Lege stoelen op kantoor
Ik zit op mijn bureaustoel in ons landschapskantoor. Het is dinsdagnamiddag, traditioneel de drukste dag van de week. Het is dan vaak dringen voor een flexplek. Maar de laatste weken gaat een vrije plaats bemachtigen toch iets vlotter.
‘Een aantal collega’s zit al een tijdje thuis. Op zoek naar zichzelf.’
Ik tel de lege stoelen, het zijn er meer dan ik had gevreesd. Een aantal collega’s zit al een tijdje thuis. Op zoek naar zichzelf. Wie zijn ze als professional? Als vader of moeder? Als lief of vriendin? Wie zijn ze binnen al die rollen die ze vervullen? Tussen al die balletjes die ze in de lucht proberen houden?
Onvoorspelbaarheid raakt
Ik heb het gevoel dat die zoektocht en dat balanceren bij mensen die werken met mensen net iets harder toeslaat dan elders in de samenleving.
Mensen kunnen zo onvoorspelbaar zijn. De ene dag stappen ze gezwind uit bed, de andere dag met het verkeerde been. Een cliënt waar ik al een tijd goede en diepgaande gesprekken mee heb, kan plots van mood veranderen. Je moet al een verdomd sterke sociaal werker zijn om die switch te vatten of te begrijpen, laat staan om de schuld ook niet automatisch bij jezelf te leggen.
Voor sociaal werkers speelt bovendien mee dat we elke dag zeer schrijnende verhalen horen. Het ene vaak nog pakkender dan het andere. En je kan al die issues en problemen onmogelijk allemaal oplossen, want dat ligt niet binnen je macht als eenzame werker.
Worsteling
Veel collega’s worstelen. Ze kunnen de schrijnende verhalen ‘s avonds niet of moeilijk loslaten, maar willen ook niet afglijden naar apathie. Ik zie collega’s ziek worden omdat ze te veel overhellen naar het ene of het andere.
‘In onszelf wegcijferen en altijd maar geven zijn wij de beste van de klas.’
Of omdat de teneur en complexiteit van gesprekken met cliënten er soms voor zorgen dat ze hun eigen problemen zo nuanceren dat ze op de duur geen plaats meer hebben. In onszelf wegcijferen en altijd maar geven zijn wij de beste van de klas. Want hoe onfatsoenlijk is het om te piekeren over een van je kinderen als een Palestijnse moeder je net belde om te vertellen dat ze haar zoon in Gaza niet meer kan bereiken?
Dat cliënten ons in vertrouwen nemen en willen vertellen wat er speelt, dat is een van de mooiste dingen van ons vak en tegelijk ook onze diepste valkuil. Maar als alles wat we kunnen geven is uitgedeeld dan volgt vaak de mokerslag die leidt tot een burn-out.
Geen energie
Ik ben voorlopig gespaard gebleven van al te sombere gedachten over mijn werk. Eén keer heb ik mijn huisarts gevraagd om me na een coronabesmetting wat langer thuis te laten. Ik was hersteld, maar toen mijn dokter zei: doe nu maar dingen die je opnieuw energie geven, sloeg de paniek me om het hart.
‘Ik zocht letterlijk naar iets wat er niet was: betaalbare woningen.’
Op dat moment bestond mijn job uit het samen met cliënten zoeken naar woningen op de private huurmarkt. Ik had in sneltreinvaart de prijzen hallucinante proporties zien aannemen. Ook de discriminatie van mensen met migratieroots zag ik elke dag toenemen. Ik zocht letterlijk naar iets wat er niet was: betaalbare woningen.
Die opdracht gaf me nul energie, en achteraf beschouwd raakte ik ook gefrustreerd over het feit dat ik niet kon bijdragen aan structurele oplossingen. Mede dankzij een collega-vriendin kaartte ik die patstelling aan bij mijn leidinggevende. Godzijdank kreeg ik een aangepast takenpakket met tools waarmee ik mensen wél zou kunnen helpen, ik ging halftijds bemiddelen in huurschulden.
Dank aan de collega
Het was dus een collega die veel voor mij betekende, die de kat de bel aanbond en zorgde dat ik uit het kleine kuiltje kon kruipen waar ik toen in zat. Ik had haar dan ook honderduit verteld over hoe ik me voelde.
Maar het hart ligt niet bij elke collega op de tong. Sommigen houden hun problemen en onzekerheden lang bij zichzelf. Te lang. En vaak is het dan te laat wanneer je merkt dat er iets aan de hand is. En voor wie het te laat is, is het een hele lijdensweg om er weer bovenop te raken.
Dienstmededeling: ik vertrek bij OCMW Gent om aan de slag te gaan bij SAAMO Gent voor het project ‘Ieders Stem Telt’. Een job waar ik samen met mensen structurele problemen zal kunnen blootleggen. Die kans kon ik niet laten liggen.
Maar wil dat zeggen dat ik niet meer achter mijn leuze ‘OCMW maatschappelijk werker is een van de schoonste beroepen van de wereld’ sta? Absoluut niet, integendeel. Net daarom schreef ik op de valreep deze column. Omdat het OCMW maatschappelijk werk een geweldig beroep is en moet blijven. En dat begint bij zorg dragen voor de sociaal werker, onszelf en elkaar.
Reacties [12]
Prachtig geschreven, ik heb er geen woorden voor! 💕
Mooie column, zeker weten.
Wat Michelle hier beschrijft zette mij aan om een tweedaagse opleiding te organiseren ‘bewust maatschappelijk werker’. Bewust even stilstaan om daarna met perspectief verder te kunnen.
https://escala.be/opleiding/maatschappelijke-topic/bewust-maatschappelijk-werker-met-overnachting?ref=273179
Wordt hernomen in het voorjaar
Bedankt Michelle voor je soms vlammende bijdrage, alleen jammer dat ze (misschien wel gelezen maar) niet begrepen wordt door beleidsmakers. Hierdoor krijg ik soms het gevoel op de eerste rij te zitten bij ‘Het failliet van onze samenleving’ – ondanks de immense inspanningen die geleverd worden door jou en mij en al de collega’s in het werkveld… Hopelijk mogen we ook de ‘Revival’ nog meemaken, en hoop doet leven, niet?
Zou het helpen als maatschappelijk werkers ook een vakvereniging hadden? Vakbonden nemen het op voor werknemers, maar je moet jezelf ook inhoudelijk beschermen en op het beleid wegen …
Dag Mathias, sociaal werkers van het OCMW zijn alvast verenigd in deze federatie: https://federatievlaamseocmwmaatschappelijkwerkers.be/Index.html
Mooi geschreven, een echte weergave van wat ook ik en mijn collega’s ervaren in een mobiel team.
De laatste jaren voel ik meer en meer hoe ook (groei)opleiding van deze hogeschoolstudenten kan bijdragen aan meer veerkrachtige professionals…
Weeral mooi geschreven, Michelle. Blijven doen.
Een politiek bestuur dat achter zijn maatschappelijk werkers staat, hen vertrouwt, respect toont voor hun deskundigheid, luistert naar hun frustraties en motivaties kan het verschil maken denk ik. Waardering is zo belangrijk !
Jammer dat politiek verantwoordelijken zelfs uitspreken dat je met sociaal beleid de verkiezingen niet wint.
De druk op onze maatschappelijk werk(st)ers is een tikkende tijdbom.
Bedankt voor deze hele mooie, gevatte en raken column Michelle. Het vat perfect samen wat ik al een heel aantal maanden aan het voelen ben. De malaise mag gerust benoemd worden en deze column helpt daar absoluut bij. Ik deel zo veel mogelijk!
Veel groetjes van je collega-columnist Iwein
Heel mooi geschreven, idd. En heel herkenbaar. Naast de zwaarte van de job met momenten, zijn er ook de besparingen die keer op keer langskomen en die vragen om onszelf ook op dat vlak opnieuw uit te vinden. Bij ons vertrekken collega’s met veel ervaring en die dus een grote steun kunnen zijn, en worden ze niet meer vervangen of slechts gedeeltelijk en door iemand met maximaal 4j ervaring.
Heel mooi omschreven,
Zo is dit voor de zorg algemeen er wordt steeds professionaliteit en zorg gevraagd van topkwaliteit maar wie zijn deze mensen die de zorg dragen wat is hun draagkracht, hoe staan ze zelf in het leven?
Bij jongeren wordt gepusht om voor de zorg kiezen hoewel we zien hoe vaak en hoe snel ze in een negatieve spiraal terecht komen. Maak de basis sterk en het zorgberoep bespreekbaar ook voor de zorger die even de weg kwijt is.
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies