Sociaal werk in de praktijk
Mijn vader was opvoeder in de jeugdhulp. Zijn hele carrière werkte hij met hart en ziel in hetzelfde begeleidingshuis voor jongens.
Ik herinner me nog levendig dat ik als kind op vakantie ging met mijn ouders, een vijftal jongeren en een extra begeleider. Samen reden we in een camionette naar Frankrijk en brachten daar een paar weken op een camping door.
Jongeren die tijdens de zomer niet naar huis konden omdat ze geen thuis hadden, genoten zo toch van een vakantie in gezinsverband. Er waren harde woorden en zoekende verhoudingen, maar ook veel grappige en verbindende momenten. Sociaal werk in de praktijk.
Geen blauwdruk
Na enkele jaren werd beslist dat dit niet meer mocht. Voor sommige jongeren was het zwaar om nadien weer uit die gezinscontext te stappen. Een doordachte en waarschijnlijk terechte beslissing. Als ik er nu op terugkijk, vooral illustratief voor het continu zoeken en bijsturen van sociaal werk.
‘Sociaal werk en de beweging voor internationale solidariteit delen de agenda van sociale rechtvaardigheid.’
Er is geen blauwdruk voor sociaal werk. Net omdat het over mensen gaat in een voortdurend veranderende maatschappelijke context, is het cruciaal om het ‘waarom’ van het werk goed voor ogen te houden en van daaruit bij te sturen.
Herkenbaar voor de ‘sector’ waar ik zelf al quasi mijn hele leven werk: ontwikkelingssamenwerking, de Noord-Zuidbeweging of – mijn eigen favoriet – de beweging voor internationale solidariteit. Ook bij ons is er voortdurend evolutie in hoe we het werk in de praktijk vormgeven. En maar goed ook.
Gedeelde agenda
Sociaal werk en de beweging voor internationale solidariteit delen een agenda: deze van sociale rechtvaardigheid. Of sociaal werk deze rechtvaardigheid vanuit een mensenrechtenperspectief dan wel vanuit een zorgperspectief moet invullen, daarover leeft blijkbaar een gezond debat, las ik op Sociaal.Net.
‘Mensenrechten staan als een paal boven water.’
Voor 11.11.11 staat het mensenrechtenperspectief alleszins als een paal boven water. Wij streven naar een samenleving waarin voor iedereen sociale, economische, politieke en culturele rechten een realiteit zijn binnen de grenzen van de planeet.
Wij spreken over mondiale rechtvaardigheid, waarin we het ecologisch en internationaal perspectief meenemen, naast het sociale. Dit is het toekomstbeeld dat ons drijft.
Op dezelfde nagel kloppen
Deze ambitie brengen wij elke dag in de praktijk met onze leden, internationale netwerken en partnerorganisaties wereldwijd. 11.11.11 is de koepel van de Vlaamse Noord-Zuidbeweging en verenigt meer dan 60 organisaties, 20.000 vrijwilligers, schenkers en burgerinitiatieven.
We doen aan beleidsbeïnvloeding met expertise, communicatie en mobiliserende acties. We stimuleren samenwerking en bundelen krachten, in België en over de grenzen. En we werken nauw samen met ‘changemakers’ wereldwijd die dag-in-dag-uit voor mondiale rechtvaardigheid strijden. Want als we samenwerken en elk op onze eigen manier op dezelfde nagel kloppen, zetten we samen stappen vooruit richting een meer rechtvaardige wereld.
Herverdeling van geld en macht
Hoe komen we tot die mondiaal rechtvaardige samenleving? Herverdeling! Herverdeling van macht en middelen, over de grenzen heen. Internationale solidariteit is voor ons niet louter liefdadigheid, altruïsme of empathie.
Nee, wij stellen de structuren die ongelijkheid en onrecht creëren ter discussie. We willen die veranderen. Hiervoor is geld nodig en de middelen voor ontwikkelingssamenwerking schieten tekort.
‘Het gaat niet enkel over wie door de mazen van het net valt opvangen. Het is vooral zorgen dat de mazen in het net structureel gedicht worden.’
Bovendien trekken we het niet met geld alleen. Om tot een mondiale rechtvaardige samenleving te komen, is een herverdeling van macht nodig: wie mag spreken en wie mag wegen op gemaakte beleidskeuzes en wie niet?
Net als bij sociaal werk, gaat het bij het werken rond internationale solidariteit niet enkel over opvangen van wie door de mazen van het net valt. Het is vooral zorgen dat de mazen in het net structureel gedicht worden.
Dit laatste is de kernopdracht van iedereen die naar rechtvaardigheid en solidariteit streeft, en dat doen zowel het sociaal werk als ontwikkelingssamenwerking. Maar is dat het enige wat we gemeen hebben? Zeker niet.
Drie gelijkenissen
Eén: ons werk is nooit af. Hoe we concepten zoals rechtvaardigheid of solidariteit invullen en welke praktijken we hanteren, zijn continu voer voor debat en bijsturing. En het is gezond om dit te benoemen, zodat we kunnen leren en evolueren.
‘Ons werk is nooit af.’
Het sterke van Sociaal.Net is dat dit dé plek is in Vlaanderen voor het debat over concepten, invullingen en praktijken van zorg en welzijn. Sociaal.Net is hiervoor het referentiemedium, zoals MO* dat is voor nieuws en meningen over de wereld.
Zoektocht naar gelijkwaardigheid
Twee: we delen de zoektocht naar gelijkwaardigheid. In de beweging voor internationale solidariteit zijn we al enorm opgeschoven richting gelijkwaardigheid tussen donor en ontvanger. Maar we moeten deze tweespalt niet verkleinen, we moeten hem uitwissen.
‘We kunnen van elkaar leren als het gaat over machtsverhoudingen.’
We hebben te lang om het dekoloniseringsdebat heen gedanst. Het is tijd om het oprecht en fundamenteel te voeren. Walk the talk: ook hier moeten oude machtsverhoudingen op de schop.
Binnen sociaal werk is er evenzeer continu die spanning tussen hulpverlener en hulpvrager. We kunnen van elkaar leren als het gaat over machtsverhoudingen, over werken aan empowerment en gelijkwaardigheid.
Professionaliseren
Drie: we ervaren allebei druk om te professionaliseren, waardoor we onze kernopdracht, onze agenda, ons toekomstbeeld soms vergeten. We moeten onze ruimte in het publieke en politieke debat blijven opeisen.
Het is een continu balanceren tussen enerzijds transparantie, onderbouwde aanwending van de middelen en impact aantonen en anderzijds risicobereidheid, experimenteren en out-of-the-box denken.
Complementair met de overheid
En eigenlijk kunnen we daar nog een vierde parallel aan toevoegen: de tendens van de overheid, in beide domeinen, om niet de volle verantwoordelijkheid te nemen om de rechtvaardigheidsagenda te realiseren.
Middelen voor sociaal werk dalen en er wordt gekozen voor meer marktwerking. De nadruk komt te liggen op plichten eerder dan op rechten. De overheid trekt de kaart van vermaatschappelijking van zorg, waarbij burgers in een ‘warme samenleving’ de zorg op zich nemen, ongeacht of dit voor iedereen haalbaar is, of iedereen gelijke toegang heeft tot die zorg.
‘Spontane solidariteit heeft haar meerwaarde. Maar er moet altijd een overheid zijn die solidariteit institutionaliseert en individuele empathie overstijgt.’
Begrijp me niet verkeerd, spontane solidariteit heeft absoluut haar meerwaarde, zoals uit onderzoek en dagelijkse praktijk blijkt. Maar er moet altijd een overheid zijn die solidariteit institutionaliseert en daarmee individuele empathie overstijgt.
Dat is ook zo voor internationale solidariteit. Wij pleiten er daarom voor dat multilaterale instellingen, onze eigen overheden en middenveldorganisaties investeren in die internationale solidariteit.
Drie uitdagingen
Vanuit die gelijkenissen kunnen we samen de schouders zetten onder drie uitdagingen.
Eén: met wie zijn we solidair? Lang ging een goed uitgebouwde welvaartstaat hand in hand met solidariteit over de grenzen heen, via ontwikkelingssamenwerking. Meer en meer merken we dat het parallel lopen van beide vormen van solidariteit – binnen en over de grenzen heen – onder druk staat.
De universaliteit van mensenrechten wordt als belemmerend ervaren, migratie is synoniem geworden met dichthouden van grenzen en onrecht elders wordt gereduceerd tot kille cijfers of anekdotiek, de oorzaken gemakshalve verzwegen.
‘Klimaatverandering, corona, ongelijkheid: dit verbindt ons met elkaar.’
Door solidariteit over de grenzen heen los te laten, lossen we de uitdagingen waar we voor staan niet op. Klimaatverandering, corona, wereldwijde ongelijkheid: dit verbindt ons met elkaar.
Sociaal werk in België versus internationale solidariteit: we mogen ons niet tegen elkaar laten uitspelen. We zijn uit dezelfde klei geboetseerd. Er is hier geen rechtvaardigheid zonder mondiale rechtvaardigheid en vice versa.
Ecologische rechtvaardigheid
Twee: de koppeling van de sociale aan de ecologische rechtvaardigheidsagenda. Het is intussen duidelijk dat sociaaleconomische ongelijkheid nauw verbonden is met de aanslag op onze planeet. In oorzaken en gevolgen.
IJveren voor ontwikkeling binnen de grenzen van onze planeet is het meest sociale dat je kan doen, omdat de klimaatcrisis de ongelijkheid nog vergroot. Maar de transitie naar een duurzamere omgang met de planeet moet ook op een sociaal rechtvaardige manier gebeuren.
Positie innemen
Drie: de rug rechten en positie innemen. Corona maakt nog maar eens duidelijk dat iedereen misschien wel in dezelfde storm zit, maar niet in hetzelfde schuitje. Het virus maakte bestaande ongelijkheden duidelijker zichtbaar en verscherpte ze jammer genoeg nog.
Meer mensen doen vandaag een beroep op voedselbanken, klimaat verdween van de politieke agenda, het aantal mensen in extreme armoede wereldwijd dreigt toe te nemen met 100 miljoen, economieën zijn voor lange tijd ontwricht, autoritaire leiders knijpen de democratische ruimte toe.
‘Corona maakt nog maar eens duidelijk dat iedereen misschien wel in dezelfde storm zit, maar niet in hetzelfde schuitje.’
Het is aan ons om alert te zijn, om vanuit rechtvaardigheid te analyseren, te praten en te handelen. Met respect voor de veelheid aan manieren om dit waar te maken. Sommigen hebben een scherpe pen en stem, anderen zoeken de dialoog op, weer anderen stappen op een integere manier in de politiek, opnieuw anderen zijn stil, maar oh zo krachtig in de praktijk.
Hokjes overstijgen: we zetten het in de praktijk
Laat ons dus geen krachten verspillen door elkaar destructief te bekritiseren, maar voortbouwen op elkaars verhalen en bedenkingen. Zo kunnen we de positieve krachten vergroten en de kanteling ten goede laten gebeuren, richting meer rechtvaardigheid.
We moeten onze democratische ruimte blijven innemen, in debat blijven gaan. Daarom geeft de samenwerking tussen 11.11.11 en Sociaal.Net me zoveel energie. We overstijgen de hokjes in de praktijk.
“Omdat het net nu zo cruciaal is om analyses en praktijken te verbinden. Krachten te bundelen. Samen verhalen te vertellen. Armen in elkaar te haken en elkaar te versterken in onze roep om een rechtvaardige samenleving. En elkaar te blijven uitdagen om praktijken te vinden waar we de grootste hefbomen in zien.
Laat ons debatteren en elkaar inspireren, maar laat ons vooral ook niet vergeten te doen. Te durven leren, risico’s nemen en bijsturen. Of zoals Gandhi zo mooi zei: “Aarzelen om te handelen omdat het ideaal misschien niet wordt gehaald, of omdat anderen het nog niet delen, is een houding die enkel vooruitgang hindert.”
Reacties
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies