Opinie

‘Jongeren zijn niet de toekomst, jongeren zijn het hier, jongeren zijn het nu!’

Hind Eljadid

Jongeren op weg naar volwassenheid en mensen die met hen werken of naar dit thema onderzoek doen verzamelden eerder deze maand in Antwerpen voor het BRO-congres. Woordkunstenaar Hind Eljadid kreeg de zaal muisstil met deze tekst, geïnspireerd door wat ze er hoorde.

© Unsplash / Luis Quintero

Touwtjes zelf in handen

Van veilig naar moedig,
of hoe moedig nog steeds veilig te zijn.
Hoe we talenten kunnen ontwikkelen in een samenleving te ingewikkeld.
Hoe we een pad niet enkel kunnen vinden,
maar er zelf aan bouwen,
In onze eigen identiteit en die van onze omgeving te vertrouwen,
De touwtjes zelf in handen,
de schoonheid te zien in hoe elk persoon doorheen zijn leven verandert.

We bijten met haar op onze tanden doorheen zure appels.
Springen verplicht tussen versplinterde identiteiten zoals metrolijnen,
en soms zakt de moed, soms lijken we te verdwalen,
alsof alles wat we zijn, al onze verhalen, met een vingerknip kan verdwijnen.

‘Het is oké om hulp te vragen, het is oké om te ventileren, om te klagen.’

Soms zoekend, vaker moe, dat is de realiteit van een betonnen stad,
maar beschuldig ons niet van stilstaan, beschuldig ons nooit van stilstaan.
Proberen snel te bewegen doorheen te smalle wegen
en al datgene dat ons dagelijks tegenhoudt om dromen te bereiken.

Voelen misgunnende ogen 24 op 7 kijken
en het verwijt dat wij in de verste verte niet op hen lijken.
Het is oké om hulp te vragen, het is oké om te ventileren, om te klagen.
Te ademen, de pauzeknop in te drukken,
angst om te falen, angst te mislukken.
Hier vind je geen dromers, hier vind je realisten.

Onze beurt om te spreken

We mogen niet langer afhankelijk zijn van systemen die falen,
maar aan de hand van al onze verhalen, diezelfde systemen veranderen,
tot ze voor iedereen werken, we eisen een plek op aan de tafel.
Het is onze beurt om te spreken, het is onze beurt om te zijn.
We zijn onderweg, we komen eraan.
Wat zeg ik? Eigenlijk zijn we er al.

En als we vallen staan we terug recht.
Als we stotteren dan herhalen we gewoon wat al eerder gezegd.
Tot we worden begrepen, tot we worden verstaan.
Tot we doorsijpelen in elk onderdeel van de samenleving,
we waardig kunnen samenleven.

‘We zijn onderweg, we komen eraan. Wat zeg ik? Eigenlijk zijn we er al.’

We worden onze eigen helden waar we vroeger naar opkeken.
Tot twijfels en onzekerheden verbleken bij het zien van innerlijke kracht.
We nemen het dag per dag, soms een traan, soms een lach.
maar altijd met doorzettingsvermogen.

We beseffen dat ongelijke kansen niet onze schuld zijn,
Dat we kansen moeten krijgen en vragen om iets meer geduld.
Op zoek naar gelijkheid, op zoek naar iets meer tijd die we zo nodig hebben.

Jongens mogen ook huilen,
We hebben allemaal recht op een plek waar we kunnen groeien en schuilen.
Waar we helemaal onszelf, in alle rust, met al onze angsten en dromen, thuis mogen komen.

Jongeren zijn niet de toekomst, jongeren zijn het hier,
Jongeren zijn niet de toekomst, jongeren zijn het nu!

Reacties [1]

  • Paul Jando

    “Het is OK om hulp te vragen”

    Op dezelfde dag: jaarverslag van de kinderrechtencommissaris bevestigd dat jeugdzorg meer dan de helft van de kinderen in jeugdzorg niet naar school laat gaan (en ook niet naar huis natuurlijk) … Dat is wat er echt gebeurd als je hulp vraagt.

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.