In gesprek met activisten
Voor de vijfde keer organiseert het Universitair Centrum voor Ontwikkelingssamenwerking (UCOS) het studentenproject CHanGE (Campaign for sexual Health & Gender Equality). Twaalf studenten van het hoger onderwijs krijgen elk jaar de kans om naar het buitenland te gaan. Daar onderzoeken ze hoe organisaties te werk gaan rond gendergelijkheid en seksuele en reproductieve gezondheid en rechten. Denk bijvoorbeeld aan taboe op seksualiteit, moedersterfte, toegang tot anticonceptie of rechten van seksuele minderheden.
In de zomer van 2021 trokken de deelnemers naar Mexico, Griekenland en Libanon om hierover in gesprek te gaan met lokale activisten en organisaties. Waarvan liggen zij wakker? Welke hindernissen liggen op hun weg? En wat is volgens hen een oplossing voor meer gendergelijkheid en een rechtvaardige toegang tot seksuele en reproductieve gezondheid en rechten?
‘Zowel in Mexico, Griekenland, Libanon en België zetten verschillende activisten en organisaties sterk in op veilige ruimtes.’
Een opvallende rode draad in die gesprekken bleek de universele nood aan veilige ruimtes: ruimtes waarin kwetsbare groepen, zoals de LGBTQIA+ jeugd, zich volledig veilig kunnen voelen.LGBTQIA+ is een afkorting die een heel diverse lading dekt. Elke letter staat voor een andere seksuele oriëntatie of genderidentiteit: Lesbian, Gay, Bisexual, Trans, Queer, Intersex en Asexual. De + staat voor alle andere identiteiten die niet onder de andere letters vallen.Zowel in Mexico, Griekenland, Libanon en België zetten verschillende activisten en organisaties sterk in op die veilige ruimtes. Ze beschermen deze kwetsbare groepen tegen een vaak vijandige buitenwereld.
Safe space?
‘Safe spaces’ zijn ook in België in opmars. Maar wat houdt het precies in? En waarom is zo’n veilige ruimte nodig?
Het idee van safe space ontstond in de psychotherapie. Mensen die een trauma meemaken, hebben nood aan een veilige ruimte om over hun moeilijke ervaringen te praten. In de jaren zestig werden safe spaces populair bij vrouwen- en LGBTQIA+-groepen. Ze voelden de noodzaak om ontmoetingsplaatsen te creëren waar ze vrij konden praten over hun gemeenschappelijke ervaringen.
‘Het idee van safe space ontstond in de psychotherapie.’
Anno 2021 omschrijft journalist en LGBTQIA+-activist Inke Gieghase safe spaces als online of offline ruimtes waar de veiligheid van kwetsbare of gemarginaliseerde groepen gegarandeerd is. De term wordt soms ook breder gebruikt. Bijvoorbeeld organisaties die zeggen dat ze een safe space zijn, bedoelen hiermee dat racisme, seksisme, homofobie en transfobie bij hen niet welkom zijn.
Soms wordt aan safe spaces ook ‘(r)’ toegevoegd: safe(r) spaces. Hiermee tonen organisaties aan dat ze beseffen dat ze niet 100 procent kunnen garanderen dat iedereen veilig is in de ruimte, omdat ieder uniek persoon andere ervaringen en noden heeft. Wat veilig is voor de ene persoon, is dat misschien niet voor de ander. Het streefdoel blijft wel om een safe space te bieden aan iedereen die aanwezig is.
Controverse
Ook in Belgische media duikt de term safe spaces steeds meer op, al is het vaak in een controversiële setting. Er was de afgelopen maanden regelmatig aandacht voor organisaties die een veilige plek wilden creëren.
Zo kwam openluchtzwembad Flow in Anderlecht onder vuur voor een apart zwemuurtje voor vrouwen en werd staatssecretaris voor gendergelijkheid Sarah Schlitz bekritiseerd omdat ze deelnam een evenement dat voorbehouden was voor vrouwen. Begin oktober ontstond commotie rond het Gentse feministische queer café Blond.Queer wordt vaak gebruikt als parapluterm voor iedereen die niet heteroseksueel en/of cisgender is.Op een avond vol incidenten verzochten de uitbaters alle cismannen om de bar te verlaten.Cismannen zijn mannen van wie het gender overeenkomt met hun geboortegeslacht.
‘Er werd verontwaardigd gereageerd op de ‘uitsluiting’ van een bepaalde groep. Weinig aandacht ging naar de reden waarom de safe space ingericht werd.’
Telkens werd met verontwaardiging gereageerd op de ‘uitsluiting’ van een bepaalde groep. Weinig aandacht ging naar de reden waarom de safe space ingericht werd. De twaalf deelnemers van CHanGE leerden tijdens hun onderzoeksreizen hoe belangrijk het is om die redenen net wel te benadrukken.
Good practices in het buitenland
Niet alleen in België staan safe spaces in de aandacht. Ook in het buitenland werken steeds meer organisaties en activisten met een veilige ruimte voor kwetsbare groepen. Overal ontstaan dezelfde vragen. Welke mensen hebben nood aan zo’n plek? Waarom? En is een safe space dan het beste antwoord?
Tijdens de reizen maakten de studenten kennis met een breed scala aan veilige ruimtes. Ze gingen in gesprek met organisaties en activisten, en kregen meer inzicht in hoe het concept wordt ingevuld in zowel Griekenland, Libanon als Mexico.
Safe spaces in vele vormen
De eerste vaststelling is dat elke safe space uniek te werk gaat.
In Mexico Stad werd vijf jaar geleden de organisatie La Zona opgericht. Het doel? Veilige ruimtes en evenementen organiseren voor queer vrouwen. Plekken zonder geweld zijn dan ook broodnodig in Mexico Stad. In een samenleving waar queer vrouwen nog te vaak een bijrol spelen, of zelfs helemaal geen plek hebben, is een plaats waar ze hun bestaansrecht kunnen claimen broodnodig.
‘Het delen van verhalen zorgt voor verbinding.’
In La Zona staan queer vrouwen centraal. De evenementen dienen als experimenten om een gemeenschap van vrouwen te doen groeien en te versterken. Want enkel door met andere leden van een gemeenschap taboeloos in gesprek te gaan, kan je ontdekken dat negatieve ervaringen niet uitzonderlijk zijn. Het delen van die verhalen zorgt voor verbinding in een gedeelde strijd.
Opvang LGBTQIA+-ouderen
Ook dagopvangcentrum Vida Alegre eist ruimte op voor een groep die aan de rand van de Mexicaanse samenleving leeft. Onder impuls van de 88-jarige trans vrouw Samantha Flores zet Vida Alegre al drie jaar in op het opvangen van LGBTQIA+-ouderen.
‘Vida Alegre zet in op het opvangen van LGBTQIA+-ouderen.’
Niet alleen hun geaardheid of genderidentiteit, maar ook hun hoge leeftijd zorgt ervoor dat deze mensen uit de boot vallen. In hun eigen sociale cirkels worden ze vaak geconfronteerd met vooroordelen, discriminatie en uitsluiting.
Samantha Flores wil de gevaren van eenzaamheid counteren door LGBTQIA+-ouderen een ruimte te bieden waar ze elkaar ontmoeten en psychisch kunnen steunen.
Niet altijd afgesloten
Niet alle safe spaces zijn afgesloten ontmoetingsplaatsen. In Griekenland ontmoetten de studenten Anna. Samen met vijf andere vrouwen is ze mede-eigenaar van het café Beaver, dat zich in een buitenwijk van de hoofdstad Athene bevindt.
Ook zij streven ernaar een safe space te zijn, weliswaar op een andere manier. De zaak wordt gerund als een coöperatieve: elke beslissing wordt democratisch genomen door alle leden. Zo proberen ze de inclusiviteit en toegankelijkheid van hun café te verhogen.
‘Ook dat is een safe space: een plek waar je vrij en ongehinderd je eigen identiteit kan beleven en vieren.’
Diversiteit is voor hen de norm. In andere cafés zijn leden van de Griekse queer gemeenschap nog te vaak de vreemde eend in de bijt. Ze vallen op in een veelal mannelijk en hetero publiek, en zijn daardoor extra kwetsbaar.
Beaver creëert veiligheid door de aanwezige diversiteit. Door de rigide normen rond gender en seksualiteit aan de deur achter te laten, hoeft niemand zich ‘abnormaal’ te voelen. Want ook dat is een safe space: een plek waar je vrij en ongehinderd je eigen identiteit kan beleven en vieren.
De illusie van een safe space?
Zijn safe spaces dan een ultiem wondermiddel? Daar is niet iedereen het over eens. In Libanon spraken de studenten met Dayna Ash. In het gesprek rees de vraag of het überhaupt wel mogelijk is om een plek te voorzien die gevrijwaard blijft van agressie in een heteronormatieve en patriachale samenleving.
‘Veiligheid is niet relatief, maar absoluut.’
Dayna is een Libanese LGBTQIA+-activiste die via gemeenschapscentra de strijd voor rechtvaardigheid een artistieke invulling geeft. Ook zij benadrukt het belang van safe spaces, maar waarschuwt tegelijk voor de illusies.
Veiligheid is volgens haar niet relatief, maar absoluut. Eén ruimte waar je jezelf kan zijn, in een maatschappij die voor de rest vijandig is, garandeert met andere woorden geen veiligheid. Net daarom is het van belang om het brede verhaal steeds te zien. Veiligheid gaat niet over één geïsoleerde plek waar je je veilig voelt, maar over de positie die je kan innemen in een maatschappij.
Neem de context van Libanon, waar een explosie in de haven van Beirut vorig jaar de socio-economische crisis deed oplaaien als nooit tevoren. Een safe space kan daar wel nut hebben, maar het vraagstuk rond geborgenheid en veiligheid is groter dan dat.
Groter vraagstuk
Ook in Athene kon je genuanceerde stemmen horen rond safe spaces. Al jaren kampt Griekenland met economische en financiële moeilijkheden. De job- en huizenmarkt slagen er niet in om de inwoners de veiligheid en stabiliteit te bieden die ze nodig hebben.
‘Een eigen thuis zou de ultieme safe space moeten zijn. Wat dan als ook dat geen evidentie is?’
Protesten tegen de stijgende huurprijzen deden de studenten nadenken: een eigen thuis zou de ultieme safe space moeten zijn. Wat dan als ook dat geen evidentie is?
Zorg voor veiligheid, veiligheid voor zorg
De vele voorbeelden uit Mexico, Libanon en Griekenland doen ook in ons land de vraag rijzen: hoe garanderen we dat ook hier LGBTQIA+-personen plekken vinden waar ze zich veilig voelen? Laat er geen twijfel over bestaan: ook hier is daar nood aan.
Het cijfermateriaal is beperkt, maar de getuigenissen over de onveiligheid van queer jongeren zijn ontelbaar. Op straat, op het werk, in het onderwijs, maar ook in de zorgverlening en de sociale sector.
Daarom lanceren de deelnemers van CHanGE de campagne ‘WHO CARES. Mind if we do?’. Centraal daarin staat de nood van LGBTQIA+-jongeren om in veilige omgevingen ondersteuning en zorg te krijgen.
Mentaal welzijn
Ook in België gingen de studenten praten met organisaties die werken aan het veiligheidsgevoel van queer jongeren. Al snel werd duidelijk dat het bieden van veilige plekken voor die jongeren in direct verband staat met hun mentaal welzijn. Een gebrek aan veiligheid, geborgenheid, stabiliteit en herkenbaarheid drijft hen richting zorgverlening. En net daar is datzelfde gebrek aan veiligheid zo sterk.
De getuigenissen en verhalen uit Mexico, Griekenland en Libanon leren ons dat er oplossingen zijn. Ze tonen dat een safe space meer moet zijn dan enkel het voornemen om er een te zijn.
Kennis updaten
Organisaties als LebMASH uit Libanon tonen aan dat we onze kennis over hoe we met queer jongeren omgaan, moeten updaten. Opgroeien in een samenleving die misschien niet op jou is afgestemd, creëert specifieke noden die vaak onbeantwoord blijven bij onze zorgverleners. Dat betekent niet dat we hen met de vinger moeten wijzen. Wel is het een kans om meer vorming en kennis te voorzien, zoals LebMASH met succes doet.
‘Opgroeien in een samenleving die niet op jou is afgestemd, creëert specifieke noden.’
Griekse initiatieven als Beaver en FAC Research zijn sterke voorbeelden die tonen dat participatieve trajecten een bron aan informatie kunnen opleveren en pijnpunten kunnen blootleggen. En bovenal tonen de opvangplekken van Vida Alegre, La Zona en Casa de las Muñecas in Mexico dat safe spaces geen doel op zich zijn, maar een startpunt in de strijd voor een gezonde LGBTQIA+-gemeenschap.
Reacties
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies