Opinie

‘Ziekte en rouw verdienen aandacht in zorgzame buurten’

Sarah Dury, Liesbeth De Donder

Thema’s als rouw, sterven en ernstige ziekte horen bij het leven. Toch vinden we het moeilijk om erover te praten, laat staan ermee om te gaan. Zorgzame buurten kunnen die thema’s mee uit de taboesfeer halen door te bouwen aan een ‘Compassionate Community’.

© Pixabay / Q K

Zorgzame buurten

Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Wouter Beke investeert de komende jaren fors in zorgzame buurten. 133 projecten krijgen financiële ondersteuning.

Een zorgzame buurt is een buurt waar jong en oud samenleven, waar mensen zich goed en geborgen voelen, waar levenskwaliteit centraal staat, waar bewoners elkaar kennen en helpen.  In zo’n buurt staat vaak ‘het kleine helpen’ centraal. Bewoners doen bijvoorbeeld boodschappen voor elkaar, geven een lift naar het ziekenhuis of springen eens binnen bij de buren.

‘Zorgen voor elkaar stopt niet bij de kleine, praktische hulp.’

Aanwezige diensten en voorzieningen zijn voor iedereen toegankelijk en beschikbaar. Het maakt dat mensen, ongeacht leeftijd en grote of kleine ondersteuningsbehoeften, comfortabel in hun woning of vertrouwde buurt kunnen blijven wonen.

Onder de radar

Maar zorgen voor elkaar stopt niet bij de kleine, praktische hulp. Ook sterven, ernstige ziekte of rouw verdienen aandacht in een zorgzame buurt.

Een dierbare verliezen of je eigen levenseinde naderen, zijn confronterende ervaringen. Hoewel iedereen er mee te maken krijgt, wordt er weinig openlijk over gesproken. Rouw, sterven en zorg rond het levenseinde worden te vaak verwerkt in een louter professionele context of een te enge privésfeer.

De coronacrisis maakte sterven en verlies dan wel meer zichtbaar, toch stond degene die te maken kreeg met verlies of zware ziekte, er vaak alleen voor. Begrafenissen waren alleen mogelijk in kleine groepen. Mensen overleden alleen en konden enkel afscheid nemen via een tablet. Vooral in de eerste lockdown werd professionele hulpverlening tot een minimum teruggeschroefd.

In Compassionate Communities is het levenseinde vanzelfsprekend

Corona maakte het duidelijk. Mensen hebben nood aan samen verlies en dood te verwerken.

Het antwoord op die behoefte? Compassionate Communities. In zo’n gemeenschap zijn rouw, sterven en het levenseinde wel zichtbaar en bespreekbaar.

De Australische professor Allan Kellehaer is de grondlegger van het concept. Hij benadrukte dat zorg rond het levenseinde onmisbaar is en dat het gedragen wordt door alle leden van een gemeenschap en over alle beleidsdomeinen heen.

‘Zorg rond het levenseinde is onmisbaar en wordt gedragen door alle leden van een gemeenschap.’

Compassionate Communities willen het bewustzijn rond het levenseinde, rouw en ernstige ziekte aanwakkeren. In Compassionate Communities worden kennis en vaardigheden bij bewoners ontwikkeld en zijn er initiatieven zodat mensen met ziekte en sterven kunnen omgaan en elkaar kunnen ondersteunen.

Zorgzame buurten moeten ook nadenken over hoe ze als buurt kunnen omgaan met sterven, rouw en ernstige ziekte. Naar het concept van Compassionate Communities kunnen ze projecten op poten zetten die het levenseinde uit de private en professionele sfeer halen en ervoor zorgen dat mensen erover praten met elkaar.

Geen kraamkost maar rouwkost

De periode vlak voor of na een overlijden is voor nabestaanden emotioneel zwaar geladen. Tegelijk is het ook een drukke tijd. Compassionate Communities kunnen de rouwperiode verzachten.

Buurtbewoners kunnen bijvoorbeeld ‘rouwkost’ naar nabestaanden brengen, zoals we ook kraamkost maken voor kersverse ouders. Een ander voorbeeld: buurtbewoners kunnen helpen met het schrijven van rouwbrieven en -kaarten.

‘Rouw en ziekte zijn geen eenmalige gebeurtenissen.’

Tijdens jaarlijkse herdenkingsmomenten of op troostplekken kunnen nabestaanden blijvende steun vinden. Rouw en ziekte zijn geen eenmalige gebeurtenissen maar blijven ons hele leven bij.

In een ideale zorgzame buurt is er ook preventief aandacht voor het levenseinde. Compassionate Communities stellen mensen immers in staat om hun wensen over het eigen levenseinde aan te geven. Ze moedigen aan om te reflecteren over dood en rouw en erover te praten met elkaar. Zo kunnen ze toekomstig verlies of het eigen sterven draaglijk maken.

Creativiteit en humor

Kijk bijvoorbeeld naar de Coffins Club uit het Verenigd Koninkrijk of Australië. Het zijn vrolijke bijeenkomsten waar jong en oud hun eigen begrafenis vormgeeft en zelfs een kist kan omtoveren in een persoonlijk kunstwerk.

‘Bewust bezig zijn met het levenseinde creëert kansen voor ontmoeting.’

Mensen nemen er de touwtjes in handen bij de planning van hun uitvaart. Zo komt die taak niet alleen bij de nabestaanden terecht en kleuren ze buiten de lijntjes van de klassieke begrafenissen. Het maakt van sterven en rouw een meer blijmoedige gebeurtenis waar zelfs humor, passie en verbinding bij komen kijken.

Bewust bezig zijn met het levenseinde creëert zo kansen voor ontmoeting. Het haalt mensen uit hun isolement en geeft betekenis aan sterven en het levenseinde. Waarom zouden we daar alleen aan denken op het moment dat we een dierbare verliezen of stervende zijn? Iedereen krijgt ermee te maken, dus waarom zouden we ons niet voorbereiden?

Begraafplaats

Een essentiële plek bij sterven en rouw zijn begraafplaatsen. Maar die zijn vaak ommuurd en weggestopt uit het straatbeeld.

‘Sloop de muren rond sterven en rouw en geef begraafplaatsen weer een zichtbare plek in het dorp of de stad.’

Sloop de muren rond sterven en rouw en geef begraafplaatsen weer een zichtbare plek in het dorp of de stad. Dat kan ook door andere plaatsen van bezinning te voorzien. In Kortrijk werd de ‘Troostboom’ geïntroduceerd waar een troostgedicht in hangt.

Ook elders zijn er initiatieven zodat mensen het leed rond verlies en het levenseinde samen kunnen delen, bijvoorbeeld de troostplekken van Ferm, het ‘Seizoen van troost’-programma in Schoten of de literaire happening ‘De koffietafel van Paul Snoek’.

In België is Brugge een pionier als allereerste ‘Compassionate city’. Het stadsbestuur sloeg de handen in elkaar met sociale organisaties, eerstelijnszorg, bedrijven en scholen om een breed sociaal vangnet te bouwen voor wie te maken krijgt met ernstige ziekte of dood. Enkele stappen die Brugge al zette zijn opbelacties, babbelbuddy’s, rouwplekken in de publieke ruimte en troostkaartjes.

Geelde smart is halve smart

Eender welke gemeenschap kan een Compassionate Community zijn, of het nu om een stad, dorp of wijk gaat, een school, werkplaats of organisatie: sterven, verlies en ernstige ziekte komen overal voor. En ze moeten overal bespreekbaar zijn.

Stel in een zorgzame buurt dus niet alleen de kleine, dagelijkse zorg centraal maar denk ook aan tijden van verdriet en de zwaardere zorg. Geef het levenseinde de open plek die het verdient. Gedeelde smart is halve smart.

Reacties [1]

  • Riske

    Hier word ik blij van. Helaas op mijn vorige job – binnen een lokaal bestuur, mogen ondervinden hoe weinig enthousiasme er nog is voor dit zo waardevolle werk van zorgzame buurten. Bedankt voor dit lichtpuntje…

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.