Opinie

‘Ambulante geestelijke gezondheidszorg is veel te duur’

Bram Steeno

Een bezoek bij de eerstelijnspsycholoog mag dan een stuk goedkoper zijn geworden, ondersteuning door een gespecialiseerde psychotherapeut is nog altijd erg duur. Dat ervaart Bram Steeno wanneer hij na een opname opvolghulp zoekt: “We duwen mensen onnodig naar residentiële zorg. Dat is te gek voor woorden.”

psychotherapie

© Unsplash / Sixteen Miles Out

Duurder sociaal tarief

Ambulante psychologische zorg blijft nog steeds te weinig toegankelijk. Dat ervaarde ik recent zelf. Aan het einde van een opname in een Universitair Psychiatrisch Centrum (UPC), volgde een gesprek over de mogelijkheden van ambulante opvolghulp.Naam van het betrokken UPC is bekend bij de redactie.Het zorgteam stelde me voor om aan te kloppen bij een psychotherapeut die verbonden is aan hun centrum. Dat was een belangrijke plus op vlak van zorgcontinuïteit. En er was nog goed nieuws: deze psychotherapeut zou aan een sociaal tarief werken.

‘Dankzij dat sociaal tarief kreeg ik de kosten van ambulante zorg ingepast in mijn beperkt maandbudget.’

Dat financieel aspect is belangrijk voor mij: aan het einde van de maand krijg ik de eindjes amper aan elkaar geknoopt. Dankzij dat sociaal tarief kreeg ik de kosten van ambulante zorg ingepast in mijn maandbudget. Tot het psychiatrisch centrum me enkele maanden geleden liet weten dat het sociaal tarief voor deze ambulante zorg 25 procent duurder zou worden.

Contract en contactbreuk

Die stevige prijsverhoging heeft vergaande gevolgen. Hiermee zet dit psychiatrisch centrum haar visie over gelijkwaardige, toegankelijke en betaalbare zorg op losse schroeven. Ze zet ook de eigen psychotherapeuten voor schut. Door de prijsverhoging zullen patiënten die het financieel moeilijk hebben, afhaken en worden therapeutische herstelprocessen verstoord. Zelf probeer ik het nog even vol te houden, maar ik heb weet van andere mensen die afhaakten. Of nog: de financiële contractbreuk kan leiden tot een pijnlijke contactbreuk.

Nochtans stelt onderzoek vast dat een sterk uitgebouwde ambulante psychologische zorg niet enkel het welzijn van mensen verbetert, maar ook kostenbesparend is. Want als psychische problemen onbehandeld blijven, escaleren ze. Dan rest enkel nog intensieve en dus dure zorg om dat zo goed mogelijk op te lossen.

‘Hoge maatschappelijke kosten konden vermeden worden door tijdig minder intensieve én betaalbare ambulante hulp in te zetten.’

Ik kan dat bevestigen uit eigen ervaring. Er was lange tijd geen aandacht voor mijn problemen. Er volgden verschillende opnames en momenteel leef ik van een ziekte-uitkering. Die hoge maatschappelijke kosten hadden vermeden kunnen worden door tijdig minder intensieve én betaalbare ambulante hulp in te zetten. Een psychiatrisch centrum dat de kostprijs voor zo’n hulp fors opdrijft, voert geen sociaal en preventief gezondheidsbeleid.

Piepkleine broertje

Blijft het probleem van dure ambulante zorg beperkt tot mijn persoonlijke ervaring met dit psychiatrisch centrum? Ik vrees dat er veel meer aan de hand is: deze zorg is bij uitstek ondergefinancierd.

Zo tonen cijfers aan dat de geestelijke gezondheidszorg financieel het piepkleine broertje van de gezondheidszorg is. Omdat van die kleine koek 80 procent naar de residentiële geestelijke gezondheidzorg gaat, blijft er voor ambulante zorg nog maar een habbekrats over. De resterende kruimels zijn onder andere voor mantelzorg, lotgenotencontacten, familiegroepen en zelfhulp, die preventief nochtans cruciaal zijn.

Geld en geduld hebben

Op het eerste gezicht lijkt de overheid die boodschap – versterk de toegankelijkheid en betaalbaarheid van ambulante geestelijke gezondheidszorg – begrepen te hebben. Zo heeft ze de laatste jaren werk gemaakt van een eerstelijnspsychologische zorg.

Hier kunnen mensen jaarlijks voor een beperkt aantal sessies aan een verminderd tarief terecht bij een geconventioneerde psycholoog. De focus ligt op wie lichte tot matig ernstige psychische klachten heeft. Niet voor iedereen dus.

Bovendien kan niet elke psycholoog meestappen in dit systeem want het budget dat de overheid jaarlijks vrijmaakt voor deze eerstelijnspsychologische zorg is beperkt. Gevolg van deze combinatie tussen hoge vraag en beperkt aanbod: wachttijden en -lijsten bij de eerstelijnspsycholoog.

‘Het budget dat de overheid jaarlijks vrijmaakt voor eerstelijnspsychologische zorg is beperkt’

De ambulante zorg van de centra voor geestelijke gezondheidszorg zit in een gelijkaardige situatie. Deze centra bestaan al langer en bieden onder andere ambulante psychotherapie aan. Maar ook hier geldt: ondermaatse financiering zet de toegankelijkheid van deze diensten zwaar onder druk. Ook hier zijn er wachttijden.

Naar de psychiater?

Ik zou voor betaalbare ambulante psychotherapie ook kunnen aankloppen bij een psychiater die dit aanbiedt. Want omdat hij arts is, gelden er hier andere terugbetalingstarieven dan bij de psycholoog. Denk aan je huisarts waar je ook enkel het remgeld op tafel moet leggen. Zo’n medisch consult bij een geconventioneerd psychiater kost me minder dan een consult bij de psycholoog.

‘Een consult bij de psychiater kost me minder dan een consult bij de psycholoog.’

Maar ook psychiaters worden langs alle kanten bevraagd. Ik vermoed dat zij niet meteen vragende partij zijn om overspoeld te worden met bijkomende hulpvragen. Mijn gezond verstand zegt dan: zorg voor een gelijkaardige terugbetaling van de psychologische zorg door alle psychologen.

(Niet zo) moeilijk

Een degelijk geestelijk gezondheidszorgbeleid hoeft niet zo moeilijk te zijn. Zorg ervoor dat er op elke niveau een toegankelijk aanbod bestaat zodat mensen op het juiste moment de geschikte hulp kunnen krijgen.

Dat vertrekt vanuit een sterke basis van niet-professionele hulp, gemeenschapsgerichte initiatieven, zelfhulpgroepen, online communities en ondersteuning van mantelzorgers. Garandeer vervolgens de inzetbaarheid van een dekkend aanbod van artsen, psychologen, psychotherapeuten, thuisbegeleidingsdiensten en mobiele crisisteams. En bouw tot slot een sterk sluitstuk uit van gespecialiseerde begeleiding en residentiële hulpverlening.

Helaas ontbreekt visie en politieke moed voor zo’n beleid. Het actuele discours gaat een heel andere richting uit. Mensen die langdurig ziek zijn, bijvoorbeeld omwille van een psychische kwetsbaarheid, worden steeds meer afgeschilderd als te mijden kostenposten. Een doordacht preventief beleid is verder weg dan ooit.

Terug naar het ziekenhuis

Ik sluit af met de rol die psychiatrische centra kunnen spelen als brug tussen ambulante en residentiële geestelijke gezondheidszorg. Veel patiënten met een bepekt budget vallen na een opname terug op niets. Binnen de kortste keren staan ze dan opnieuw voor de deur van het ziekenhuis. We duwen mensen zo onnodig naar residentiële zorg. Dat is te gek voor woorden.

Het betrokken universitair centrum kan mijn vragen en bezorgdheden flauw beantwoorden door te verwijzen naar een economische realiteit en de bezuinigingsdrift van de overheid: “We kunnen niet anders dan het sociaal tarief voor die ambulante therapeutische zorg optrekken”.

Maar ik stel vast dat enkele andere centra die prijsverhoging niet doorvoerden. Bovendien zou dit UPC als innovatieve universitaire ontwikkelingspool ook het belang van een sociale en preventieve gezondheidszorg onverkort overeind moeten houden. Het sociaal tarief fors optrekken, is dan geen optie.

Reacties

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.