Bescherming als uitgangspunt
Jongeren in crisis komen in eerste instantie vaak terecht bij de politie. De jongere bevindt zich thuis in een gevaarlijke situatie, is het slachtoffer van een tienerpooier, loopt van thuis weg, verlaat de instelling waar hij verblijft of kan door een onhoudbare situatie niet meer in zijn instelling terecht.
‘Jongeren in crisis komen eerst terecht bij de politie.’
Wanneer de omgeving van de jongere geen opvang kan voorzien, beslist het parket. Zij kiezen in de eerste plaats voor bescherming en doen een beroep op de bestaande crisisnetwerken. Ze laten jongeren niet zomaar op straat staan, zeker wanneer de crisis voorvalt in de avonduren of tijdens de nacht.
Maar als het niet lukt om via die crisisnetwerken gepaste opvang te vinden, staan politie en parket met hun rug tegen de muur. Een overnachting in de cel of een gedwongen opname in de psychiatrie wordt dan een laatste redmiddel om de jongere niet aan de straat toe te vertrouwen.
Het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin onderzocht deze noodplaatsingen: Hoeveel noodovernachtingen zijn er in Vlaanderen? Om welke jongeren gaat het? Wat is het wettelijk kader van deze vrijheidsberoving? Hoe kunnen we dit voorkomen?Roevens, E., Put, J. en Pleysier, S. (2019), Minderjarigen in een politiecel of de volwassenenpsychiatrie. Exploratief onderzoek over frequentie en aanpak, Leuven, Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
Kleine maar complexe minderheid
Precieze cijfers over het aantal noodplaatsingen in Vlaanderen zijn er niet. Wel weten we dat voor de meeste jongeren in crisis een gepaste oplossing wordt gevonden. De noodplaatsingen gaan over een kleine minderheid, maar dat maakt het probleem niet minder acuut.
Jongeren die in de politiecel of de psychiatrie belanden, zijn immers de jongeren die overal door de mazen van het net vallen. Jongeren met meer complexe problematieken waarvoor de hulpverlening geen adequaat antwoord heeft.
Het zijn vaak minderjarigen die weglopen, laag begaafd zijn, een handicap hebben of kampen met extreme gedrags- en emotionele problemen. Ze zijn niet gemotiveerd, komen soms agressief uit de hoek en stellen grensoverschrijdend gedrag.
Uit de gesprekken met professionals blijkt dat deze jongeren ondersteuning nodig hebben vanuit de jeugdhulp, geestelijke gezondheidszorg of de gehandicaptenzorg. Deze groep heeft vaker een verleden van intensieve hulpverlening achter de rug. Ze hadden ook al verschillende contacten met de politie en justitie.
Crisisnetwerk
Voorzieningen uit de bestaande crisisnetwerken staan soms weigerachtig tegenover een opname van deze jongeren. Zo belanden ze in een vicieuze cirkel. Gepaste hulp is moeilijk te vinden en de hulp die er is, sluit onvoldoende aan op de noden. Deze jongeren drijven af van het bestaande hulpaanbod terwijl hun problemen complexer worden.
‘Niemand kent het aantal beschikbare plaatsen.’
De crisisnetwerken bestaan uit verschillende instellingen en locaties die jongeren in nood opvangen. Het ene regime is meer vrijheidsbeperkend dan het andere. Het is een heel verscheiden en permanent bewegend landschap, met diverse toegangswegen. Eén probleem: niemand weet wanneer en hoeveel plaatsen er juist beschikbaar zijn voor noodsituaties, zo blijkt uit ons onderzoek.
Die ondoorzichtige beschikbaarheid leidt tot een verhoogde kans op noodplaatsingen in de politiecel of een psychiatrische afdeling voor volwassenen.
Het is dus absoluut nodig om de beschikbare plaatsen beter te monitoren en in te zetten. Maar misschien moet Vlaanderen verder gaan en het debat voeren over een opnameplicht voor deze jongeren.
Jongeren in een politiecel
Los van de vraag of de politiecel een geschikte omgeving is voor deze jongeren, is er specifiek voor jongeren in een verontrustende situatie in afwachting van een uitspraak door de jeugdrechter geen rechtsgrond om ze ‘op te vangen’ in de cel. Toch is het een bestaande praktijk. Hoe vaak gebeurt dat dan?
‘Een politiecel zou nooit als optie mogen gelden.’
Bij gebrek aan een algemene nationale registratie bestudeerden we de registers van vrijheidsberovingen van enkele lokale politiezones. Er zijn cijfers voorhanden (aantal jongeren, aantal uur opsluiting, geslacht) maar die cijfers maken geen onderscheid tussen jongeren die in de politiecel verbleven voor een als misdrijf omschreven feit en jongeren die er verbleven in het kader van een verontrustende situatie.
Een duidelijke wettelijke basis voor de vrijheidsberoving van jongeren in verontrustende situaties is dan ook noodzakelijk. Zo krijgen we zicht op het fenomeen en geven we de jongeren de juiste rechtswaarborgen. Toch is dit geen pleidooi om deze situaties aan te moedigen: het moet duidelijk zijn dat een politiecel voor deze jongeren nooit als een optie zou mogen gelden.
Jongeren in de psychiatrie
Jongeren belanden niet alleen in de politiecel. Er zijn ook jongeren met een psychische kwetsbaarheid die bij een crisis geplaatst worden tussen volwassen psychiatrische patiënten.
‘Zitten jongeren op hun plaats in een volwassen afdeling?’
De plaatsen waar kinderen gedwongen opgenomen kunnen worden in een voor hen aangepaste afdeling, zijn beperkt. Enkel de ziekenhuizen die een erkenning hebben om volwassenen gedwongen op te nemen, mogen ook kinderen in een vrijheidsbeperkend regime opnemen. Niet al die ziekenhuizen hebben ook een afdeling voor kinderen. En ziekenhuizen met enkel kinderafdelingen zijn niet erkend voor dit soort gedwongen opnames.
In 2015 en 2016 belandden bijna één op drie jongeren, die door een rechterlijke beslissing opgenomen werden in een psychiatrisch ziekenhuis, in een afdeling voor volwassenen. Volgens de wet mogen enkel jongeren die ouder zijn dan vijftien opgenomen worden in zo’n afdeling. Nochtans verbleven er in 2015 drie en in 2016 vier jongeren tussen twaalf en veertien jaar die in een afdeling voor volwassenen. Een illegale praktijk dus.
De vraag rijst echter ook of jongeren tussen vijftien en achttien jaar op hun plaats zitten in een volwassen afdeling. Al is dat wettelijk correct, het blijven situaties die te vermijden zijn. We trekken de leeftijdsgrens voor opname in de volwassenenpsychiatrie best op tot achttien jaar. Daarnaast moeten meer afdelingen binnen de kinder- en jeugdpsychiatrie toelating krijgen voor gedwongen opnames.
Stappen vooruit
Willen we als samenleving vermijden dat kinderen of jongeren omwille van een verontrustende opvoedingssituatie in een cel of de volwassenpsychiatrie terechtkomen? Dan zijn op verschillende vlakken ingrepen nodig.
‘Vandeurzen investeerde in meer crisisopvang.’
Een eerste stap is een uniforme registratie bij de politie. Deze registratie is noodzakelijk om in de toekomst een meer gepast antwoord te hebben voor jongeren in crisissituaties. Een tweede stap zette Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen al. Hij investeerde in meer aanbod aan crisisopvangplaatsen.
Stap drie is zorgen dat voorzieningen die jongeren kunnen opvangen ook jongeren met complexe problematieken durven opnemen. Bovendien moeten ze in staat zijn om ze ook voor een langer traject te ondersteunen. Enkel op die manier is er voor jongeren minder kans om buiten de hulpverlening te vallen.
Belangrijk hiervoor is het versterken van de draagkracht van jeugdhulpvoorzieningen. Dat kan via opleidingen voor medewerkers in het omgaan met interne crisissen, het uitwisselen van goede praktijken tussen voorzieningen en de opstart van ‘rescue-teams’ die voorzieningen bij staan wanneer een crisis dreigt.
Reacties [3]
Als men eens begon, met kleine mobiele crisisgroepen te vormen, een paar huisjes huren, waar vooral nog werk in is !! In dat crisisteam moet zeker een ex jongere op leeftijd, die wel terug op het juiste spoor kwam, en zich nu ook inzet voor jongeren als hij/zij vroeger? Ze weten tenminstte wat de noden zijn, een puberale sociale Assistent lachen ze uit, en de gezagdragers spuwen ze uit!!Wel geef dan een ex lotgenoot mee, die ”kan”? meer bereiken dan je denk
Naast voldoende opleiding van medewerkers vraagt het werken met deze jongeren ook om de juiste infrastructuur en middelen en daar knelt het schoentje maar al te vaak
Dat was 30 jaar geleden ook al. Een zeer kleine restgroep met zeer complexe problematieken hebben nood aan, niet aan crisishulp maar aan zeer gespecialiseerde crisishulp., in samenwerking met de kinderpsychiatrie. Naast een soort K dienst aan huis, waar niet op bespaard mag worden,dient men ook terug te investeren in speciale units voor langdurige behandeling. Anders blijft het schoppen en voor deze ‘restgroep’ zoeken naar nepolossingen.
Zeker lezen
Wat kan de lokale politiek aan armoede doen? ‘Regels strenger maken is niet altijd de oplossing’
Sociaal werk op het platteland: ‘Voor sommige cliënten is schaamte het grootste probleem’
Voedselonzekerheid: in het spoor van kwetsbare bewoners in Antwerpen-Noord
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies