Achtergrond

Meten is weten: een nacht op pad om straatslapers in Antwerpen te tellen

Lisa Develtere

Hoeveel dak- en thuisloze mensen telt Antwerpen? Binnenkort is het niet meer gissen. Sociaal.Net trok mee met vrijwilligers door de nachtelijke straten om het aantal mensen die buiten slapen in kaart te brengen. “Elke persoon die op straat slaapt is er één te veel.”

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Op zoek naar straatslapers

Het is donderdagavond, negen uur. In een Antwerps inloopcentrum, waar een zestigtal vrijwilligers verzameld hebben, heerst een gezellige drukte. Bijna allemaal werken ze professioneel met dak- en thuislozen. Als outreacher, in de nachtopvang, als drughulpverlener, in een inloopcentrum… Velen kennen elkaar.

‘Het is belangrijk om te tellen om beleid te kunnen maken.’

Straks zullen ze per twee, drie of vier een zone van de stad onderzoeken op straatslapers. Exact één uur krijgen ze daarvoor: van elf uur tot middernacht. Iedereen heeft een rugzak bij, waarin ze broodjes, drank, koeken en fruit steken om uit te delen aan eventuele buitenslapers.

Briefing

Onderzoekster Evelien Demaerschalk (LUCAS KU Leuven) brieft de aanwezigen. Elk team krijgt een kaartje en een lijst met plekken binnen die zone waarvan geweten is dat er vaak mensen buiten slapen. “Wandel daar rond en noteer wie je op straat ziet slapen”, instrueert ze.

Voor elke persoon die ze spotten, moeten de vrijwilligers een vragenlijst invullen. Is het een man, vrouw, andere of onduidelijk? Hoe oud schat je hen? Heb je met hen gesproken? Sliepen ze?

“We proberen een zo compleet mogelijk beeld te krijgen van wie dak- en thuisloos is”, legt Evelien uit. “Het is belangrijk om te tellen om beleid te kunnen maken. Maar je wil niet enkel weten om hoeveel mensen het gaat, maar ook wie die mensen zijn.”

‘Lang niet elke dak- of thuisloze persoon slaapt buiten, integendeel.’

Lang niet elke dak- of thuisloze persoon slaapt buiten, integendeel. De volgende dag zullen daarom alle grote welzijnsorganisaties in de stad, maar ook kleinere organisaties, diensten zoals Kind & Gezin en enkele scholen op een systematische manier door hun cliëntenlijsten gaan en markeren wie geen vaste verblijfsplaats heeft.

“Het doet me wel iets om te zien dat hier zo veel mensen aan mee willen werken”, zegt Evelien terwijl ze de zaal rondkijkt. Naast de vrijwilligers zullen ook medewerkers van de NMBS, De Lijn en bepaalde Antwerpse Parkings de straattelling mee faciliteren.

Onderzoekster Evelien Demaerschalk (midden) bestudeert samen met vrijwilligers het kaartje van de zone waar ze zo meteen zullen tellen.

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Kammenstraat

Vrijwillige tellers Bas Wieërs en Marc Huygen vormen vandaag een team en nemen mij op sleeptouw. We bestuderen het kaartje van onze zone. We moeten naar het centrum van de stad, de buurt rond het Theaterplein, de Kammenstraat, de Wilde Zee en de voormalige politietoren aan de Oudaan.

Bas werkt als sociaal werker bij Kamiano, een werking van Sant’Egidio. Ze hebben twee dagen per week een sociaal restaurant en elke voormiddag is er onthaal. “Ik begeleid dak- en thuisloze mensen die naar onze werking komen en probeer hen uit hun precaire situatie te helpen.”

‘Dak- en thuisloze mensen zijn overdag zichtbaarder geworden in het straatbeeld.’

Bas acht de kans klein dat we straks cliënten van hem gaan tegenkomen. “Het aantal onder hen dat echt buiten slaapt is een minderheid, maar elke persoon die op straat slaapt is er uiteraard één te veel. Het is een cliché dat elke thuisloze op straat slaapt. Wij bereiken vooral de erg grote en onzichtbare groep thuislozen, zoals sofaslapers of mensen die in kraakpanden overnachten.”

In de drie jaar dat Bas deze job doet stelde hij wel een evolutie vast: “Dak- en thuisloze mensen zijn overdag zichtbaarder geworden in het straatbeeld, bijvoorbeeld op de Groenplaats. Er zijn meer mensen die daar de hele dag rondhangen.” De bekende kiosk op dat plein werd afgelopen zomer na klachten over overlast afgebroken.

Alarmbel

Het Outreach-team van CAW Antwerpen trok deze zomer aan de alarmbel nadat ze tijdens hun rondes merkten dat het aantal daklozen was toegenomen. Marc Huygen coördineert dit team: “Op sommige plekken, zoals aan Park Spoor Oost, de Hobokense Polders en de grote werven van de Oosterweelwerken, spotten we tenten, soms zelfs kleine tentenkampen. Tegelijk dreigde de nachtopvang met momenten vol te lopen, toch uitzonderlijk in de zomer.”

Marc verwacht dus dat de cijfers van de telling hoog zullen zijn. “Al hebben we natuurlijk niets om mee te vergelijken. Het is meer een aanvoelen. Als de nachtopvang vaak vol zit en wij veel meldingen binnenkrijgen, weet je gewoon dat er een toename is.”

Marc en Bas doen grondig hun werk.

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Steegjes, hagen en omheiningen

Intussen nadert 23 uur. Tijd om ons naar de juiste buurt te begeven. We starten in enkele winkelwandelstraten. Het is een zachte avond. Ondanks het late uur is er nog best wat volk op de been, vooral studenten. Maar het contrast met de drukte die hier overdag soms heerst, is groot.

‘Achter een geel-blauw hek, vindt Marc opgerolde slaapspullen.’

Bas en Marc doen grondig hun werk. Ze wijzen elkaar op steegjes, hagen en omheiningen waar een dakloze persoon een rustige slaapplaats, weg van felverlichte etalages, zou kunnen vinden. Na een vijftal minuten trekken ze een winkelcentrum in, dat momenteel halfleeg staat.

Marc had gehoord dat op de binnenplaats van dit opvallende, maar gedateerde gebouw sinds enkele dagen mensen slapen. De matras die er onbeschut tegen een gevel van een pyjamawinkel ligt, lijkt dit te bevestigen. Maar we zien geen mensen.

Police?

Wat verder, achter een geel-blauw hek, vindt Marc opgerolde slaapspullen. Maar ook hier zien we niemand. Marc en Bas besluiten op te splitsen om de zijarmen van de binnenplaats te verkennen. Marc doet teken aan Bas en versnelt zijn pas als hij verderop in een overdekte gang een matras ontwaart.

Als we dichterbij komen zien we vier mensen liggen. Een man en vrouw horen ons naderen, snellen rechtop en vragen ongerust: “Police?” Marc stelt hen gerust. Bas haalt eten en drinken uit zijn rugzak. Dat nemen ze dankbaar aan.

Dan wordt ook een derde persoon wakker. Of ze dekens kan krijgen, vraagt ze. Bas moet haar teleurstellen. Een broodje dan? Dat heeft hij wel. Ze neemt het aan, wikkelt zich weer in haar dunne deken en draait zich vervolgens weg van ons.

Marc versnelt zijn pas als hij verderop in een overdekte gang een matras ontwaart.

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Nederlands, Engels, Duits en handgebaren

De hulpverleners proberen het koppel uit te leggen wat ze komen doen. Ze jongleren met Nederlands, Engels, Duits en handgebaren. Die laatste twee blijken het meest effectief. Ze willen meewerken aan het onderzoek, maar foto’s hebben ze liever niet. Ze komen van Roemenië en zijn hier sinds gisteren, vertellen ze. Vijftig jaar zijn ze.

De vrouw toont Marc haar kapotte schoenen. “Acht-en-dertig”, zegt ze traag in het Duits. Marc knikt en zegt dat hij zal kijken of hij er andere kan brengen, al kan hij het niet beloven. Net zoals naar dekens en slaapzakken is er ook veel vraag naar schoenen.

‘Er is veel vraag naar dekens, slaapzakken en schoenen.’

Marc en Bas nemen afscheid en vullen verderop de vragenlijsten in. “We zijn hun initialen vergeten vragen”, realiseert Bas zich plots.De initialen, in combinatie met de laatste letter van de achternaam vormen een anonieme identificator. Dit stelt de onderzoekers in staat om eventuele dubbeltellingen te verwijderen. Sommige mensen zijn namelijk gekend door meerdere diensten. Enkel de personen van de straattelling met zo’n anonieme identificator zullen bij de algemene telling van alle dak- en thuislozen meegerekend worden.Even twijfelt hij, maar dan loopt hij er toch voor terug. Voor de persoon die niet wakker werd en de vrouw die verder wilde slapen, vullen Marc en Bas enkel de info in die ze zelf konden vaststellen.

Stemmen en muziek

We wandelen weg van het winkelcentrum, richting een plek waar stemmen en muziek klinken.

Op de rand van een bloembak zitten vier jonge mannen en een iets oudere vrouw. Ze groeten ons hartelijk. Een van hen spreekt vrij vlot Engels en vertaalt voor de rest. De matras en de slaapspullen die we eerder aantroffen zijn van hen. Het is alleen nog te vroeg om te slapen.

‘Het is nog te vroeg om te slapen.’

Uiteraard willen ze meewerken aan de telling. Bas en Marc halen hun telefoon boven en beginnen één voor één de vragenlijsten in te vullen. Ook zij komen uit Roemenië. Bas legt uit waar Kamiano is en dat ze daar kunnen langskomen voor ontbijt en een douche. Een van de mannen vertelt dat hij hier alleen is, zijn vrouw en kinderen zijn nog thuis. Hij heeft het koud en vraagt of we geen slaapzak hebben? Weer moeten de hulpverleners teleurstellen.

“Als deze mensen het nu al koud hebben, op zo’n zachte nacht… Wat zal dat zijn als het kouder wordt?”

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Koud tijdens een zachte nacht

Bewust van de vele straten die we nog moeten afwandelen, trekken we verder. “Als deze mensen het nu al koud hebben, op zo’n zachte nacht… Wat zal dat zijn als het kouder wordt?”, zegt Marc. “Het is goed dat het aantal bedden in de nachtopvang in de winter wordt  uitgebreid. En dat er dan ook mensen zonder wettig verblijf terecht kunnen.”

Terwijl we wandelen vraag ik of ze de laatste tijd evoluties zien in het profiel van mensen die op straat slapen. Ze zien steeds vaker mensen zonder wettig verblijf. En ook Roemenen duiken meer op. “We stellen ook vast dat er meer mensen openlijk in het straatbeeld erg verslavende drugs gebruiken, zoals crack”, zegt Marc. “Als hulpverlener ben je dan niet altijd welkom. Je bent eerder een storende factor. Dat is een uitdaging voor onze werking.”

De twee hulpverleners zien ook meer vrouwen op straat. Antwerpen heeft geen aparte vrouwennachtopvang, wel is er in de algemene nachtopvang een kamer voor vrouwen. Maar sommige vrouwen voelen zich daar niet veilig, of hebben een verslaving of psychische problematiek en verkiezen daarom de straat, weten Bas en Marc.

En kinderen? “Dat zien we gelukkig minder”, zegt Marc. “En als er kinderen zijn, kan er meestal snel geschakeld worden. Vorige week sliep er een gezin aan het station, nog dezelfde avond hebben we voor hen een oplossing gevonden.”

Bijna middernacht

In de Theaterbuurt passeren we verschillende mensen die mooi opgekleed van een voorstelling komen. Absurd contrast, merk ik op. “Dat is eigen aan de stad”, vindt Bas. “Iedereen leeft hier naast elkaar. Als je er niet op let, dan zie je de daklozen niet.”

‘De twee hulpverleners zien meer vrouwen op straat.’

Ondertussen schuimen we verder pleinen en straten af. Aan een iets steviger tempo, want de klok tikt. Op een plein staan podia, hekken en tenten voor een event dat morgen plaats vindt. “Hier slapen soms ook mensen, maar die zullen nu afgeschrikt zijn”, zegt Bas.

In De Botaniek gebruiken we de zaklamp van onze smartphone. Het is stil en pikdonker in deze plantentuin. Blijkbaar overnachten hier regelmatig mensen. Maar vannacht is het er leeg.

Bas (links). “Iedereen leeft naast elkaar in de stad. Als je er niet op let, dan zie je de daklozen niet.”

© Sociaal.Net / Lisa Develtere

Geen cijferfetisjist

Voor bevoegd schepen van Sociale Zaken Tom Meeuws (Vooruit) tellen ze de dak- en thuisloze mensen in Antwerpen niet louter voor het getal. “Want dat het er veel zullen zijn, meer dan het aantal opvangplaatsen dat we vandaag hebben, weten we al. Ik ben geen cijferfetisjist, maar hou wel van becijferd sociaal beleid.”

‘Ik hoop dat het cijfer een eyeopener kan zijn voor politici die er vandaag minder mee bezig zijn.’

“Het feit dat er door de cijfers erkenning zal komen voor het probleem is een goed startpunt. Vervolgens moeten we goed nadenken wat we kunnen doen”, vervolgt de schepen. En daarvoor kijkt hij ook naar andere beleidsdomeinen.

“Ik hoop dat het cijfer een eyeopener kan zijn voor politici die er vandaag minder mee bezig zijn. Dat ook zij zich afvragen hoe we met meer ambitie dak- en thuisloosheid terug kunnen dringen.”

Parkings

De avond vordert. We passeren nog langs enkele ondergrondse parkings. Eén voor één blijken ze op dit uur afgesloten. “Enkel toegang met parkeerticket”, staat er op een deur.

Marc: “Parkings zijn een geliefde slaapplek voor daklozen. In parkings zonder camera’s en die niet afgesloten worden, overnachten nog steeds mensen. Maar hier proberen ze dat te voorkomen. Hetzelfde zien we bij bankkantoren, waar vroeger aan de geldautomaten vaak mensen sliepen. Tegenwoordig gaan die allemaal op slot.”

‘Iedereen heeft het gevoel dat het probleem vandaag onderschat wordt.’

Wanneer we bijna terug aan het startpunt zijn, komen we een ander groepje tellers tegen. Hoeveel mensen wij geteld hebben, willen ze weten. Acht. Zij zijn verrast dat ze in de buurt van de Groenplaats maar drie mensen telden. “We gaan in die laatste minuten nog snel opnieuw kijken of we niemand gemist hebben.”

De tellers, die stuk voor stuk professioneel of vrijwillig met dak- en thuisloze mensen werken, beseffen wat de mogelijke impact van de telling is en kan zijn.

Iedereen die ik sprak had het gevoel dat het probleem vandaag onderschat wordt. Niet enkel van de straatslapers, maar nog meer van de mensen die elders overnachten, in kraakpanden, bij vrienden of kennissen. De groep die morgen zal geteld worden. Met harde cijfers hopen de tellers een feller licht te kunnen laten schijnen op het probleem.

Reacties [4]

  • De Greef Johan

    De schepen mag dan geen cijferfetisjist zijn, hijzelf laat ook mensen op straat zetten uit woningen van het OCMW.
    Recent nog (oktober/november) werd iemand op straat gezet die nu onderdak vindt in een opvang voor daklozen. Het OCMW-appartement waar hij woonde, in hetzelfde bouwblok, staat leeg.
    Het gezin dat dit voorjaar uit elkaar werd gerukt en thuisloos werd heeft intussen een andere woning gevonden. Nu moeten ze hun papieren in orde brengen. In de periode van hun thuisloos zijn stond het appartement waar ze eerst in woonden leeg. Het werd ook niet verbouwd of opgefrist.

  • Tony Blockx

    Hebben organisaties al eens de vraag durven stellen aan het beleid waarom ze het stuivenberg niet openstellen voor daklozen in de winter? 500 bedden elec en water.
    Blindheid der dwazen doet de minderheid stilzwijgen naar rechtvaardigheid om mens te mogen zijn.
    Quote ervaringsdeskundige in armoede.

  • Devroe Peter

    Een diepe buiging voor al de medewerkers van de sociale organisaties die vanuit mededogen en met een warm hart de verworpenen van onze samenleving proberen te helpen. Het maakt ons bewust van de kwetsbaarheid van de mens in deze individualistische consumptiemaatschappij.
    Ik wens deze ‘uitgestotenen’ maar zeker ook hun helpers van harte alle steun, moed en respect toe.

  • Riet Knoops

    E i n d e l i j k !
    Goed dat dit gebeurd!!!
    Een stad onwaardig.
    Met dank aan al die vrijwilligers.
    En nu hopen dat er goed beleid op volgt.

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.