Balen en Arendonk
In januari 2018 stapten de Antwerpse gemeenten Balen en Arendonk in het project.
In elke gemeente kwam één buurt aan de beurt: in Arendonk acht straten met ongeveer 240 huishoudens, in Balen negentien straten met zowat 575 huishoudens. De inwoners van deze twee buurten kregen van hun lokaal bestuur 8.000 euro om de leefbaarheid en samenhang in hun wijk te versterken.
‘Een buurtbudget is meer dan alleen een som geld.’
Beide buurten verschillen niet alleen in grootte maar ook in samenstelling. Zo wonen er in Balen meer jonge gezinnen met kinderen onder de twaalf jaar dan in Arendonk. In de Balense buurt wonen ook meer mensen die werken en zijn er minder alleenstaanden.
Bijzondere aandacht ging naar het werken met kwetsbare bewoners. Want de projectpartners wilden niet alleen weten of de methodiek van het buurtbudget bijdraagt tot het vergroten van de leefbaarheid van een buurt, maar ook of het lukt om kwetsbare inwoners te betrekken. Daarom werden buurten gekozen waarvan de bewoners gemiddeld een lagere sociaal-economische status hebben dan andere buurten van dezelfde gemeente.
Bewoners aan het roer
Een buurtbudget is meer dan alleen een som geld, het is ook een methodiek waarin burgers acties bedenken en uitwerken. Het uitgangspunt is dat burgers zelf goed weten wat er in hun buurt leeft en nodig is. Bij het kiezen en uitwerken van concrete ideeën, staan zij aan het roer.
Het is dus niet zo dat buurtbewoners een dossier moeten indienen waarover een jury oordeelt. Het budget is een open krediet dat ter beschikking staat van de buurt.
Maar bewoners hoeven niet alles op eigen houtje te doen: betrokken sociale professionals begeleiden het proces en vormen de brug tussen buurtbewoners en lokale overheid.
Voorafgaand schetst de lokale overheid ook een duidelijk kader. Dit werkingskader biedt houvast en geeft de grenzen aan van wat wel en niet kan. Het is belangrijk dat dit goed opgesteld wordt, zodat de buurt er steeds naar kan teruggrijpen.
Zorgzame buurt
Het buurtbudget beoogt een meer zorgzame buurt. De Vlaamse overheid definieert een zorgzame buurt als “het verlengde van een warme thuisomgeving, als entiteit waar nabijheid, ontmoeting, samenhorigheid en solidariteit evident hun plaats krijgen, waar mensen als vanzelfsprekend aandacht en zorg dragen voor elkaar en waar ook zorgbehoevenden een volwaardige plaats krijgen dankzij een aangepaste woon- en leefomgeving en een variatie aan woon- en zorgvormen en toegankelijke diensten en voorzieningen.”
‘Zorgzame buurten zitten in de lift.’
Zorgzame buurten zitten in de lift. Ze duiken steeds meer op in het Vlaamse zorg- en welzijnslandschap. Ook lokale besturen willen graag meer zorgzame buurten creëren. Een buurtbudget is één van de methodes die ze hiervoor kunnen gebruiken.
Participatie is sleutel
Het buurtbudget is een participatieve methodiek.
Participatie is een sleutelbegrip want het “gaat over de manier waarop we als burgers, in onze vele hoedanigheden, invloed uitoefenen op de wijze waarop onze samenleving in al haar aspecten vorm krijgt.”De Rynck, F. en Steyaert, S. (2019), De participatieve omslag. Onze democratie in transitie, Leuven, Acco.
‘De bewoners komen op de voorgrond.’
Een buurtbudget gaat verder dan de representatieve democratie waarbij burgers hun stem uitbrengen en politici het beleid uitstippelen. Bij het werken met een buurtbudget komen de burgers op de voorgrond, zowel bij het bedenken als het uitvoeren van acties. Zo wordt het buurtbudget iets van hen.
Tenten en babbelbanken
In Balen en Arendonk deden de bewoners verschillende dingen met het budget.
De Balenaars kochten een grote tent met een bank eronder om ontmoeting te stimuleren, ook bij regen en felle zon. Daarnaast kwamen er een bijenhotel en een wilgenhut.
Arendonk koos voor de verfraaiing van bloembakken, de aanleg van een petanquebaan, de plaatsing van verschillende babbelbanken en de aankoop van een fietskar om bij buurtactiviteiten materiaal te vervoeren.
Mooi bereik
Om na te gaan of deze acties de leefbaarheid van deze twee buurten hebben versterkt, kwam er een evaluatieonderzoek.
Uit de deur-aan-deurbevraging bleek dat 67 procent van de huishoudens uit de Balense buurt al gehoord hadden van het buurtbudget. In Arendonk was dit 79 procent. 40 procent (Balen) en 48 procent (Arendonk) van de huishoudens kon ook uitleggen wat een buurtbudget was.
‘Buurtbudget bereikt een bontgekleurd publiek.’
Ondanks moderne communicatiemiddelen, hadden mensen vooral van het buurtbudget gehoord via informatie in de brievenbus. Inwoners haalden de info niet tot weinig van Facebook of de website van het buurtbudget. Het viel wel op dat mensen die niet in België geboren zijn, minder gehoord hadden van het buurtbudget.
Elke buurt slaagde erin om iets meer dan dertig mensen actief te betrekken in het proces van ideeën verzamelen en uitvoeren. Dat was een bontgekleurde groep: zo deden er mensen mee die wel of niet geboren waren in België, personen die gehuwd of ongehuwd zijn, gescheiden mensen, mensen die werkloos zijn, laag- en hooggeschoolden, mensen met een beperkt of ruim netwerk, jong en oud. Mensen deden vooral mee uit nieuwsgierigheid, goesting of om de buurt beter te leren kennen.
Sterkere sociale cohesie
Als onderzoekers gingen we ook in gesprek met tien betrokken buurtbewoners en met vier lokale mandatarissen.
‘Het buurtbudget brengt buren bij elkaar die elkaar anders niet zouden leren kennen.’
Deze groep wijst op een belangrijke bijdrage van het buurtbudget: het brengt buren bij elkaar die elkaar anders niet zouden leren kennen. Door ontmoeting krijgen bewoners het gevoel erbij te horen.
In de werkgroep die de initiatieven uitdenkt en uitvoert, leren bewoners samen ondernemen. Kwetsbare buurtbewoners ervaren die werkgroep als een warme groep. Dat zet een rem op gevoelens van eenzaamheid.Heylen, L. (2014), Oud en eenzaam? Een gids door de mythe, Geel, Thomas More Kempen.
Een buurtbudget zorgt er bovendien voor dat buren elkaar meer gaan helpen. Een buurtbewoner: “Ik ontmoette aan de zitbank een buurvrouw. Ze vroeg me of ik een lampje in haar badkamer kon repareren. Als die bank er niet was, had ze dat nooit aan mij gevraagd.”
Het gaat niet vanzelf
Sociale cohesie ontstaat niet spontaan, maar heeft tijd nodig. Geduld loont, zo leert de praktijk. En niet elke actie werkt meteen. Het is een proces van vallen en opstaan. Ook in een meer zorgzame buurt blijven verschillen en conflicten bestaan.
Een begeleider van het buurtbudget vertelt dat hij verbindende vaardigheden aan de dag moet leggen om met conflict om te gaan. “Ik moest rekening houden met onderlinge relaties in de wijk. Als daar veel spanning op zat, werd het soms moeilijk. De andere procesbegeleider heeft veel tijd besteed aan het oplossen van conflicten. Je tracht wel de sfeer van ‘iedereen hoort erbij’ mee te geven aan alle buren en betrokkenen. Maar zo eenvoudig is dat niet.”
Procesbegeleiders zijn cruciaal om buurtbewoners te ondersteunen. Tegelijkertijd vormen ze de brug met het lokaal bestuur en bewaken ze de duurzaamheid van de methodiek. Zo wordt het buurtbudget niet het “het zoveelste project”, maar verankert het zich in de buurt.
Betere leefbaarheid
Welke invloed had het buurtbudget op de leefbaarheid in beide buurten? De wijk werd properder, gezelliger en aangenamer. Publieke ruimtes werden aangenamer. Buurtbewoners zijn trotser op hun wijk. Ze vinden het fijner om buiten te vertoeven en dat geeft een duw in de rug van ontmoeting.
‘Ik voel dat de buurt veranderd is. Het is veel properder geworden, mensen zetten bloemetjes.’
Een buurtbewoner zegt dat zo: “Ik voel dat de buurt veranderd is. Het is veel properder geworden, mensen houden hun tuin proper, ze beginnen bloemetjes te zetten.”
Bewoners leren van elkaar
Een buurtbudget beoogt niet alleen meer zorgzame buurten, het wil ook de participatie van bewoners versterken. En dat lukt.
Ons onderzoek toont dat een buurtbudget zorgt voor ‘betere’ burgers. Dat gebeurt door gevoelens van burgerschap te versterken en sociaal leren te stimuleren. Sociaal leren ontstaat als “burgers leren van elkaars inzichten en ervaringen, waardoor de kennis en appreciatie van andere meningen vergroot.”Renson, T. (2018), ‘Baart Antwerpse Burgerbegroting betere burgers?’, Samenleving en Politiek, 2, 58-66.
Hoe ervaart een buurtbewoner dat zelf? “Ik durf wel eens een versleten en ongestreken broek aantrekken en hupsakee. Maar hier in de buurt lopen ook opgetutte mama’s rond met mooie kleedjes aan. In het begin dacht ik dan: ‘Amaai, wat is dat?’. Maar nu hebben we elkaar beter leren kennen en werken we samen. Prachtig toch? Zij zijn niet meer of niet minder dan wij. Zij tonen begrip voor bewoners die het minder breed hebben.”
Beter lokaal beleid
Naast betere burgers kan een buurtbudget bijkomend zorgen voor een betere samenwerking met lokale beleidsmakers. Dat vergroot het draagvlak en stimuleert beter beleid.
Burgers leven dag in dag uit in hun buurt: zij weten als geen ander wat er leeft in hun buurt. Ze kunnen suggesties doen om bestaande situaties in hun buurt of het lokaal beleid te verbeteren. Soms drukt het lokale beleid haar stempel toch op de keuzes van de buurt, en komen bepaalde acties er niet. Een lokaal mandataris: “Er was het idee van een lichtkrant. Het lokaal bestuur was hier geen fan van, waardoor de lichtkrant er niet kwam.”
Participatief werken zorgt voor veel mogelijkheden, maar de slinger mag niet doorslaan in de richting van een lokaal bestuur dat niet langer de eindverantwoordelijkheid draagt. Ze kan haar taak niet zomaar aan bewoners overlaten onder het mom van participatief werken.
Burgers aan zet
De verhouding tussen het lokaal bestuur en de burgers evolueert doorheen het proces.Pröpper, I. (2009), De aanpak van interactief beleid: elke situatie is anders, Coutinho, Bussum.Bij aanvang neemt het lokaal bestuur nog het voortouw, bijvoorbeeld bij het uitstippelen van het werkingskader. Na verloop van tijd laat ze meer ruimte voor de bewoners. Dat versterkt de autonomie en het gevoel van eigenaarschap van de buurt.
‘Het loopt mis als de politiek zich te sterk bemoeit.’
Essentieel is dat het lokaal bestuur een stap opzij kan zetten. Dit is verre van evident, zo leert dit onderzoek. Lokale besturen zijn dit niet gewoon. Burgers staan centraal en nemen na verloop van tijd verantwoordelijkheden over. Opnieuw een lokaal mandataris: “Ik zou lokale beleidsvoerders adviseren om twee passen terug te zetten. Het loopt mis als de politiek zich te sterk bemoeit.”
Beloftevolle particpatieve methodiek
Buurtbudget is een methodiek die bijdraagt aan een meer zorgzame buurt. Het is ook een vorm van burgerparticipatie die kan leiden tot ‘betere burgers’. De burgers aan zet laten, verhoogt op zijn beurt het gevoel van eigenaarschap en versterkt de sociale cohesie in de buurt.
Van de bevraagde huishoudens die al van buurtbudget hoorden, raadt bijna 70 procent deze methodiek aan aan andere gemeenten. Wie twijfelt nog aan de kracht van deze participatieve methodiek?
Reacties [2]
allemaal de mensen met een handicap en allen rusthuizen hebben recht op geef bewoners een buurtbudget van 800 miljoen .
Emmelen Liza
Ik woon in een appartementen blok van 5.Hier speelt de haat hoogtij. 3 van de 5 eigenaren spreken al zeker 10 jaar niet meer tegen ons.Wij zijn ook mede eigenaar.Samenwerking is uit gesloten.
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies