Drie hoofdrolspelers
In Vlaanderen worden slachtoffers van misdrijven geholpen door verschillende diensten. Dat levert een behoorlijk complex kluwen op. Er zijn drie hoofdrolspelers. De Centra voor Algemeen Welzijnswerk (CAW) zorgen voor slachtofferhulp. Slachtofferbejegening gebeurt door politie. En de justitiehuizen nemen het slachtofferonthaal voor hun rekening.
‘Slachtoffers hebben rechten.’
Een samenwerkingsakkoord tussen de verschillende overheden regelt de onderlinge samenwerking.
Rechten gerealiseerd?
De opvang en ondersteuning van slachtoffers is geen vrijblijvend terrein. Slachtoffers hebben rechten. Dat gaat bijvoorbeeld over het recht op begrijpelijke informatie, kosteloze toegang tot slachtofferhulp en recht op deelname aan de strafprocedure. Een Europese richtlijn legt de basis voor die rechten.
Voor de opmaak van deze richtlijn haalde de Europese Commissie haar mosterd in België. Destijds werkten onze terreinervaringen inspirerend.
Sindsdien staat België opnieuw in de schaduw. We moesten onze voortrekkersrol lossen. Door de verschillende staatshervormingen en het verdwijnen van het Nationaal Forum voor Slachtoffers vielen er gaten, vooral op vlak van coördinatie.
Diversiteit troef
Ervaren ook slachtoffers de impact van die lacunes? Kunnen ze hun rechten minder goed realiseren? SAM, steunpunt mens en samenleving zocht het uit.
Het onderzoek bestaat uit een literatuurstudie en een bevraging van professionelen. De vragenlijst toetst de Europese slachtofferrichtlijn artikelsgewijs aan de ervaring van praktijkwerkers.
‘Ervaren slachtoffers de impact van die lacunes?’
Opvallende vaststelling: slachtofferhelpers van CAW’s en justitieassistenten slachtofferonthaal antwoorden erg verspreid op heel concrete vragen over hun werkpraktijk.
Zo vroegen we of er in hun praktijk tolken kunnen ingezet worden. De ‘ja’ en ‘neen’ antwoorden wisselen elkaar lukraak af. Een eenduidig beleid is ver zoek.
Gebrek aan rechtszekerheid
Dat is een probleem: de rechtszekerheid staat onder druk. Of je als slachtoffer krijgt waar je recht op hebt, hangt af van bij wie je terecht komt.
Niet alle slachtoffers krijgen ook dezelfde informatie over het verdere verloop van procedures. Bovendien is de informatie niet altijd aangepast aan de noden van mensen. Wanneer een slachtoffer verwikkeld zit in strafprocedure, is er zelden toegankelijke informatie ter beschikking voor blinden, slechthorenden of mensen met een andere beperking. Ook voor anderstaligen is dit vaak een probleem.
Respect voor slachtoffer
Eén van de rechten van slachtoffers is dat diegene die jou hulp verleent, je met het nodige respect behandelt.
‘Een eenduidig beleid is ver zoek.’
Ook dat recht wordt niet altijd en overal gerealiseerd. Kijk naar de manier waarop transmigranten worden aangepakt door de politie. Dokters van De Wereld stelde vast dat de politie transmigranten niet als slachtoffers bejegent, wel als mogelijke mensenhandelaars. Er is geen aandacht voor het feit dat deze mensen slachtoffer kunnen zijn van verschillende misdrijven. Dat schendt hun slachtofferrechten.
Gebrek aan training?
Er schort dus wat aan de realisatie van slachtofferrechten. De oplossing ligt voor de hand: voorzie meer training en opleiding voor slachtofferhelpers.
Maar mensen die met slachtoffers werken, vinden dat ze voldoende opgeleid zijn om dit op een goede manier te doen. Gaan we daar dieper op in, dan stellen we vast dat er aan de politiescholen een opleidingsaanbod is van 56 uur. Het gaat hier niet enkel om slachtofferbejegening. Ook de omgang met burgers in het algemeen komt hier aan bod. Bovendien geeft elke politieschool een eigen invulling aan dit aanbod.
En wat met de justitieassistenten? Zij hebben een beperkte gemeenschappelijke opleiding van een aantal dagen. De CAW-slachtofferhelpers hebben vooral on the job training. Voor hen is er geen centraal vormingsaanbod meer.
Bovendien heeft niemand een globaal overzicht van welke training aan wie wordt gegeven. Dan is het lastig om hiaten op te sporen. Er is al geruime tijd vraag naar betere opleiding, bijvoorbeeld rond psychologische trauma’s. Maar deze signalen komen versnipperd terecht en worden niet gecoördineerd aangepakt.
Zorgcentra seksueel geweld
Dezelfde diversiteit zien we bij de aanpak van slachtoffers van seksueel geweld.
In 2018 startte de federale overheid in Gent, Brussel en Luik met zorgcentra seksueel geweld. Het zijn centra waar je als slachtoffer van bijvoorbeeld een verkrachting naartoe kan. Alle medische onderzoeken, ondervraging en ondersteuning gebeuren binnen zo’n centrum.
Deze centra onderzochten ook of ze geen telefoonlijn konden starten voor mensen die net aangerand zijn. Deze telefoonlijn zou er komen naast 1712, de hulplijn voor geweld.
‘Er schort wat aan de realisatie van slachtofferrechten.’
Maar die zorgcentra seksueel geweld hebben geen monopolie. Slachtoffers van seksueel geweld kunnen ook aankloppen bij slachtofferhulp van de CAW’s. Op de ene plaats worden ze opgevangen door een professional, op de andere plaats door een getrainde vrijwilliger.
Je kan je trouwens ook vragen stellen bij een beleid waarbij slachtoffers bejegend en geholpen worden, afhankelijk van het soort geweld dat ze ondergingen. Volgens mij is zo’n opsplitsing niet efficiënt.
Family Justice Centers
En als dat seksueel geweld in de eigen familie gebeurt dan kan je in Vlaanderen ook terecht bij de Family Justice Centers. Zij hanteren een eigen model van hulpverlening, al dan niet in samenwerking met slachtofferhulp.
Slachtoffers kunnen ook terecht bij lotgenotengroepen. Soms worden die ondersteund door sociale professionals, maar vaak staan ze op zichzelf. Ze proberen hun vragen op de beleidsagenda te plaatsen, zonder daarvoor een duidelijk kanaal of aanspreekpunt te hebben.
Geen zicht op totaalproject
Al deze initiatieven leveren fantastisch werk.
Maar ze tonen wel een werkterrein dat voortdurend onder constructie is. Verschillende ‘aannemers’ of ‘ontwikkelaars’ leveren uitstekend werk maar niemand heeft zicht op het totaalproject. Ze voeren naarstig uit, maar zonder architect of bouwplan. Er is geen globale visie op hulp aan slachtoffers. Dat is problematisch.
Kan het anders?
Nederland en Frankrijk kampten met gelijkaardige problemen. Maar ze losten die op. In beide landen is er nu een duidelijk aanspreekpunt. Zowel slachtoffers als beleidsactoren vinden makkelijk de weg.
In Nederland wordt het slachtofferbeleid centraal aangestuurd en lokaal uitgevoerd. Vrijwilligers nemen er contact op met slachtoffers. Professionals ondersteunen hen.
‘Alle initiatieven leveren fantastisch werk. Ze voeren uit, maar zonder architect of bouwplan.’
Frankrijk duidde één centrale organisatie die de verschillende lokale slachtofferorganisaties ondersteunt. Centraal wordt vooral gestuurd op kwaliteitszorg en opleidingen. Deze organisatievorm ontstond na de vele terroristische aanslagen. Een coördinerend staatssecretaris voor slachtoffers zette het beleid uit.
Meer coördinatie
Ook België moet dringend werk maken van meer transparantie en coördinatie. Het is een absolute beleidsprioriteit voor de nieuwe regeringen die na 26 mei vorm krijgen.
Dit zal meer vragen dan een forum dat alle partners rond de tafel brengt. Zo’n forum is belangrijk om mensen te laten samenwerken. Maar ook de doelstellingen of het model waarbinnen gewerkt wordt, moet glashelder zijn. Zo ver zijn we nog niet.
Begin bij start
Een meer geïntegreerde praktijk begint bij een duidelijke startpunt voor alle slachtoffers. Hier werden al stappen gezet. Er is een website voor alle slachtoffers. Wie een klacht wil indienen, kan terecht bij politie. Slachtoffers kunnen voor informatie en ondersteuning terecht bij een CAW.
‘Er is een website voor alle slachtoffers.’
Maar zo’n duidelijk startpunt is slechts een eerste stap. Goede ondersteuning van professionals en vrijwilligers is stap twee. Natuurlijk zijn er nu al heel wat ondersteunings- en opleidingsmogelijkheden voor al die diensten die met slachtoffers werkten. Maar vaak ontstonden die op basis van concrete incidenten. Zonder gericht beleid krijg je wildgroei.
Bundelen van middelen
Het moment is rijp om ook dat te evalueren: Verkeert die ondersteuning in topvorm? Kunnen we alle Vlaamse en provinciale ondersteuningsmiddelen bundelen en ze gebruiken om een duidelijke organisatiestructuur op touw te zetten?
Deze structuur kan dan aan de slag met kwaliteitskaders. Het kan ook een aanspreekpunt zijn voor slachtoffers, organisaties of beleidsactoren.
Daarnaast kan zo’n structuur op een heldere manier communiceren met externe partners, bijvoorbeeld met media bij een terreuraanslag.
Vrijwilligers
In een transparant slachtofferbeleid is ook helder welke taken uitgevoerd worden door vrijwilligers.
‘Het overheidsbeleid moet nieuwe lijnen trekken.’
In het verleden werd sterk geïnvesteerd in een vrijwilligersmodel. Toch vraagt ook dit verdere opvolging en ontwikkeling. Of gaat de prioriteit beter naar de inzet van professionals die aan de slag gaan met slachtoffers?
Overheidsbeleid
Er moet dus heel wat wijzigen. Het overheidsbeleid moet nieuwe lijnen trekken.
Op federaal niveau moeten justitie en politie op een functionele manier met elkaar samenwerken. De zorg voor slachtoffers moet integraal naar de gemeenschappen gaan.
Wat te denken van een staatssecretaris om dit op een centrale en gecoördineerde manier vorm te geven? Het zou een grote stap vooruit zijn.
Reacties [5]
Allemaal mooi om onze mening te vragen, maar meer dan een doekje voor het bloeden is het blijkbaar ook weer niet. Het is een schande hoeveel van deze initiatieven er worden opgezet zonder dat die ooit ergens toe leiden. Geen wonder dat mensen hun vertrouwen in de zorg- en hulpsector totaal verliezen.
Navelstaarderij noem ik dat. Bezigheidstherapie voor de meest kwetsbaren. Hou ze bezig en geef ze (valse) hoop, dan blijven ze van straat en kan alles blijven zoals het is.
Als je onze mening vraagt, zoals dat zo vaak gebeurt, doe er dan ook iets mee. Ga ermee aan de slag zonder eerst nog jarenlang te vergaderen en te overleggen. De problemen zijn intussen echt wel gekend. Pak ze aan of zwijg en doe jullie niet voor als degenen die het eens zullen oplossen of minstens aan de weg zullen gaan timmeren terwijl we hier weer nooit meer iets concreets zullen van vernemen!
Het klopt dat er meer nood is aan vorming & training rond slachtofferthemas, zowel voor professionals als voor vrijwilligers. Jammer dat SAM vzw niet in dat ontbrekende centraal aanbod voorziet, naar Nederlands en Frans voorbeeld. Voor een vzw die claimt dat zij ‘praktijkwerkers, sociale organisaties en beleidsmakers ondersteunt in het vinden van antwoorden op welzijnsproblemen en sociale uitsluiting’ is dat een gemiste kans om iets te betekenen voor het werkveld.
Er lopen in België, Nederland en Frankrijk psychopaten, kwaadaardig narcisten en sociopaten rond.
Allemaal mishandelen ze bewust hun partners, collega’s of hun kinderen.
We hebben het dan over psychische mishandeling.
In België kun je dan wel klacht instellen, maar in de praktijk gebeurt er nauwelijks iets mee. In Nederland is get strafbaar art 300.4, bewuste benadeling gezondheid valt het onder, maar genoeg agenten die doodleuk beweren dat het niet bestaat in het strafrecht.
In Frankrijk daarentegen is ee echt specifieke wetgeving voor en word er ook echt vervolgd.
Hier moet dringend iets aan gaan veranderen. In bovenstaand artikel is het al helemaal geen issue bijvoorbeeld terwijl er duizenden slachtoffers zijn.
Zegt het voort, .. zet uw regering aan het werk! Vraag er naar bij ministeries ..
Beste Richard, dankjewel voor je reactie. Natuurlijk kaart ik niet alle groepen slachtoffers aan in het artikel, er zijn nog veel andere voorbeelden te geven en dat is nu net een deel van het probleem, er zijn zoveel groepen of ‘soorten’ slachtoffers mogelijk dat je er op een goed geïntegreerde manier als beleidsmakers mee moet omgaan.
Mijn ervaringen met slachtofferhulp, FJC, CAW en andere hulporganisaties zijn ronduit desastreus geweest. In plaats van geholpen te worden ben ik nog meer ‘gecriminaliseerd’ geworden en de toestand is er alleen maar op verergerd. Momenteel ben ik zelfs volledig geïsoleerd van mijn dierbaren, materieel zijn wij alles kwijt en ben ik zelfs al bijna een jaar dakloos.
Uit pure wanhoop ben ik een blog beginnen schrijven op De Wereld Morgen in de hoop op die manier hulp of minstens tips te krijgen. Ik doe dat ook om in contact te kunnen komen met mensen in een gelijkaardige situatie (gevolgen NAH van iemand in de directe omgeving).
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies