Ervaringen die blijven plakken
Een cliënt gaat door het lint en verwondt je collega. Je ziet hoe een moeder agressief is tegen haar kind. Je bent getuige van een suïcidepoging. Als sociale professional word je soms erg aangegrepen door gebeurtenissen op het werk.
Zulke ervaringen kunnen ‘aan je blijven plakken’: je draagt ze mee, je kan ze moeilijk loslaten, ze wekken veel emoties op. In het psychiatrisch ziekenhuis in Geel vangen mensen van het ‘Echo-team’ collega-medewerkers op na zo’n gebeurtenis.
‘Je draagt de ervaringen mee, kan ze moeilijk loslaten, ze wekken emoties op.’
Het team bestaat uit elf medewerkers. Via een noodnummer zijn ze 24/7 bereikbaar. “Als er een oproep binnenkomt, proberen we zo snel mogelijk ter plaatse te gaan. Meestal zijn we er binnen het uur”, vertelt psychiatrisch verpleegkundige Tinne Vromans. “We ondersteunen, bieden erkenning en verhelderen wat de gebeurtenis met je doet en wat je de komende dagen mag verwachten.”
In het ziekenhuis, waar zowel volwassenen, kinderen als ouderen verblijven en dat ook een mobiele dienst heeft, werken ongeveer 600 mensen. “Gemiddeld worden we één keer per maand ingeschakeld”, zegt Sandra Claessens, lid van het Echo-team en opvoedkundige in de forensische kinderpsychiatrie.
Wat doen jullie als jullie een oproep krijgen?
Sandra: “Aan de telefoon polsen we kort wat er aan de hand is. Vervolgens gaan we zo snel mogelijk met twee ter plaatse. Daar doen we wat wij een ‘defusing’ noemen.”
Tinne: “Dat is een gestructureerd gesprek met de mensen die aanwezig waren tijdens het incident. Het brengt mensen die na een crisis in een tunnelervaring zitten terug naar het hier en nu. Wat is er gebeurd? Hoe heb je dat ervaren? Hoe voel je je daarbij? Samen leggen we de puzzel.”
Sandra: “We zorgen dat er terug een veilig kader is. Wat heb je nodig om te kunnen werken? Wil je dat we je partner bellen? Wil je dat iemand je komt ophalen? Iedereen reageert anders na een schokkende gebeurtenis, maar we leggen uit wat ze de volgende dagen mogelijks kunnen voelen.”
Het is geen traumatherapie?
Tinne: “Nee. We zijn geen therapeuten. We zeggen niet: ‘Dit komen jullie niet te boven. Dit was een traumatische ervaring.’ Dat zou invaliderend zijn. We noemen onszelf bewust niet het traumateam. We zeggen net dat het normaal is dat het incident een indruk heeft nagelaten, maar het hoeft zeker niet zo te zijn dat het blijvende gevolgen heeft.”
“We spreken meestal vooraf af dat we na een aantal dagen nog eens contact zullen opnemen. We geven ook een tijdlijn mee van welke symptomen zich wanneer kunnen voordoen. Maar als je na drie maanden nog altijd acute klachten hebt, is het wel beter om extra ondersteuning te zoeken. Ook dat vertellen we.”
Welke incidenten zijn voor sociale professionals schokkend?
Tinne: “Een schokkende gebeurtenis is plots, onverwachts en eenmalig. Vaak heeft het te maken met de dood. Je voelt je fysiek bedreigd. Je denkt dat je het misschien niet overleeft. Of je ziet mensen waarvan je vreest dat ze gaan sterven. Bij ons gaat het vaak om agressie van patiënten tegenover medewerkers. Soms ook naar andere patiënten.”
‘Wat voor de ene medewerker ingrijpend is, is dat voor een collega soms helemaal niet. Je persoonlijk verhaal speelt altijd mee.’
Sandra: “Wat voor de ene medewerker ingrijpend is, is dat voor een collega soms helemaal niet. Je persoonlijk verhaal speelt altijd mee. Als iemand in je familie autisme heeft en er is een incident met een cliënt met autisme, dan komt dat plots heel dichtbij.”
Tinne: “We merken dat stagiairs soms erg schrikken van dingen die ze nog niet eerder gezien hebben. Zoals iemand die in afzondering geplaatst wordt of een patiënt die een collega slaat. Dat kan heel overweldigend zijn.”
Wat doet een schokkende gebeurtenis met iemand?
Sandra: “Je lichaam reageert op de gebeurtenis, er komen stoffen vrij in je hersenen. Je komt in een tunnel: ik moet hier overleven. Het kan bijvoorbeeld zijn dat je niet meer registreert wie er allemaal aanwezig was, wat er rondom je gebeurt, wie de ambulance belde.”
Tinne: “De eerste 72 uren zijn vaak een rollercoaster. Je bent emotioneel, begint te huilen of te trillen. Je stemming wisselt. Je voelt op het ene moment kwaadheid tegenover de agressieve persoon maar iets later ben je milder. Je kan slecht slapen, herbeleeft het moment, voelt paniek opkomen als je terug in de ruimte bent waar het gebeurde. Je twijfelt vaak ook over je eigen functioneren in de job. Is dit wel iets voor mij?”
Heb je dit zelf ooit ervaren?
Sandra: “Ik ben bij het Echo-team gekomen nadat ik ze zelf had ingeschakeld toen een collega zwaargewond raakte na een agressie-incident. Voor mij was het toen belangrijk dat ik de boodschap kreeg dat dit normale reacties zijn op een abnormale gebeurtenis. Het was niet zo dat ik me erna supergoed voelde, maar ik kon weer verder.”
‘Het is niet normaal dat dit gebeurt, het is geen part of the job. Je moet niet doen alsof er niets gebeurd is.’
“Je mag schrikken van een incident. Het is normaal dat je tijd nodig hebt om te bekomen. Maar ook: het is niet normaal dat dit gebeurt, het is geen part of the job. Het deed deugd om die erkenning te krijgen. Je moet niet doen alsof er niets gebeurd is. Het is niet omdat je in de psychiatrie werkt dat het normaal is dat je af en toe geslagen wordt.”
Wat doen sociale professionals zonder Echo-team?
Sandra: “Het risico bestaat dat je gewoon doordoet met je werk. Maar de schok komt dan wel achteraf. Het is niet gezegd dat dat altijd zo loopt, maar dat risico bestaat wel.”
Tinne: “Wij zorgen ook voor praktische afspraken. Zie je het nog zitten om je shift af te maken? Hoe kan het team zich organiseren zodat je je job kan blijven doen? Door in het begin zorgzaam te zijn, voorkom je dat zaken zich opstapelen en dat mensen uitvallen door burn-out of posttraumatische stress.”
‘Het risico bestaat dat je gewoon doordoet met je werk.’
Sandra: “Ik merk bij veel collega’s dat blijven stilstaan bij wat gebeurde vaak niet het eerste is dat bij hen opkomt. Zelf deed ik eerst ook gewoon verder na het incident: administratie, voor de rest van de groep zorgen, praktische zaken regelen. Tot ik even ging zitten en voelde: ‘Wow, ik ben hier niet goed van.’”
Kunnen collega’s voor elkaar iets betekenen?
Tinne: “We proberen iedereen die bij het incident was te betrekken. Want ook als het voor jou geen grote impact had, kan je iets betekenen voor je collega. Het is belangrijk om goed voor elkaar en voor jezelf te zorgen. Dat proberen we altijd mee te geven. Geef je collega tijd om het gebeuren te verwerken.”
‘Luisteren is het belangrijkste.’
Sandra: “Laat je collega erover praten. Het is niet erg als iemand meermaals zijn verhaal doet. Maar dwing je collega daar ook niet toe. Als die er niet over wil praten is dat ook oké. Probeer niet te oordelen. Sta open voor de gevoelens en gedachten van de ander. Let op dat je het gesprek niet overneemt. Luisteren is het belangrijkste, je hoeft geen oplossingen naar voor te schuiven.”
Tinne: “In een kleiner team is het soms niet gemakkelijk om met je collega’s te delen dat iets je aangreep. Daarom is het belangrijk om de beweging andersom te maken: stap zelf naar je collega’s als je hoorde dat er iets gebeurde. Niet met de boodschap: ‘Wow. Dat is moeilijk.’ Maar laat weten dat je er bent en zeg dat ze er met jou over kunnen praten. Vaak begint het gesprek dan vanzelf.”
Sandra: “Maar ga niet overbeschermen. Laat collega’s zelf aangeven wat lukt en wat niet. Betrek ze bij de dagelijkse activiteiten. Zeker bij terughoudende personen is het belangrijk dat je nadrukkelijk aangeeft dat je er bent voor hen.”
Het is belangrijk om goed voor jezelf te zorgen, maar hoe doe je dat?
Tinne: “Neem tijd om te rusten, na te denken over wat er gebeurd is, maar wees ook mild voor jezelf. Erover praten kan helpen, maar geef aan wanneer je hier geen zin in hebt of alleen wil zijn. Eigenlijk gaat het vooral om eenvoudige dingen: eet gezond, slaap voldoende en ontspan je. Het is in zo’n periode zeker niet het moment om belangrijke beslissingen te nemen, zoals van job veranderen.”
Communiceren jullie naar directie of leidinggevenden?
Tinne: “Wij rapporteren niet, wij maken ook geen verslag. We vellen geen oordeel. Het is voor leidinggevenden ook absoluut niet het moment om te werken aan teamdynamieken of om lessen te trekken uit een incident. Daar zijn andere instrumenten voor. Leidinggevenden kunnen een belangrijke steun zijn, maar ze blijven voor veel mensen de baas, de persoon die hen moet evalueren. Zal die denken dat ik mijn job niet aankan?”
Sandra: “In het Echo-team zijn er geen leidinggevenden, daarom kunnen we ook heel gemakkelijk informeel binnenspringen op een afdeling. Je hebt bijvoorbeeld wat yoghurtjes over en gaat die even brengen. Intussen vraag je langs je neus weg hoe het gaat. Dat zou raar zijn als je een diensthoofd bent.”
Worden jullie extra ingeschakeld tijdens de coronacrisis?
Tinne: “We kregen nog geen corona-gerelateerde vragen binnen. Ons ziekenhuis bleef gelukkig tot nu toe gespaard van een grote uitbraak. Maar de directie vroeg ons wel om paraat te staan voor het personeel op de covid-afdeling. Dat ze ons die vraag stellen, vind ik een mooi teken dat ze het welzijn van het personeel zeer belangrijk vinden.”
Tinne, jij zit ook in de brandweer bij het stressteam. Verschilt dat van het Echo-team?
Tinne: “De structuur en de visie zijn hetzelfde: collega’s helpen collega’s. Maar de casussen zijn anders. De kracht van dit Echo-team is dat we al vijftien jaar standhouden. We worden alsmaar meer ingeschakeld. In ons ziekenhuis is het ondenkbaar dat het Echo-team na een ernstig incident niet opgeroepen wordt.”
‘Bij de brandweer heerst meer een machocultuur: ‘Als je dit niet aankan, moet je maar in de boekenwinkel gaan werken.’’
“Bij de brandweer heerst traditioneel meer een machocultuur: ‘We hebben jullie niet nodig, we lossen dit wel alleen op. Als je dit niet aankan, moet je maar in een boekenwinkel gaan werken.’ Natuurlijk is het ook oké als je er geen nood aan hebt om over iets te praten. Toch is het belangrijk dat iedereen weet dat ze gebruik kunnen maken van het stressteam als die nood er wel is.”
“Mijn strategie bij de brandweer is daarom anders. Ik zal er sneller mijn eigen kwetsbaarheid tonen. Zeggen dat een ervaring mij iets doet. Daardoor zet je de deur open voor anderen om er ook over te praten. De laatste jaren is er veel vooruitgang geboekt. Het stressteam raakt meer en meer ingeburgerd.”
Dus ook bij jullie kan een ervaring nog blijven plakken?
Sandra: “Zeker. Een ervaring kan nog altijd hard binnenkomen. Je emoties moeten eerst zakken voor je terug rationeel kan reflecteren. Achteraf kan het wel helpen om theoretische kaders te kennen, maar op het moment van gebeuren kan je nog steeds in die tunnel terechtkomen.”
‘Zelfs voor ervaren rotten kan een gebeurtenis ingrijpend zijn.’
Tinne: “Zonder dat je het wil of beseft, kan er altijd een verschuiving komen in je draagvlak waardoor een situatie je overspoelt. Zelfs voor ervaren rotten kan een gebeurtenis ingrijpend zijn. Ik geef een voorbeeld. Bij de brandweer komt een melding van een ongeval met slachtoffers. Bij aankomst zien we een rode auto die tegen een boom is gebotst. Het gaat om een jonge gast. We zien een L aan de achterruit hangen. Hij leeft nog, maar we moeten snel zijn, want de situatie kan levensbedreigend zijn.”
“Voor mij is die situatie niet ingrijpend. We zijn hiervoor getraind. Toch zie ik een ervaren collega lijkbleek tegen de brandweerwagen aanleunen. Hij kan niet meer participeren. Wat blijkt achteraf? Hij heeft een zoon van achttien die leert autorijden. Hij mocht geen auto kopen, maar kreeg de week voordien een rood autootje van zijn peter voor zijn verjaardag. Sindsdien is hij doodongerust. Zijn draagvlak is dus verschoven.”
Sandra: “Wat voor jou ingrijpend is, kan dat voor mij helemaal niet zijn. Soms kan je tien keer niets voelen maar de elfde keer ben je ervan ondersteboven. Neem iemand die op de kinderpsychiatrie werkt en ouders al heel vaak agressief heeft weten zijn naar hun kind. Plots grijpt het je wel aan, want je hebt een pasgeboren baby waar je heel veel voor moest zorgen. Je kan niet meer begrijpen dat mensen hun kinderen zo behandelen. Je beleeft dat heel anders.”
Tinne: “Iedereen is kwetsbaar. Daarom is het zo belangrijk om als sociale professionals goed voor elkaar te zorgen. Morgen kan het jou ook overkomen.”
Reacties
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies