Opinie

Hoe deze organisatie energieverbruik met 60 procent deed dalen

Patrick Blondé

Als het om energiebesparing gaat, helpen alle kleine beetjes, volgens Patrick Blondé van Centrum voor Kind en Gezinsondersteuning Kapoentje. Stap voor stap slaagde de organisatie er de laatste jaren in om het energieverbuik met 60 procent te doen dalen.

© Unsplash / Erik Mclean

Nu of nooit

Met de winter voor de deur en de prijzencrisis op de energiemarkt is het nu of nooit om als organisatie klimaatvriendelijk, energiezuinig en duurzaam te investeren. Velen van ons weten dit wel, maar zuchten bij het idee een klimaatvisie te moeten ontwikkelen in de organisatie.

‘Energiebeleid is een huismentaliteit.’

“Het vraagt veel tijd, is duur, procedures zijn omslachtig en vereisen extra mankracht, we hebben geen middelen hiervoor”, zijn veel gehoorde reacties. Als directeur van een Centrum voor Kind en Gezinsondersteuning (CKG) en kinderopvang waar dagelijks honderd kinderen en vijftig medewerkers over de vloer komen, wil ik dit tegenspreken. Meer nog, ik wil anderen motiveren om dezelfde weg in te slaan als wij.

Huismentaliteit

De voorbije twintig jaar hebben we volop gebouwd, verbouwd en gerenoveerd. In de eerste plaats vanuit de noden van de kinderen, ouders en medewerkers. Maar tegelijk ook met het oog op het klimaat en energiebesparing.

Energiebeleid is in onze organisatie geen procedurele of grote ideologische kwestie, het is een huismentaliteit geworden. Dit konden we realiseren door dit thema zowel bij mezelf als bij één administratief medewerker op te nemen in onze dagelijkse bezigheden.

Meten is weten

Het eerste jaar gingen we in alle ruimtes langs en wezen we op energieverspilling. We zijn gestart met maandelijkse meteropnemingen. Waar nodig plaatsten we tussentellers. Dit doen we nog steeds.

‘Jaarlijks presenteerden we de totale energiefactuur. Wat zouden we met dit budget kunnen realiseren in de leefgroepen?’

We maakten het verbruik regelmatig bekend via interne mails en op overleg met alle teams. Jaarlijks presenteerden we ook de totale energiefactuur. Vanuit deze realiteit konden medewerkers dromen: wat zouden we met dit budget kunnen realiseren in de leefgroepen, administratie of keuken?

Het jaar erop konden de teams hun aankoopvoorstellen formuleren. Ze slaagden er in 20 procent minder energie te verbruiken, zonder investeringen. Dat lukte onder andere door alle wasmachines, droogkasten en vaatwassers te programmeren op nachttarief, door deuren te sluiten, lichten uit te zetten en kamerthermostaten te programmeren.

Opfrissing

In een volgende fase hebben we van elke kleine opfrissing, renovatie of verbouwing gebruik gemaakt om ruimte per ruimte maximaal te isoleren. Waar geen buitenmuurisolatie mogelijk was plaatsten we isolerende binnenwanden met 14 centimeter rotswol.

Alle ramen werden vervangen door superisolerend glas. Alle daken werden 24 centimeter dik geïsoleerd en waar het kon verdwenen oude vuile gevels en kwamen er nieuwe frisse gevels met buitenmuurisolatie van 14 centimeter dik in de plaats.

Regenwater

Los van energiebesparing hebben we ook zeer intensief ingezet op de recuperatie van regenwater. In elke buitenruimte vingen we het regenwater maximaal op: onder de tuin, parking en binnenkoer.

‘We hebben dagelijks 11.000 liter water nodig.’

Per dag hebben we minimaal 11.000 liter water nodig voor toiletspoeling, douches, kinderbaden en wasmachines. Het gebruik van regenwater zorgde onmiddellijk voor een besparing van 90 procent op onze drinkwaterfactuur, wat met de huidige waterprijs op een besparing van ongeveer 37.000 euro per jaar neerkomt.

Met wat we uitspaarden in water- en energiekosten dankzij al deze gespreide en betaalbare investeringen konden we telkens onze volgende investeringen financieren.

Vele kleintjes

Hier zit de klepel van het verhaal: kleine besparing na besparing creëert financiële ruimte voor grotere investeringen, met een nog groter terugverdieneffect op korte, middellange en lange termijn.

Na een nieuwe energiescan tekenden we bijvoorbeeld in op klimaatsubsidies waar we verder mee aan de slag konden gaan en meer en beter kunnen investeren.

Kleine besparing na besparing creëert financiële ruimte voor grotere investeringen.’

En wist je dat we met met onze warmtepompboiler dit jaar tussen mei en september geen enkele euro uitgaven aan de productie van warm water voor onze leefgroepen en keuken? Ook onze zonnepanelen zorgen voor een grote meerwaarde, omdat je per aparte teller het maximum vermogen van 10 kWh mag installeren.

Ter vervanging van oude gasketels namen we al diverse luchtwarmtepompen in gebruik. Je kan deze nu ook zelf aansluiten op je verwarmingsinstallatie. Dit jaar leerden we dat we een overschot aan zonne-energie hebben dat we in de weekends verliezen aan het stroomnet. Volgend jaar slaan we dat op in een batterij.

Samen denken en doen

Na al die jaren zagen we ons energieverbruik met ongeveer 60 procent dalen. Dit is alvast 60 procent van een energiefactuur die we straks niet aan woekerprijzen moeten betalen.

Onlangs legden we al onze medewerkers de vraag voor hoe we de verdrievoudiging van de energieprijzen deze winter samen kunnen opvangen. Samen denken en doen helpt en werkt.

Hopelijk heb ik jou ook al wat warm gemaakt en heb ik een beetje licht in de duisternis gebracht om via kleine stapjes, jaar na jaar te komen tot een klimaatvriendelijke en energiezuinige organisatie. Ik wens je hiervoor veel energie!

Reacties

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.