Alle kinderen gelijk
Alle kinderen gelijk is vandaag de dag het adagium. Maar deze bewering ontkent de harde realiteit dat kinderen nu eenmaal opgroeien in gezinnen met zeer verschillende financiële middelen.
Laat de kinderen van de algemeen directeur met Kerstmis maar eens ruilen met de kinderen van een gezin waar het gezinshoofd werkloos is of een invaliditeitsuitkering krijgt.
‘Meer selectiviteit is nodig.’
Als elk kind gelijk is, bedoelt men dan niet dat elk kind dezelfde kansen moet krijgen? Als leefomstandigheden bij de start verschillend zijn, is het dan niet logisch dat gezinnen in armoede meer financiële armslag krijgen? Zo krijgen ze meer kans op gelijke kansen.
9% van de kinderen zou zonder kinderbijslag in armoede terecht komen. Je kan dit ook omdraaien. 91% van de gezinnen heeft de kinderbijslag niet nodig om uit de armoede te blijven.
Is de stelling dan wel juist dat de kinderbijslag het meest doeltreffende systeem is binnen onze sociale zekerheid?
Doelmatigheid
Het is onaanvaardbaar dat duizenden kinderen in armoede leven. De armoede bij kinderen moet fundamenteel opgelost worden door de sociale uitkeringen en lonen van hun ouders boven de armoedegrens te tillen, bovenop de verhoging van de kostendekking van kinderen.
Zorgen voor een groter inkomen en meer kinderbijslag kan door in de fiscaliteit en sociale zekerheid meer selectiviteit in te bouwen. Selectiviteit houdt in dat de doelmatigheid van de sociale zekerheid wordt verhoogd door prioritair kinderen in armoede te helpen.
Om de kostprijs van kinderen te dekken, wordt vandaag het beschikbaar inkomen van een gezin met kinderen via twee wegen verhoogd. Gezinnen met kinderen krijgen kinderbijslag en een verlaging van de personenbelasting.
Administratief kan de overheid dit enorm vereenvoudigen door te werken via één systeem. Daarbij kan men in een eerste beweging de kinderbijslag verder uitbetalen maar bij de eindrekening alles fiscaal vereffenen. Het voordeel van volledig te werken via de personenbelasting is dat men er meer rekening houdt met de financiële draagkracht van gezinnen.
Voor en tegen selectiviteit
Het argument tegen selectiviteit is de stelling dat alle kinderen gelijk zijn. Maar zoals gezegd: dit klopt niet. Een ander argument tegen selectiviteit is dat de ‘rijken’ maar bereid zijn om te betalen als ze zelf ook kunnen genieten van de sociale zekerheid. Het draagvlak weet u wel.
Maar wat is solidariteit? Ik betaal opdat ik ook zou krijgen? Of ik betaal omdat de andere het nodig heeft en ik misschien later het ook kan nodig hebben?
‘Geef arme gezinnen meer kinderbijslag.’
Het meest doorslaggevende argument voor een selectievere toewijzing van overheidsmiddelen is dat kinderarmoede voor een land als België onaanvaardbaar is. Door een herverdeling van de kinderbijslagen kan de materiële leefsituatie van kinderen in armoede sterk verbeteren.
De samenleving wijst de beperkt beschikbare middelen best doelmatig toe aan zij die anders in bestaansonzekerheid zouden vallen. Geef de arme gezinnen meer kinderbijslag en de rijke gezinnen minder. Het enige doel moet zijn om de leefsituatie van armere gezinnen met kinderen sterk te verbeteren.
Maar door alleen kinderbijslag van de rijke gezinnen over te hevelen naar de arme gezinnen creëer je een nieuwe onrechtvaardigheid. Rijke gezinnen met kinderen leveren in, gezinnen zonder kinderen niet. Op die manier wordt het gezin met kinderen en een hoog inkomen geconfronteerd met een hogere belasting en de teruggave van de kinderbijslag. Die onrechtvaardigheid zal men moeten wegwerken.
Rechtvaardiger
Laten we de kost van kinderen en dus de verhoging van het beschikbaar inkomen van gezinnen met kinderen volledig fiscaal regelen.
Een probleem is dan wel dat gezinnen, in een gefiscaliseerd systeem, een jaar zouden moeten wachten op hun kinderbijslag.
Dit probleem kan opgelost worden door ieder gezin verder kinderbijslag uit te betalen in jaar 0, gelijkaardig aan het huidig systeem. En dat in jaar 1 fiscaal weg te werken op basis van inkomensschalen die meer dan nu rekening houden met kinderlast.
Voorbeeld
Als voorbeeld neem ik vier gezinnen, waarvan twee in de inkomensklasse met 24.000 euro belastbaar inkomen en twee in de inkomensklasse met 96.000 euro. In elke inkomensklassen is er een gezin met twee kinderen en een gezin zonder kinderen.
Vandaag ontvangen beide gezinnen met twee kinderen elk 3.084 euro kinderbijslag en een fiscaal voordeel van ongeveer 1.100 euro. Na belasting, sociale bijdragen en kinderbijslag houden de gezinnen met kinderen respectievelijk 26.692 euro en 60.738 euro over. De gezinnen zonder kinderen 22.510 euro en 56.500 euro.
Het beschikbaar inkomen van het rijkere gezin zonder kind is 93% van dat van het gezin met kinderen. In de lagere inkomensklasse ligt het inkomen van het gezin zonder kinderen op 84% van het gezin met kinderen. Kortom, rijkere gezinnen zonder kinderen betalen in verhouding veel minder dan gezinnen met een lager inkomen zonder kinderen.
Beter herverdelen
Het gezin met kinderen en een laag inkomen geef ik de volledige opbrengst van de kinderbijslag, met name 6.168 euro. Dit verhoogt het beschikbaar inkomen van dit gezin naar 29.776 euro. Het beschikbaar inkomen van het gezin met kinderen en het hoog inkomen verlaagt door het wegvallen van de kinderbijslag tot 57.654 euro.
Het rijkere gezin zonder kinderen levert niets in, wat onrechtvaardig is tegenover het rijkere gezin met kinderen.
‘Laat mensen zonder kinderen meer bijdragen.’
Een betere herverdeling tussen alle gezinnen met kinderen en gezinnen zonder kinderen, kan door het rijkere gezin zonder kinderen meer te doen bijdragen. Op die manier kan de kinderbijslag voor het rijkere gezin met kinderen behouden blijven.
In mijn voorbeeld stijgt het beschikbaar inkomen van het gezin met laag inkomen en twee kinderen tot 29.776 euro via een positief belastingskrediet. Het rijke gezin met kinderen blijft stabiel op 60.738 euro. Het rijke gezin zonder kinderen ziet zijn huidig beschikbaar inkomen dalen tot 53.416 euro.
De verhoudingen van het beschikbaar inkomen tussen een rijker gezin met en zonder kinderen wordt herleid tot 88 %.
Resultaat
De armoede bij kinderen in gezinnen met lagere inkomens daalt sterk en de financiële situatie van alle gezinnen met kinderen versterkt verhoudingsgewijze tegenover de gezinnen zonder kinderen. Bovendien is er een zeer sterke vereenvoudiging door alles te regelen via de personenbelasting.
Zonder herverdeling van de rijkdom los je kinderarmoede niet op. Het weze duidelijk dat met de nodige creativiteit nog meer wijzigingen mogelijk zijn via herverdeling binnen een zelfde budget.
Reacties
Zeker lezen
Wat kan de lokale politiek aan armoede doen? ‘Regels strenger maken is niet altijd de oplossing’
Sociaal werk op het platteland: ‘Voor sommige cliënten is schaamte het grootste probleem’
Voedselonzekerheid: in het spoor van kwetsbare bewoners in Antwerpen-Noord
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies