumult erg sterk. Op hun kampen en andere activiteiten tekenen veel jonge nieuwkomers uit Palestina present. En de organisatie trekt ook naar daar voor uitwisselingen.
Tumult-medewerker Kinda Khazaal (33) heeft een persoonlijke link met Palestina. De jeugdwerker komt uit Libanon en haar man heeft Palestijnse roots: “Zijn oma vluchtte als kind tijdens de Nakba naar Libanon.” Kinda woont intussen vijf jaar in België.
‘Mijn man heeft Palestijnse roots.’
Niet lang na de aanval van Hamas en de daaropvolgende belegering van Gaza door Israël organiseerde Tumult een bedankingsweekend voor hun vrijwilligers. Daarbij zitten heel wat jongeren met Palestijnse roots. “Veel van onze jongeren hebben familie, vrienden of kennissen in Gaza verloren. Bij sommigen gaat het om meer dan twintig familieleden”, vertelt Sverre.
Hoe geef je dat verlies een plek op een weekend dat normaal bedoeld is om plezier te maken? “We hielden een stiltecirkel voor de mensen in Palestina”, zegt Sverre. “Met iedereen die wilde, zijn we in een kring gaan staan om stil te staan bij de feiten en solidariteit te tonen. Iedereen mocht weggaan wanneer ze het gevoel hadden dat het genoeg was. We dachten dat het enkele minuten zou duren, maar uiteindelijk hebben we er met veel mensen bijna een uur gestaan.”
“Voor de Palestijnse jongeren was het een soort rouwmoment, om alles even te verwerken. Verschillende jongeren vertelden ons achteraf dat ze de stiltecirkel een mooi moment vonden. Het had hen steun gegeven.”
Te pijnlijk
Tijdens het weekend probeerden de Tumult-medewerkers ook een groepsgesprek te organiseren. Kinda: “We wilden luisteren naar de noden van de jongeren, hun gevoelens en hun gedachten. Ze konden alles op tafel leggen. Zowel de Palestijnse jongeren als alle anderen. We wilden ook samen nadenken over mogelijke acties.”
‘Palestijnse jongeren vonden het moeilijk om er direct over te praten.’
Maar op dat weekend was alles voor de Palestijnse jongeren nog te vers, zegt Kinda. “Het was moeilijk om er op een heel directe manier over te praten. Het was waarschijnlijk te pijnlijk voor hen. Ook toen we op andere momenten groepsgesprekken probeerden te organiseren, kwam er minder reactie op van de Palestijnse jongeren dan we verwacht hadden.”
“Ik denk dat het de afgelopen weken heel zwaar waren voor jongeren met Palestijnse roots. Hun aandacht zat gewoon elders.” Pas eind november contacteerde een Palestijnse jongere Kinda met de vraag om mee na te denken hoe hij de mensen in Gaza zou kunnen helpen. “Hij verloor vijfentwintig familieleden en heeft nog twee broers in Gaza.”
Gat in de hulpverlening
Hier botsten de jeugdwerkers ook op hun limieten. Sverre: “Voor de Palestijnse jongeren is er dringend psychologische hulp nodig. Ze dragen oorlogstrauma’s met zich mee, die nu herleefd worden. Daarbovenop komt nieuw verlies en onzekerheid.”
“Veel jongeren moeten psychisch begeleid worden, maar zelf hebben wij die expertise niet”, aldus Sverre. “We kunnen wel doorverwijzen maar die organisaties zijn zo overbevraagd dat het maanden wachten is voor een jongere er terechtkan. Er is een serieus gat in de hulpverlening. Deze jongeren kunnen nergens heen. Dat is schandalig.”
‘Zeg Palestijnse jongeren niet te snel dat je begrijpt hoe ze zich voelen.’
Kinda, die in Libanon enkele jaren als psychosociale hulpverlener met meisjes met een vluchtachtergrond werkte, geeft sociale professionals wel als tip mee om zorgvuldig na te denken over wat je zegt in gesprekken met Palestijnse jongeren. “Zeg niet te snel dat je begrijpt hoe ze zich voelen want de jongere zal denken: ‘Nee, jij weet niet hoe het is. Niemand uit jouw familie is gestorven in een oorlog.’”
Je kan wel zeggen dat je ziet dat ze veel pijn hebben. “Erken hun gevoelens. Of vraag hoe het met hen gaat. En met hun familie. Vraag of ze iemand hebben die hun taal spreekt waarmee ze kunnen praten. Pols of jij iets voor hen kan doen”, aldus Kinda. Maar heb ook oog voor de enorme gevoeligheid. “Als begeleider moet je echt beseffen dat het een zwaar en complex onderwerp is. Zorg dus dat je zelf ook goed geïnformeerd bent.”
Propaganda
Het geweld in Gaza houdt ook niet-Palestijnse jongeren in ons land erg bezig, merken de twee jeugdwerkers. Sverre: “Vooral jongeren met roots in de Arabische wereld zijn zich erg bewust van de onrechtvaardigheden in Palestina. Je voelt dat zij zich de Palestijnse zaak erg aantrekken. Ze projecteren het onrecht ook op zichzelf. Zij voelen zich in onze samenleving vaak ook onbegrepen.”
“Bij deze jongeren leeft er veel frustratie over hoe Israëlische propaganda tot hier geraakt. Ze ergeren zich aan het gebrek aan context in onze media waar het frame van Israël wordt overgenomen.”
‘Jongeren met roots in de Arabische wereld zijn zich erg bewust van de onrechtvaardigheden in Palestina.’
Kinda vertelt hoe ze in het begin soms echt gechoqueerd was toen ze het nieuws of sociale media bekeek. “Mensen verspreidden hun mening, zonder de geschiedenis te begrijpen. Ze negeerden hoe de Palestijnen hun land gestolen werd en hoe ze al jarenlang onderdrukt worden.”
Vandaag is de berichtgeving op dat vlak al iets beter dan net na 7 oktober, vindt Kinda. Toch wordt er regelmatig met twee maten en gewichten gewerkt. “Neem de berichten over de Israëlische gijzelaars. Er worden tragische verhalen verteld over de ouderen, jongeren en zelfs kinderen die vast zitten. Maar dat Israël ook Palestijnse kinderen gevangenzet zonder enig proces is slechts een voetnoot, als het al vermeld wordt.”
Behoefte aan wegwijzers
Jongeren hebben nood aan meer kader vindt Sverre. “Ze worden vandaag totaal overdonderd door vreselijke beelden. Zeker jongeren die niets van de situatie kennen, vragen genuanceerde en objectieve informatie over de geschiedenis, de achtergrond en de oorzaak.”
‘Wat klopt? En wat is fake news of gekleurd?’
Jongeren hebben behoefte aan wegwijzers in de enorme hoeveelheid aan informatie die online circuleert. Wat klopt? En wat is fake news of gekleurd door politieke belangen? “Er woedt momenteel een mediastrijd langs beide kanten. Ook langs Palestijnse zijde worden filmpjes verspreid die niet kloppen”, zegt Sverre. “Net daarom moeten we met jongeren werken aan mediawijsheid. Ze moeten leren herkennen welke berichten authentiek zijn.”
Woordgebruik
Dat Palestina bij jongeren heel gevoelig ligt, ondervond Tumult zelf toen ze begin oktober een bericht deelden op sociale media. “We wilden met die post steun betuigen aan onze Palestijnse jongeren en partnerorganisaties, en een boodschap van vrede en solidariteit uitdragen”, vertelt Sverre. “Maar vrijwel meteen kwam er veel negatieve kritiek.”
‘Dit zijn jongeren wiens mening nooit gehoord wordt.’
Sverre en Kinda gingen met de jongeren die reageerden in gesprek. Sverre: “We hebben hen allemaal opgebeld om te luisteren. In de eerste plaats omdat we hun mening wilden horen. Dit zijn vaak jongeren wiens mening nooit gehoord wordt. Maar ook om na te denken hoe we de post op sociale media konden aanpassen.”
De jongeren hadden onder meer problemen met het woordgebruik, wat volgens Sverre voor een stuk te verklaren valt doordat ze een andere culturele achtergrond of referentiekader hebben. “We hadden het bijvoorbeeld over de ‘oorlog’ in Palestina en Israël. Maar het woord ‘oorlog’ kan je interpreteren als geweld tussen twee evenwaardige partijen. Terwijl er hier in feite een enorm machtsonevenwicht is. Palestina wordt al jarenlang onderdrukt door Israël.”
Politiek klimaat
“Door als organisatie geen ondubbelzinnig standpunt in te nemen tegen het geweld tegen de Palestijnse bevolking, voelden de jongeren zich op hun hart getrapt”, vertelt Sverre.
“Ik begrijp dat. Vandaag is de publieke opinie een beetje gekeerd, maar in oktober was de realiteit dat organisaties die zich duidelijk uitspraken tegen de Israëlische vergeldingsacties daar politiek op afgerekend werden. We hebben de jongeren proberen uitleggen dat we als organisatie dat politiek klimaat niet helemaal kunnen negeren.”
Tumult organiseerde vervolgens overleg met enkele jongeren over hoe ze rond Palestina actie konden ondernemen. Zo werd de organisatie een verdeelpunt van posters die oproepen tot een staakt-het-vuren. Samen met de jongeren bekijken ze momenteel wat ze nog verder kunnen doen.
De deelnemers van een inleefreis naar Palestina geven via hun fototentoonstelling al een tijdje les in West-Vlaamse scholen. Maar die correcte context schetsen is nu belangrijker dan ooit geworden, stippen de jongeren aan in de krant.
Verschillende referentiekaders
Wat doe je als jeugdwerker wanneer er in een groep onenigheid is? Als er bijvoorbeeld zowel moslimjongeren als joodse jongeren in de groep zitten?
Dat is een situatie waar Tumult nog niet mee geconfronteerd werd, zeggen de jeugdwerkers. Toch geven ze vanuit hun ervaring met groepsdynamiek enkele tips mee. Wat Kinda altijd aan jongeren probeert duidelijk te maken, is dat er in België heel veel verschillende mensen met verschillende referentiekaders zijn. “Dat is soms anders in het land waar je vandaan komt, waar je vooral onder gelijkgezinden bent. Het is belangrijk om de verschillen te respecteren en te luisteren naar de mening van andere mensen.”
‘Het is niet de bedoeling om de ander te overtuigen van je mening.’
“Het gesprek blijven aangaan, is belangrijk. Maar er zijn wel spelregels”, benadrukt Sverre. “Zo moet het duidelijk zijn dat het over een uitwisseling gaat. Het is niet de bedoeling om de ander te overtuigen van je mening. Haatdragende boodschappen kunnen absoluut niet. Die grens moet je als begeleider duidelijk aangeven en bewaken.”
Je kan met jongeren zoeken naar wat hen bindt, zegt Sverre. “Dat is niet evident op dit moment, want de wonden zijn erg diep. Er is nog veel kwaadheid. Toch zijn er gemeenschappelijkheden die je in het gesprek kan binnentrekken. Zo willen de meeste gewone mensen een staakt-het-vuren.”
Antisemitisme en islamofobie
Sinds 7 oktober is er in Europa een opleving van zowel antisemitisme als islamofobie. Hoe kan je reageren als je jongeren uitspraken doen die daarop wijzen?
“Je moet de jongeren duidelijk maken dat dit geen religieus conflict is, maar een conflict rond land”, zegt Sverre. “Het gaat niet om joden tegen moslims. Er zijn bijvoorbeeld ook enorm veel joodse organisaties die kritisch zijn, zoals Een Andere Joodse Stem.”
‘Onduidelijkheid is een voedingsbodem voor extreme meningen.’
Als begeleider heb je een belangrijke rol als tegenwicht voor extreme meningen, vindt Sverre. “Als je bij jongeren merkt dat er erg veel frustratie zit, omdat ze geconfronteerd worden met afschuwelijke verhalen, dan kan de juiste kadering veel verschil maken. Want onduidelijkheid is een voedingsbodem voor extreme meningen.”
“Als je daarentegen aan de slag gaat met feiten uit zowel de geschiedenis als actualiteit, dan zullen ze minder snel veralgemenen en ganse groepen mensen over dezelfde kam scheren.”
Jezelf en je eigen mening authentiek tonen, is hierbij helpend, zegt Kinda. “Mij raken de gebeurtenissen ook. Ik vind het pijnlijk en voel me machteloos. Wat me rust geeft, is me solidair tonen met de mensen in Gaza. Ik kan dat niet wegcijferen in mijn contact met de jongeren. Dus zij horen soms ook mijn mening of zien mijn emoties. Je moet geen neutraliteit veinzen.”
“Maar ik blijf wel altijd respectvol en professioneel. Ik pleit voor nuance en een humanitaire oplossing. Jongeren zien je vaak als rolmodel en kunnen van jouw houding leren.”
Reacties
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘Sociaal werk zal meer politiek worden’
Impact van migratie op mentaal welzijn: ‘Kinderen dragen littekens van hun ouders’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies