Column

Ik werk dus ik ben

Wanneer stoppen we met ja-knikken?

Lies Verhoeven

Lies Verhoeven

Lies Verhoeven is sociaal werker. Ze schreef tot 2017 columns voor Sociaal.Net.

@123rf

Arbeid

“Arbeit macht frei.” Dat leerde ik op school in de geschiedenisles. In de marge van een groot kwaad dat ons was overkomen, maar waar we collectief onze lessen uit trokken.

‘Zonder werk beteken je niks.’

En toch is het ook brandend actueel. Doe maar eens de moeite om een arbeidsbemiddelingsbureau te bezoeken. Iedereen die daar uren staat aan te schuiven, zal het beamen. Zonder werk beteken je niks. Geen recht van spreken, geen recht van klagen.

Iedereen aan het werk

Zonder al te veel rumoer je plek vinden tussen de verschillende statuten en nieuwe werk-bevorderings-projecten is het ultieme doel. Iedereen aan het werk. En toegegeven: de laatste tijd zie ik veel creativiteit in het bedenken van statuten, doelgroepcontracten en stages.

Jammer dat het merendeel van de werkzoekenden net tussen twee stoelen valt. Of alleszins toch diegenen die ik ontmoet. Maar hé, de statistiek zegt dat de werkloosheid daalt. Ik zal dus maar niet luisteren naar hun verhalen.

Die van F. bijvoorbeeld. Die hebben ze aangeraden om ondanks haar diploma hoger onderwijs toch te zoeken naar werk als poetsvrouw. Want in die branche doet die hoofddoek er niet toe. Of die van de gemotiveerde D. die teleurgesteld terug kwam van het sollicitatiegesprek. De werkgever kende de school die op zijn cv stond, een vuilbakschool, dus ‘laisse tomber’.

Of de roddel van M., die eigenlijk helemaal niet weet wat ze kan of waar ze goed in is. Ze solliciteert bijgevolg op alles maar krijgt telkens dezelfde vraag voorgeschoteld: “Ben je van plan om kinderen te krijgen?”

Maar och ja. Al die voorbeelden. Ik zal ze maar niet geloven. Het zijn allemaal profiteurs. Wie wil werken, kan werken. Toch?

Jobs, jobs, jobs

Het creëren van jobs. Dat is zowat heilig dezer dagen. Het is in ieder geval het magische zinnetje als je een fikse belastingsdeal wil sluiten. Of als je als bedrijf subsidies wil incasseren. Als je met je fabriek wil verhuizen of net hier wil blijven, als je wil vervuilen, als je een bos wil…

Er zijn tegenwoordig maar weinig problemen waarbij er geen politicus tussenkomt met een standpunt dat ergens van ver of dichtbij gelinkt is aan meer werkgelegenheid. Een Amerikaans president komt dezer dagen zelfs vrolijk weg met de meest gore praat. Zolang hij het nadien maar heeft over jobs, jobs, jobs.

Werkvolk

En dan zijn wij er. De gelukkigen. Het werkvolk. We kunnen maar beter collectief ‘lachen en mooi zijn’. Voltijds werken blijft de norm. En dat steeds langer.

‘Voltijds werken blijft de norm.’

“Ik weet nog precies wanneer ik ben begonnen, 40 jaar geleden. Maar nog geen idee wanneer ik mag stoppen”, hoorde ik vorige week. Tja, alweer die verhalen van de straat. Over S., wiens vrouw gestorven is aan kanker. Hij krijgt voorlopig geen ziektevergoeding voor de laatste maanden van haar leven omdat de diagnose verkeerd werd gesteld. Hoe leg je uit aan twee kinderen dat het loon van papa niet voldoende is om school- en ziekenhuiskosten te dragen?

Of L. die de werkdruk niet gecombineerd krijgt met de opvoeding van drie kinderen. “Het is alsof ik ze nooit zie. En wanneer ik ze toch zie, snauw ik ze af.” Of Y. Hij zit in een halftijdse startersjob en voelt zich hierdoor maar half man. Hij kan met het loon nog altijd niet op eigen benen staan.

200%

Zelf prijs ik me gelukkig. Ik heb een job die ik met hart en ziel doe. Ik moet niet werken voor een harteloze baas. Ik heb hele dagen door contact met mensen. Ik zie onmiddellijk of ik iets positief doe. Dat motiveert.

‘Mijn job is engagement.’

Ik denk dat ik mag spreken voor velen. Jeugdwerkers, sociaal werkers, zorgverleners, verpleegkundigen, leerkrachten… Rijk worden we niet. Dat wisten we op voorhand. Onze job is een vorm van engagement. Het gevoel dat we een steentje bijdragen aan een betere wereld. De meeste van ons doen dat vollen bak, voor 200%. Zij die niet helemaal bevlogen zijn, zijn geen blijvers.

Druk druk

Ik werk onregelmatig. Zoals verpleegsters die zieke collega’s vervangen omdat het werk nu eenmaal gedaan moet zijn. Mijn telefoon en Facebook staan niet stil, ook niet ’s avonds of in het weekend. Zoals de poetsvrouw die jongleert met interims en dagcontracten. Er is altijd iets wat gedaan moet worden, to-do-lijstjes worden zelden helemaal afgevinkt. Zoals de kleine zelfstandige die op een vrije zondag zijn administratie in orde brengt.

‘Steeds vaker worden we te kakken gezet.’

Op de vraag hoe het met me gaat, antwoord ik al acht jaar: “Druk druk”. Mijn overuren worden niet uitbetaald, ze zijn gewoon part of the deal. Zoals de gemotiveerde leerkracht die op de meest onmogelijke momenten lesvoorbereidingen maakt. En ik heb vaak het gevoel dat ik het vuile werk moet opknappen. Zoals de treinconducteur die alweer een vertraging mag gaan uitleggen aan gefrustreerde reizigers.

We doen het om mensen te helpen. Gelukkig. Want erkenning van ‘bovenaf’ zit er niet in. Subsidies worden ingeperkt, verwachtingen worden verhoogd, er wordt gemorreld aan het beroepsgeheim en steeds vaker worden we door politici publiek te kakken gezet.

Workaholic

We zijn met veel. Mensen die dag in, dag uit het beste van zichzelf geven. Vol engagement. Omdat het hoort. Omdat het moet. Omdat we het graag doen. Wij zijn de meerderheid.

‘Wij zijn de meerderheid.’

En toch staan we er bij en kijken we er naar. We knikken braaf en zijn dankbaar voor elke euro. Ook al maken we elkaar onderling kapot voor de kruimels die overblijven. Verdeel en heers. Ongelooflijk hoe die eeuwenoude strategie nog steeds werkt.

Wat maakt het uit?

Dat is blijkbaar anders voor mensen met geld op hun bankrekening. Politici bijvoorbeeld. Als je maar genoeg cijfers op je rekening hebt staan, dan kan je doen wat je wil.

Dan mag je anderen laten doorgaan voor profiteurs. Dan mag je mensen kleineren omdat ze geen werk hebben of langdurig ziek zijn. Gratis alcohol tijdens de werkuren? Schandalig veel betaald worden voor een vergadering waar je niet was? Wat maakt het uit?

Malcolm X

Ik werk dus ik ben. Verder nadenken hoeven we niet. En als ik dat soms toch durf te doen, dan beangstigt het mij hoe wij allemaal in rondjes lopen. Selectief stukjes recyclerend uit de geschiedenislessen.

‘Waar is de nieuwe Malcolm X?’

“If you’re not careful, the newspapers will have you hating the people who are oppressed, and loving the people who are doing the oppressing.” Het zijn de woorden van Malcolm X. Ik ben het niet eens met alles wat die man zei of deed. Maar mijn god. Wat zou het goed zijn dat er hier een nieuwe X opstond. Dringend!

Eentje die ons duidelijk maakt dat we moeten opstaan en nee zeggen. Die de beschuldigende vinger in de juiste richting kan wijzen. ‘By any means necessary’ ons wakker schudt. Ons doet beseffen dat het nu het moment is om het tij te keren. Wij zijn de meerderheid. En we moeten massaal stoppen met ja-knikken. Nu het nog net niet te laat is.

Reacties [6]

  • Johan

    Lies, altijd leuk om je colums te lezen, ook deze. En ja, er is nood aan meer nee-knikkers. En nood aan een mentaliteitswijziging dat als je niet werkt, dat je niet bent.
    Ik wil momenteel wel een ja-knikker tegenkomen. Sinds juni 2016 afgestudeerd als maatschappelijk werker op 49-jarige leeftijd. Ik probeer sindsdien intensief om in de sociale sector aan de slag te kunnen, maar blijkbaar leven ook hier nogal wat vooroordelen t.o.v. leeftijd, al geeft geen personeelswerker dat openlijk toe natuurlijk.
    Terwijl sommige organisaties me schrijven dat ik de job niet krijg, vragen ze tegelijkertijd om me als vrijwilliger bij hen aan te melden. Betaald niet, gratis wel.
    Werk aan de winkel dus :-).

  • Gerda

    Hey Lies,
    Oef, ben ik blij dat het eindelijk gezegd en geschreven wordt. Tijd voor actie.
    Zo herkenbaar, steeds meer moeten doen met minder collega’s. En ja, ik heb een goede job en fijne collega’s, maar teveel is teveel.

  • An-Sofie

    Waar vind ik nee- knikkers?

    Heel herkenbaar!

  • Stefaan

    Don’t follow leaders watch the parking meters…

  • olivier sebrechts

    Goed gezegd, Lies! We herkennen het allemaal, denk ik!

  • Jan

    Er is, in België, al een ‘nieuwe Malcolm X’. Hij beroept er zich zelfs (wat teveel) op. Ik ben het dikwijls niet met hem eens, maar hij zegt het wel en hij is goed van de tongriem gesneden: Dyab Abou Jahjah!
    Nu volgt waarschijnlijk een lange lijst met nominaties van anderen. Er is natuurlijk maar één Malcolm X en er zijn er gelukkig meer die opstaan en neen zeggen.

    Ik heb schrik van de mensen die zeggen: “Wij zijn de meerderheid” (wie is trouwens ‘wij’?)

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.