Crisis in woonzorgcentrum
Bewoners van woonzorgcentra kregen het tijdens de coronapandemie hard te verduren. Na de plotse virusuitbraak, werden ze lang aan hun lot overgelaten: te weinig beschermkledij voor medewerkers, te weinig personeel, te weinig kennis over de nodige aanpak.
‘Dat ouderen niet ernstig worden genomen, is niet alleen een probleem van corona of woonzorgcentra.’
Bovendien geraakten ernstig zieke bewoners moeilijk binnen in de overvolle ziekenhuizen. Dat zorgde voor angst en ongerustheid. Nergens lagen de overlijdens zo hoog, mensen stierven soms in erbarmelijke omstandigheden, zonder palliatieve of waardige begeleiding. Bij cruciale levenseindebeslissingen werden vertrouwenspersonen amper betrokken.
Vrijheid aan banden gelegd
Isolaties, quarantaines en andere beschermingsmaatregelen moesten nog erger voorkomen. Bewoners van woonzorgcentra werden maandenlang beperkt in hun vrijheid, autonomie en inspraak in cruciale aspecten van hun leven.
Sommige voorzieningen gebruikten besmettingsrisico’s als vrijgeleide om, zonder enige dialoog met bewoners of hun vertrouwenspersonen, zo lang mogelijk het bezoek af te remmen. Veel bewoners verloren elk aanspreekpunt om hun emoties te delen.
Ouderen als risicogroep
Ook thuiswonende ouderen leden erg onder deze gezondheidscrisis. Hulp in het huishouden, bij de maaltijd of de dagelijkse hygiëne, werden teruggeschroefd. Eenzaamheid en isolement loerden om de hoek.
‘Een politicus stelde zelfs voor om 60-plussers langer in lockdown te houden.’
Het crisisbeleid greep ook diep in op de participatiekansen van ouderen. Vrijwilligerswerk werd onmogelijk, de werking van ouderenverenigingen en lokale dienstencentra werd opgeschort. Contacten met kinderen en kleinkinderen werden beperkt of verboden.
Ouderen werden collectief gemerkt als risicogroep. Een politicus stelde zelfs voor om 60-plussers langer in lockdown te houden.
Inspectie opgeschort
Intussen schieten bestaande controlemechanismen schromelijk tekort, zoals de excessen in enkele commerciële woonzorgcentra recent nogmaals aantoonden. Klachtenprocedures in woonzorgcentra zijn niet onpartijdig en er is geen externe controle. De Zorginspectie oordeelt alleen op basis van erkenningsnormen, niet op de naleving van mensenrechten van ouderen.
Tijdens de coronacrisis werd de reguliere opvolgingsinspecties ook opgeschort. En het woonzorgdecreet van februari 2019 omschrijft wel fundamentele werkingsprincipes voor de voorzieningen, maar die zijn niet afdwingbaar.
Discriminatie op arbeidsmarkt
Dat ouderen niet ernstig worden genomen, is niet alleen een probleem van corona of woonzorgcentra. Het probleem zit veel dieper. Ook elders in de samenleving is het respect voor de autonomie, de participatie en de gelijke rechten van ouderen problematisch.
‘Eens met pensioen, worstelen velen met armoede.’
Zo is op de arbeidsmarkt is discriminatie op basis van leeftijd de regel. Arbeidsecononoom Stijn Baert stelde op basis van praktijktesten vast dat bij sollicitaties leeftijd de meest hardnekkige vorm van discriminatie blijft.
Op de werkvloer zelf ervaren veel oudere werknemers de jaren voor hun pensioen als uitrangering. Eens met pensioen, worstelen velen met armoede: 16 procent van de Belgische 65-plussers heeft een inkomen onder de Europese armoedegrens.
Onaangepaste woonomgeving
Hoewel de overgrote meerderheid van de ouderen tot op hoge leeftijd zelfstandig woont, is hun woning vaak niet aangepast aan hun mogelijkheden. Bouwreglementen verplichten niet tot leeftijdsvriendelijk bouwen of verbouwen. Groepswonen wordt niet ondersteund. En ouderen vertellen ons ook over discriminatie op de private huurmarkt.
In de woonomgeving, zijn er steeds minder functionele voorzieningen zoals bankkantoren, winkels of sociale en administratieve diensten op loopafstand. Openbaar vervoer is zowel fysiek als informatief moeilijk toegankelijk en het aanbod wordt voortdurend teruggeschroefd.
‘Er zijn nauwelijks publieke toiletten of rustpunten voor wie vaker aan een pauze toe is. Voetpaden zijn slecht onderhouden en openbaar vervoer wordt teruggeschroefd.’
Er zijn nauwelijks publieke toiletten of rustpunten voor wie vaker aan een pauze toe is. Voetpaden zijn slecht onderhouden en moeilijk begaanbaar voor wie slecht ter been is of veelal onbruikbaar voor rolstoel- of rollatorgebruiker. Ouderen lopen meer risico bij verplaatsingen: oudere fietsers riskeren tot zes keer meer dodelijke verwonding en van alle dodelijk gewonde voetgangers is bijna de helft 65 jaar of ouder.
Vele diensten zijn niet meer fysiek of telefonisch bereikbaar. Dat bemoeilijkt de toegang tot informatie en dienstverlening. Ouderen zien hun zelfstandigheid afnemen en worden sneller afhankelijk van anderen. De versnelde digitalisering van informatie, sociaal-administratieve dienstverlening en financieel verkeer houdt onvoldoende rekening met de digitale kloof.
Ouderenrechtenverdrag
Onze samenleving heeft het moeilijk met 60-plussers. Ze krijgen onvoldoende kansen om volwaardig te participeren en kwaliteitsvol te leven. Voor oudere mensen gelden mensenrechten blijkbaar minder.
‘De samenleving heeft het moeilijk met 60-plussers.’
Hoe kunnen we dat evenwicht herstellen? Voor oplossingen kunnen we inspiratie vinden bij die andere kwetsbare groep: kinderen en jongeren. Zij kregen een eigen VN-Kinderrechtenverdrag. Een gelijkaardige VN-conventie over de rechten van ouderen kan een doorbraak zijn, maar daar staan we nog jaren van af. De Europese Unie houdt het been stijf en dus is ook de Belgische regering voorlopig niet van plan om haar nek uit te steken.
Wat houdt ons tegen?
Moeten we daarop wachten en intussen ouderen verder buitenspel zetten? Er bestaan nu al internationale mensenrechtenverdragen die ook de rechten van ouderen beschermen. Daaraan kunnen we specifieke situaties toetsen.
Discrimineren op basis van leeftijd is juridisch verboden en kan via gerechtelijke wegen bestreden worden. Ook ouderen hebben recht op een kwaliteitsvolle gezondheidszorg, op de eerbiediging van hun woonst, op autonomie en op een waardig en zelfstandig leven. En geldt het verbod op mensonwaardige en vernederende behandeling ook niet ten aanzien van ouderen?
Wat houdt sociale professionals tegen om de tekortkomingen op het terrein in kaart te brengen? Wat houdt ons tegen om werk te maken van een charter van rechten van ouderen op basis van die mensenrechtenverdragen? In Amerika bestaat dat al, dus inspiratie vinden kan niet zo moeilijk zijn.
Inspirerend Kinderrechtencommissariaat
Een rechtenkader is onvolledig zonder toezicht op de naleving.
Hier biedt het Kinderrechtencommissariaat bruikbare inspiratie. Het ziet toe op het respect voor de rechten van kinderen en jongeren. De politiek-juridische kracht van het kinderrechtenverdrag en sterke verankering van het Kinderrechtencommissariaat maakt het kinderrechtenkader politiek en maatschappelijk bindend. De inbedding van de autonome commissaris bij het Vlaams parlement zorgt voor extra slagkracht.
‘Een Ouderenrechtencommissariaat kan het verschil maken.’
In navolging van die ervaring en expertise is het pleidooi voor een Ouderenrechtencommissariaat zinvol. Zo’n commissariaat kan voor ouderen het verschil maken.
De kernvraag
In de Facebookgroep ‘Als ze niet sterven, is het geen nieuws’ stelde iemand de confronterende vraag: “Zijn we na onze zestigste verjaardag plots geen mensen meer?” Dat is de kernvraag.
Waar worden ouderen in hun rechten als mens niet gerespecteerd? Bij welke daadkrachtige en ondersteunende instantie kunnen ouderen met hun klacht terecht? Hoe worden zij ondersteund bij de behandeling? En wat verwachten we daarbij van het beleid?
Niet langer houdbaar
Hoopvol uitkijken naar een VN-conventie in de verre toekomst helpt niet. Stellen dat ouderen wel voor zichzelf kunnen opkomen, strookt niet met de harde realiteit. Binnen de oudere leeftijdsgroepen zijn er zeer grote verschillen inzake leeftijd en inkomen, fysieke en mentale gezondheid, opleiding en culturele achtergrond, levens- en professionele ervaring, familiaal en sociaal netwerk.
Veel ouderen kunnen voor zichzelf en voor hun rechten opkomen, al dan niet in georganiseerd verband. Anderen zijn daartoe niet langer in staat, om uiteenlopende redenen. Ook hun mensenrechten vereisen in alle omstandigheden respect. Om daarop toe te zien, is er nood aan een gemandateerde, autonome, herkenbare en aanspreekbare instantie. Daarbij is een belangrijke complementaire rol weggelegd voor het middenveld. Maar dat georganiseerde middenveld kan dat niet alleen aan: ondanks alle waardevolle inzet zien we op de meeste domeinen amper vooruitgang. Een rechtencharter kan een en ander in beweging brengen.
Het permanent buitenspel zetten van meer dan een kwart van de bevolking is niet houdbaar. Het komt erop aan de onverschilligheid te doorbreken, de situatie in kaart te brengen en een politiek-juridisch kader te realiseren.
Reacties [10]
Beste redactie, een boeiende en zeer terechte vraag. Wellicht is te weinig gekend dat VLORA bestaat. Dit is de Vlaamse Ouderenraad waarin alle ouderenorganisaties en instanties deel van uitmaken. De VLORA kan deze problematiek zelf wel ter harte nemen. Anders dan bij het kinderrechtencommissariaat zijn ouderen (65+) zelf mondig en krachtig genoeg om zelf voor hun rechten op te komen. Ik zou die opdracht dan ook toevertrouwen aan die bestaande organisatie zodat er niet nog iets nieuws moet opgericht worden. Zij kunnen voldoende onafhankelijk optreden omdat alle relevante partners en betrokkenen daar zoals gezegd deel van uitmaken. De VLORA is als instantie reeds erkend door de Vlaamse overheid en kan dus tenvolle haar rol hierin opnemen.Het is trouwens één van hun kernopdrachten om ervoor te zorgen dat ouderen als volwaardige partners hun rol en taak in de samenleving kunnen invullen. En de tekorten die er ongetwijfeld zijn in het ouderenbeleid tot op het beleidsniveau brengen.
Als verse 65+er voel ik me eens te meer aan de zijlijn geschoven.
Waarom hoor ik nu voor ‘t eerst iets over een petitie i.vm. een ouderenrechtencommissariaat, die al werd ondertekend door academici, actieve middenvelders…deze petitie nadrukkelijk binnen ‘t bereik van de groep 65+ers brengen is een eerste stap
om onze mondigheid en plaats in de maatschappij te erkennen!
De pensioen hervorming heeft nog bijna geen slachtoffers gemaakt. De toepassing van de wet uit 2016 wordt nu (ongeveer) pas toegepast, en de laagte van het pensioen voor de volgende generatie komt nu pas in zicht. De bank als privé pusht iedereen om zijn pensioensparen in een keer op te nemen… (een tweede “arco” komt er dan ook aan)
Mensen hebben geen vervaldatum.
Een waardige plaats voor ouderen in de maatschappij .
Cfr boek ” Oud , niet oud maar goud ” -Gompel en Svacina”
Ons ouderenbeleid is onvoldoende aangepast aan de behoeften van en opportuniteiten bij ouderen .
Deze bijdrage heeft mij niet overtuigd van het nut van een “ouderenrechtencommissaris”. Uiteraard is er recent heel wat misgegaan in de residentiële zorg. En de voorbeelden van ‘ageisme’ in de zorg zijn legio. Maar betekent dit alle 60+ers in een problematische situatie zitten? 16% leeft beneden de EU armoedegrens, maar dit geldt voor 14% van de hele bevolking, en ook 16% van de 16-24 jarigen. Daarenboven zijn de meeste ouderen (ook die met lage inkomens) eigenaar van hun hypotheekvrije woning.
Het lijkt mij zinvoller te focussen op specifieke problemen, zoals moeilijke mobiliteit en mindere toegankelijkheid van banken en overheden: problemen voor sommige ouderen, maar ook voor sommige 60-minners.
En tenslotte krijgen ouderen in bepaalde opzichten een voorkeurbehandeling: de IGO is aanzienlijk hoger dan het leefloon (en wordt nog verder opgetrokken); het Senioren ticket van de NMBS is voor een heen- en terugreis goedkoper dan het Youth-ticket.
Ik denk mijnheer Van den Bosch dat u zelf niet zoveel problemen ondervindt. Wat goed is voor u en u ten zeerste is gegunt. Maar dat betekent niet dat ze er niet zijn. Niet alle of vele 60 +sers zijn eigenaar van een woning. Niet alle 60 +sers zitten in een problematische situatie. Wel meer dan u zou denken. Er is absoluut nood aan een ouderenrechtencommissaris. Uit reële ondervinding weet ik dat ouderen vaak niet correct behandeld worden. Het kan inderdaad een verschil maken, wanneer ouderen uit een financieel en materieel betere klasse zijn. Dan is er respect voor het geld, waar de oudere dan de vruchten van plukt. Maar de doorsnee ouderen maken vaak schrijnende toestanden mee, waar u naar mijn gevoel geen affiniteit mee heeft. Maar waar absoluut iets aan gedaan moet worden.
Ik ben 71j was huismoeder en heb 4kinderen alleen grootgebracht na vechtsscheiding. alles van werk aangepakt, maar zit nu wel onder min pensioen. Zit dus vast aan sociale woning, waar ik nu al om veiligheidsredenen, al 7 maanden zonder verwarming, zonder warm water, zonder verluchting zit. Ik sta met de rug tegen de muur. zeker al 15tal instanties gecontacteerd. Maar hulp kan blijkbaar niet.
nergens kan ik terecht, geen enkele wet kan mij helpen.
Zelf heb ik ook meegemaakt dat je als verpleegkundige niet meer wordt aangenomen als het getal 60 in zicht komt. Er is een tekort aan verpleegkundigen maar als je je kandidaat stelt als 60jarige word je vriendelijk bedankt want hoe lang ga je dan nog blijven?
Heel correcte beschrijving van de problemen waar 60 plussers in de huidige maatschappij mee geconfronteerd worden.
Ik ben zelf 56 en ik worstel al heel mijn leven met een schuldcomplex dat ik (en de samenleving!) er maar niet in slagen om een betere toekomst te maken voor wie na mij komt. Ik doel dan op alles rond duurzaamheid, klimaat, torenhoge overheidsschulden, onbetaalbare sociale zekerheidsrechten en tenslotte onze failed state. Ik denk dan altijd: later heeft mijn generatie en zeker ook de generaties voor mij minder recht van spreken tegenover de actieve generaties die het nu allemaal mogen gaan oplossen. Want we moeten toch toegeven dat je boven de 60 niet meer wezenlijk bijdraagt aan echte, structurele veranderingen. Die kansen hebben mijn generatie én de vorige grondig verpest. Dit schuldcomplex doet mij besluiten dat we als oudere generatie vooral niet teveel van de toren moeten blazen en wijzen op rechten. Rechten die we vaak nu al hebben en nog hebben, maar waarbij het een groot vraagteken is of de komende generaties diezelfde zon nog zullen zien schijnen…
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies