Pioniers in Herzele
Het gaat snel voor VillaVip. In 2018 opende de eerste woning haar deuren. In 2019 werd VillaVip bekroond tot zorgorganisatie van het jaar. In 2020 telt de organisatie acht villa’s, verspreid over West- en Oost- Vlaanderen en Antwerpen. Herzele, een dorp aan de rand van de Zwalmstreek, pionierde. Iets meer dan twee jaar geleden openden Marijke en Pieter er de eerste VillaVip-woning.
Vanwaar jullie motivatie om een zorgkoppel te worden?
Marijke: “Ik werkte al tien jaar als opvoedster, eerst in een kleine voorziening, daarna in een grotere instelling. Een collega vertelde me dat in Herzele een nieuw project in de steigers stond. Het kernidee van nabijheid sprak me meteen aan.”
‘We staan op met de bewoners en gaan met hen slapen. Ze maken echt deel uit van ons gezin.’
Pieter: “Mijn verhaal is anders. Vroeger had ik weinig met de zorg. Ik wist mezelf geen houding te geven bij mensen met een beperking. Vandaag durf ik te zeggen: wat een verrijking!”
Een verrijking op welke manier?
Pieter: “We delen een thuis met negen, binnenkort tien bewoners. Hoewel we elk ons eigen woongedeelte hebben, maak je toch deel uit van een groot, hecht gezin. Je leeft nauw samen met mensen die een beperking hebben, maar na een tijdje vergeet je dat. Je leert de mens achter de aandoening kennen.”
Marijke: “Je ziet hun persoonlijkheid, leert hun passies en interesses kennen. In een klassieke zorginstelling ga je naar je werk, je komt in een leefgroep terecht en functioneert binnen bepaalde structuren. Er blijft altijd een zekere afstand tussen jezelf en de cliënten. Hier sta je op met de bewoners en ga je met hen slapen. Ze maken echt deel uit van ons gezin.”
“Onze aanwezigheid biedt continuïteit. Bewoners weten dat ze altijd aan m’n mouw kunnen trekken. Je kan ook kort op de bal spelen en echt rekening houden met hun noden en wensen. Je ziet hen openbloeien. Dat geeft me enorm veel voldoening.”
Miste je die continuïteit in je vorige job, Marijke?
Marijke: “Als opvoedster in een grote instelling moest ik alles op voorhand organiseren. Soms duurde het een maand om een eenvoudige uitstap, bijvoorbeeld naar de bowlingbaan, geregeld te krijgen. Als je wilde tekenen en gekleurd papier nodig had, moest je dat papier aanvragen via een formulier. Er was weinig ruimte voor ingevingen van het moment.”
‘Als een bewoner graag naar de cinema wil, dan kan dat.’
“In VillaVip is die ruimte er wel. Als een bewoner vertelt dat hij morgen graag naar de cinema wil, dan kan dat in principe. Gekleurd papier nodig? We gaan het kopen in de winkel en kunnen meteen beginnen.”
Jullie zijn ‘zorgondernemers’: wat houdt dit in?
Marijke: “We krijgen veel vrijheid. Samen met de bewoners huren wij het huis van VillaVip Vlaanderen, de overkoepelende organisatie. De eigenaar is Inclusio, een vastgoedvennootschap die zich richt op betaalbare huisvesting voor kwetsbare groepen. Voor het overige kunnen we het dagelijkse leven organiseren zoals we willen.”
“Als we bijvoorbeeld de nood voelen om zorgpersoneel aan te nemen, dan kan dat. Die personeelskost wordt betaald vanuit het persoonsvolgend budget. Ook onze vergoeding wordt daarmee betaald.”
Pieter: “Er zitten weinig structuren tussen de bewoners en hun activiteiten. Zo kunnen we makkelijk op maat werken. Ondersteuning en zorg financieren we met het persoonsvolgend budget van de bewoners. De woon- en levenskosten betalen ze via hun inkomensvervangende toegemoetkoming.”
“VillaVip Vlaanderen is deels een commerciële vennootschap, maar met een uitgesproken sociale missie. Voorlopig wordt er geen winst gemaakt. Alles wordt geïnvesteerd in de uitbreiding en betere ondersteuning voor de bewoners en de zorgkoppels.”
Wat sprak jullie zo aan in dit project?
Marijke: “De zelfstandigheid en het feit dat we konden pionieren in Vlaanderen. We zijn allebei ondernemende types. In de zorg betekent promotie maken vaak dat je meer papierwerk moet doen of op een bureau terechtkomt. Ik wilde graag meer verantwoordelijkheid en toch dicht bij de mensen blijven. In deze formule kan dat.”
Welke rol speel jij Pieter?
Pieter: “Ik ben voltijds vertegenwoordiger in de streek. Mijn professionele activiteit speelt zich dus elders af. Toch ben ik nauw betrokken bij de bewoners en het dagelijkse leven. Er is altijd wel ergens een kleine herstelling te doen. Het internet dat hapert, een lamp die vervangen moet worden: zo’n dingen neem ik op.”
‘We hebben vier opvoeders in dienst.’
“Van alle VillaVip-zorgkoppels hebben wij de jongste kinderen. Ook zij vragen de nodige aandacht. Mochten we allebei fulltime voor de bewoners zorgen, schiet er nog weinig tijd over voor Izolde (2) en Axel (5). Ik kan me voorstellen dat je dan op elk moment iets aan het doen bent in de villa.”
Marijke: “Gelukkig konden we personeel aanwerven. Naarmate de bewonersgroep groeide, was dit ook nodig. Bij de opening stond ik er alleen voor. Ons huis telde toen drie bewoners. Vandaag kijken we uit naar de komst van onze tiende bewoner. Dan heb je extra handen nodig. Momenteel hebben we vier opvoeders in dienst. Behalve mezelf zijn er altijd één of twee andere zorgverleners aanwezig.”
Hoe ervaren jullie kinderen het samenwonen?
Pieter: “Als het van Izolde en Axel afhangt, lopen ze voortdurend in het bewonersgedeelte rond. Toch waken we over een minimale privacy en afscherming, zowel voor ons gezin als voor de bewoners. De meeste van onze bewoners zijn al wat ouder. Altijd jonge kinderen in de buurt zou wat te druk zijn.”
‘Onze kinderen groeien op in een bijzondere omgeving.’
Marijke: “Terzelfdertijd leidt de kruisbestuiving tot mooie momenten. Izolde is geboren twee maanden vóór we de villa openden. Ze heeft de bewoners altijd al gekend. Enkele dagen geleden hebben we allemaal samen Kevin zijn verjaardag gevierd. Er was taart en we hebben gezongen. Onze kinderen groeien op in een bijzondere omgeving.”
Kevin (28), de jongste bewoner, komt er even bij zitten.
Kevin: “Ik heb echt genoten van dat feestje! Marijke en Pieter beschouwen ons als hun eigen kinderen. We zijn het niet, maar toch voelt het zo. Iedereen is hier gelijk.”
“Het is hier goed voor m’n gemoed. Toen ik nog thuis woonde bij mijn grootouders had ik het soms moeilijk. Opa is ziek en dat woog op mij. In de villa krijg je veel vrijheid: we kunnen wandelen, in de tuin werken, samen koken. Ik ben er graag bij. Gisteren heb ik nog tiramisu gemaakt, met een beetje Amaretto (schalks).”
Respecteren de bewoners jullie privacy als gezin?
Marijke: “Zeker. De deur tussen onze privé en het bewonersgedeelte is zelden op slot. Dat is ook niet nodig. Bewoners komen nooit ongevraagd op ons terrein. Ik geef hen veel vertrouwen en krijg dit ook dubbel en dik terug. Op dat vlak is er een groots wederzijds respect.”
Vertel eens iets meer over jullie huisgenoten.
Marijke: “Het is een zeer diverse groep mensen. Ze delen een verstandelijke beperking, maar los daarvan heeft iedereen een andere achtergrond en capaciteiten. De meeste onder hen zijn gepensioneerd en woonden tot voor kort nog thuis. Maar je hebt dus ook Kevin en Pieterjan, twee jongemannen die elkaar vonden in een mooie vriendschap.”
“Ondanks alle verschillen voelt iedereen zich sterk verbonden met elkaar. Het is mooi om te zien hoe ze elkaar ondersteunen. Bernadette, een van de dames, is halfzijdig verlamd. Aan het ontbijt smeert Carine, een andere bewoonster, haar boterhammen. Als Carine terugkeert na een weekendje bij haar ouders, zie je Bernadette telkens overlopen van enthousiasme!”
‘Het is mooi om te zien hoe bewoners elkaar ondersteunen.’
Pieter: “Mensen assisteren elkaar bij het ontbijt, ze geven elkaars jas aan, helpen elkaar de bus op. In zekere zin zorgen ze meer voor elkaar dan wij als hulpverleners doen. Die collectieve zelfredzaamheid stimuleren we zo veel mogelijk. Het is niet de bedoeling om alles uit handen te nemen. Het is hun huis, wij faciliteren vooral.”
Marijke: “Onze bewoners beslissen zelf wat er op het programma staat en hoe we het huishouden organiseren. Ze zullen niet snel het gevoel krijgen dat er iets niet kan of mag. Alles is bespreekbaar. Zo krijgt frustratie weinig kans. In andere zorgsettings moeten mensen de structuren vaak ondergaan.”
“Terzelfdertijd merk je dat ze af en toe sturing nodig hebben. Je kan niet elke week opnieuw alles ter discussie stellen. Elke mens heeft nood aan een zekere voorspelbaarheid en structuur.”
Hoe belangrijk is een goede verstandhouding tussen bewoners?
Marijke: “Enorm belangrijk. We bieden zorg op maat. In theorie zouden we dus tien verschillende dagprogramma’s kunnen opstellen. Iedereen heeft immers andere interesses. Praktisch is zoiets onhaalbaar. Het is in die zin een groot voordeel als mensen samen willen gaan wandelen of zwemmen.”
‘Corona heeft onze groep hechter gemaakt.’
“Onze mensen wonen samen zoals een echt gezin. Om die reden investeren we veel in de groep. Corona heeft ons op dat vlak een beetje geholpen. Veel bewoners moesten hun activiteiten buitenshuis voor onbepaalde duur pauzeren. Plots vormden we samen één grote bubbel. De voorbije maanden hebben we heel veel samen gedaan. Het virus heeft onze groep hechter gemaakt.”
Pieter: “Iedereen heeft zijn eigen kamer. In principe kunnen bewoners zich daar terugtrekken als ze dat willen. In de praktijk zie je hoe mensen, naarmate ze hier langer wonen, elkaar steeds meer opzoeken in de leefruimte. Ze kijken samen een film, tuinieren, spelen spelletjes of tekenen. Of ze zorgen voor onze cavia of de huishond.”
Maakt de groep hen ook sterker als individu?
Pieter: “Ik vind van wel. Je merkt dat ze elkaar stimuleren om dingen in handen te nemen. Iedereen wil op de hometrainer gereden hebben. Ze willen de mooiste krijttekening van alle villa’s ontwerpen. En ze gaan heel vaak samen wandelen in de buurt. Eigenlijk halen ze het beste in elkaar naar boven.”
Marijke: “Bewoners die nog ouders hebben, keren in de weekends ook minder vaak huiswaarts dan vroeger. Ze willen er graag bij zijn als er op zaterdag iets gepland staat.”
Zie je de bewoners evolueren?
Marijke: “Zeker de mensen die uit een grote instelling komen, waarderen de rust en het kleinschalig werken. Connie bijvoorbeeld had de reputatie een druktemaker te zijn. Op haar vorige verblijfplaats moest ze om die reden aan een aparte tafel eten. Hier lukt samen eten perfect. Een prikkelarme omgeving ligt haar duidelijk beter.”
“Bij sommige bewoners konden we de medicatie afbouwen. Wat me ook opvalt, is het ontbreken van grote conflicten. Dat was bij m’n vorige werkgevers wel anders.”
Hoe kijken de buren naar jullie?
Pieter: “Aanvankelijk zag je buurtbewoners een beetje onwennig reageren. Maar intussen kent iedereen onze bewoners. Sociale contacten ontstaan spontaan op straat. Af en toe moeten we hen zelfs wat intomen. Onze groep begroet voorbijgangers soms luidkeels van aan de andere kant van de straat (lacht).”
‘Hoe betrokken je ook bent, je moet blijven investeren in je eigen leven. Jezelf verliezen in het grotere geheel is een valkuil.’
“We hebben het geluk dat ons huis deel uitmaakt van een zorgdorp. We wonen in een rustige, autoluwe buurt. In de nabije omgeving vind je een woonzorgcentrum, serviceflats en sociale woningen. Er wonen vooral oudere mensen.”
Marijke: “Onze vaste uitstap naar de markt van Herzele verloopt meestal erg geanimeerd. De bewoners hebben sterke, opvallende persoonlijkheden. Ze maken overal een praatje onderweg. Herzele kent hen intussen en apprecieert de kleur die hun aanwezigheid brengt.”
Kevin pikt opnieuw even in:
Kevin: “Als we gaan wandelen, passeren we de serviceflats. Daar zit Godelieve vaak op haar terras. Dan vertellen we haar een lol en moet ze vree hard lachen. Zal ik u eens een goeie lol vertellen? Het is groen en het drijft op water, wat is het? (geen idee) Andrijvie!!”
Marijke: “Ik vind het belangrijk dat we voldoende buiten komen. Voor corona hielp Katrien in het woonzorgcentrum in de keuken. Céline helpt mee in het sociaal centrum, ook vlakbij. Dat centrum is een zegen als integratiemiddel. Men organiseert er bingo- en filmnamiddagen, turnsessies, er is een breiclub. Onze mensen vinden er vlot aansluiting. Het helpt dat de meesten onder hen ook al iets ouder zijn.”
Jullie staan heel dicht bij de bewoners. Schuilt in die nabijheid geen valkuil?
Marijke: “Hoe betrokken je ook bent, je moet blijven investeren in je eigen leven. Jezelf verliezen in het grotere geheel is een valkuil. Ik zie hen doodgraag, maar probeer alert te zijn voor mijn eigen noden.”
Pieter: “Elke twee maanden plannen we met ons gezin een korte vakantie. Even cocoonen met ons viertjes op een andere plek. Een ‘staycation’ zou niet werken in ons geval. ‘Thuis’ zijn betekent immers altijd een beetje werken. Dat is het nadeel van nabijheid. Maar dankzij onze zorgmedewerkers kunnen we met een gerust hart enkele dagen weg.”
Reacties [4]
Wat mijn opvalt is dat VillaVip een essentieel kenmerk gemeen heeft met gelijkaardige organisatievormen zoals Toontjeshuizen, Thomashuizen en ouderinitiatieven, met name de schaalgrootte. Allen werken ze rond de ‘sweet-spot’ van 8-12 bewoners. Dit dekt waarschijnlijk een grote doelgroep, maar wat dan met de pmh die behoefte hebben aan een kleinere schaalgrootte – denk extreem aan één enkele pmh die binnen of buiten de traditionele familie wordt ondersteund. Ik ben ervan overtuigd dat dit niet per se duurder, laat staan onbetaalbaar zou zijn dan de woonvormen die we nu kennen. Ik noem het graag de schaalgrootte-paradox van de pmh sector: groter betekent niet goedkoper, ook al zegt de intuïtie het tegendeel. Mijn punt is: ik denk niet dat 8-12 bewoners de sweet-spot is, ik denk dat het een stuk lager ligt. Onze gedachten zijn er wel nog niet rijp voor.
Boeiend om dit te lezen. Kleine kanttekening bij het artikel: helemaal nieuw is dit niet, dus qua ‘pionierswerk’ gaat de vlieger niet helemaal op.
In de jaren 70-80 bestonden dergelijke initiatieven binnen de zorg voor mensen met een beperking ook, dan vanuit de antroposofische orthopedagogie (heilpedagogie genoemd). Ook nu nog zijn er organisaties gebaseerd op de antroposofie waar gezinnen samenleven met mensen met een beperking.
Oké, de organisatie en visie is wellicht anders, maar de idee van samenleven en nabijheid is dus zeker niet nieuw.
Persoonlijk heb ik niet veel met de antroposofie, maar als kind van een inwonend gezin groeide ik wel op in deze woonvorm.
Ik koester vele mooie herinneringen en geloof dat mijn mensbeeld en geloof in krachten, gelijkwaardigheid en emancipatie geworteld zijn in deze bijzondere omgeving om als kind op te groeien.
Veel succes aan VillaVip.
Ieder weldenkend mens weet dat zulke kleinschalige initiatieven vele malen beter zijn dan “residentiële….”
Beschut en begeleid wonen, psychiatrische pensiontehuizen, mensen met beperkingen, senioren, kinderen met majeure problemen, …
Waarom doen wij dit niet?
kleinschalig maar geen personeel , geen warm water om te douchen en verwarming uit ………..zorgkoppels geven door aan jobstudenten en vrijwilligers aan 11 euro per uur
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies