Opinie

‘Vrijwilligerswerk in thuiszorg staat onder druk’

Karin Van Mossevelde

Om zorgbehoevende mensen thuis de nodige hulp te bieden, zet thuiszorgorganisatie i-mens ook vrijwilligers in. Door nieuwe fiscale regels staat hun inzet onder druk. Algemeen directeur Karin Van Mossevelde pleit voor dringend ingrijpen: “Mensen gaan nu sneller dan nodig naar een woonzorgcentrum”.

vrijwilligerswerk

© Unsplash / Haydn Golden

Plan trekken

Marnix’ moeder is negentig en niet meer in staat om de avond en nacht alleen door te brengen in haar huis. Hij schakelt drie vrijwilligers in voor nachtoppas,  elk twee nachten per week. De resterende nacht blijft hij zelf bij haar. Moeder voelt zich comfortabel bij deze vier vertrouwde gezichten.

‘De vrijwillige dag- en nachtoppas staat onder druk.’

Helaas staat die vrijwillige dag- en nachtoppas onder druk: sinds 2021 mogen vrijwilligers maar een maximumbedrag van 2705,07 euro op jaarbasis onbelast presteren. Het Grondwettelijk Hof vernietigde namelijk de regeling op onbelast bijverdienen. Volgens het Hof is het niet-belasten van sommige bijverdiensten discriminerend tegenover de fiscale tarieven die gelden op de inkomsten van werknemers en zelfstandigen.

Die wijzigende regels hakken zwaar in op het systeem van vrijwillige dag- en nachtoppas. Veel vrijwilligers dreigen midden 2022 hun taken abrupt stop te moeten zetten omdat ze het plafond voor fiscale vrijstelling hebben bereikt.

In het geval van Marnix bereiken de vrijwillige nachtoppassers in oktober hun plafond. Hij en zijn moeder moeten van oktober tot eind december hun plan trekken.

Onmisbare steun

Dat de vrijwillige dag- en nachtoppas onder druk staat, is een groot probleem. Dit vrijwilligerswerk is immers een volwaardige en onmisbare aanvulling op de professionele thuiszorg.

Hoe klein hun taken soms zijn, de steun van deze vrijwilligers is onmisbaar voor zorgbehoevende personen. Niet alleen ouderen, maar ook chronisch zieken, personen met een beperking en jonge gezinnen zijn enorm gebaat met deze dienstverlening.

Alleen al bij thuiszorgorganisatie i-mens staan 2.000 enthousiaste vrijwilligers paraat voor een warme babbel, een uitstap om de hoek, het helpen met licht huishoudelijke taken of een boodschap doen.

In de lift

De vraag naar zo’n oppashulp zit in de lift. De vergrijzing speelt daarbij een belangrijke rol: meer ouderen hebben nood aan zorg en kunnen de hulp van vrijwilligers goed gebruiken.

‘Niemand twijfelt aan het belang van deze vrijwilligers.’

Veel ouderen willen, terecht, zo lang mogelijk thuis in hun vertrouwde omgeving kunnen vertoeven. Dankzij de broodnodige inzet van vrijwilligers die een oogje in het zeil houden en bijspringen waar nodig, moet de stap naar een woonzorgcentrum minder snel gemaakt worden.

Bovendien ontzorgen vrijwilligers mantelzorgers die instaan voor de zorg van hun familie of naasten. Zo krijgen mantelzorgers op tijd en stond de nodige ademruimte.

Zorg stopt niet aan een grensbedrag 

Niemand twijfelt dus aan het belang van deze vrijwilligers. Maar door de lage grensbedragen voor dit soort vrijwilligerswerk dreigen veel zorgbehoevende mensen in de kou te blijven staan.

Vrijwilligers moeten nu midden van het jaar stoppen omdat ze het fiscaal maximum bereikt hebben. Bijzonder jammer voor mensen die deze keuze maken uit goesting en passie. Hoewel ze willen blijven helpen, staan ze erbij en kijken ze ernaar.

Een oplossing is om verschillende vrijwillige oppassers langs te sturen. Maar dit is vaak niet wenselijk om goede zorg te garanderen. De kracht van oppashulp is de vertrouwensrelatie die ontstaat tussen de vrijwilliger, de zorgbehoevende en zijn mantelzorgers. Te veel verschillende contactpersonen zet die vertrouwensband onder druk.

Nefast

Deze nieuwe regeling heeft nefaste gevolgen.

Wanneer de vrijwillige oppashulp wegvalt omdat het plafondbedrag bereikt is, zet dat de deur op een kier voor oplossingen buiten de reglementering. Lees: naar het grijs of zwart circuit. Dat kan toch niet de bedoeling zijn?

‘Mensen gaan nu sneller dan nodig naar een woonzorgcentrum.’

Nog een gevolg: zorgbehoevenden moeten nu sneller een beroep doen op andere oplossingen. Mensen gaan nu sneller dan nodig naar een woonzorgcentrum. Dat is bijzonder jammer voor mensen die graag zo lang mogelijk thuis willen blijven wonen. Of ze schakelen de hulp in van een verzorgende voor taken die een vrijwilliger perfect kan doen. Dit zet de thuiszorg onder druk: een werkveld dat nu al kampt met een schaarste aan medewerkers.

Terug naar verenigingswerk 

Vroeger zat die puzzel beter in elkaar. Vrijwillige dag- en nachtoppassers waren opgenomen binnen de reglementering van het verenigingswerk. Daar mag men een hogere vergoeding onbelast ontvangen dan binnen de wetgeving voor vrijwilligerswerk.

‘Vroeger zat de puzzel beter in elkaar.’

Ondanks aandringen bij beleidsmakers werd de vrijwillige dag- en nachtoppas niet meer opgenomen binnen de nieuwe wetgeving voor het verenigingswerk. Hierdoor botsen wij als thuiszorgorganisatie vandaag op een muur.

Twee valabele pistes

Daarom willen wij een aangepaste regeling. Als begrip en flexibiliteit getoond wordt voor vrijwillig engagement binnen sportclubs, dan ook voor vrijwilligers binnen thuiszorg.

Twee pistes zijn valabel: het plafondbedrag voor vrijwillige dag- en nachtoppas optrekken of een herziening van de wet op het verenigingswerk. Erkende diensten oppas zijn Vlaamse materie terwijl de vrijwilligerswet en de wet op verenigingswerk federale materie zijn. Een goede afstemming tussen beide niveaus is cruciaal.

We hopen dat de overheid onze vraag ter harte neemt. Hier staan geen cijfertjes op het spel, wel het welzijn van zorgbehoevende mensen en het engagement van vrijwilligers.

Reacties [1]

  • Tom

    Ik begrijp het probleem waar men tegenaan kijkt, maar de situatie wordt hier niet helemaal correct voorgesteld. Tot er een regeling voor verenigingswerk was, konden vrijwilligers bij de dag- en nachtopvang een forfaitaire kostenvergoeding krijgen zoals alle andere vrijwilligers. Merk op: een kostenvergoeding (dus geen prestatievergoeding).
    De regeling voor verenigingswerk was iets heel anders, los van vrijwilligerswerk. Het was een regeling voor mensen die wilden bijklussen, bijverdienen dus… en dat is iets heel anders dan vrijwilligerswerk. Doordat het grensbedrag bij verenigingswerk aanzienlijk hoger lag, kozen veel initiatieven voor het statuut van ‘bijklusser’. Dat statuut werd evenwel vernietigd… en dus keerde men terug naar het vrijwilligerswerk… waar vrijwilligers in de dag- en nachtopvang ondertussen een ruimere kostenvergoeding konden krijgen dan andere vrijwilligers uit andere sectoren. Zoals het in dit artikel benaderd wordt, gaat het niet over vrijwilligerswerk.

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.