Winnen en verliezen
De verkiezingen zijn achter de rug. Onze taak als hofleverancier van de grondstof van de democratie zit er wellicht voor enkele jaren op. Onze zorgvuldig uitgebrachte stem is opgeteld bij al die anderen.
‘Van één op drie Vlamingen weten we niet wat ze met hun gemeente aan willen vangen.’
Die som levert winnaars en verliezers op. Daarbij kijken we in de eerste plaats naar de kandidaten en de partijen. Dat is makkelijk. Maar zij zijn slechts de vertegenwoordigers van diegenen waar het echt om gaat: de kiezers. Het zijn daarom niet de partijen die verkiezingen winnen en verliezen, maar wijzelf.
Van die kiezers haakten er bij de gemeenteraadsverkiezingen vooraf al veel af. Ze gingen niet in op de uitnodiging voor het feest van de democratie. Door het afschaffen van de opkomstplicht raakten we in Vlaanderen gemiddeld niet verder dan 64 procent opkomst. Dat is lager dan werd voorspeld. Van één op drie Vlamingen weten we niet wat ze met hun gemeente aan willen vangen, toch niet op basis van hun stemgedrag.
Belangrijk thema voor sociaal werk
Onderzoek zal ons later leren wie die thuisblijvers zijn. Uit andere landen weten we ongeveer wel wie die groep kiezers is. De kans is groot dat deze groep oververtegenwoordigd is ons gespreklokaal, in ons buurthuis, in onze projectwerking. Voor sociaal werkers en de hulpverlening zou dit dus een belangrijk thema moeten zijn.
‘Sommige groepen zijn alweer wat onzichtbaarder geworden.’
De stem van velen waarvoor we werken is op 13 oktober niet meegeteld. Sommige groepen zijn daardoor, alweer, wat onzichtbaarder geworden. Het gevaar bestaat dat de problemen die ze ervaren samen met hen naar de achtergrond verhuizen.
Problemen oplossen
Maar over welke problemen gaat dat dan? Zijn dat dezelfde problemen die ik ervaar? Kan u zich dat nog herinneren, een politicus of een regering die een van uw problemen oplost? Heeft u daar nog een heldere ervaring mee? Eerst had u een probleem en later niet meer of toch veel minder: dat soort van aanpak. Of mogen we dat niet verwachten van beleidsmakers?
Ik stelde mezelf de vraag en moest er toch even voor gaan zitten in mijn luie stoel. Eerlijk, mijn geheugen of mijn leeftijd reiken niet ver genoeg om een helder voorbeeld voor de geest te halen. Ik ben nochtans niet van het cynische type en het politieke bedrijf niet geheel ongenegen, maar werkelijk: ik kon geen overtuigend voorbeeld bedenken.
‘Kan u zich dat nog herinneren, een politicus of een regering die een van uw problemen oplost?’
Een crisis als probleem dan maar? Er valt alleszins iets op te lossen! Corona was een probleem en dat raakte opgelost. Ik heb achteraf geen flauw idee of onze politici daar nu echt veel mee te maken hadden. Voor mezelf heeft die pandemie, alles in overweging genomen, niet veel impact gehad. Voor anderen kan dat anders zijn.
Onzichtbare problemen
Terug naar mijn luie stoel. Ik zat nog altijd te denken aan problemen die moeten worden aangepakt. Problemen in het onderwijs dan maar? Armoede? Eenzaamheid? Stikstof? Drugsgeweld? Wachtlijsten in de zorg? Weinig opgelost op die domeinen de laatste tijd.
‘Migratie! Het probleem waar we elke nacht van wakker liggen.’
Of wacht, ja, migratie! Het probleem waar we met zijn allen elke nacht van wakker liggen, nat in angstzweet. Dé bedreiging voor ons geluk en onze welvaart. Dat probleem staat in alle regeerakkoorden en partijprogramma’s. Daar kunnen we spoedig een ferme oplossing verwachten.
Op mijn luie krent gezeten, ontwikkelde zich echter een ander denkspoor. Misschien is niet zozeer de oplossing onzichtbaar. Misschien gaat het om onzichtbare problemen? Want wat is dat eigenlijk voor mij, een probleem? Welke echte problemen heb ik waar politici zich zouden voor kunnen interesseren? Eerst even een koffietje halen.
Herschikkingen op de achtergrond
Politici zijn professionals die zich bekwamen in het definiëren van problemen die ze zelf niet ervaren. Wat moeten wij denken van het politieke veld, dat de macht heeft om invloed uit te oefenen op uw en mijn leven, als diegenen die politiek bedrijven zelf zo weinig merken van de effecten van die politiek?
Bij uitbreiding geldt dat ook voor hun kiezers. Wat moeten wij denken van al die kiezers die de macht hebben om invloed uit te oefenen op het leven, als diegenen die gaan stemmen zelf zo weinig merken van de effecten van de politiek? Ik ben een van die kiezers.
‘Voor een zeer grote groep maakt het weinig of niets uit wat politici beslissen of doen.’
Voor een zeer grote groep, mezelf incluis, maakt het weinig of niets uit wat politici beslissen of doen. Het gaat zeer zelden echt over mij. Maak zelf eens de analyse: welke beslissingen raken u en hebben werkelijke impact? De gevolgen van de politiek zijn voor diegenen die op mij lijken (goede job, diploma, man, wit) grotendeels ingebeeld. Het is rommelen in de marge.
Het zijn wat lawaaierige herschikkingen op de achtergrond. Of denk je dat het afschaffen van de terugdraaiende teller werkelijk mijn welzijn en geluk dramatisch gaat kelderen en de toekomst van mijn kinderen hypothekeert? Ik lig niet wakker van een LEZ, want ik heb een nieuwe wagen. Ik weet nu ook al dat geen elke fiscale hervorming mij een restaurantbezoek minder zal kosten.
Pijn doen van de andere
Politiek gaat vandaag over het pijn doen van de andere. Dat is wat ik lees in heel wat akkoorden en programma’s. Het moet me geruststellen. Een zucht van verlichting: oef, het gaat over iemand anders. De politiek kijkt met wazige blik dwars door mij heen.
Uiteraard duiken subjecten als ik op in standpunten en bestuursakkoorden. Ik doe dat echter op een specifieke manier. Ik ben dat personage waarvoor men minder regels wil, dat men meer vertrouwen wil geven, en die op het einde van de maand meer mag overhouden. De politiek wil mij te allen prijze ontzien. Het gaat zelden over mij.
‘De politiek kijkt met wazige blik dwars door mij heen.’
Maar sta je op een wachtlijst voor een sociale woning, is het moeilijk om die brooddoos elke dag gevuld te krijgen, of spreek je Nederlands in een minder sympathieke variant, dan gaat het wel over jou. Sta je aan de ontvangende zijde van de solidariteit, ben je een netto afnemer en geen ondernemer, of eet je principieel liever geen varkensvlees? Jij bent vandaag het onderwerp. Voor jou maakt politiek wel uit. Jij bent wel veel meer afhankelijk van wat de politiek met je van zin is.
Ongemakkelijke paradox
Ik heb weinig problemen. Ik ben begunstigd. Ik heb dus ook weinig politici nodig. Stemmen is voor mij ongevaarlijk. Ik kan niet verkeerd kiezen. Links, rechts, kattevitesse: elke richting is goed voor mij! Ik ben de winnaar van de verkiezingen. Ik ben in de feiten politiek onkwetsbaar. Maar het interesseert me zeer. Daarom ben ik net wel gaan stemmen en heb ik overdreven lang nagedacht over op wie dat dan zou zijn.
Dat brengt ons bij een ongemakkelijke paradox. Zij die gemotiveerd gaan stemmen hebben daartoe weinig reden. Zij die niet gaan stemmen, zouden daartoe wel eens de allerbeste reden kunnen hebben. Voor hen maakt het wel uit wat er wordt beslist. Ze vrezen elke stem, elke verkiezing. Voor hen is kiezen sowieso verliezen.
‘De herverkiezing van Trump laat zien hoe je verlieservaringen van vergeten kiezers omzet in electorale winst.’
Zij die niet gingen stemmen zijn er nog wel. Velen zullen wegblijven van de stembus tot iemand hun verlies benoemt en ernstig neemt. Populistische, ranzige, extreme of pseudo-fascistische kandidaten en campagnes laten nu al zien hoe je dat doet. Zelden hebben ze het over oplossingen met enig realiteitsgehalte, altijd benoemen ze de verliesgevoelens.
De herverkiezing van Trump laat zien hoe je verlieservaringen van vergeten kiezers omzet in electorale winst. Angst en hoop als een januskop: elk een kant van dezelfde medaille. Het afschaffen van de opkomstplicht voorspelt wellicht ook bij ons een verandering in campagneaanpak. U kan raden in welke richting dat zal gaan.
Nieuwe verliezers staan klaar
Terug naar de paradox. De brandstof ervan is de ervaring van verlies. De oplossing is netto minder verliezers. Wat populistische rattenvangers steevast als oplossing voorstellen is het verlies verleggen van de ene groep naar de andere. Dat is uiteindelijk een zero sum game. Nieuwe verliezers staan al klaar. De zwarte schapen van dienst zijn allerlei minderheidsgroepen, migranten, Brusselse jongeren, anderstaligen…
We zijn vandaag getuige van het ontstaan van een nieuw vorm van kwetsbaarheid. Die is verbonden aan de dubbele aandacht die je krijgt van politiek en beleid. Je bent politiek kwetsbaar, niet omdat je wordt vergeten, maar net omdat je wordt gezien.
‘De zwarte schapen van dienst zijn allerlei minderheidsgroepen.’
Bij de ene vorm van politieke kwetsbaarheid ben je het onderwerp: je uitkering is te veel gestegen, je sociale huisvesting is een last, de inhoud van je brooddoos voldoet niet aan de norm. De andere vorm van politieke kwetsbaarheid bestaat uit het appel dat populistische politici op je doen als kiezer: de ‘deplorables’ als politiek wingewest.
Het leidt samen tot groepen die steeds meer vanuit polarisering en concurrentie naar elkaar kijken, elkaar eerder als een probleem zien dan als een deel van de mogelijke oplossing. Kwetsbare groepen worden zo meer en meer het onderwerp van het politieke discours.
Aandacht voor kwetsbaarheid
Deze evolutie was al een tijdje aan de gang maar het heeft zich nu verankerd, bij ons en in allerlei buitenlanden. Het subtiel en minder subtiel belagen van bepaalde groepen door politici zal het sociaal werk daarom meer politiek maken dan het vandaag al is.
‘Dat sociaal werk meer politiek zal worden staat vast.’
Sociaal werk ijvert immers altijd voor aandacht voor zij die kwetsbaarder zijn. Met die aandacht zijn we meestal blij. Alleen start onze aandacht vanuit een heel ander perspectief dan wat in vele politieke verhalen centraler komt te staan. Onze aandacht voor kwetsbaarheid start vanuit solidariteit en mensenrechten. Dat perspectief botst met de aandacht vanuit het conflictmodel.
Dat conflictmodel maakt opgang en boekt electoraal succes. Voor het sociaal werk zou dit een belangrijk thema moeten zijn. Wat we tegenover die groeiende kloof moeten zetten, is vandaag nog niet helemaal helder. Maar dat sociaal werk meer politiek zal worden staat wel vast. We moeten blijven ijveren voor meer winnaars en minder verliezers: alleen dat al is vandaag een krachtige politieke boodschap.
Reacties [4]
Wat een mooi artikel. Het is in evenwicht.
We hebben er als sociale werkers alle belang bij dat we de mensen duidelijk maken waar verkiezingen over gaan en waar ze zouden moeten over gaan. Dat is een slechte evolutie maar noodzakelijk. Omdat de ‘gekwetste’ mens ons nodig heeft. De mensen die geen tijd hebben en geen mogelijkheden om hiermee bezig te zijn.
Dag Luc,
Bedankt. We zullen inderdaad ‘ons’ programma meer en duidelijker moeten brengen en verdedigen. Daar kunnen we zelf nog wel wat in groeien…
Knappe analyse!
Bedankt!
Zeker lezen
Selah Sue: ‘Ik heb me nooit geschaamd voor mijn depressies’
Impact van migratie op mentaal welzijn: ‘Kinderen dragen littekens van hun ouders’
Jongeren over gezond leven: ‘Ook wat ongezond is, kan gelukkig maken’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies