Omdenken
Er zijn werkervaringen die je ogen openen. Momenten van ontdekking. Situaties waarop zich iets nieuws aandient. Iets waarvan je je daarvoor zelfs geen voorstelling kon maken. Momenten ook die je met enige schaamte doen terugdenken aan de manier waarop je voordien als hulpverlener aan de slag ging.
‘Die twee jaar hebben mijn denken als hulpverlener veranderd.’
2012. Ik kreeg de kans om in Gent gedurende twee jaar bij een mobiel FACT-team te werken. Zo’n team begeleidt mensen die naast hun psychische kwetsbaarheid ook problemen hebben met bijvoorbeeld wonen, werken, sociale contacten en financiën. De begeleiding gebeurt bij mensen thuis.
Daarvoor werkte ik gedurende 25 jaar als psycholoog in een residentieel psychiatrisch centrum. Die twee jaar bij het FACT-team hebben mijn denken als hulpverlener veranderd.
Man in crisis
Ik ben bij een man thuis. Hij is verward en voelt zich erg slecht. De opname in een psychiatrisch ziekenhuis dat ik voorstel, weigert hij. Familie en vrienden hadden al eerder om hulp gevraagd.
Ik heb het gevoel dat ik hem niet alleen kan laten in zijn huis. Hier is hulpverlening noodzakelijk en die hulpverlening ben ik op dat moment. Ik kan niet weg. Er zijn geen collega’s aan wie ik de zorg kan overdragen. Het is hij en ik.
Als hulpverlener ervaar ik grote onzekerheid. De plaats waar ik veiligheid wil borgen, het psychiatrisch ziekenhuis, wordt door hem afgewezen. Hij wil niet naar een plek die hem overlevert aan de regie van anderen. De mensen en gewoonten waar ik in een psychiatrisch ziekenhuis kan op terugvallen, zijn plots ver weg en onbereikbaar. Ik voel me alleen.
Ik ben in de war
Niet dat ik op dat moment heimwee heb naar het psychiatrisch centrum. Ik ken de beperkingen. Ik ken de nadelen. Ik ken het induwen van de alarmknop waarna collega’s uit verschillende afdelingen komen aangehold om je te ondersteunen, vaak door het uit oefenen van dwang.
‘De man bevindt zich in een onveilige situatie en ik heb het gevoel dat ik moet handelen, alleen weet ik niet hoe.’
Ik ken de pijn die mensen ervaren als ze gedwongen worden. Ik ken de blijvende schade die dit kan toebrengen. “Maar er zit nu eenmaal niets anders op. Het is een noodzakelijk kwaad.” Dat is de gedachte die je deelt met je collega’s. Dat gezamenlijk gedeelde lijkt je van verantwoordelijkheid te ontslaan.
Hier aan huis, bij de man in crisis, val ik blijkbaar terug op ideeën en reflexen die eigen zijn aan die andere plaats: de afdeling van een psychiatrisch centrum. De man bevindt zich in een onveilige situatie en ik heb het gevoel dat ik moet handelen, alleen weet ik niet hoe. Ik ben in de war.
Veilig gevoel
Maar vanuit deze hulpeloosheid opent er zich iets in mij. Ik neem een besluit. De situatie waarin ik zit, beschouw ik niet meer als een situatie.
‘Ik ga weer zitten en blijf luisteren. Ik laat het idee van controle los.’
Ik neem me voor om mijn ingebouwde crisisklok, dit is de beperkte tijd die men normaal gezien neemt om te luisteren vooraleer men besluit tot ingrijpen, af te zetten. Die op een afdelingsteam onbewust gedeelde wekker heeft me in deze situatie alleen maar onzeker gemaakt.
Ik geef onvoorwaardelijk ruimte aan het idee dat mijn aanwezigheid hem een veilig gevoel geeft, en dat mijn eerdere oplossing voor mijn gevoel van onveiligheid hem net een gevoel van onveiligheid gaf. Ik ga weer zitten en blijf luisteren. Ik laat het idee van controle los. Ik stap het perspectief in van een voor mij ongekende tijd, die van hem.
Mijn besluit geeft me rust…
Luisteren
Ik blijf in gesprek en probeer vooral te luisteren. Echt lang luisteren. Ik ontdek dat er helemaal aan het einde van dit lange luisteren een moment ontstaat waarop iemand uitgesproken is. Pas dan is er opening om als hulpverlener zelf iets in te brengen. Dan pas start vaak het zoeken naar concrete oplossingen of afspraken.
‘Ik zie vaak dat hulpverleners die tijd om te luisteren niet nemen of krijgen.’
Ik zie vaak dat hulpverleners die tijd om te luisteren niet nemen of krijgen. Het vreemde is dat men daardoor ook niet meer gelooft in het effect van het lange luisteren en men niet meer toekomt aan de eindfase van het gezamenlijk afspraken maken.
Ik wens elke hulpverlener de ervaring van het lange luisteren toe. Ik gun elke hulpverlener de aangename verrassing van wat echte lange gesprekken kunnen betekenen. Ik wil dat elke hulpverlener opnieuw gelooft in de kracht van nabijheid, luisteren en gesprek, het uitbouwen van echt contact. Zo’n ervaring doet je beseffen wat de waarde en de schoonheid van ons werk echt kan zijn.
Het systeem zit dwars
En wat met de schaamte die je voelt als je terugdenkt aan de manier waarop je vroeger werkte? Die is niet volledig terecht. Je verantwoordelijkheid is immers beperkt omdat je functioneert in een systeem dat je vraagt te werken vanuit de aan het systeem gekoppelde crisisklok en niet vanuit de tijd van de mens die je begeleidt.
Het is niet toevallig dat psychiatrische ziekenhuizen uitkomen op een manier van werken waarin dwang een groot onderdeel is. Het is de tijd van de organisatie die onophoudend en ongenadig tikt. In de tijd van de ander komen, vraagt een klok waarin je voortdurend wekkers afzet. Het vraagt het onderhouden van een tegenstroom die je ontwikkelt vanuit een voortdurend bewustzijn van machtsstructuren.
Het vraagt moed om de systeemtijd in vraag te stellen. Het vraagt moed om in de tijd van de ander te komen.
Reacties [15]
Het psychiatrisch ziekenhuis heeft de naam mensen te kunnen helpen maar duwt ze vaak tot zelfmoord of maakt hun psychische problemen enkel erger omdat mensen er betutteld worden en gecontroleerd en gedisciplineerd in naam van de liefde die ze nooit krijgen in een ersatz opname die veel beter door een opname in een geloofsgemeenschap van een kerk kan resultaat opleveren zoals ik ondervonden heb in de Zweedse kerk in Brussel waar ik op korte tijd van al mijn psychische problemen verlost werd omdat ik er de rol van geesteszieke en minderwaardig mens niet meer hoefde te spelen en opgenomen werd in een gemeenschap waar ik gewaardeerd werd als mens en zo uit de ellende ben geraakt waar de Vlaamse psychiatrie me nooit heeft kunnen helpen in een verhaal dat begon in 1983 en nu pas eindigt als ik volgen de zondag op 27 Augustus 2023 naar de Zweedse kerk kan terugkeren om mijn schat te ontmoeten die me daar genezen heeft met haar vriendelijke behulpzaamheid wat al was wat ik nodig had.
Ik heb het stuk op het puntje van mijn stoel gelezen, de reactie van andere lezers tot mij genomen en zoveel herkenning gevoeld.Vanuit mijn afstudeeropdracht Innoveren, Profileren en Kwartiermaken ben ik bekend met Peter Dierinck en Doortje Kal. Het afgelopen jaar heb ik stage bij een organisatie die verslaving behandeld gelopen. Ook ik kreeg als stagiaire ervaringsdeskundigheid op mijn donder omdat ik te nabij kwam. Er zijn, (de basis) een veilige omgeving creëren en op deze wijze de echte verhalen omhoog halen. Ik maak graag gebruik van mijn discretionaire ruimte en kleur waar mogelijk op of buiten de lijntjes. Wat we wel eens vergeten is dat de client centraal staat, wij zijn er voor hem en niet andersom. Dwang werkt al helemaal niet, ieder mens wil graag de regie over zichzelf houden, als is hij er nog zo slecht aan toe. Ik blijf me sterk maken voor de professionele/warme nabijheid. Dirk de Wachter schreef in zijn boek Vertroostingen: “de ultieme vorm van nabijheid is aanraking”
Mooi geschreven en ja ik heb zelf ook nare ervaringen met vechten tegen zorgsystemen. Ik denk dat alleen de landelijke politiek iets kan veranderen. Stel je voor dat er minder administratieve handelingen nodig waren? Dat er meer gewerkt wordt vanuit vertrouwen? De macht van farmacy en verzekeraars minder zou worden…. Dan zou de wereld er rijker op worden in alle opzichten en zouden mensen met een kwetsbaarheid er mogen zijn om met hun gegeven talenten bij te dragen aan een mooie SAMENleving.
Inderdaad heel mooi geschreven. De visie van vertrouwen en verbinding is zo belangrijk ook in ons dagelijks leven.
Als arts en ervaringsdeskundige zijn inderdaad het werken vanuit vertrouwen en verbinding met de client zo belangrijk in de behandeling. Na meer dan 30 jaar werkervaring, 20 jaar als vrijwilliger in Afrika en 16 jaar als CLB arts, alleenstaande moeder met 4 kinderen is dit mij meer en meer duidelijk geworden. Verbinding en vertrouwen zijn onmisbaar op de werkvloer, binnen een gezin familie scholen en dus ook in onze behandeling van psychisch kwetsbare mensen. In onze huidige samenleving van prestatiedrang , stress, IT, jeugd die meer tijd spenderen op hun GSM en gamen, bureaucratie, oorlog enz verdwijnen deze waarden van vertrouwen en verbinding op micro niveau.
De meeste mensen die in de zorgsector werken zijn gelukkig vaak vertrouwd met deze visie.
Het blijven vertrouwen in verbetering van het zorgsysteem is voor mij belangrijk. Elk van ons kan een steentje bijdragen
Als stagiair maatschappelijk werk kreeg ik ook de opmerking dat mijn afstand nabijheid verhouding niet goed zat. In het arbeidscentrum waar ik was heb ik door mijn luisteren en praten wel net meer openheid bereikt en ben ik verhalen tegen gekomen die de vaste begeleiding niet gehoord heeft. Ook spraken er mensen tegen me die anders nooit praatte. Is dit dan een verkeerde manier? Ik blijf geloven in de mogelijkheid om af en toe eens buiten de lijntjes te kleuren en je eigen gevoel te volgen. Hopelijk wordt het soms wit-zwart denken in de sector zo stilletjes aan doorbroken. We hebben nog een lange weg te gaan…
“Het vraagt moed om de systeemtijd in vraag te stellen. Het vraagt moed om in de tijd van de ander te komen.”
Een fundamenteel andere invulling van het woord “efficiëntie”.
Het beleid laat ,ons maatschappelijk werkers, geen ruimte meer om te luisteren naar de cliënt. De druk is zo groot geworden, de nood aan hulp is nog vele malen groter en het budget wordt alleen maar kleiner. Elke dag krijg ik meer en meer het gevoel dat ik veel meer kon betekenen mochten tijdsdruk, meetings en werkgroepen niet bestaan. Het werkveld is geen veld meer maar het is een bureau geworden met een chronometer en telraam!
Mooi artikel en heel relevant om even de aandacht te vestigen op het nabij zijn. Dankjewel. Ook de in de sociale economie, waar er onder andere ook met maatschappelijk kwetsbare mensen gewerkt wordt is het een strijd om voldoende tijd en ruimte te vinden om nabij te zijn. Ondanks alle goede bedoelingen van alle professionelen in de werkplaatsen die met hart en ziel hun werk doen, blijft het moeilijk. We zijn ook deel van een samenleving die doordrongen is van metingen, resultaten in kaart brengen en effecten berekenen op de bedrijfsresultaten enz… We moeten terug naar een samenleving waar economische rendabiliteit als maatstaf voor alles wat van zijn voetstuk afkomt ten voordele van wat er echt toe doet: de moeilijk in cijfers uitdrukbare medemenselijkheid.
Ik vond dit een prachtig artikel. Van mijn helaas overleden man Marco de Vries, die in 1988 het Helen Dowling Instituut oprichtte heb ik geleerd wat echt luisteren betekent. Echt luisteren geeft een ingang tot de ander waarin deze persoon zich ook enigszins kan ontspannen. Dank hiervoor. /Stichting Herbezinning op nabijheid
Maar hoeveel tijd en ruimten geeft de zorg verzekering, het moet toch betaal worden.
In NEDERLAND word er wel gepraat, maar dan word de gesteldheid van de geesten zieken. En dat het werk wat hij of zij weer doet, her vat kan worden.
Als vrijwilliger bij Open Deur nu gevestigd op de Plantin Moretuslei ervaar elke keer de kracht in de verbinding van het luisteren. Daar doen medewerkers nog de moeite om.nabij te zijn. Ieder bezoek is kosteloos en we geven onze tijd als geschenk !
Herkenbaar, zo probeer ik als begeleider in de GGZ ook te werken. Helaas wordt dit in teams niet altijd gewaardeerd, en wordt je buitengesloten omdat je “anders werkt”…..
Er wordt dan bijv. stomverbaasd en vol onbegrip gereageerd toen ik een patiënt waar ik goed contact mee had, op zocht toen deze op een andere afdeling moest verblijven.
( ik was bij patiënt gaan zitten en inderdaad: luisteren, “er zijn”)
Graag toch enig nuancering tegenover het beeld dat hier geschetst wordt over hulpverleners. Zelf werk ik nu zo’n acht jaar als ervaringswerker in een psychiatrisch ziekenhuis en dagelijks ervaar ik hoe mijn collega’s zich met hart en ziel inzetten om onze cliënten te ondersteunen in hun herstelproces. Nabijheid en presentie zijn hier geen loze woorden. Zelf heb ik vaak individuele gesprekken met cliënten al wandelend op ons mooi domein en dan kruis ik mijn collega’s die ook zo op stap zijn. Gisteren gaf ik onze opleiding herstelondersteunende zorg aan de stewards die me vertelden dat ze vaak op een bankje gaan zitten met cliënten die het wat moeilijk hebben. Ze nemen de tijd om echt te luisteren waardoor onze cliënten zich gehoord voelen en weer verder kunnen. Dus ook binnen een systeem als een psychiatrisch ziekenhuis wordt er warme zorg verleend aan mensen die dat even nodig hebben!
Erg mooi geschreven! Dat kan ook in een Psychiatrisch Centrum, als je de tijd die de ander nodig heeft om werkelijk tot spreken te kunnen komen, om via dat spreken te kunnen bedaren, grandioos kan geven. Die ont-moeting, daartoe de omstandigheden en de ruimte durven en blijven creëren, is inderdaad de essentie van ons werk. Met sommige mensen die je ont-moet maak je een boog van 20 minuten, soms omdat spreken voor hen nog te spannend is, met anderen een boog van verschillende uren. Je agenda daarop af stemmen, kan je weldegelijk als hulpverlener. Het is onze ervaring dat dwang vrijwel volledig overbodig wordt. We hebben de afzonderingen tot 0 kunnen herleiden over de jaren heen en dat heeft niet met een afname in complexiteit te maken, wel integendeel. Heel mooi geschreven, erg mooie visie, die ik volledig onderschrijf. Het vraagt inderdaad wat ellebogenwerk om dit mooie werk te kunnen blijven doen.
Ik heb ook steeds het gevoel dat ik geen tijd genoeg heb .
Ik ga dan vaak met een druk, veel vragen hoofd de deur uit.
Zeker lezen
Jongvolwassenen in detentie: ‘Zorg moet fundamentele pijler blijven’
‘De kerstmarkt heeft betere openingsuren dan de sociale dienst’
Arts Wouter Arrazola de Oñate: ‘Racisme maakt mensen ziek’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies