Empowerment
We gebruiken elke dag allemaal veel woorden. Ook in de hulpverlening. Het vakjargon is nooit ver weg. Achter sommige woorden schuilen bredere sociale en culturele veranderingen, waarvan we ons vaak niet bewust zijn. Het modewoord ‘empowerment’ stemt verrassend tot nadenken.
Empowerment klinkt als een statement. We linken het vanzelfsprekend aan het versterken van de eigen kracht van mensen, krachtgericht werken of Eigen Kracht-conferenties. Of met krachtig sociaal werk dat mensen liefst krachtgericht ondersteunt.
‘Empowerment is in. Overal worden mensen op hun eigen kracht aangesproken.’
De krachtterm heeft ondertussen de wereld veroverd. Toch is het een hele krachttoer om voor empowerment een Nederlandstalig equivalent te vinden. Is het eigen regie, zelfredzaamheid, zelfsturing of veerkracht?
Professor Paul Michael Garrett, verbonden aan de Universiteit van Galway in Ierland, noemt het de “welfare words” van deze tijd.Garret, P. M. (2018), Welfare Words: Critical Social Work & Social Policy, Sage Publishing.Woorden die niet op zichzelf staan, maar verweven zijn met maatschappelijke, culturele en economische ontwikkelingen.
Eigen kracht
Empowerment is in. Overal worden mensen op hun eigen kracht aangesproken, ook in praatprogramma’s, zelfhulpboeken en reclameboodschappen. Ze vertellen dat het leven een eigen keuze is en dat je het daarom beter ook zelf in handen neemt.
Sociale professionals die mensen krachtgericht willen ondersteunen, doen dat ook. Daarmee maken zij een paradigmashift. In plaats van de problemen centraal te stellen, focussen ze op de oplossingen. En niet de hulpverlener, maar de mens zelf staat aan het roer. Eigen regie heet dat.
Krachtgerichte ondersteuning zet de problemen even opzij, weg van al dat negatieve. We focussen op wat goed loopt of goed kan lopen.
Wees positief?
Toch moeten we opletten met die positieve basishouding. In zijn boek ‘Wees positief’ schrijft de Nederlandse lector sociaal werk Richard De Brabander dat die positieve basishouding een plicht en norm is geworden.De Brabander, R. (2022), Wees positief! Voorbij de retoriek van empowerment in het sociale domein, Amsterdam University PressHij noemt het zelfs een “wreed optimisme” waarmee we mensen die in diepe ellende zitten, aanmoedigen om positief te blijven en te blijven focussen op een betere toekomst.
Dat optimisme is wreed omdat het de machteloosheid en het lijden van kwetsbare groepen bagatelliseert en verandert in iets waar zij positief tegenover zouden moeten staan. Maar wat als positief of negatief wordt gezien, is sterk afhankelijk van de heersende conventies en denkgewoontes in onze neoliberale positieve samenleving.
Eigen schuld, dikke bult
Het dominante discours over empowerment zingt de lof van de creatieve ruimte en zelfexpressie, van de autonomie en zelfontplooiing van het individu. De samenleving is een organisatie waarin elke burger positief is ingesteld en actief verantwoordelijkheid op zich neemt.
‘Veel mensen die de lat niet halen verliezen juist de eigen regie.’
Maar het is ook een samenleving met winnaars en verliezers. In zo’n neoliberaal klimaat ondermijnt al dat positieve gedoe het gevoel van eigenwaarde van mensen die niet mee kunnen of die afhaken.
Het wordt pas echt tricky wanneer de overheid het empoweren van mensen promoot en zelfs inschrijft in regels en wetten. Op het eerste gezicht klinkt dat veelbelovend, maar de boodschap luidt toch dat “burgers moeten voldoen aan de verwachtingen van de overheid, anders gedragen zij zich niet verantwoordelijk”.Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (2006), Verschil maken: eigen verantwoordelijkheid na de verzorgingsstaat, Amsterdam, SWP, p. 59.
Dat loopt gegarandeerd mis, want door van iedereen dezelfde mate van zelfredzaamheid te vragen, gaan veel mensen de lat niet halen. Zij verliezen juist de regie over hun leven en zullen dus nog minder empowered zijn. Nog erger: eenzijdig de nadruk leggen op eigen kracht, schiet al te vaak door naar eigen schuld dikke bult, zo leert de ervaring.
Individueel en collectief
Richard de Brabander spreekt vaak voor sociale professionals die de mensen waarmee ze werken met de beste bedoelingen willen empoweren. Zijn waarschuwing komt dan ook vrij hard binnen.
‘Zijn we met dat positief empoweren dan niet goed bezig?’
Zijn we met dat positief empoweren dan niet goed bezig? Tot die pijnlijke conclusie komt De Brabander zeker niet. Hij wil alleen ons kritisch bewustzijn aanscherpen. Over de maatschappelijke systemen waarin we meedraaien en over de link tussen individuele problemen en structurele factoren.
Er is dus niks mis met de positieve basishouding. De Vlaamse professor Tine Van Regenmortel, die jarenlang het empowerment-paradigma heeft geïnjecteerd in het sociaal werk en de armoedebestrijding, vindt die zelfs noodzakelijk.
Voor haar is het “een anti-fatalistische kijk, waarbij hoop en geloof in verandering steeds overeind blijven, zelfs in de meest grauwe milieus en situaties”.Van Regenmortel, T. (2008), Zwanger van empowerment: een uitdagend kader voor sociale inclusie en moderne zorg, Fontys Hogescholen.Van Regenmortel vertrekt van een positief mensbeeld en de erkenning dat de ander ertoe doet. Hulpverlening gaat over een wederkerig partnerschap tussen hulpvrager en hulpverlener, dat niet uitgaat van de eigen verantwoordelijkheid van de hulpvrager, maar van een gedeelde verantwoordelijkheid.
Van kracht naar macht
In het discours over empowerment ligt de nadruk te eenzijdig op de eigen kracht van mensen. Daarom wil De Brabander het begrip empowerment bevrijden van de neoliberale recuperatie, door het te “verbinden met de structurele oorzaken waardoor mensen uitgesloten worden en in een kwetsbare positie komen”.De Brabander, R. (2022), Wees positief! Voorbij de retoriek van empowerment in het sociale domein, Amsterdam University Press
Politiseren dus, want empowerment is niet alleen kracht, maar ook macht. Voor burgers en sociaal werkers is de strijd tweevoudig, aldus De Brabander: “Meer greep krijgen op persoonlijke beperkingen en kwetsbaarheden, alsook op de maatschappelijke omstandigheden die de handelingsmogelijkheden inperken.”
Daarom omschrijft ook Tine Van Regenmortel empowerment als “een proces van versterking waarbij individuen, organisaties en gemeenschappen greep krijgen op de eigen situatie en hun omgeving en dit via het verwerven van controle, het aanscherpen van kritisch bewustzijn en het stimuleren van participatie.”Van Regenmortel, T. (2008), Zwanger van empowerment: een uitdagend kader voor sociale inclusie en moderne zorg, Fontys Hogescholen, p. 22
We zouden het niet krachtiger kunnen zeggen.
Reacties [6]
Opgelucht, Ludo, dat ik je visie mocht lezen over ’empowerment’. Het is inderdaad een woord dat jaren geleden zijn opwachting maakte als een groots en vernieuwend inzicht.
Door mijn werk (organiseren van cursussen voor mensen met een chronische ziekte) begon het mij al vlug te dagen dat we al te snel voorbij gaan aan mensen hun situationele context en ons vooral graag (laten) spiegelen aan mensen (al dan niet gesteund door nodige media) die, jawel, met veel bloed, zweet en tranen zich een weg weten te banen naar een of andere (fictieve) bergtop. Als fiere organisatie en samenleving bewonderen we de ‘veerkracht’ (nog zo’n woord), waarmee we niet meer die kant opkijken van mensen waar het idee alleen al hen eerder de afreis naar depressie bekrachtigt.
Als wij niet durven (h)erkennen dat het leven niet voor iedereen gelijk en eerlijk is, blijven we in ons hoofd te veel hangen bij ‘eigen schuld’. Daarom zet ik in op ‘weerbaarheid’: mensen meer weerbaar maken voor zichzelf en samenleving.
Soms kan je iets ook over-denken. Een mooi Nederlands woord voor empowerment is ‘bekrachtigen’. Bevestigen wat sterk is en daar op verder op bouwen. Het zijn vooral gewiekste managers en bestuurders die met nieuwe inzichten aan de haal gaan en ze een invulling geven om hún verhaal of product te lanceren. Als hulpverleners moeten wij daar op bedacht zijn en onze oren niet meteen aan die ‘nieuwe wind’ laten hangen. We moeten het lef hebben om tegenwind te geven als onze ervaringen worden ‘omgezet’ of ‘hertaald’.
Empowerment, eigenwaarde, zelfzekerheid vormen inderdaad ver-reikende (kan zowel met lange als korte ei) perpsectieven over rechten en vrijheid van keuze.
“De erkenning van ons eigen bestaan en onze plaats binnen een gemeenschap is fundamenteel voor ons zelfbewustzijn. Wanneer de gemeenschap ons ook als een integraal onderdeel erkent, versterkt dit onze verbondenheid en identiteit. Samen evolueren we en realiseren we ons potentieel, dat al inherent in ons aanwezig is.”
Hoewel Sen en Rappaport onze leerpaden op de kaart zetten was het prof. Tine Van Regemortel die ons deskundig gidste.
ik studeerde in 2001 af met een Master Thesis over gender en empowerment bij vrouwelijke micro ondernemers in Bolivia. Empowerment werd toen ook al veel ruimer gedefinieerd dan ‘eigen kracht’. Het gaat over machtsrelaties tussen mensen, tussen groepen mensen, tussen burgers en overheden…etc. Dus de structurele component, en het collectieve zijn enorm belangrijk. Daar moet steeds aandacht voor zijn, en dan is idd kritisch bewustzijn een voorwaarde. In Bolivia werkten veel organisaties ook vanuit dat concept. Groot was mijn verbazing toen ik ervaarde in het sociaal werk in Belgie, dat empowerment gereduceerd werd tot het individu en daarmee juist van een groot deel van zijn kracht werd ontdaan.
Je legt terecht de vinger op de wonde Ludo. Empowerment kent 3 lagen: het individu, de (eigen) organisatie en het beleid. Als ze niet gelijktijdig voorkomen, kan men niet spreken van empowerment. De eigen organisatie wordt bijna nooit meegenomen in het proces van empowerment met alle negatieve gevolgen voor het individu, met name de cliënt! Er is hier nog veel werk aan de winkel!
De definitie van Tine Van Regenmortel is de nagel op de kop. Empowerment is een proces! Een proces waarbij de spelers interafhankelijk zijn. Die interafhankelijkheid is volgens mij cruciaal. De hulpbehoevende is niet een afhankelijk iemand (‘die sukkelaar moeten we helpen’), ook niet onafhankelijk (eigen schuld dikke bult, hij dient zichzelf uit de miserie te trekken’) maar interafhankelijk. En die interafhankelijkheid kan je ‘empowerment’ noemen, ik noem het ‘creatieve wisselwerking’. Een wisselwerking die leidt tot creatieve oplossingen waarbij meerdere mensen, niet alleen de hulpbehoevende, actief zijn. Die wisselwerking krijgt ook veelal de vorm van een dialoog, weze het een ‘cruciale’, tussen de hulpverlener en de hulpbehoevende.
Creatively,
Johan Roels,
Auteur van ondermeer ‘Cruciale Dialogen’ (Roels, 2012, Garant).
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies