Verhaal

‘Sociaal werker zijn is niet gemakkelijk. Je moet houden van kwetsbare mensen’

Lisa Develtere

Sociaal werker Dijé Pilon is de steun en toeverlaat van migranten in woestijnstad Agadez in Niger. Nabijheid zit in haar natuur. Niet voor niets doopten de migranten haar ‘Maman Migrant’. Meer dan als cliënten, benadert ze hen als haar familie.

© Kristof Vadino

Knooppunt voor mensensmokkel

Eeuwenlang al is Agadez in Niger een belangrijk knooppunt voor handelsroutes door de westelijke Sahara. Vandaag is het ook de laatste halte voor Afrikaanse migranten die een dagenlange tocht door de woestijn aanvatten, op weg naar een beter leven in Algerije, Libië of Europa. De tocht is gevaarlijk en sinds 2015 ook verboden.

De woestijnstad is het operatieterrein van de geliefde sociaal werker Dijé Pilon van Dokters van de Wereld. Al spreekt niemand haar aan met haar echte naam. ‘Maman Migrant’ doopten de migranten haar. Want meer dan als cliënten, benadert ze de migranten als haar familie.

‘Ze benadert de migranten als haar familie.’

“De migranten hebben geen vader of moeder in Agadez. Hun moeilijke situatie raakt me diep. Ik wil hun steun en toeverlaat zijn. Want wie anders gaat hen helpen als ze afzien? Wie zal er zijn voor hen?”, vertelt ze via Skype.

Op weg naar een beter leven

Tijdens ons gesprek zal ze meermaals naar de migranten refereren als ‘les enfants’, de kinderen. Veel van de migranten in Agadez zijn ook zeer jong: net meerderjarig of nog minderjarig. “De meesten zijn studenten. Sommigen zijn zelfs nog maar veertien jaar. Ze zijn zeer kwetsbaar.”

Ze komen uit alle hoeken van Afrika en migreren om economische redenen. “Ze willen een beter leven”, weet Maman Migrant. Ze ziet zowel mannen, vrouwen als gezinnen passeren in Agadez. “De jongens, die reizen meestal alleen.”

‘Hun grootste probleem? Armoede.’

Hun grootste probleem? Armoede. “Wanneer ze hier aankomen hebben ze vaak niets meer. Al het geld dat ze hadden verzameld voor de reis is op. Het ging naar mensensmokkelaars en aan elke controlepost onderweg moesten ze geld afgeven aan de politie.”

“Ze stranden hier zonder bestaansmiddelen. Toch moeten ze zien te overleven. Ze hebben water nodig, eten, moeten huur betalen. En het is niet gemakkelijk voor hen om hier geld te verdienen. Agadez zelf is straatarm. De lokale bevolking is dan ook geen fan van de migranten. Op de markt moeten ze soms drie keer zo veel betalen. Vaak proberen ze geld op te halen bij het thuisfront of bij vrienden of familie die al in Europa zijn.”

“Agadez is straatarm. De lokale bevolking is dan ook geen fan van de migranten.”

© Kristof Vadino (foto) / Wikimedia (kaart)

Gevaarlijke sluiproutes

Sinds een deal tussen Europa en Niger in 2015 is irreguliere migratie verboden. Vroeger mocht je zonder papieren in veel Sahellanden de grens oversteken. Je kon bij wijze van spreken gewoon op klaarlichte dag in een busstation vervoer regelen naar pakweg Libië. Dat mag nu niet meer.

Dat houdt de migranten niet tegen, hun aantallen zijn gezakt sinds 2014 maar zijn de laatste jaren stabiel gebleven. “De migranten blijven komen, maar hun tocht is gevaarlijker geworden. Migranten zijn overgeleverd aan roekeloze mensensmokkelaars. Kolonnes die de woestijn intrekken, doen dat nu ’s nachts en via gevaarlijke sluiproutes.” En wordt het de smokkelaars te heet onder de voeten, dan durven ze migranten in de woestijn aan hun lot overlaten.

‘Wordt het de smokkelaars te heet onder de voeten, dan durven ze migranten in de woestijn aan hun lot over te laten.’

De strengere wetgeving maakt ook dat de tussenstop in Agadez langer duurt. “Vroeger bleven ze ongeveer een week, dan waren ze weer weg. Nu blijven ze soms maanden hier. De reis is moeilijker te organiseren. Ze moeten heel voorzichtig tewerk gaan.”

Geheime verblijfplaats

“Mensensmokkelaars helpen hen vaak aan een geheime verblijfplaats. Daar wonen ze met heel veel jongeren samen. Het gaat om kleine huizen aan de rand van de stad. Zonder water of elektriciteit. Eigenlijk zijn het bouwvallen, getto’s, noemen wij het.” Net zoals andere gebouwen in Agadez gaat het om lemen huizen met een binnenkoer en omringd door een muur. Handig om aan het oog van pottenkijkers te ontsnappen.

De migranten durven de ommuurde verblijfplaats niet verlaten. “Ze zijn bang dat de politie hen zal oppakken. Nochtans hebben die geen grond om hen lang vast te houden, want in Agadez zelf mogen ze zijn. Ze mogen alleen de grens niet over. De politie pakt migranten vooral op om hen te ontmoedigen om verder te reizen.”

De migranten zitten soms met veertig bijeengepakt in één huis.

© Kristof Vadino

Vastbesloten

Maman Migrant vertelt dat de migranten soms met dertig of veertig bijeengepakt zitten in één huis. “Ze zitten dicht op elkaar, hebben geen privacy en de hygiënische omstandigheden laten te wensen over. Ze hebben niet genoeg voedsel, hun toekomst is onzeker, ze zijn bang en ze kunnen ook niet zomaar terugkeren. Dat alles geeft hen heel veel stress.”

Hebben de migranten dan spijt? “Nee. Ondanks de moeilijke situatie zijn ze vastbesloten. Koste wat het kost willen ze hun doel bereiken: studeren, werken en geld terugsturen aan hun familie die achterbleef. Vaak hebben ze contact met het thuisfront om de rest van de reis te helpen organiseren.”

‘Een migrant die terugkeert, is een schande.’

Terugkeren naar huis is voor hen ondenkbaar, zegt Maman Migrant. “Dat zouden ze nooit doen. Het is een teken van zwakte. Een migrant die terugkeert, is een schande. Ze blijven hier liever een jaar of twee langer tot ze genoeg geld hebben om door te reizen.”

“Veel migranten gingen schulden aan om de reis te financieren. Ze moeten die leningen terugbetalen. Hoe gaan ze dat doen als ze teruggaan? En vaak hebben de ouders al hun geld mee geïnvesteerd in de reis. Ook zij willen niet dat dat verloren gaat en proberen mee geld te zoeken voor de rest van de reis. Maar het zorgt voor heel veel stress bij deze jonge mensen.”

“We zijn bovenal een humanitaire organisatie. We houden ons niet bezig met de clandestiene activiteiten van de mensensmokkelaars.”

© Kristof Vadino

Mobiel team

Dokters van de Wereld is een van de weinige humanitaire organisaties die naar de getto’s trekt met medische en psychische hulp. “Elke ochtend doen we met een mobiel team de ronde van Agadez op zoek naar nieuwe huizen met migranten. Daarna gaan we afwisselend langs bij de huizen die we al kennen. We zijn altijd op pad. Dit soort werk kan je niet vanachter je bureau doen.”

‘Dit soort werk kan je niet vanachter je bureau doen.’

De organisatie hamert op haar neutraliteit. “We zijn bovenal een humanitaire organisatie. We richten ons op de kwetsbare migranten. We houden ons niet bezig met de clandestiene activiteiten van de mensensmokkelaars. Ze verlenen ons soms toegang tot de huizen, maar daar blijft het bij. We zijn niet op de hoogte van hun plannen.”

“De mensensmokkelaars worden gezocht door de politie. Maar de politie respecteert ons beroepsgeheim en laat ons dus met rust. Moest op een dag een mensensmokkelaar opgepakt worden omdat we te loslippig waren, zouden we al onze contacten met de migranten kunnen verliezen.”

Leefomstandigheden

Elke nieuwe migrant die ze ontmoeten krijgt een hygiënekit met zeep, tandpasta, tandenborstel en spons. Voor de vrouwen zijn er maandverbanden. Maman Migrant en haar collega’s wijzen de migranten ook de weg naar gezondheidsvoorzieningen van Dokters van de Wereld in de stad.

Daarnaast proberen ze de leefomstandigheden in de getto’s te verbeteren. “We voorzien in uitrusting zoals vuilbakken, slaapmatjes, dekens of emmers. En we bieden ook voedselhulp, zeker voor zij die ernstig ziek zijn. We vertrekken altijd van de noden die we vaststellen.”

Actief luisteren

Maman Migrant staat in voor de psychosociale ondersteuning van de migranten. “Ik sta aan hun zijde. Ik luister actief. We praten over hun zorgen en doelen. We verhelderen de situatie waarin ze vertoeven. Dat helpt hen om het emotioneel leed te verzachten en stap voor stap uit het dal te klimmen.”

‘Nabij zijn, zit in mijn natuur.’

“Ik ben zeer nabij”, zegt Maman Migrant. “Ik ben altijd bereikbaar, ook ‘s nachts. Ze mogen me bellen of berichten sturen. Ik sta de hele tijd met de migranten in contact. Het aantal mensen dat ik dagelijks zie, is bijna niet bij te houden. In de huizen wonen twintig tot dertig mensen. We bezoeken dagelijks drie tot vier huizen. Maar zelden ontgaat een migrant me. Zo nabij zijn, dat zit in mijn natuur.”

“De meesten delen veel gelijkaardige ervaringen en bezorgdheden. Dat biedt steun.”

© Kristof Vadino

Praatgroep

Als ze voelt dat meerdere migranten daarvoor openstaan, organiseert Maman Migrant een praatgroep in een huis. “Dan help ik de migranten om hun moeilijkheden te verwoorden tegenover de groep. De meesten delen veel gelijkaardige ervaringen en bezorgdheden. Dat biedt steun. Het helpt ook om sociale contacten aan te zwengelen en de stress te verminderen.”

Sommige migranten hebben ernstige psychische problemen. “Als ik merk dat wat ik doe niet helpt, dan verwijs ik door naar een psycholoog in ons gezondheidscentrum. Die neemt het dan over van mij. We werken complementair. Samen zijn we er voor alle kinderen in nood.”

De schaduwkant van migratie

Maman Migrant gaat de schaduwkant van migratie niet uit de weg. “Migratie heeft goede en slechte kanten. Migranten hebben altijd hoop. Maar het kan ook fout lopen. Niet iedereen schat de risico’s in.”

‘Migranten hebben altijd hoop. Maar het kan ook fout lopen.’

“Ze hebben besloten om te vertrekken. Dat is hun keuze. Ik zal hen niet kunnen tegenhouden. Maar het is wel belangrijk dat ze informatie krijgen over de voor- en nadelen. En dat ze vooraf nadenken: wat ga ik doen bij tegenslag? Want het zal niet gemakkelijk zijn. Soms is de reis zelfs traumatisch. Ze zullen sterk moeten zijn, hun veerkracht moeten bewaken. Daar praten we dus over.”

Sommigen zien migratie ook zeer zwart-wit in, zegt Maman Migrant. “Het is slagen of sterven’, denken velen. Toch is het belangrijk dat ze een plan B ontwikkelen. Wat als ze elders stranden? Of toch moeten terugkeren? Ja, het zal misschien een mislukking zijn, maar dat betekent niet dat hun hele leven mislukt is.”

“Het is belangrijk dat ze een plan B ontwikkelen. Wat als ze elders stranden? Of toch moeten terugkeren?”

© Kristof Vadino

Pure blijdschap

Is ze bezorgd als de migranten doorreizen? “Ja, zeker. De reis is niet gemakkelijk. Het is bloedheet, ze kunnen ziek worden, overvallen worden. Als ik niet hoor of ze zijn aangekomen, maak ik me zorgen.”

Gelukkig houden veel migranten haar op de hoogte. “’Maman, ik ben aangekomen!’, sturen ze me dan. Of ze bellen me bijvoorbeeld vanuit Italië: ‘Ik ben er!’ Die pure blijdschap in hun stem, dat raakt me.” Soms krijgt ze ander nieuws. Dat een migrant terug naar huis keerde, bijvoorbeeld. Of er belt iemand vanuit Libië: “Ik ben ziek geworden. Wat moet ik doen?” Dan probeert ze hen in contact te brengen met de gezondheidsdiensten daar.

“Ik merk dat de migranten heel dankbaar zijn voor wat we voor hen doen. Weinig mensen luisteren naar hen. Wij doen dat wel. Verschillende migranten vertelden me achteraf dat ze tijdens de reis vaak hebben moeten denken aan wat we besproken hebben. ‘We hadden je woorden in ons achterhoofd’, zeggen ze. Wat we doen helpt hen echt.”

‘We staan ten dienste van mensen in een heel moeilijke situatie. Daarin verandering brengen, is niet gemakkelijk.’

“Als ze niet tevreden zouden zijn, zouden ze me niet opbellen”, merkt Maman Migrant op. “Er zijn er zelfs die zeggen dat ze me graag terug zouden komen opzoeken (lacht)” Die positieve feedback doet haar deugd.

Maman Migrant wil graag andere sociaal werkers aanmoedigen om door te gaan. Want sociaal werker zijn, is niet gemakkelijk, zegt ze. “En dat geldt niet enkel voor sociaal werkers in Agadez, maar voor sociaal werkers overal ter wereld.”

“We staan ten dienste van mensen die in een heel moeilijke situatie zitten. Die afzien. Daarin verandering brengen, is niet gemakkelijk. Daarvoor moet je iemand zijn met heel veel engagement en betrokkenheid. Een persoon die oprechte genegenheid voelt voor kwetsbare mensen. Die van hen houdt.”

“Aan alle sociaal werkers in België zeg ik dus: bedankt voor jullie inzet!”

Reacties [1]

  • Herman de Mönnink

    Wat professioneel sociaal werk doe jij Maman Migrant! Een Australische SW’er die ook met vluchtelingen werkt noemt SW’ers: Champions on hope. Welnu dat ben jij helemaal. Je professionaliteit mag je best meer benadrukken. Want ik lees dat je van vluchtelingkids moet houden en dat ze heel blij zijn met je hulp. Op YouTube noemt een SW-cliënt dat ‘Ik ben gezien en ik ben gehoord’ (dat is ook de titel van het filmpje) maar ze bedoelt ook: ‘en ik ben geholpen’! Mamma Migrant je SW aanpak met de vele stressbronnen van je doelgroep vind ik naast de grondhouding van respect voor de persoon getuigen van psychosociale stress deskundigheid, zoals ik de specifieke SW-deskundigheid de laatste jaren aanduid. De outreachende SW-interventies die je doet brengen stressreductie en empowerment van je doelgroep teweeg: je spreekt van vele stress die hun sociaal kwetsbare situaties met zich meebrengt. Naast de medische en mentale hulp biedt jij professionele sociale hulp: chapeau!!

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.