Achtergrond

Ouders voor Inclusie: een pleidooi voor participatie en gelijkwaardigheid

Sandra Gasten

Al meer dan twintig jaar ijvert de vzw Ouders voor Inclusie voor meer inclusie in de kinderopvang, op school, in de vrije tijd en op vlak van arbeid voor kinderen en jongeren met een specifieke ondersteuningsnood. Twee mama’s en actieve leden van de vzw getuigen: “Kinderen met een beperking worden met een vergrootglas bekeken.”

Ouders voor Inclusie

© Pexels / Michel Serpa

Inclusie is nog niet de norm

Marleen Maris valt met een anekdote met de deur in huis: “Op vakantie moesten we in het hotel onze voorkeuren voor het ontbijt doorgeven. Zowel ik als mijn man werden persoonlijk aangesproken. Mijn dochter stond tussen ons in. De onthaalmedewerker keek haar wel aan, maar vroeg vervolgens aan mijn man wat Anneleen (30) wilde eten. Alsof mijn dochter die keuze zelf niet kan doorgeven.”

‘Veel mensen weten niet hoe ze met mensen met een beperking moeten omgaan.’

“Zo’n situatie toont aan dat veel mensen nog altijd niet weten hoe ze met mensen met een beperking moeten omgaan. En je kan het die dame niet kwalijk nemen. Mensen die ‘anders’ zijn, worden te weinig in het normale leven betrokken. Ze worden te vaak afgeschermd, terwijl inclusie de norm zou moeten zijn.”

Dit voorval illustreert wat we met vzw Ouders voor Inclusie willen bereiken, benadrukt Marleen. “Een gebrek aan inclusie kom je overal tegen: in het onderwijs, maar evengoed in de vrije tijd en op vlak van werk.”

Ouders voor Inclusie

Ook Birgit Stokx zit aan tafel. Birgit is alleenstaande mama van Tiemen (16) en Maren (13). De jongste heeft het syndroom van Down.

Marleen en Birgit zijn twee van de honderden ouders die deel uitmaken van Ouders voor Inclusie. In heel Vlaanderen zijn er contactouders die andere ouders bijstaan. Ze delen hun verhaal, luisteren naar anderen, brengen ouders samen en verwijzen door naar de juiste instanties die mensen kunnen ondersteunen. Het is een vrijwilligersorganisatie van, voor en door ouders van kinderen met specifieke zorgbehoeften.

De vzw heeft in 2012 het Steunpunt voor Inclusie opgericht. Daar kunnen ouders terecht met vragen over of wanneer ze moeilijkheden ervaren bij het zoeken naar een school, inclusieve vrijetijdsbesteding, een stageplaats of een job. Want op al die plekken blijft het een zoektocht.

Op het Steunpunt werkt een team van professionele krachten. “Zij beantwoorden vragen en bezorgdheden van ouders, begeleiden hen met juridische aspecten, helpen hen een gesprek met de schooldirecteur voor te bereiden en zorgen dat ze sterker in hun schoenen staan”, legt Birgit uit.

Want dat is vandaag de dag nog altijd nodig. “Je moet je kind op een gewone school als het ware gaan ‘verkopen’”, zegt Marleen. “Niet elke ouder staat even krachtig in zijn schoenen, is weerbaar genoeg om tegen een school in te gaan. Je durft als ouder ook niet te veel je bezorgdheden te uiten. Toch moet iedereen het recht hebben om zijn kind te verdedigen voor een plek in een gewone school.”

Ouders voor Inclusie

Marleen en Birgit zijn twee van de tientallen ouders die deel uitmaken van Ouders voor Inclusie.

Zo gewoon mogelijk opvoeden

Marleen is er al vanaf het begin van de vzw bij. De inclusieve weg die ze met haar oudste dochter Anneleen aflegde, zit daar voor iets tussen.

‘Niet elke ouder staat even krachtig in zijn schoenen.’

“Toen we haar kregen, wilden we haar zo gewoon mogelijk opvoeden”, vertelt ze. “Maar we merkten al snel dat dat een uitdaging was. Dat start bij de geboorte. Al in het moederhuis weten mensen niet wat ze moeten zeggen wanneer ze zien dat je pasgeboren dochtertje het syndroom van Down heeft. De ‘ocharmes’ vlogen me rond de oren.”

Ook de zoektocht naar een gepaste school was een huzarenstuk. Nochtans begon het positief. “De lerares op de lagere school zei direct ‘ja’ toen ik vroeg of Anneleen kon aansluiten. Dat was goed, maar tegelijk maakte ik me zorgen, want de juf stelde geen enkele vraag.”

Curryworst en frietjes

En dus koos Marleen voor het buitengewoon onderwijs. “Anneleen zou er beter op haar plek zitten, het waren kleinere klassen, er waren activiteiten op haar maat… En ze zat daar ook goed. Tot haar achtste. Vanaf dan wilde ze niet meer naar school. Huilend nam ze elke ochtend de bus.”

‘Waarom zou ik Anneleen niet naar een gewone school brengen?’

Als mama kon Marleen die signalen niet negeren. “In die periode was er net een infoavond waar ik mijn licht ging opsteken. Inclusief onderwijs was nog iets nieuws. Mijn ogen gingen open: waarom zou ik Anneleen niet naar een gewone school brengen?”

Marleen klopte aan bij een school in haar dorp. “Daar was gehoor naar inclusief onderwijs, maar ook bedenkingen. Hoewel ik hoop koesterde, kreeg ik eind augustus toch een ‘nee’. Ik vond geen alternatief en Anneleen kwam in haar vroegere school terecht. Op 1 september ging ze nog graag, 2 september wat minder, 3 september niet meer. Zelfs op een dag waarop er curryworst en frietjes werden geserveerd, wilde ze niet gaan. Toen is er iets geknakt.”

“Gelukkig kwam ik na lang zoeken bij een school terecht die wel ervaring had. De sfeer was er opener: klasgenootjes lieten Anneleen uit hun boeken lezen, deelden hun boterhammen, hielpen haar… Toen ik haar kwam ophalen, had ik zelfs moeite om haar mee naar huis te krijgen.” (glimlacht)

Spelen met de buurtkinderen

Birgit ziet ondertussen zoveel voordelen aan inclusief onderwijs dat ze er presentaties over geeft aan studenten, ouders en docenten.

“Als ik zie hoe Maren is opgegroeid tot een zelfstandig kind, ben ik blij met de keuze die ik heb gemaakt. Zo kwam ik onlangs met de auto voorbij een groep kinderen. Maren wilde samen met hen spelen. En dat ging perfect. De buurtkinderen brachten haar zelfs naar huis. Die vriendjes weten intussen dat ze dat niet alleen kan. Tegelijk leert Maren hoe ze met gewone kinderen kan omgaan.”

‘Het was mijn gynaecoloog die me aanraadde om Maren naar een gewone crèche te brengen.’

Dat haar dochter zo’n mondig en gelukkig kind is geworden, heeft ze volgens Birgit te danken aan haar inclusieve keuze. “Het was mijn gynaecoloog die me aanraadde om Maren naar een gewone crèche te brengen. Een lichtpunt, want mijn wereld stond toch een beetje stil toen ik haar beperking zag.”

De school waar Maren uiteindelijk terechtkwam had geen ervaring met kinderen met een beperking, maar de directeur nam contact op met het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB). Enkele weken later kregen we groen licht en bij het nieuwe schooljaar kon Maren beginnen.

Inclusietrajecten kennen vele vormen. “Maren ging eerst een halve dag, dan een hele, dan twee dagen. Pas vanaf het tweede jaar ging ze voltijds. Een ondersteuner, die zowel het kind als de leerkracht bijstaan, is er enkele uren per week bij. We hebben haar het eerste leerjaar laten overdoen, om haar een stevigere basis te geven. De andere jaren is ze de andere leerlingen gevolgd, met aangepaste leerstof en oefeningen.”

Inclusie

“Met enkele redelijke aanpassingen en in overleg met de ouders wordt inclusie makkelijker.”

© Pexels / Nicola Barts

Tekort aan ondersteuning

Maar is de druk op leerkrachten sowieso al niet groot? Het aantal burn-outs bij leerkrachten swingt de pan uit.

“Wij begrijpen de leraren wel”, zegt Birgit. “Maar het probleem ligt niet bij het inclusieve verhaal, maar bij het tekort aan ondersteuning. Daardoor lijkt de uitdaging van een diverse klasgroep voor veel leerkrachten niet haalbaar.”

“Dat ene kind is er dan te veel aan. Maar dat is jammer en vooral oneerlijk tegenover het kind. Terwijl met enkele redelijke aanpassingen, in overleg met de ouders, inclusie makkelijker wordt.”

Gelijkwaardige partners

Leerkrachten reageren heel verschillend en hebben vaak vragen. “Soms is er twijfel vooraf, maar gaat het na enkele maanden vlot”, pikt Marleen in.

‘Alles heeft te maken met samenwerking. Het werkte goed toen ik als gelijkwaardige partner mee aan tafel mocht zitten.’

“Alles heeft te maken met samenwerking en eerlijke communicatie. Het werkte goed toen ik als gelijkwaardige partner mee aan tafel mocht zitten. Een uitstap naar Planckendael? Dan kwam ik erbij om advies te geven. Zo draag je als team een gedeelde verantwoordelijkheid: leerkracht, ouder, directie en ondersteuner. Iedereen zoekt mee.”

Wat met de vrije tijd?

Het aantal vragen dat Ouders voor Inclusie krijgt, stijgt de laatste jaren. De vzw maakt zich kenbaar via infoavonden voor ouders, symposia voor docenten, lezingen, een inclusiedag en een podcast met getuigenissen van ouders.

‘Meer en meer jeugd- en sportverenigingen vinden de weg naar Ouders voor Inclusie.’

De vragen komen trouwens niet alleen van ouders, meer en meer onderwijsprofessionals, jeugd- en sportverenigingen en werkgevers vinden de weg naar de organisatie.

Marleen: “Net als in het onderwijs is het bij verenigingen en werkgevers een kwestie van mensen ontmoeten die met een open blik naar inclusie kijken. Deelnemen aan een vrijetijdsaanbod is moeilijk. Telkens ik vertelde dat Anneleen het syndroom van Down had, kreeg ik fronsende blikken.”

“Kinderen met een beperking worden met een vergrootglas bekeken: elke eigenschap wordt in detail bekeken, elke karaktertrek uitvergroot. Wat er dan nodig is? Meer ondersteuning van de leiding, de trainers of monitoren, want de wil is er wel vaak. Organisaties, sport- of jeugdverenigingen weten alleen niet goed hoe ze met inclusie moeten starten en omgaan.”

Werkvloer

Ook de werkvloer is nog niet aangepast aan de noden. Al te vaak worden mensen met een specifieke zorgbehoefte ingezet als vrijwilliger. Daarom startte Ouders voor Inclusie met een project om mensen, die ver van de arbeidsmarkt staan, aan een betaalde job te helpen.

“Een inclusief traject stopt niet wanneer een jongere de deur van de secundaire school achter zich dichttrekt”, zegt Marleen. “We ontwikkelden ‘Eerste Hulp Bij Stage’, om de leerling en betrokkenen te helpen om doelgericht aan de slag te gaan.”

Daarnaast werkt de vzw ook samen met GRIP vzw (Gelijke Rechten voor Personen met een handicap) en GTB, het Gespecialiseerd Team Bemiddeling, voor het project ‘Ik verdien werk’. “Anneleen werkt nu bij een bistro en op de administratie in een hogeschool. Een goede combinatie en betaald werk! Ze doet haar jobs graag. Want onderschat mensen met een beperking niet: zij kunnen – al dan niet mondeling – heel goed duiden wat ze willen en wat ze niet willen.”

Reacties [2]

  • Mieke Beirinckx

    Het is inderdaad jammer en oneerlijk dat deze kinderen niet voldoende kansen krijgen tot ontplooiing bij gebrek aan inclusie. Dat kan echter alleen op een verantwoorde manier voor zowel het kind als de leerkracht wanneer hiervoor voldoende middelen en personeel beschikbaar is. Mijn vrouw is leerkracht in het lager onderwijs en de werkdruk is niet haalbaar meer omdat zij en haar collega’s zich uit de naad werken om hun job met de juiste filosofie te benaderen. Ze worstelen met hun geweten omdat ze niet kunnen geven waar elk kind recht op heeft. Het is schrijnend pijnlijk het gevoel te hebben dat je tekort schiet, terwijl je constant over je grens aan mogelijkheden moet gaan.

    Ik begrijp de visie van jullie organisatie en misschien is het hogerop aankaarten van deze noden noodzakelijk om ze te lenigen.
    Succes verder met jullie werking.

    • In Deketelaere

      Ik kan het niet beter verwoorden. Ons ooit zo sterk onderwijs staat op de helling. Als leraar heb ik een mix van jongeren elk met een zware rugzak. Dezorg van psycholoog, opvoeder én ondersteuner kan ik niet aan elke leerling bieden .Als voorbeeld: een groep van 16 leerlingen 14 á 15 j waarvan 10 in de hoogste zorgfase= niveau wiskunde en taal eind 4e leerjaar, ernstige leer- en gedragsproblematieken, schrijnende thuissituatie. Een stappenplan opmaken, kostprijsberekening gerechten aanleren, formele conversaties in Frans, Engels aanleren. Als leraar secundair sta je alleen. De leerondersteuners zijn met te weinig en onderbemand en vragen zelfs om geen aanmeldingen meer te doen. Inclusie kan alleen werken als er daadwerkelijk werk wordt gemaakt van middelen en mensen. Ook eens stilstaan hoe jongeren met elkaar omgaan, pesten tov. jongeren die anders zijn gebeurt erg vaak en is schrijnend zeker voor jongeren met ASS hier kun je dan weer een onvoldoende veilige omgeving creëren.

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.