Achtergrond

Nieuwe autoriteit en jeugdhulp: ‘Veel consulenten bijten hun tanden stuk op weerstand’

Jens Van Cleynenbreugel

Als consulent bij de jeugdrechtbank worstelde Jens Van Cleynenbreugel met de weerstand van jongeren en gezinnen. Hij wilde ondersteunen maar zijn mandaat om grenzen af te dwingen, strooide vaak roet in het eten. In ‘Nieuwe Autoriteit’ vond hij inspiratie en tools om dat om te buigen.

jeugdhulp

© Unsplash / Sinitta Leunen

Gedwongen jeugdhulp

Ik werkte enkele jaren als consulent bij de jeugdrechtbank met jongeren en gezinnen die vaak een lang en hobbelig hulptraject achter de rug hebben.

‘Hoe kan ik als jongeman zeggen hoe twee ervaren ouders hun gezin moeten leiden?’

Ik botste vaak op dezelfde confronterende vragen, niet in het minst omdat ik er geen antwoorden op vond. Hoe kan ik als jongeman zeggen hoe twee ervaren ouders hun gezin moeten leiden? Wie ben ik om hier überhaupt tussen te komen, ook al gaat het over mishandeling of verwaarlozing?

Je hebt als consulent dan wel een maatschappelijk mandaat om medewerking af te dwingen, maar hoe zorg je dat gedwongen hulpverlening ook in de praktijk echt werkt?

Boze moeder

Een voorbeeld. Als consulent kwam ik aan boord bij een thuisbegeleiding die ontspoorde nog voordat ze goed en wel begonnen was.

Een alleenstaande moeder van vier kinderen was door moeilijke levensomstandigheden in de problemen gekomen. Twee kinderen verbleven in de residentiële jeugdhulp, onder toezicht van de jeugdrechter. De twee andere kinderen mochten thuis blijven, op voorwaarde dat de moeder thuisbegeleiding aanvaardde.

De moeder erkende dat het thuis moeilijk liep en stond aanvankelijk open voor dit voorstel. Toch liep het eerste contact met de thuisbegeleidster al meteen fout. Als ik enkele dagen later bij haar op huisbezoek ga, is ze nog steeds woedend. “Ze komt hier binnen en begint zomaar haar eigen agenda op te dringen! Waar ben ik in dit verhaal? Ik dacht dat men mij wilde helpen? Die vrouw moet mij niet komen zeggen hoe ik mijn kinderen moet opvoeden!”

Ik was onder de indruk van haar heftige reactie. Ze was toch akkoord met de thuisbegeleiding? Maar ik begreep ook dat ze overdonderd was door de begeleidster die meteen vertrok vanuit haar mandaat om dringend verandering te realiseren. De moeder wilde wel iemand die structuur biedt en grenzen stelt, maar verwachtte ook ruimte en begrip voor haar vragen en zorgen.

Afdwingen op basis van macht

Dit voorbeeld schetst de spanning die ingebakken zit in gedwongen jeugdhulp: je bent er om te helpen, maar je doet dit vanuit dwang. Vaak voelt dat tegenstrijdig aan. Om als begeleider sterk te staan, heb je een heldere visie en sterke methodische handvatten nodig.

Na een zoektocht vond ik die bij ‘Nieuwe Autoriteit’, een opvoedingsmodel van psycholoog en therapeut Haïm Omer. Hij vond op zijn beurt inspiratie bij het geweldloos verzet van historische figuren zoals Mahatma Gandhi, Martin Luther King en Nelson Mandela.

‘In Nieuwe Autoriteit vond ik een kompas voor mijn werk in de jeugdhulp.’

Om tot ‘nieuwe’ autoriteit te komen, introduceert Omer eerst twee ‘oude’ vormen van autoriteit. Hij speelt twee tegengestelde invullingen van autoriteit tegenover elkaar uit, om te komen tot een eigen derde weg.

De eerste invulling van autoriteit berust op macht: iemand kan zijn wil afdwingen op basis van een ongelijke machtsrelatie. Wie niet volgt, wordt bestraft. Die invulling van autoriteit schemert door in de gedwongen jeugdhulp. De jeugdrechter legt een maatregel op en mandateert de hulpverlener om die in een gezin af te dwingen. Werk je als jongere en ouder mee, dan geraak je verlost van dwang en dreigende sancties.

Die vrije vertaling toont meteen de zwakte van deze invulling van autoriteit: menselijk gedrag en keuzes zijn complex en laten zich niet lineair afdwingen. Zo’n aanpak leidt zelden tot een gedragen en duurzame oplossing. Het blindelings volgen van iemand, uit angst voor straffen of represailles, leidt niet tot een eigen leerproces. Nochtans ambieert ook de gerechtelijke jeugdhulp dat een jongere of het gezin uiteindelijk zelfstandig verder kan.

Onder vuur genomen

Het is duidelijk: deze traditionele invulling van autoriteit reikt jeugdhulpverleners niet het juiste kader aan. Dat blijkt ook op het terrein: wie zich vandaag profileert vanuit deze autoriteit, ervaart al snel weerstand.

‘Ik kan opleggen wat ik wil, zolang ze mijn maatregel niet aanvaarden, gaan ze deze toch niet volgen.’

Dat ervoer ik ook zelf: ouders en jongeren stelden indicatiestellingen in vraag en verzetten zich als ze, zonder enige inspraak of zeggenschap, opgelegd werden. Samenwerking is dan veraf. Of zoals een zelfbewuste jeugdrechter me ooit zei: “Ik kan opleggen wat ik wil, zolang ze mijn maatregel niet aanvaarden, gaan ze deze toch niet volgen.”

Laisser-faire autoriteit

De beperkingen van deze traditionele autoriteit laat alle ruimte voor haar tegenpool: ‘laissez-faire’. Ieder individu heeft zijn eigen traject en moet dat onvoorwaardeljk kunnen ontwikkelen. Interventies van buitenaf worden als negatief ervaren. Mensen dienen elkaar enkel te stimuleren of positief te bekrachtigen.

Is dit een realistische opvatting als het gaat over problemen die op de tafel van de jeugdrechter belanden, zoals bijvoorbeeld misbruik, verwaarlozing of mishandeling? Maatschappelijke normen leggen grenzen op waardoor deze extreme invulling van vrijheid niet wenselijk is. Zo kan je als consulent binnen een gezin waar er familiaal geweld is, niet enkel werken met positieve bekrachtiging. Er zijn ook grenzen nodig. Die grenzen zijn uiterst belangrijk voor het veilig opgroeien van kinderen en jongeren.

Deze lakse invulling van autoriteit laat slachtoffers en plegers van geweld, misbruik of verwaarlozing in de steek. Dat staaks haaks op onze zorgzame samenleving.

Zorg voor je kind en stel grenzen

Haïm Omer was ervan overtuigd dat de twee geschetste invullingen van autoriteit weinig houvast bieden. Hij ontwikkelde daarom een nieuw kader: Nieuwe Autoriteit, in eerste instantie als steun voor ouders bij moeilijk of problematisch gedrag van hun kinderen.

‘Het is een oefening om ouders meer bewust te maken van de invloed die ze kunnen hebben op hun kind.’

De focus ligt op ouderschap en hoe ouders door hun natuurlijke autoriteitspositie het ongewenst gedrag van hun kinderen positief kunnen beïnvloeden. Dat lukt door in elke handeling rekening te houden met het evenwicht tussen het zorgen voor je kinderen en het voorzien van de nodige grenzen en structuur.

Het stellen van grenzen wordt hier dus verbonden aan het zorgende aspect van het ouderschap. Jonge ouders willen niet dat hun peuter ziek wordt. Daarom verhinderen ze dat hij een sigarettenpeuk in zijn mond steekt.

Een jongere die ik begeleidde verwoordde die samenhang tussen zorgzaam opvoeden en grenzen stellen zeer krachtig: “Ik ben zestien jaar, maar mag steeds doen wat ik wil. Ik heb geen regels. Daardoor krijg ik het gevoel dat mijn ouders niet om mij geven. Anders zouden ze toch iets zeggen?”

Van machteloosheid naar verantwoordelijkheid

Ouders die geen vat hebben op hun kind, ervaren vaak een gevoel van onmacht. Nieuwe Autoriteit biedt handvatten om er opnieuw te staan als sterke ouders die zorgen voor ruimte maar ook grenzen durven stellen.

Het kader bestaat uit enkele basispijlers: zelfcontrole, transparantie, relatie, verzet, netwerk, herstel en aanwezigheid. Het is een oefening om ouders meer bewust te maken van de invloed die ze kunnen hebben op hun kind.

Van ouders naar jeugdrechtbank

Kan Nieuwe Autoriteit ook een hulp zijn binnen de gedwongen jeugdhulp? De Britse psycholoog Peter Jakob vat de essentie van Nieuwe Autoriteit samen als: “Resisting harm, without causing harm”.

‘Beschermen zonder leed toe te voegen, sluit naadloos aan bij gedwongen jeugdhulp.’

Die kernopdracht bouwt de brug naar gedwongen jeugdhulp. ‘Resisting harm’: gedwongen jeugdhulp beschermt jongeren voor risico’s die hun ontwikkeling ondermijnen. ‘Without causing harm’: zeker als er sprake is van dwang, is de uitdaging om dat te doen zonder extra leed of schade toe te voegen.

Beschermen zonder leed toe te voegen, sluit naadloos aan bij gedwongen jeugdhulp. De jeugdrechtbank legt bij verontrustende opvoedingssituaties geen bestraffende, wel beschermende maatregelen op. De gezinssituatie is verontrustend en de gezinsleden zijn voorlopig onvoldoende bereid om samen te werken. Dan is een gedwongen kader nodig om ondersteuning in te bouwen. Die dwang mag echter geen verdere schade berokkenen, bijvoorbeeld door gezinsleden onnodig uit elkaar te trekken of samenwerking nog meer op de helling te zetten.

Niet alleen boeman

Terug naar de thuisbegeleider en de woedende moeder.

‘Pas als je zorg draagt, kan je ook grenzen stellen.’

Het werken vanuit Nieuwe Autoriteit had wellicht voorkomen dat de moeder bij een eerste contact met de thuisbegeleider meteen woedend werd. De gezinsbegeleidster had dan immers meer aandacht besteed aan de zorgende dimensie van de mama.

Nieuwe Autoriteit spoort consulenten bij de jeugdrechtbank aan om niet alleen ‘boeman’ te zijn. Ook al hebben ze een mandaat om gedwongen tussen te komen, toch is hun voornaamste bekommernis de ondersteuning van gezinnen. De aandacht voor het respecteren van grenzen is een belangrijk, maar niet het enige aandachtpunt. Pas als je zorg draagt, kan je ook grenzen stellen.

Minder weerstand

Op die manier kunnen gezinnen, vanuit een gedwongen kader, opnieuw eigenaar worden van hun leven.  Ze worden minder afhankelijk van de dwang die de jeugdrechtbank installeerde.

Dat zet ook een rem op de weerstand van jongeren of gezinnen. Veel consulenten bijten daar hun tanden op stuk. Met de beste bedoelingen en hulpverleningsplannen stappen ze een gezin binnen, om meteen te botsen op het gebrek aan samenwerking. Nieuwe Autoriteit biedt perspectieven om die weerstand om te buigen.

Dynamisch en flexibel

Elke gezinssituatie is anders, elke begeleiding is een nieuwe puzzel. Zo kan druggebruik van een ouder in het ene gezin zeer traumatiserend zijn, terwijl dit in een ander gezin amper merkbaar is. Werk je met mensen, dan zijn er geen universele oplossingen. Hoe je bijvoorbeeld je bezorgdheid over de ontwikkeling van een kind formuleert zonder voorbij te gaan aan de eigenheid van het gezin, ligt in elke situatie anders.

Antwoorden zal je niet vinden in stugge, wel in dynamische en flexibele kaders. Nieuwe Autoriteit is zo’n kader dat je als hulpverlener doet nadenken over je eigen functie en positie en de invloed daarvan op anderen. Het stimuleert je om je telkens af te vragen of je nog steeds de juiste weg volgt. Want dat pad ligt voor elk gezin anders.

En verder?

Het is duidelijk: ik ben enthousiast over Nieuwe Autoriteit en de kansen die het geeft in de gedwongen jeugdhulp.

Is Nieuwe Autoriteit ook toepasbaar bij andere vormen van gedwongen hulpverlening, bijvoorbeeld bij een gedwongen opname in een psychiatrisch ziekenhuis? Ook hier is het cruciaal om voor een werkzame samenwerking een evenwicht te vinden tussen ‘zorgen voor’ en ‘grenzen stellen en afdwingen’. Wellicht kan Nieuwe Autoriteit ook daar inspireren en ondersteunen. Ik kijk uit naar de ervaringen van collega’s.

Reacties [6]

  • Nora-Lynn Vuchelen

    Ik mis erkenning voor volgende knelpunten in de jeugdhulp: een gebrek aan waarheidsvinding en neutraliteit en de effecten op gezinnen, een gebrek aan deskundigheid en regie en de effecten op gezinnen, een gebrek aan tijdigheid en continuïteit en de effecten op gezinnen, problemen in de communicatie van professionals en de effecten op gezinnen, het grote verloop onder personeel en de effecten op gezinnen, professionals die het recht op dossierinzage ontkennen en de effecten op gezinnen, professionals die het recht op een vertrouwenspersoon ontkennen en de effecten op gezinnen, intimidatie, manipulatie, … van professionals en de effecten op gezinnen,… Als men deze gezinnen echt wil helpen, dan dient men de realiteit te erkennen en ‘de problemen’ niet zonder enige vorm van reflectie te koppelen aan het ouderschap. Iedereen dient zijn verantwoordelijkheid te nemen, daar waar ze deze horen te nemen. Professionals die zich verschuilen achter het beroepsgeheim, dat is schuldig verzuim.

  • stef joos

    Ik heb, werkend in een mobiel psychiatrisch team met vaak ernstig zieke mensen vooral de indruk dat de consulenten de tijd noch de opleiding hebben om adequaat te reageren.

    Ze moeten veel te veel dossiers behartigen. Vaak erg complexe dossiers. De tijd ontbreekt hen om gezinssystemen echt te leren kennen en de dynamieken te begrijpen.

    Het verloop in die sector is ook dusdanig groot (dat zal ook niet zo zijn omdat ze er zoveel arbeidsvreugde te rapen valt), dat ervaren mensen eerder zeldzaam zijn.

    Zolang de jeugdzorg ondergefinancierd wordt, is het overal dweilen met de kraan open.

  • Wendy Coppieters

    Wat met krachtig kijken naar ouders en kinderen? Wat met de uitgangsbasis dat elke ouder doet wat die op dat moment kan? Wat met de nederige houding van de begeleider – die vooreerst vanuit zelfreflectie kijkt naar eigen ouder- en kindbeelden, naar eigen triggers en blinde vlekken, weet dat ‘de juiste aanpak’ niet bestaat en vanuit deze basis streeft naar gelijkwaardigheid? Wat met bewustzijn van de inherente machtsrelatie die leeft tussen hulpverlener en hulpvrager, laat staan met diegenen die er niet meteen om vragen? Het in relatie treden met anderen op basis van eigen twijfels en kwetsbaarheden (niet in het minst wat betreft eigen geleefde ervaringen met ouderschap). En wat met de structurele ongelijkheden waar mensen in deze situaties vaak een heel leven reeds mee te maken kregen? Ik begrijp dat hier enkel goede wil is, en dat deze methodiek handvaten geeft voor wie zoekende is, maar als we deze fundamentele vragen niet stellen, zal er mijns inziens niets fundamenteel veranderen.

  • Goedele

    Helder geformuleerd, goed geïllustreerd. Interessant ook voor jonge startende ouders, die verschillende vormen van autoriteit. Want inderdaad daar zijn we als ouder steeds zoekend naar het evenwicht

  • Hilde Leonard

    Mooi artikel, Jens! Het vat de essentie van het gedachtegoed helder samen. De toepassing op verplichte hulpverlening is interessant. En akkoord, Brigiet, niet als nieuwe bijbel, maar een krachtig kompas dat ons handelen richting geeft. Zo ervaar ik het toch: als mama en als opleider.

  • Brigiet.croes

    Als pleegouder heb ik – bijna 10jaar geleden- de kans gehad om kennis te maken met de theorie van nieuwe autoriteit, en heb ik lezingen van Omer kunnen volgen en in gesprek kunnen gaan met Peter Jacob. Heel boeiend en leerrijk, het gaf mij vele nieuwe inzichten Ik geloof heel erg in de kracht van nieuwe autoriteit en geweldloos opvoeden, zonder dat het de nieuwe bijbel mag worden. Het mee opnemen van deze ” methodiek”, filosofie in ons heel onderwijssysteem, hulpverlening zou een grote meerwaarde zijn.

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.