Humanitaire crisis dreigt
Kinderen jonger dan vijftien jaar die alleen toekomen op ons grondgebied zijn geen uitzondering. Maar hun aantal neemt de laatste twee jaar sterk toe terwijl het aantal gepaste opvangplaatsen in de jeugdhulp niet stijgt. Een humanitaire crisis dreigt voor deze kwetsbare groep.
‘We moeten 121 kinderen toch kunnen opvangen?’
Begin mei verbleven er 121 niet-begeleide minderjarige vluchtelingen jonger dan vijftien in de collectieve opvangcentra van Fedasil. Terwijl deze jongeren recht hebben op opvang in een gepaste jeugdhulporganisatie in Vlaanderen of Wallonië.
121 kinderen op een goede manier opvangen, met de juiste aanpak en begeleiding, dat moeten we als samenleving toch aankunnen? Waarom dreigt er dan een crisis? Een aantal problemen haken op elkaar in.
Tekort aan opvang voor de jongsten
Na de asiel- en opvangcrisis van 2015 werd een oplossing bedacht voor de opvang van niet-begeleide minderjarige vluchtelingen.
De meest kwetsbare kinderen en jongeren moeten direct opvang krijgen in specifieke kleinschalige leefgroepen in de jeugdhulp. Concreet gaat het om kinderen onder de vijftien jaar en zeer kwetsbare profielen.
Maar deze afspraak tussen de federale en regionale overheden werkt vandaag niet meer. Niet door politieke onwil of onkunde op het terrein, maar door het gebrek aan uitstroom binnen de jeugdhulp.
‘De groep minderjarige vluchtelingen in de jeugdhulp wordt alsmaar ouder, terwijl de allerjongsten letterlijk vast komen te zitten in de collectieve opvangcentra van Fedasil.’
Niet-begeleide minderjarige vluchtelingen verblijven immers lange periodes in leefgroepen in de jeugdhulp. Vaak zelfs meerdere jaren. Veel van die jongeren zijn nog te jong voor begeleidingsvormen waar zelfstandigheid centraal staat, zoals kleine wooneenheden, contextbegeleiding autonoom wonen of kamertraining.
Het absurde gevolg? Binnen de jeugdhulp wordt de groep minderjarige vluchtelingen alsmaar ouder, terwijl de allerjongsten letterlijk vast komen te zitten in de collectieve en voor hen onaangepaste opvangcentra van Fedasil. Dat was niet de bedoeling.
Niet geschikt voor kwetsbare jongeren
Begin mei opende Fedasil in een voormalig hotel in Schaarbeek nog een specifiek opvangcentrum voor jonge niet-begeleide minderjarige vluchtelingen. Er is plaats voor zeventig jongeren. Vorig jaar kwam er al een gelijkaardig opvangcentrum in Dilbeek met plaats voor vijftig jongeren.
‘Beeld het je in: een leefgroep met tientallen kwetsbare jongeren.’
Hoewel medewerkers van Fedasil hemel en aarde verzetten om deze jongeren goed op te vangen, blijft de vaststelling dat zo’n grootschalige opvang niet geschikt is voor deze kwetsbare groep. Het gaat immers niet alleen over een dak boven het hoofd, maar ook om gepaste begeleiding. Beeld het je in: een leefgroep met tientallen kwetsbare jongeren. Een quasi onmogelijke opdracht.
Voorspelling: er komen nog meer jongeren
De cijfers van Fedasil tonen bovendien dat de maanden met de hoogste instroom van nieuwe niet-begeleide minderjarigen nog voor ons liggen. De groei in de zomermaanden is een tendens die zich al enkele jaren aftekent. We kunnen het dus voorspellen: de druk op de overbezette opvangcentra zal nog toenemen.
Waar het Fedasil vandaag nog lukt om elke minderjarige opvang te bieden, is dat binnen enkele maanden minder zeker. Geen goed vooruitzicht voor deze groep kwetsbare jongeren. Zeker als je weet dat de Fedasil-centra nu al vaak overbevolkt zijn en veel pogingen om het aantal plaatsen uit te breiden telkens weer afgeblokt worden.
Tekort aan voogden
Naast het gebrek aan opvangplaatsen in de jeugdhulp zijn er nog twee andere grote problemen: er is een acuut tekort aan voogden en een groot gebrek aan plaatsen in het onthaalonderwijs voor anderstalige kinderen.
Jongeren die vandaag alleen in het land toekomen wachten vaak maanden op een voogd. De impact is niet te onderschatten: de verblijfsprocedure staat stil, er is geen individuele belangenvertegenwoordiging en een beperkte toegang tot sociale rechten.
Daarnaast zet het tekort aan plaatsen in het onthaalonderwijs hun toekomstkansen zwaar onder druk. Kinderen kunnen niet naar school wat zwaar weegt op hun integratiekansen en welzijn.
Perfecte storm
Deze problemen spelen zich allemaal gelijktijdig af, versterken elkaar en vormen samen een perfecte storm. Een storm die al veel te lang onder de radar blijft.
‘Kinderrechten worden geschonden maar niemand doet iets.’
Het is hallucinant. Kinderrechten worden geschonden maar niemand doet iets. Er is weinig aandacht voor het probleem en ik zie geen signalen dat er binnenkort iets zal veranderen.
Fedasil opent zoals gezegd wel extra opvangcentra maar dat is niet de echte oplossing. De echte oplossing ligt bij de regionale overheden. Die zijn bevoegd voor hulp aan jongeren in een noodsituatie, onderwijs en integratie. En laten we nu naar onze regio kijken. Op elk van deze domeinen gaat Vlaanderen voor deze kinderen de mist in. De Vlaamse Regering kijkt weg.
De statistieken en grafieken zijn voorhanden. Het kader waarbinnen dit fenomeen zich voordoet is gekend en de wettelijke spelregels liggen vast. Beleid maken is vooruitkijken, anticiperen op wat komt en preventief de juiste stappen zetten. In het belang van deze kinderen en onze maatschappij.
Het is hoog tijd om met de feiten aan de slag te gaan. Dit gewoon blauwblauw laten is geen optie. De problemen worden groter als we blijven wachten. Hoe langer de crisis duurt, hoe meer kinderen zullen kampen met onverwerkt trauma, gevoelens van onveiligheid en angst. Dit zijn de kinderen die later in crisis aangemeld worden bij jeugdhulp.
Denk flexibel en hybride
Eenvoudige en pasklare antwoorden zijn er niet. Maar breng de juiste mensen samen om oplossingen te zoeken. Denk daarbij flexibel en hybride. Sta me toe als directeur van een jeugdhulporganisatie die al jarenlang werkt met deze groep kinderen en jongeren een aanzet te doen.
Haal de jongste niet-begeleide minderjarige vluchtelingen zo snel mogelijk naar de jeugdhulp. Zorg tegelijk dat de oudere niet-begeleide minderjarigen vanuit de jeugdhulp terechtkunnen in lokale opvanginitiatieven. Vandaag kan dit amper omdat we nog te veel naast elkaar werken.
‘Breng begeleiders, opvoeders, sociaal werkers, leerkrachten, therapeuten in stelling en ondersteun zo de centra van Fedasil.’
Zet een hernieuwd programma op rond pleegzorg voor deze allerjongsten op de vlucht. Werk hiervoor samen met de diaspora en culturele gemeenschappen.
Zet ook in op gezinshereniging. Werk de drempels daar weg en flankeer dit met degelijke gezinsbegeleiding. Zorg dat er meer kennis en expertise over gezinshereniging groeit in de jeugdhulp en zie het als een kernopdracht in het werken met deze jongeren.
Ondertussen kan Fedasil de hoogste noden lenigen met extra opvangcapaciteit. Maar zorg dan vanuit de gemeenschappen voor voldoende begeleidingscapaciteit. Breng teams van begeleiders, opvoeders, sociaal werkers, leerkrachten en therapeuten in stelling en ondersteun zo vanuit de gemeenschappen de Fedasil-centra. Zo nieuw is dit model niet: ook gemeenschapsinstellingen werken al op deze leest.
Gezin en netwerk
Waar gezinshereniging nog niet aan de orde is, moeten we dringend meer contextgericht denken en werken. Wij bij Minor-Ndako doen dit al. Onze medewerkers begeleiden jongeren die in de collectieve opvang van Fedasil zitten naar een verblijf bij vrienden of kennissen van de familie, een oom of een grootvader.
Het netwerk van niet-begeleide minderjarige vluchtelingen blijft te vaak onderbelicht en onderbenut. Maar om dit netwerk te verkennen heb je begeleidingstijd nodig, een schaars goed in volle opvangcrisis.
En tot slot, blijf onderzoeken hoe het komt dat zoveel jonge vluchtelingen alleen toekomen in Europa. Trek hier lessen uit. Finaal zou geen enkel jong kind moederziel alleen op de vlucht mogen slaan. Maar zolang dit gebeurt, is het onze verantwoordelijkheid om met alle kennis en expertise die we hebben te voorzien in passende zorg.
Reacties [3]
Heldere analyse van een probleem dat inderdaad onzichtbaar is in onze maatschappij. Hopelijk opent dit artikel ogen en deuren zodat de aangereikte oplossing alvast als mogelijkheid bekeken wordt. Merci, David!
Jeugdzorg does maar wat. Ze doen wat hen het beste uitkomt en het Meeste geld opbrengt. Ze denken niet Meer aan de gevoelens van de mensen en kinderen. Ze doen veel onterecht en geem waarheidsbevindingen. Het rapport dat ze op make is gemaakt uit leugens. Ze doen niet aan gezinshereniging terwijl Dat ze Dat aan de ouders beloved.ze zitten er ver van .ze maken gezinnen kapot en vaak onterecht.
Hier zit inderdaad een heel groot pijnpunt van onze maatschappij. Opvang die niet voldoende blijkt e zijn, ondanks de inspanning van vele mensen bij oa. Fedasil. België zou beter moeten kunnen!
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘Sociaal werk zal meer politiek worden’
Impact van migratie op mentaal welzijn: ‘Kinderen dragen littekens van hun ouders’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies