Verhaal

Gevangenisbezoek door kinderogen: ‘Deze film geeft een eerlijk beeld van detentie’

Mira Celen, Maarten Vandenbemden, Bart Claes

Voor kinderen met een ouder in detentie is een bezoek aan de gevangenis vaak spannend. Hoe ziet de gevangenis eruit? Zijn er ook andere kinderen? De nieuwe kortfilm ‘Ik zou je graag zien’ toont een gevangenisbezoek door de ogen van kinderen. Volgens drie CAW-medewerkers vult die film een belangrijke lacune in: “Het geeft deze kinderen houvast en geruststelling.”

© ‘Ik zou je graag zien’ / Dokma Film

Onbekende plek

‘Hoe ziet een gevangenis er uit?’ ‘Kan je tralies buigen?’ ‘Zijn er ook kinderen?’ Het zijn vragen die kinderen zich stellen over de gevangenis. Het is voor hen een onbekende plek. Hoe die eruitziet, vullen ze in met hun eigen verbeelding of met wat ze zien in films.

‘Hoe de gevangenis eruitziet, vullen kinderen in met hun verbeelding.’

Dat hoeft op zich geen probleem te zijn, maar voor kinderen met een ouder in detentie is eerlijke en begrijpelijke informatie absoluut nodig. Om de situatie te kunnen vatten en ermee om te gaan, hebben ze antwoorden op maat nodig.

Daarom is er nu de kortfilm ‘Ik zou je graag zien’. Daarin vertellen kinderen zelf hoe het is om op bezoek te gaan bij hun mama of papa in de gevangenis. De film is een productie van Dokma Film in samenwerking met het Vlaams Expertisecentrum Kindermishandeling en de Centra Algemeen Welzijnswerk (CAW).

Eerlijk beeld

Hulpverleners kunnen de film gebruiken om kinderen een realistisch en eerlijk beeld te geven van wat detentie is. Dit kan onnodige angsten voorkomen en helpen om gevoelens als schaamte en verwarring te plaatsen. De impact op kinderen van wie een ouder in detentie zit, kan groot zijn, maar blijft vaak onderbelicht.

“Het was een neem-uw-ouder-mee-naar-school-dag. En ik had alleen mijn mama meegepakt. Ze vroegen: ‘Waar is jouw vader?’ En ik zei: Die zit in de gevangenis.” Deze quote komt uit een scène op minuut acht in de kortfilm. Het fragment zegt alles. Over schaamte. Over zwijgen. Over het kind dat achterblijft.

De film neemt je mee naar de gevangenis. Vier kinderen vertellen over het bezoek, over hoe het leven in de gevangenis eruitziet en hoe het is om een ouder in detentie te hebben.

“Het was een neem-uw-ouder-mee-naar-school-dag. En ik had alleen mijn mama meegepakt. Ze vroegen: ‘Waar is jouw vader?’ En ik zei: Die zit in de gevangenis.”

© ‘Ik zou je graag zien’ / Dokma Film

Kindvriendelijk bezoek

Voor veel kinderen is dat bezoek het enige moment waarop ze hun ouder nog kunnen zien. Toch is het vaak een uitdaging om dit op een kindvriendelijke manier te organiseren.

Er wordt geïnvesteerd in een warmere inrichting van de bezoekruimtes, in speelhoeken, in speciale kinderbezoeken waar gedetineerden samen met hun kinderen kunnen wandelen en spelen. Maar sommige dingen kan je moeilijk veranderen: het lange wachten bij de inschrijving, de veiligheidsprocedures, de blauwe uniformen en de tralies voor de ramen.

Een bezoek aan de gevangenis kan een grote impact hebben. Als kinderen vooraf weten wat ze kunnen verwachten, geeft dat hen meer houvast en geruststelling, waardoor ze zich meer kunnen focussen op het contact met hun ouder. Dat biedt dan weer kansen om een stabiele band met de gedetineerde ouder op te bouwen, wat niet alleen de ontwikkeling van het kind ten goede komt, maar ook de kans op recidive bij de ouder kan verkleinen.

Worstelen met vragen en emoties

De impact van een ouder in detentie gaat verder dan het bezoek. Het is een verwarrende rollercoaster aan gevoelens en een ingrijpende ervaring die op heel wat vlakken gevolgen kan hebben.

Kinderen worstelen met vragen als: Wat vertel ik aan mijn vrienden? Is het normaal hoe ik me voel? Waarom kijken mensen mij anders aan? Ondertussen krijgen ze vaak het advies om te zwijgen of het contact met hun ouder te vermijden, uit angst voor negatieve gevolgen.

‘Wat vertel ik aan mijn vrienden? Is het normaal hoe ik me voel?’

Ook thuis raakt hun gezin uit evenwicht. Plots is er meer stress, meer financiële onzekerheid, moet de andere ouder veel meer praktisch regelen of ontstaan er twijfels over de relatie tussen de ouders.

Schaamte

Deze kinderen hebben vaker moeilijkheden op school. Ze worstelen meer met depressieve gevoelens, slaapproblemen of traumaklachten. Ook hun sociaal functioneren staat onder druk. Kinderen schamen zich vaak voor hun vader of moeder in detentie, er is angst voor afwijzing of pestgedrag op school of in de sportclub.

Daarnaast spiegelen kinderen zich aan hun ouders. “Zit mijn papa in de gevangenis omdat ik iets verkeerd heb gedaan?” of “Als mijn mama in de gevangenis zit, wat zegt dat dan over mij?”

‘Zit mijn papa in de gevangenis omdat ik iets verkeerd heb gedaan?’

Als de gevangenis een groot mysterie blijft, kan dat het gevoel van schaamte of ‘anders zijn’ versterken. En dat zet deze kinderen in de schaduw. Het is daarom belangrijk om blijvend aandacht te hebben voor het perspectief van kinderen.

Dat betekent: het stigma doorbreken, meer begrip creëren en meer psychosociale hulp voor hun vragen, angsten en verdriet. Dat begint met eerlijke, begrijpelijke informatie die past bij hun leeftijd en veerkracht. De film ‘Ik zou je graag zien’ informeert kinderen op een eerlijke en kindvriendelijke manier en biedt ook mogelijkheden om tijdens begeleidingen in gesprek te gaan.

“Als de gevangenis een groot mysterie blijft, kan dat het gevoel van schaamte of ‘anders zijn’ versterken.”

© ‘Ik zou je graag zien’ / Dokma Film

Rol van de omgeving

Maar er is meer. Zo weet de omgeving rond kinderen niet altijd hoe ze met de situatie moeten omgaan. We verwezen al naar schaamte en stilzwijgen in de eigen familie, maar wat zeg je als leerkracht, als leider van de jeugdbeweging of als buur, wanneer een kind dat je kent hiermee geconfronteerd wordt? Zwijg je? Of bied je een luisterend oor en maak je het bespreekbaar?

Een kindgerichte aanpak betekent daarom een brede aanpak waarin ook actoren als  huisartsen, CLB, integrale jeugdhulp, CGG, Opgroeien, OCMW, politie en justitie een rol spelen. Samen moeten we kijken naar wat deze kinderen nodig hebben.

En we moeten ervoor zorgen dat deze kinderen gezien worden. Want in het publieke debat zijn ze al helemaal onzichtbaar. Wij schatten dat het gaat over 9.000 kinderen, maar er zijn geen officiële cijfers. Als samenleving dragen we een verantwoordelijkheid om hen te zien, naar hen te luisteren en nabij te zijn.

Ook daarom is deze film er. Openlijk praten over detentie helpt om het taboe te doorbreken, waardoor kinderen zich minder alleen voelen en er ruimte ontstaat voor begrip en steun. Daarom zou iedereen ‘Ik zou je graag zien’ moeten zien.

Reacties

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.