Levenslang kwetsbaar
“Wie ooit worstelde met alcohol of drugs, blijft zijn hele leven kwetsbaar”, vertelt psycholoog Gil Borms. “Een verslavingsgevoeligheid raak je nooit meer kwijt. Je zal altijd waakzaam moeten blijven.”
‘Familie of vrienden kunnen een belangrijke rol spelen in iemands hersteltraject.’
Gil Borms is verbonden aan het UPC KU Leuven. Op campus Kortenberg begeleidt ze samen met haar collega’s mensen met een verslavingsgevoeligheid in dagbehandeling. Dat doet ze in een zo breed mogelijke context. “Behalve de patiënt, proberen we ook familie of belangrijke naasten te betrekken.”
“Familie of vrienden kunnen een belangrijke rol spelen in iemands hersteltraject. Als je weet hoe verslaving werkt, weet je ook beter hoe je met hindernissen kan omgaan. Hoe je ondanks alles toch in dialoog blijft met elkaar en samen oplossingen zoekt. Maar familieleden hebben ook nood aan erkenning en begrip. Een verslavingsgevoelig persoon in je omgeving hebben, is niet makkelijk.”
Free en Petra
Free en Petra, man en vrouw, namen deel aan de familiegroep. Free zijn verslaving woog zwaar op hun huwelijk. Maar nu is er weer hoop.
“Ik toon me vaak stoerder en grappiger dan ik me voel”, begint Free. “Mensen denken dat ze me kennen maar ze zien vooral het schild dat ik optrek. Als hoogbegaafd en hoogsensitief kind heb ik nooit geleerd hoe ik met mezelf moest omgaan. Dingen voelen mocht niet, het was een teken van zwakte. Dat heeft me getekend.”
“Ik verloochende mezelf en deed wat men verwachtte. Het zorgde voor stress en veel verborgen pijn. Rond mijn dertiende ontdekte ik iets wat me rustiger en zelfverzekerder maakte: alcohol. In mijn studententijd dronk ik veel, daarna ging het op en af. Alcohol werd een rode draad in mijn leven.”
Zes jaar geleden stond de relatie met Petra op springen. Hij leek klaar voor een opname in een verslavingskliniek maar verzette zich. “Ik wilde mijn gezin niet achterlaten en beloofde mijn vrouw dat ik zou stoppen.” Dat lukte. Anderhalf jaar bleef hij nuchter. Tot hij op een feestje opnieuw een glas dronk.
Stiekem gebruik
Tijdens de coronacrisis liep het helemaal fout. Free: “Thuiswerk werd de norm, de sociale controle van collega’s viel weg. ’s Morgens startte ik met whisky-cola, ik bracht mezelf zo snel mogelijk in een roes. Op een bepaald moment spendeerde ik makkelijk vijftien euro per dag aan bier en sterke drank. Toch dacht iedereen dat ik een normale gebruiker was. De meeste alcohol dronk ik stiekem.”
‘Ofwel zocht hij hulp ofwel vertrok ik met de kinderen.’
Petra, de vrouw van Free, maakte zich zorgen. “Hij vergat de aardappelen op het vuur en was kortaf tegen de kinderen. Soms verdween hij. Eén keer vonden we hem buiten in het donker. Het regende maar Free was in slaap gevallen in een tuinstoel. Ik vreesde dat hij dement werd en dwong hem te kiezen. Ofwel zocht hij hulp ofwel vertrok ik met de kinderen.”
Free: “Alcohol vergiftigde me lichamelijk. Maar ook mentaal en familiaal liep de weg dood. Op 18 september 2022 biechtte ik alles op. Gelukkig kon ik snel een ziekenhuisopname regelen.”
Petra: “Het klinkt hard, maar de kinderen en ik waren blij dat hij weg was. Eindelijk minder stress en spanning in huis. Free was niet meer de papa en partner die we kenden. Ik heb hem toen even losgelaten. Ook omdat het niet anders kon: het huishouden alleen beredderen was een flinke uitdaging.”
Vertrouwen
Na een kort crisisverblijf in EPSI kwam Free terecht in het ambulant verslavingsprogramma op Campus Kortenberg. Psychiater en afdelingshoofd Nele De Vriendt: “Ambulant betekent dagbehandeling. Overdag zijn er therapiesessies in het ziekenhuis. Zo zijn er enkele per week. ’s Avonds gaan patiënten naar huis.”
‘Mensen in vertrouwen naar huis laten gaan, werkt soms beter dan hen langdurig opnemen in het ziekenhuis.’
“Die zogenaamd losse opvolging is minder gek dan ze lijkt”, vervolgt Nele De Vriendt. “Mensen in vertrouwen naar huis laten gaan, werkt soms beter dan hen langdurig opnemen in het ziekenhuis. We behouden de link met de buitenwereld en verwachten dat ze ook daar hun verantwoordelijkheid opnemen. Dat motiveert om nuchter te blijven.”
“Bovendien weten we dat mensen soms ook binnen de ziekenhuismuren gebruiken. Een opname lijkt veiliger maar creëert eigenlijk vooral de illusie van controle.”
Familiegroep
Een belangrijk onderdeel binnen het ambulant behandelprogramma is de familiegroep verslavingszorg. In vijf sessies werken Gil Borms en Nele De Vriendt aan een beter begrip van verslaving als ziekte. Ze reiken naastbetrokkenen – vaak familieleden – handvatten aan en zetten in op herstel van verstoorde relaties. Deelnemers wisselen ook ervaringen uit.
‘De familiegroep zet in op herstel van verstoorde relaties.’
Gil Borms: “Liegen is een kernsymptoom van verslaving. Mensen proberen hun gebruik op alle mogelijke manieren te verbergen. Als het toch uitkomt, voelen familieleden zich vaak wanhopig. Hoe moet je daarmee omgaan? Kan je iemand vergeven en opnieuw vertrouwen? Wat bij herval?”
“In de familiegroep halen wij persoon en verslaving uit elkaar. Die ontkoppeling is cruciaal. Iemand kan veel waarde hechten aan eerlijkheid maar in zijn verslaving toch doorschieten in flagrante leugens en manipulatie. Familieleden zijn dan vaak kwaad en in de war. Goed uitleggen hoe een verslaving iemand volledig overneemt, helpt hen het onderscheid te maken tussen wie ze kennen en de ziekte.”
Staalhard ontkennen
Petra, de vrouw van Free, bevestigt: “Toen hij zijn probleem opbiechtte, begreep ik plots waarom de kinderen niet alleen bij hem wilden blijven. Ik begreep zijn dutjes overdag en het vreemde, geprikkelde gedrag. Tegelijk voelde ik me in de ergste graad bedrogen. Telkens als ik vroeg of hij opnieuw te veel dronk, ontkende hij staalhard. Het voelde alsof hij jarenlang was vreemdgegaan. Niet met een persoon maar met de fles.”
‘Het voelde alsof Free jarenlang was vreemdgegaan. Niet met een persoon maar met de fles.’
“Toch wilde ik de banden niet definitief doorknippen. Misschien omdat ook mijn vader verslaafd was. Dat was heel moeilijk maar hij herstelde en is vandaag al twintig jaar nuchter. Ik wist dus dat het kon. Ik wist ook dat Free een goede partner en vader kon zijn. Als we hier samen uit wilden komen, zouden we ook samen aan de slag moeten. Toen Free voorstelde om deel te nemen aan de familiegroep, heb ik niet getwijfeld.”
Complex probleem
Gil Borms: “In onze sessies leggen we stapsgewijs uit hoe een verslaving ontstaat. Er spelen altijd meerdere oorzaken die elkaar op een ingewikkelde manier beïnvloeden. Iemand kan van nature verslavingsgevoelig zijn maar nooit een probleem krijgen. Omgekeerd kunnen bepaalde trauma’s mensen zonder erfelijke aanleg naar de fles of drugs doen grijpen.”
‘Verslaving is meestal een symptoom van iets anders.’
“Voor velen weerspiegelt verslaving een gebrek aan wilskracht. Een hardnekkig misverstand. Als het echt zo eenvoudig was, zouden veel minder mensen problemen hebben. Verslaving is meestal een symptoom van iets anders. Een manier om met moeilijke levensgebeurtenissen, emoties of een bepaalde kwetsbaarheid om te gaan. Meestal sluipt verslaving ongemerkt je leven binnen. Tot het een gewoonte wordt en je niet meer zonder kan.”
“Ergens voelen mensen dat hun gebruik ontspoort maar ze liegen daarover. Bijvoorbeeld omdat ze geloven dat ze zich nog kunnen herpakken. Als ik morgen nuchter ben, hoef ik mijn partner vandaag niet te kwetsen door alles op te biechten. De volgende dag ontspoort het echter opnieuw. Schuldgevoelens en schaamte daarover dragen bij aan nieuw gebruik en nieuwe leugens. Zo ontstaat een vicieuze cirkel.”
Breder perspectief
Free en Petra herkennen het patroon. “Ik maakte mezelf wijs dat ik controle had”, vertelt Free. “Als ik wilde, kon ik stoppen. En een onbestaand probleem hoef je niet op te biechten. Zeker niet omdat ik wist hoeveel pijn het Petra zou doen.”
Petra: “Ik wilde Free dan weer vertrouwen. Eerlijkheid is altijd superbelangrijk geweest voor ons. Dus geloofde ik hem. Achteraf verweet ik mezelf dat ik zo blind was geweest. Alles wees in de richting van alcoholmisbruik. Zelfs leerkrachten op school hadden het gemerkt, waarom ik dan niet?”
‘Ik maakte mezelf wijs dat ik kon stoppen.’
Gil Borms: “In de familiegroep ontrafelen we dat soort drijfveren en dynamieken. Deelnemers merken dat ook anderen erin vastlopen. Beseffen dat hun ervaring niet uniek is, helpt. Het plaatst emoties, leugens en onbegrip in een breder, verbindend perspectief.”
“Begrip is een eerste en essentiële stap. Toch begint dan pas het echte werk. Familieleden proberen de brokken te lijmen en elkaar opnieuw te vertrouwen. We besteden veel tijd aan herval. Vaak ervaart men dat als een persoonlijke mislukking, wat het niet is. Herval maakt deel uit van een normaal herstelproces. Ook mensen met andere psychische kwetsbaarheden herstellen met vallen en opstaan.”
Anticiperen op herval
In de groep leren we mensen anticiperen, zegt Gil Borms. “Wat doe je om herval te vermijden? Wat spreek je met elkaar af als het toch gebeurt? Welke hulp schakelen we dan in en wat kan je als familielid of vriend betekenen? Maar ook de vraag waar je grenzen liggen, is belangrijk. Wanneer beslis je iemand los te laten om jezelf te beschermen?”
‘Voorlopig ben ik nuchter maar ik weet dat herval mogelijk is.’
“Openheid en dialoog zijn cruciaal. Wie hervalt, moet daarover spreken. Omgekeerd is de kans op eerlijkheid groter als anderen niet onmiddellijk emotioneel of afwijzend reageren. Beide partijen moeten over de brug komen.”Free: “Voorlopig ben ik nuchter maar ik weet dat herval mogelijk is. Vroeger zou ik alles op eigen houtje proberen oplossen. Dankzij de familiegroep weet ik dat zoiets geen goed idee is. Als ik een glas zou drinken, biecht ik dat op aan Petra en kijken we samen wat de volgende stappen zijn. Dat is althans mijn oprechte voornemen.”
Rode lijn
Petra: “Dankzij de familiegroep besef ik hoe belangrijk een begripvolle context is. Als Free na een uitschuiver weer wil opstaan, heeft hij nood aan steun. Vroeger was gebruik een rode lijn voor mij, vandaag is dat liegen over gebruik. Het eerste hangt samen met Free zijn kwetsbaarheid: dat heeft hij niet helemaal in de hand. Maar het tweede heeft hij wel in de hand. Ik hoop dus dat hij eerlijk is als het misloopt. Want alleen zo kan ik helpen en begrip tonen.”
‘Zonder netwerk is het verdorie moeilijk. Waarom zou je je best doen als je alles kwijt bent?’
Free: “Veel lotgenoten hebben amper een netwerk om op terug te vallen. Dat is verdorie moeilijk. De kans dat je opnieuw uit de bocht gaat, is zoveel groter. Waarom zou je je best blijven doen als je alles kwijt bent? Op de afdeling ben ik een van de weinigen die tot nu nuchter kon blijven. Ik ben ook een van de weinigen die nog kan rekenen op familie. Dat zegt genoeg.”
Hevige reacties
Gil Borms: “Een steunende context beschermt tegen herval. Dat geldt misschien nog meer voor mensen in dagbehandeling. Dagelijks naar huis terugkeren biedt kansen maar ook uitdagingen. Daarin kunnen familie of vrienden een positieve rol spelen. Dat kan uiteraard ook als patiënten dag en nacht opgenomen worden maar dan zijn uitdagingen soms minder zichtbaar.”
‘Hoe opener mensen met elkaar spreken, hoe groter de kans op herstel.’
“Hoe opener mensen met elkaar spreken, hoe groter de kans op herstel. Daarom werken we zo hard aan wederzijds begrip en dialoog. Mensen met een verslaving leren heftige omgevingsreacties te begrijpen als tekenen van betrokkenheid en zorg. Familieleden leren leugens of herval te linken aan de ziekte, niet aan de persoon.”
“In de praktijk verlopen trajecten vaak onvoorspelbaar. Daarom zijn ook zelfrelativering en humor belangrijk. Ze helpen om afstand te nemen. Soms denkt de omgeving dat ze hun verslaafde vriend of familielid moet redden. Zo’n houding werkt averechts. Je moet ook kunnen loslaten en erkennen dat de eindverantwoordelijkheid niet bij jou ligt.”
Afstand en nabijheid
Gil Borms: “Zorg dragen voor iemand anders vergt een stevige portie zelfzorg. Iemand nabij zijn en toch voldoende afstand bewaren, zijn twee zijden van dezelfde medaille. Die boodschap moeten hulpverleners duidelijk meegeven. Soms gaat zelfzorg voor op zorg voor de andere, simpelweg omdat het de enige manier is om overeind te blijven. Het is een moeilijk evenwicht, dat we als hulpverlening mee helpen zoeken.”
Petra: “Ik wil het juiste doen voor Free maar mag mezelf niet voorbijlopen. Zijn leugens hebben me gekwetst en ook die gevoelens verdienen ruimte. Zowel Free als ikzelf zijn bijzonder toekomstgericht. Dat helpt ons vooruit maar is ook een valkuil. Je sleept hoe dan ook een verleden mee dat verwerkt moet worden. Soms ben ik zo uitgeput dat ik alleen maar kan slapen. Free begrijpt dat en geeft me die ruimte.”
Free: “Onze relatie zat in een storm. Maar we geloven allebei dat het goedkomt. Petra kent me beter dan wie ook. Als ik de stoere clown uithang, weet ze dat ik mijn schild optrek. Ik probeer vandaag eerlijker te zijn over mijn angsten en twijfels. Alleen als ik mezelf echt toon, kan ik gezien en geholpen worden.”
Reacties [7]
Mezelf 10 jaar geleden verslaafd noemen was de moeilijkste bekentenis die ik ooit tegenover mezelf en later tegenover anderen heb gedaan . 10 jaar lang al ben ik stabiel. Ik zeg dat voorzichtig, nederig maar dankbaar want ik vergeet nooit hoe mijn verslaafde brein werkt als ik er alcohol opgiet. Een paar geleden deed ik een poging om uit te leggen wat het betekent om verslaafd te zijn maar vooral hoe de directe omgeving van een verslaafde zou kunnen reageren. Als je wil kan je het lezen in deze column. https://janpultau.blog/2021/04/10/de-bijsluiter-van-een-alcoholist/
Waarom wordt de website van AA-Vlaanderen niet vernoemd in de lijst?
Ik denk dat er een wezenlijk verschil bestaat tussen AA en de vermelde sites Willy. AA kan men een zelfhulpgroep noemen met wel omlijnde regels. De andere bieden meerdere oplossingen/inzichten op de aandoening en men kan individueel aan de slag.
Ikzelf ben een gestabiliseerde alcoholist.
Maar nu 24 maart vier ik dat ik 33 jaar “GEEN DRUPPEL ALCOHOL” meer heb aangeraakt.
Op die dag zal ik mijn volledig verhaal daaromtrent publiceren op mijn twee belangrijkst Blogs
Vriendelijke Groet
Theo.
Ps: ik ben altijd bereid om mijn getuigenis te komen geven bij jullie
https://groetenuittienen.blog/
https://wieistheoherbots.com/
3/3
En dan ben je nog maar terug in het midden van m’n lemniscaat en kan men, vanuit de gedeelde mening, oplossingen genereren (derde fase) en sommige daarvan effectief toepassen (vierde fase), met vallen en opstaan, dus meerdere ritten op wat ik de ‘liggende acht’ noem.
Voorwaar een hele uitdaging. Proficiat aan Gil Borms en haar collega’s en veel moed en doorzettingsvermogen gewenst.
Creatively,
Johan Roels
Auteur van ondermeer Cruciale dialogen (2012, Antwerpen: Garant)
2/3
Blijvende dialoog is dus nodig en ik noem die zelfs ‘cruciale dialogen’ (Roels, 2012). Die starten met een authentieke interactie (wat reeds een eerste moeilijkheid voor de zieke). Om die mogelijk te maken zijn inderdaad de twee broodnodige basiscondities vertrouwen en openheid. De tweede fase die ik identificeerde is het waarderend begrijpen. Inderdaad begrijpen via authentieke interactie is niet voldoende. De zieke dient ook waarderend begrepen te worden. Daarvoor zijn dan de basiscondities nieuwsgierigheid en kunnen omgaan met onzekerheid (ambiguïteit).
1/3 Een mooi voorbeeld van hoe dialoog naar een oplossing kan leiden. De column maakt duidelijk dat alcoholverslaving een ziekte is. De verslaving zit in de hersenen, dus is het goed dat de ondersteuning gebeurt in het kader van een UPC. Door dialoog kan inderdaad een ander gedrag aangeleerd te worden. De moeilijkheid is echter dat dit gedrag ingesleten is (in de hersenen). Simpleweg zou je kunnen zeggen datn door aan elkaar gehaakte synapsen, er een preferentiële ‘route’ bestaat, waardoor men steeds naar de fles grijpt en verhalen ophangt en scenario’s verzint om de naaste omgeving op het verkeerde been te zetten.
De tekst geeft terecht aan dat men “een verslavingsgevoeiligheid eigenlijk nooit kwijtraakt.” Wat men kan doen is een andere koppeling maken tussen synapsen in de hersenen en die doorgang genoeg gebruiken, zodat het gedrag verdwijnt. Edoch, de oude verbinding blijft bestaan en een crisis, in het huisgezin of op het werk, kan genoeg zijn om terug naar de fles te grijpen.
Zeker lezen
Sociaal werk op het platteland: ‘Voor sommige cliënten is schaamte het grootste probleem’
Wat kan de lokale politiek aan armoede doen? ‘Regels strenger maken is niet altijd de oplossing’
Voedselonzekerheid: in het spoor van kwetsbare bewoners in Antwerpen-Noord
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies