Twintig jaar verblijfsco-ouderschap
In een recensie van het boek ‘Een week mama, een week papa? Wat kinderen bij een scheiding écht nodig hebben’, schreef de recensent: “De titel stelt de kwestie meteen op scherp. Een week mama, een week papa? Is dit de essentie van wat kinderen bij een echtscheiding nodig hebben? Een minutieus opgedeelde tijd tussen hun biologische ouders?” De vraagstelling van de titel is nog steeds actueel.
‘Conflicten zijn negatief voor de kinderen.’
Onderzoekers maakten de balans op van twintig jaar verblijfsco-ouderschap.Sodermans, A. en Vanassche, S. (2015). Twintig jaar co-ouderschap in Vlaanderen: een stand van zaken. Sociologos, 36 (4), 384-392.De wet van 2006 die stelt dat de rechter voorrang dient te verlenen aan verblijfsco-ouderschap wanneer één van de ouders erom vraagt, bleek heel wat ongewilde neveneffecten te hebben.
De betrokken onderzoeker verwoordde dat zo: “Sinds co-ouderschap meer en meer de norm werd, zijn ouders die regeling als een soort recht gaan zien. Een recht dat ze niet willen afstaan. Ze voelen het aan als een nederlaag als ze dat niet krijgen.”
Het welzijn van het kind
De voorrangsregel voor verblijfsco-ouderschap zette ongewild de deur open naar meer conflicten tussen de ouders. En dat is een slechte zaak voor het welzijn van kinderen. Diverse binnen- en buitenlandse onderzoeken bevestigen dat de aanwezigheid van conflicten, ongeacht de verblijfsregeling, negatief is voor het welbevinden van kinderen.Bastaits, K., Mortelmans, D. en Van Peer, C. (2013), ‘De opvoeding door gescheiden ouders en het welzijn van het kind: wat is van tel?’, Relaties en Nieuwe Gezinnen, 3, 10.Ook mensen die in de praktijk betrokken zijn bij scheidende ouders en hun kinderen bevestigen dat het vooral de randfactoren zijn die ervoor zorgen of een verblijfsregeling werkt of niet.
Kinderrechtencommissaris Bruno Vanobbergen bracht het perspectief van kinderen in de discussie binnen. Hij stelde dat een week-om-weekregeling als ouders ver van elkaar wonen een negatieve impact kan hebben op het sociaal leven van kinderen. Het wordt moeilijker om deel te nemen aan vrije tijdsactiviteiten en hun vriendschapsrelaties lijden eronder.
Scheiden doet lijden
Het onderzoek nam ook de communicatie tussen de ouders na scheiding onder de loep. “Een op vier ouders praat na de scheiding nooit met elkaar”, blokletterde Het Nieuwsblad. Het is blijkbaar moeilijk om partnerschap los te koppelen van ouderschap.
Scheiding is sociaal gezien zo ingeburgerd dat we dreigen te vergeten hoe ontwrichtend deze periode kan zijn. Zowel voor de volwassenen als voor de kinderen. Scheiding is het gevolg van een relatiecrisis tussen partners, waarbij minstens één van hen ervoor kiest om de relatie stop te zetten. Het verlies van een relatie doet pijn en zet de identiteit van mensen onder druk.
‘Een relatiebreuk is erg ingrijpend.’
Een relatiebreuk is ingrijpend. Liefdespijn vertoont heel wat overeenkomsten met fysieke pijn. Er wordt zelfs beweerd dat de hersenen er na een scheiding tijdelijk hetzelfde uitzien als de hersenen bij een cocaïneverslaving.Groenhuijsen, L. (2016), ‘Het had zo mooi kunnen zijn. Over pijn en woede bij het verlies van liefde door scheiding’, Ouderschapskennis, 19, 1.Conflicten worden dan een manier om met deze pijn om te gaan. Contact vermijden en communicatie uit de weg gaan, kunnen strategieën zijn om het conflict beheersbaar te houden.
Conflict beheersen
De conflictladder van Glasl leert ons dat er verschillende niveaus van conflict bestaan. Hoe hoger op de conflictladder, hoe meer het conflict verhardt en zich uitbreidt. Hoe hoger het risico dat kinderen in dit conflict verstrikt geraken. Dat wordt bevestigd in een analyse van 145 chatgesprekken die kinderen en jongeren voerden met de hulplijn voor kinderen en jongeren Awel.Wiewauters, C. en Emmery, K. (2016), Awel, ik ben in de war door de scheiding van mijn ouders, Brussel, HIG; Wiewauters, C. en Emmery, K (2016), ‘Parental Alienation Syndrome of contactbreuk. Waarom uit het hoofd niet uit het hart is. Kinderen verstrikt in verbinding’, Relaties en Nieuwe Gezinnen, 6, 2.
In het belang van de kinderen is het absoluut na te streven om de conflicten tussen hun ouders te ontmijnen of beheersbaar te houden. Het aantal vechtscheidingen toont aan dat wij daar in België niet goed in slagen.
We moeten kritisch durven kijken naar hoe we ongewild bijdragen aan het bestendigen of zelfs versterken van de conflicten. Het is daarom nodig dat de actoren bij justitie en welzijn hun kennis en expertise bundelen.
Samenleving
Goed ouderschap na scheiding is niet alleen zaak van de ouders. We hebben als samenleving de opdracht om scheidende ouders en hun kinderen nabij te zijn. Daarvoor moeten we zo vroeg mogelijk in het proces interveniëren.
Dit begint met ouders en hun kinderen goed te informeren. We maken bemiddeling vroeg in het proces bekend en zorgen dat het beschikbaar is. We gaan op zoek hoe we het actorschap van kinderen kunnen verhogen, ook wanneer hun ouders in een spiraal van conflicten terecht komen.
‘Er zijn geen eenvoudige oplossingen.’
We moeten opletten dat we niet vervallen in een beschuldigend vingertje. Niet naar ouders, maar ook niet naar de wetgever. Bij complexe en gelaagde problemen komen oplossingen doorgaans niet van één kant. Laten we vooral niet denken dat alles met regeltjes te regelen valt. Er zijn geen eenvoudige oplossingen die werken voor iedereen in elk stadium van het scheidingsproces.
Het is duidelijk. Het welzijn van kinderen na scheiding hangt niet samen met het aantal dagen dat het kind bij deze of gene ouder verblijft. Het hangt wel samen met het klimaat van steun en controle dat bij beide ouders ook na scheiding aanwezig is. En dat speelt zich af tussen de regeltjes.
Vele ouders in scheiding slagen erin om tot een goede reorganisatie van hun ouderschap te komen. Het zijn immers de vele ouders die erin slagen die er baat bij hebben dat we hun inzet onder de aandacht brengen. Als een op vier niet met elkaar praat, doet drie op vier dat wel.
Reacties [3]
De auteur spreekt genuanceerd over een heel complexe thematiek. Opvallend is evenwel de blinde vlek. Co-ouderschap kan inderdaad vanuit de belangen en de rechten van het kind verantwoord worden. Ook continuïteit van omgeving zou een principe moeten zijn vanuit het kind bekeken. De koppeling van co-ouderschap aan bilokatie – zoals het spreken over verblijfsco-ouderschap inhoudt – lijkt me geen principe te mogen zijn. De wijze waarop de principes van co-ouderschap en continuïteit van omgeving als voortvloeiend uit de rechten van het kind concreet vertaald kunnen worden, lijkt me een feitelijk te evalueren aangelegenheid te zijn , waarbij moet gekeken worden naar hoe de optimale voorwaarden voor welzijn en grootworden van de kinderen best gewaarborgd worden. Bilokatie is dan een mogelijke oplossing, maar thuis mogen blijven wonen ook. Dat laatste is niet gemakkelijk voor de ouders, maar verblijfsco-ouderschap is dat ook niet voor de kinderen.
Beste Claire, Wat kinderen nodig hebben zijn ouders. Beide ouders! Kinderen kiezen niet voor een scheiding. Vaak kiest één van de ouders na een lange relatie te hebben gehad voor een scheiding. Aan basis van deze keuze ligt vaak een psychologisch probleem. Gemakshalve negeren we massaal dit probleem. Immers scheiden is inderdaad zo ingeburgerd. Nu ben ik geen pedagoog of psychotherapeut verbonden aan een kenniscentrum, maar zelfs ik kan aan mijn klompen aanvoelen, dat dit psychologische probleem een rol gaat spelen na het beëindigen van het huwelijk. Ik ben er dan ook van overtuigd, dat dit de belangrijkste randfactor is die ervoor zorgt dat geen enkele zorgregeling vrij is van dergelijke conflicten. U waarschuwt voor het vingertje, maar u wijst wel naar co-ouderschap. U adviseert, dat we kritisch moeten durven kijken naar de ‘bijdragen’ aan deze conflicten. Maar u negeert deze ‘bijdragen’. Inderdaad dan zijn er geen eenvoudige oplossingen!
Hallo, jammer dat co-ouderschap tegenwoordig in een negatief daglicht geplaatst wordt. Bij ons loopt het voor 2 van onze 3 kinderen perfect. Zelden zijn er problemen. Echter hebben we eentje die slechts 3 dagen komt en dan 11 bij de mama. Dit verloopt zeer moeilijk, mama weigert communicatie. Weigert dat het kindje met haar vader belt, enz….Zeer moeilijk, jammer. We vragen co-ouderschap en de rechtbank weigert dit, omwille van het communicatieprobleem. Het is nochtans mama die nooit communiceert maar ze heeft wel alle touwtjes in handen… Schandalig, maar vooral jammer voor het kind. Zij wil niets liever dan bellen en méér komen.
Zeker lezen
Wat kan de lokale politiek aan armoede doen? ‘Regels strenger maken is niet altijd de oplossing’
Sociaal werk op het platteland: ‘Voor sommige cliënten is schaamte het grootste probleem’
Voedselonzekerheid: in het spoor van kwetsbare bewoners in Antwerpen-Noord
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies