Superdiversiteit
Superdiversiteit is een van de belangrijkste processen die bijdragen tot de snelle toename van structurele complexiteit in onze samenleving.
Superdiversiteit slaat niet alleen op de toename van het aantal mensen met een migratieachtergrond, verschillende herkomstlanden of meer talen. Superdiversiteit gaat ook over de toename van het aantal variabelen dat bepaalt waar, hoe en met wie mensen leven. Het verwijst naar het verschil in wettelijke statuten en arbeidsmarktervaringen, naar specifieke configuraties van gender en leeftijd, naar patronen van ruimtelijke ordening en naar lokale beleidsreacties die de vorm van beschikbare dienstverlening bepalen.Vertovec, S. (2007), ‘Super-diversity and its Implications’, Ethnic and Racial Studies, 30(6), 1024-1054.
‘Superdiversiteit is een uitdaging voor sociaal werkers.’
Het zijn de dynamische interacties tussen al deze onderscheiden variabelen waarvoor de term superdiversiteit aandacht vraagt.
Identiteit sociaal werk
Superdiversiteit brengt nieuwe vormen van sociale kwetsbaarheid met zich mee en is bijgevolg een uitdaging voor sociaal werkers.Van Robaeys, B. en Driessens, K. (2011), Gekleurde armoede en hulpverlening: Sociaal werkers en cliënten aan het woord, Leuven, LannooCampus.Zij worden geconfronteerd met vele complexe situaties en dilemma’s, voortvloeiend uit de kwetsbaarheid van de cliënten, die niet zomaar opgelost kunnen worden.
Het verschil in toegang tot sociale rechten, op basis van de groeiende diversificatie in migratiestatuten, veroorzaakt grote ongelijkheden in welzijn, welbevinden en kansen. Deze nieuwe vormen van sociale kwetsbaarheid roepen vragen op voor de professionele identiteit van het sociaal werk.Van Robaeys, B., van Ewijk, H. en Dierckx, D. (2016), ‘The challenge of superdiversity for the identity of the social work profession: experiences of social workers in ‘De Sloep’ in Ghent, Belgium’, International Social Work, gepubliceerd op 18 april 2016.
De Nederlandse hoogleraar Hans Van Ewijk pleit er dan ook voor om het sociaal werk te doen evolueren naar ‘contextueel-transformationeel’ sociaal werk. Sociaal werk moet zich richten op het “veranderen van situaties, het verbeteren van contexten en het versterken van sociale banden.”van Ewijk H. (2010), European Social Policy and Social Work. Citizenship-based social work, Oxon, Routledge.
De kerntaken van sociaal werkers zijn dan het verhogen van de zelfredzaamheid van mensen, de omstandigheden voor maatschappelijke participatie verbeteren en de sociale cohesie versterken.
De Sloep
Hoe kunnen we vanuit deze visie een beeld opbouwen van wat ‘werkzaam’ sociaal werk is met kwetsbare gezinnen in een superdiverse context?
We zochten naar antwoorden in een specifieke sociaalwerkorganisatie die actief is in zo’n superdiverse context. Ons onderzoek spitst zich toe op De Sloep vzw, een kleine, generalistische dienstverlenende organisatie, actief in een kansarme Gentse buurt.Van Robaeys, B. en Driessens, K. (2016), Contextueel-transformatief sociaal werk in superdiverse omgevingen. Uitkomsten en werkingsprincipes vanuit het perspectief van cliënten en sociaal werkers. VLAS-Studies 27, Antwerpen, Vlaams Armoedesteunpunt.
Het hoofddoel van De Sloep is kwetsbare gezinnen helpen functioneren in de maatschappij. De doelgroep bestaat uit kansarme zwangere vrouwen met hun partner en gezinnen met kinderen van nul tot zes jaar.
‘De Sloep is een open huis.’
De Sloep is een open huis. Gezinnen hebben er toegang tot ondersteuning en advies, ongeacht wat hun vraag of verhaal is. Zij krijgen steun via individuele- en gezinsbegeleiding, groepssessies en praktische ondersteuning. De Sloep heeft ook een consultatiebureau voor Kind en Gezin en een Prenataal Steunpunt.In 2015 werkten tien werknemers en 40 vrijwilligers samen om ondersteuning te bieden aan 1.250 gezinnen.
De cliënten van De Sloep zijn een weerspiegeling van de superdiverse samenstelling van de buurt. In 2012 waren er cliënten uit 34 landen, met grote groepen uit Turkije, Bulgarije, Albanië, Kosovo, Slowakije en Ghana.
Praktijkwerkers
De sociaal werkers van De Sloep omschrijven hun kerntaak als het creëren van banden tussen cliënten en hun innerlijke zelf, hun omgeving en netwerken, en de maatschappij als geheel.
Alle activiteiten vormen een antwoord op vragen als: Hoe kunnen we mensen helpen obstakels, weg te werken? Hoe kunnen we mensen helpen te overleven? Hoe kunnen we praktisch helpen? Moreel steunen? Kunnen we cliënten doen aansluiten bij hun sterkten? Hoe laten we gezinnen nadenken over hun toekomst?
Het verbreden van de mogelijke opties voor cliënten is in De Sloep een belangrijk streven: “Als mensen kunnen kiezen in hun zoektocht naar antwoorden op hun problemen, dan zijn ze in zekere zin al minder arm.”
‘Elke vraag kan gesteld worden.’
De medewerkers van De Sloep gaan niet uit van de veronderstelling -die vele sociale professionals wel maken- dat het probleem al vaststaat. Zij kiezen ervoor om met de persoon ‘in zijn geheel’ te werken. Ze streven ernaar een totaalbeeld te krijgen, inclusief alle complexe eigenschappen.
In de visietekst lezen we: “Generalistisch werk vereist een visie en een fundamentele keuze om op verschillende domeinen tegelijk in te werken. In gespecialiseerde organisaties worden problemen vaak geïsoleerd, maar mensen zijn niet reduceerbaar tot één categorie of probleem.”
Om het met de woorden van de coördinator te zeggen: “Elke vraag kan hier gesteld worden. Ik heb lang twijfels gehad over de haalbaarheid van zo’n aanpak, maar nu ben ik er toch van overtuigd dat dit het basisprincipe is.”
Cliënten aan het woord
De interventies worden door cliënten als ondersteunend ervaren. Ze waarderen het gevoel ‘er bij te horen’. Cliënten voelen zich ook ondersteund in de verbreding van hun praktische competenties. Dankzij De Sloep vergroten ze hun kennis en vaardigheden die vereist zijn om goed te functioneren in het dagelijks leven.
De cliënten voelen zich op hun gemak in De Sloep. Verscheidene cliënten gebruikten de woorden ‘zoals thuis’ en ‘als familie’. Ze drukten zo het belang uit van zich verbonden, geborgen en welkom te voelen.
Dit lijkt vooral van belang voor mensen met een migratieachtergrond. Zij zijn volop bezig zijn om zich te integreren in een nieuwe maatschappelijke context.
‘Het voelt aan als familie.’
Eén van de cliënten zei: “Het voelt hier aan als familie. Je voelt je hier thuis. Het is niet zoals wanneer je ergens op bezoek gaat en moet opletten hoe je je gedraagt en wat je zegt. Hier voel je je echt thuis.”
Netwerk versterken
Cliënten geven aan dat de participatie aan activiteiten van De Sloep hun eigen persoonlijke netwerk versterkt. Het superdiverse karakter van de organisatie vindt men in dit opzicht belangrijk.
Want ook cliënten hebben tijd nodig om zich aan te passen aan de superdiverse buurt. Voor veel nieuwe migranten is diversiteit al even ongewoon als voor de dominante meerderheid. In De Sloep leren cliënten interageren met diversiteit.
Een Turkse vrouw in het onderzoek: “Je leert je aan te passen aan het leven in deze streek. Eerst dachten we dat wij hier nooit zouden aarden. Wij waren het gewoon om alleen met Turken om te gaan. Maar hier hebben we geleerd om de dialoog aan te gaan met mensen uit andere culturen, om minder bang te zijn en meer op ons gemak te zijn.”
Praktische competenties
Naast het gevoel er bij te horen, was er veel waardering voor de uiterst praktische manier waarop De Sloep participatie- en leermogelijkheden ontsluit. Men heeft het dan over de wekelijkse groepssessies om Nederlands te leren, sessies over opvoeding en de mogelijkheid om mee te doen aan sportactiviteiten.
‘De cliënten van De Sloep worden elders vaak uitgesloten.’
De cliënten van De Sloep worden op andere plaatsen vaak uitgesloten vanwege hun papierloos statuut of financiële problemen. De cliënten zien deze vaardigheden, aangeleerd en ingeoefend in De Sloep, als belangrijke resultaten.
“Ik heb al van alles geleerd over hoe ik mijn kinderen moet opvoeden, wat we moeten doen, hoe we ons moeten gedragen, en zeker dat we veel geduld moeten hebben. Dat we onze kinderen kunnen kalmeren met speelgoed. Al die tips hebben mij enorm geholpen.”
Zelfzeker en bekwaam
“Vroeger, als iemand vroeg om mee te gaan, pakweg naar het postkantoor, dan had ik altijd wel een excuus klaar. Hoofdpijn of zo. Maar nu voel ik mij sterk en in staat om zelf bij alle instanties langs te gaan en mijn problemen uit te leggen. Dat heb ik geleerd in De Sloep.”
Het gecombineerde effect van de verschillende types steun en de vele mogelijkheden om te participeren, te oefenen en hulp te krijgen, levert succesverhalen van empowerment op. Kwetsbare cliënten transformeren tot sterkere mensen die zelfstandiger handelen en meer zelfvertrouwen hebben.
Een sociaal werker aan het woord: “Als ik terugdenk aan Myriam, een moeder uit Ghana die alleen Twi sprak, en veel psychologische problemen had. Haar kind was geplaatst, zij was hier zonder papieren. Wel, nu heeft ze haar papieren, haar dochtertje woont bij haar en ze zorgt er heel goed voor. Ze zocht zelf een crèche. Ze volgt lessen Nederlands en ook dat heeft ze zelf geregeld. Ze heeft enorme vooruitgang geboekt. Ik denk dat dit komt omdat we altijd in haar zijn blijven geloven.”
En nog een mooi verhaal: “Er was een vrouw van Arabische afkomst, een heel schuchtere vrouw. Ze kwam alleen het huis uit om haar kinderen naar school te brengen en weer op te halen. Ik ben toen een paar keer bij haar op huisbezoek geweest. Ik wist haar te overtuigen om naar De Sloep te komen. Nu komt ze daadwerkelijk naar de sessies Nederlands en naar de groep voor Arabisch sprekende moeders. Ze is helemaal opengebloeid en dat vind ik prachtig.”
De sociaal werkers waren duidelijk. De werkingsprincipes van De Sloep dragen in hoge mate bij aan deze succesverhalen. De Sloep is een plaats waar het superdiverse cliënteel zich thuis kan voelen.
Vertrouwen
Vertrouwensrelaties opbouwen, beschouwen de sociaal werkers als essentieel voor een succesvolle praktijk. Net als een krachtgericht perspectief hanteren en een divers-gevoelige organisatie zijn.
‘Vertrouwen is essentieel voor een succesvolle praktijk.’
De Sloep is een ‘aanwezige’ organisatie, een warm huis waar cliënten in de eerste plaats als mensen verwelkomd worden. Een afspraak is niet nodig. Er zijn geen kantoren. Sociaal werkers en cliënten zoeken samen een plaats om te praten in een van de kamers van de organisatie.
Gezinnen bezoeken De Sloep wel vaak met vragen over hun problemen, maar niet noodzakelijk. Mensen zijn ook welkom zonder specifieke vraag, als ze willen deelnemen aan een groepsmoment, of gewoon zomaar willen langskomen.
Zoals een van de sociaal werkers zegt: “Het is dat wat ik zo belangrijk vind, het warme onthaal, het gevoel dat je welkom bent. Dat je een kop koffie krijgt en even op je gemak zit, alsof je thuis bent. Dat is cruciaal voor hun gevoel van eigenwaarde.”
Duiventil
Tekenend is volgende observatie op een doordeweekse vrijdagnamiddag. Dan is er ‘Djuma’, mensen komen samen om bijvoorbeeld deel te nemen aan een naaiatelier of om hun Nederlands te oefenen met toegewijde vrijwilligers.
De Sloep lijkt op zo’n vrijdag een duiventil. Het is een constant komen en gaan en bijna alle medewerkers komen wel eens een praatje slaan in de vergaderruimte. Bezoekers worden uitbundig en hartelijk verwelkomd, krijgen een knuffel of worden aangemoedigd om Nederlands te spreken.
‘De informele sfeer is cruciaal.’
De sociaal werkers beschrijven ook in heel concrete termen wat zij doen om iedereen er bij te laten horen. Zij zijn er van overtuigd dat deze informele sfeer cruciaal is opdat mensen zich thuis zouden voelen.
Het gaat over extra aandacht hebben, cliënten begroeten die op bezoek komen en tijd nemen om met de kinderen te spelen. Vrouwen die na de bevalling voor het eerst op bezoek komen met hun nieuwe spruit worden enthousiast onthaald. Sociaal werkers die cliënten tegenkomen op straat, zeggen hallo en maken een praatje.
Affectieve banden
“Wij kennen de mensen door en door, niet zomaar oppervlakkig. Wij hoeven niet te twijfelen aan waar ze vandaan komen, hoe ze heten, wat de laatste ontwikkeling in hun leven is… Wij weten dat gewoon. Dat is onze cultuur: contact leggen en echte, authentieke ontmoetingen mogelijk maken als sociaal werkers, maar ook als mens.”
De sociaal werkers van De Sloep hebben geleerd om naast instrumentele ook affectieve banden te smeden met cliënten. Soms is dit emotioneel extreem veeleisend.
Eén van de medewerkers, zelf met zijn vrouw in blijde verwachting van een eerste kind, bood ondersteuning aan een pas aangekomen jonge vrouw zonder papieren die haar ongeboren kind dreigde te verliezen. Omdat zij op dat moment zeer eenzaam was, ging hij haar dagelijks bezoeken in het ziekenhuis.
‘Emotioneel en extreem veeleisend werk.’
Hij informeerde haar over de keuzes die gemaakt moesten worden en hij hielp haar uiteindelijk, toen alle hoop verloren was, de begrafenis regelen. Hij gaf blijk van een uitzonderlijk vermogen tot empathie. Toch nam hij ook afstand en ging hij na wat hij kon doen om haar mogelijkheden te verruimen bij het opnieuw oppakken van haar leven.
Een andere sociaal werker beklemtoonde meermaals de waarde van het opbouwen van een affectieve relatie met kwetsbare cliënten, zelfs in schijnbaar uitzichtloze situaties.
“Ik moest de idee loslaten dat ik hun leven helemaal ging rechttrekken en structuur ging brengen. Ik besefte dat onze emotionele band zo belangrijk was en dat deze band de eerste stap kon zijn in een proces, of de laatste stap. Dat hangt ervan af. Maar zo redeneren we niet. We denken al vaak: doe A, dan B en C en dan zit je leven automatisch weer helemaal op de rails. Zo werkt het niet.”
Krachtgericht perspectief
Het team van De Sloep benadrukt dat een krachtgericht perspectief leidt tot empowerment.Vansevenant, K., Driessens, K. en Van Regenmortel, T. (2008), Bind-Kracht in Armoede. Krachtgerichte hulpverlening in dialoog, Leuven, LannooCampus.
Een van de sociaal werkers omschreef dit als volgt: “Hoe mijn collega’s mensen behandelen, getuigt van diepe eerbied voor alles wat mensen zijn. Wij bekijken ze niet puur uit een probleemoplossend perspectief. We zien het probleem, maar we trachten te werken op basis van de sterkten van het individu.”
De medewerkers van De Sloep hebben in verschillende gesprekken aangehaald dat oog hebben voor de sterkten van mensen en die sterkten benoemen, de resultaten van de interventies beïnvloeden.
Divers-sensitief als leidend principe
Het feit dat cliënten zich thuis voelen in De Sloep heeft ook te maken met het feit dat de organisatie ‘divers-sensitief’ is. Divers-sensitiviteit betekent zoveel als aandacht en respect hebben voor diversiteit, voor het ‘anders-zijn’.Van Robaeys, B. (2014), Verbinden vanuit diversiteit : krachtgericht werken in een context van armoede en culturele diversiteit – Bind-Kracht Cahier 2, Leuven, LannooCampus.
Dat respect kan schuilen in kleine, maar betekenisvolle dingen. De kamers van De Sloep zijn bijvoorbeeld versierd met schilderijen van moeders met kinderen. Die moeders zijn duidelijk van verschillende etnische en culturele origine, waardoor cliënten zich er beter in herkennen.
‘Het is een erezaak om namen goed uit te spreken.’
De sociaal werkers raakten ook gewend aan het brede scala van namen van cliënten. Het team maakt er een erezaak van om al die verschillende namen zo goed mogelijk uit te spreken.
De Sloep kan soms chaotisch lijken. Er worden verschillende functies gecombineerd in één gebouw. Mensen die allerlei verschillende talen spreken, komen samen in uiteenlopende activiteiten. Het is een weerspiegeling van het leven. Het huis straalt diversiteit uit.
Volgens de sociaal werkers draagt die herkenbaarheid in hoge mate bij tot het succes van de organisatie: “Het feit dat De Sloep zo veel dingen tegelijk is —een consultatiebureau, een tweedehandswinkel, een plaats voor activiteiten— op één locatie… die chaos is heel herkenbaar voor de mensen. Ze hebben niet het gevoel dat ze in een kille, strakke instelling terecht zijn gekomen waar ze moeten opletten waar ze gaan zitten… waar alles wit is. ‘Witte mensen’ op een ‘witte manier’ om het zo cru te stellen.”
Diversiteit is een van de leidende principes. Het is volstrekt normaal voor de organisatie om met tolken te werken, om flyers en brochures te vertalen en om bepaalde woorden uit vreemde talen te integreren in de woordenschat van de sociaal werkers. Google Translate is een van de meest gebruikte websites. Een gebrekkige kennis van het Nederlands wordt nooit gebruikt als excuus om iemand niet te helpen.
Juridische kennis
Cliënten moeten hun weg vinden in onze complexe samenleving. De sociaal werkers van De Sloep geven aan dat hun administratieve en juridische kennis cruciaal is om cliënten doeltreffend te ondersteunen. Alleen een plek creëren waar men zich thuis voelt, volstaat niet. Er is veel juridische en professionele kennis nodig over sociale dienstverlening.
Om het met de woorden van een sociaal werker te zeggen. “Ten eerste moet je een goed zicht hebben op de rechten en plichten van een persoon. Op welke diensten kunnen mensen een beroep doen? Hoe werken deze diensten? Wij houden altijd de vinger aan de pols bij de diverse sociale diensten in onze stad. Daar zijn wij echt mee bezig. Niet alleen kennen we deze diensten in theorie, maar we doen ook moeite om de mensen te leren kennen die bij die diensten werken. En juridische kennis hebben, dat is echt cruciaal!”
Ook informatieve en praktische ondersteuning is essentieel. De sociaal werkers van De Sloep helpen cliënten brieven lezen, gespecialiseerde organisaties contacteren en informatie opzoeken.
Ze geven routeaanwijzingen aan de cliënten om ergens in de stad te geraken of advies over hoe ze hun kinderen moeten inschrijven in de basisschool.
‘Bemiddelen tussen cliënten en bureaucratie.’
Eén van de centrale en tijdrovende activiteiten is bemiddelen tussen de cliënten en de culturele codes en betekenissen van bureaucratische praktijken. Zo regelen de sociaal werkers niet alleen de kinderbijslag voor hun cliënten, maar ze lichten het systeem ook toe.
Oefenplek
De Sloep is ook een ‘oefenplek’. Het team organiseert verschillende types oefensessies om Nederlands te spreken, om leer- en communicatievaardigheden aan te scherpen en om de zelfredzaamheid te verhogen.
Vrijwilligers spreken wekelijks Nederlands met cliënten, er zijn mogelijkheden om te sporten. Er zijn groepsbijeenkomsten voor moeders die in het Turks of het Arabisch plaatsvinden, er zijn specifieke groepen voor vaders, voor zwangere vrouwen… De sociaal werkers betrekken de cliënten soms ook bij de organisatie van feesten in huis.
Groepswerk is in al deze gevallen een belangrijke methode: “Deelname aan deze groepen leidt tot meer empowerment, cliënten ontwikkelen vaardigheden, zoals leren praten met mensen die ze niet goed kennen. Ze leren vragen te stellen als ze iets niet goed begrepen hebben.”
Mensen weerbaarder maken op al deze verschillende manieren, via instrumentele en emotionele ondersteuning, is volgens de cliënten en de sociaal werkers van De Sloep cruciaal voor de mooie resultaten van de werking.
All-rounders
Uit dit onderzoek bij De Sloep blijkt duidelijk dat er voor het sociaal werk van de toekomst goed opgeleide generalisten of all-rounders nodig zijn.
In complexe, superdiverse contexten waar voortdurende verandering in personen, groepen en de maatschappij een ‘constante’ variabele is om rekening mee te houden, valt het belang van professionele generalisten, die op verschillende niveaus tegelijk kunnen werken met verschillende systemen en in verschillende dimensies, op zowel instrumentele als emotionele wijze, niet te onderschatten.
Sociaal werk, zo toont de praktijk van de Sloep, is breder te begrijpen dan als een probleemoplossend proces. De professie heeft veel tools, kaders en mogelijkheden om in een superdiverse wereld de mogelijkheden en vrijheden van mensen te vergroten.
Sociaal werkers zijn dan echte ‘change agents’. Ze dragen bij aan veranderingsprocessen van cliënten, hun omgeving en de samenleving in haar geheel. Ook dat is succes.
Reacties [3]
Mijn man en in zijn zeer belemmed in onze beegingsvrijheid(kunnen moeilijk lopen, laat staan “blijven staan of wachten) . Zo komt onze dochter ons zoveel mogelijk bezoeken omons de kans te geven boodschappen te doen in een supermarkt of om iets te gaan drinken in de nabijheid . IK vind , dat zij zeker een minieme bijjdrage verdient voor haar tijd , en ook de voor tochten naar dokter of ziekenhuizen .
Mooi en hoopgevend artikel. Alleen: is ‘ De Sloep’ momenteel geen klein superdivers eilandje in een oceaan van (toenemende) onverdraagzaamheid? En, wat vermag je daar vanuit het welzijnswerk alleen tegen? Ik denk dat we een massa ‘sloepen’ of een ganse vloot gaan nodig hebben om over de oceaan te geraken. Dus: zulke initiatieven vergen navolging. En? Zit dat er in, want daarover lees ik nog niets.
knap verhaal, maar hoe verzoen je divers-sensiviteit met emancipatie? Hoe voorkom je cliëntelisme en geïnstitutionalseerde afhankelijkheid? Als die diversen niet deelnemen aan de sociale relaties in de heersende cultuur zullen ze nooit de normen en waarden leren, zullen ze nooit emanciperen. Neem bijvoorbeeld onderwijs daar heeft Bourdieu reeds in de vorige eeuw duidelijk gewezen op de problematiek van sociaal en cultureel kapitaal. De habitus die emancipatie belemmert.
Ik kan begrijpen dat de patiënt eerst stabiel moet zijn alvorens met andere behandelingen te starten, maar dat mag geen reden zijn hem op de intensieve te houden.
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘Sociaal werk zal meer politiek worden’
Impact van migratie op mentaal welzijn: ‘Kinderen dragen littekens van hun ouders’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies