Nieuwe hoop
Robert Accoe van vzw Kruiskenshoeve in Sint-Laureins.
“Ik ken het Kinderrechtencommissariaat van bij de opstart in 1998. Als politierechercheur werkte ik toen al samen met Ankie Vandekerckhove, de eerste kinderrechtencommissaris. Vandaag ben ik als gepensioneerde vrijwilliger betrokken bij ‘De Kruiskenshoeve’ een time-out project voor jongeren. Ook daar stel ik verheugd vast dat de kinderrechtencommissaris voor jongeren het verschil maakt.”
‘Zij luisteren naar kinderen en jongeren.’
“Wat het Kinderrechtencommissariaat zo sterk maakt? De medewerkers luisteren naar de kinderen en jongeren. Want terecht geven Vlaams jeugdrecht of internationale kinderrechten aan jongeren een stem. Maar in de praktijk is daar nog veel te weinig van te merken. Daarom geloof ik in de initiatieven en signalen van het Kinderrechtencommissariaat. In het belang van de jongeren zoeken ze mee naar oplossingen. Vaak formuleert het Kinderrechtencommissariaat vervolgens een doordacht advies om bepaalde decreten en wetten om te buigen. Knap!”
“Meer dan anderhalf jaar geleden, deed ik een beroep op hen. Het ging over een individueel dossier van een mama die ik al ken van toen ze minderjarig was. Ze vertelde me dat ze haar twee kinderen van acht en negen jaar niet meer mocht zien. De kinderen waren geplaatst door de jeugdrechter. De mama heeft een zwaar verleden van drank en drugs. Ze worstelt met psychische problemen en had een tijd geen vaste woonst. Zij heeft zich echter herpakt en is nu zo goed als clean. Ondanks haar positieve ingesteldheid bleef zij tegen de ‘muur’ van de jeugdrechter aanlopen. Toch bleef het Kinderrechtencommissariaat al die tijd naar haar en mij luisteren. Dat zorgde voor een doorbraak in een moeilijk dossier. Want sinds vorige week mag die mama haar kinderen terug ontmoeten. Op dit moment één keer per maand op woensdagnamiddag, op een neutrale plaats. Zo geeft het Kinderrechtencommissariaat ook nieuwe hoop aan mensen.”
Oprechte interesse
Eva Vettenburg is therapeutisch coördinator binnen de afdeling kinder- en jeugdpsychiatrie De Kaap, deel van de campus Karus.
“Er wordt vaak pathologiserend gesproken en gekeken naar kinderen. Hun ouders, de omgeving, de volwassenen en de maatschappij slagen er steeds minder in om hen ‘gewoon als kind’ te zien. Elk gedrag dat niet past binnen de huidige maatschappelijke norm wordt gecategoriseerd als afwijkend, problematisch of gestoord. Net alsof het gedrag dat kinderen stellen, past binnen het gepolariseerde denken van normaal of afwijkend.”
“Kinderen dreigen samen te vallen met hun gedrag. Het valt op hoe zwaar en hard er soms over hen gesproken wordt wanneer men ze aanmeldt bij ons in de kinder- en jeugdpsychiatrie. Lagere schoolkinderen worden bestempeld als anti-sociaal, gewetensloos, oppositioneel, een kind met de ziekte van Kim De Gelder, gevaarlijk… En dan heb ik het nog niet gehad over het aantal diagnoses die ze doorheen hun korte bestaan hebben verzameld, de hulpverleners die de revue zijn gepasseerd en de rugzak met medicatie die ze met zich meesleuren.”
“De gevolgen voor deze tot crimineel gebombardeerde kinderen zijn destructief en dragen niet bij tot een positieve ontwikkeling. Ze worden aan de deur gezet, worden uitgesloten en geschorst van school. Het zelfbeeld en de zelfwaarde van deze kinderen krijgen een grote deuk. Vaak gaan ze zich identificeren met hoe mensen naar hen kijken of hoe anderen over hen spreken. Ze gaan hun kleine kwetsbare ikje verschuilen achter stoer gedrag waarop wel gereageerd en geanticipeerd wordt.”
‘Hij heeft oprecht interesse in wat leeft op de werkvloer.’
“De kinderrechtencommissaris, als pleitbezorger van kinderrechten, heeft oprecht interesse in wat leeft op de werkvloer. Hij beschikt over een onuitputtelijk enthousiasme en engagement om dichtbij de gevoels- en leefwereld van kinderen te komen. Vanuit deze ervaringen geeft hij constructieve feedback aan de zorgfiguren rondom hen. Hij biedt een luisterend oor voor het verhaal, vragen of klachten van de kinderen en jongeren, alsook voor zorgen van hulpverleners. Hij heeft oog voor maatschappelijke problemen zoals armoede, vluchtelingen, labeling, dwang en afzondering. Hij detecteert signalen en formuleert concreet beleidsadvies. Hij probeert ook een antwoord te bieden op elk individueel verhaal maar verruimt individuele verhalen tot maatschappelijke problemen. Op basis daarvan formuleert hij beleidsadvies dat kan leiden tot structurele veranderingen.”
Ongebonden, kritisch en luis in de pels
Luc Deneffe is directeur van De Wissel.
“Het Internationaal Verdrag van de Rechten van het Kind maakt een wezenlijk verschil. Ontvangen jongeren hulp of bescherming omdat ze erom moeten vragen of omdat ze er recht op hebben? Hulp zonder dat rechtenkader straalt iets hiërarchisch uit, terwijl ‘recht gedaan worden’ gelijkwaardigheid en evidentie uitademt.”
‘Het commissariaat houdt ons wakker en inspireert.’
“Zo komen we bij het Kinderrechtencommisariaat, de commissaris en het instituut. Zij moeten het denken en handelen van politiekers, beleidsmensen en uitvoerders toetsen aan de kinderrechten. Ongebonden, kritisch en soms als luis in de pels. Het commissariaat bewaakt, waardeert en corrigeert. Zo formuleerde de kinderrechtencommissaris herhaaldelijk het standpunt dat opsluiting van kinderen in gesloten centra, louter omwille van de verblijfsstatus, strijdig is met het Internationaal Verdrag van de Rechten van het Kind. Het is geen populair standpunt, wel een terecht.”
“Het Kinderrechtencommissariaat houdt ons wakker en inspireert. Het brengt op respectvolle wijze evenwichtige standpunten naar buiten. Zo formuleert ze nodige zorg bij het gebruik van sociale media. Maar ze trekt ook alarmerende aandacht naar jongeren die omwille van een leven in armoede niet kunnen aanhaken. Het Kinderrechtencommissariaat is een katalysator wanneer het gaat om participatie. En ze nemen kinderen en jongeren ernstig in de geest van pedagoog Janusz Korczak: “Kinderen zijn geen onaffe volwassenen, maar volwaardige mensen die initiatief kunnen nemen en verantwoordelijkheid kunnen dragen.”
Wakker houden
Hugo Van de Veire is directeur Vrij CLB regio Gent.
“De kinderrechtencommissaris houdt ons ‘wakker’ om de belangen en rechten van kinderen en jongeren centraal te blijven stellen. De CLB-medewerker neemt de verbindende rol op tussen het kind, het gezin, de school en de hulpverlening. Dit betekent ook dat er druk uitgeoefend wordt om tot oplossingen te komen die niet per definitie in het belang van het kind of de jongere zijn. De kinderrechtencommissaris en zijn team zijn steunend en geven richtinggevend advies om aan die druk te weerstaan, ook in concrete casussen.”
‘Felicitaties voor twintig jaar sterke werking.’
“Wij doen graag een beroep op de kinderrechtencommissaris om beleidslijnen voor het centrum en voor de netoverstijgende en sectoroverstijgende samenwerking in Gent af te toetsen. Nieuwe initiatieven als TOPunt, OverKop en de werking van traumapsychologen en contextbegeleiders hebben daar baat bij. Onze felicitaties voor 20 jaar interessante en sterke werking!”
Een kind sluit je niet op
Jolien Potemans is projectmedewerker niet-begeleide minderjarigen en voogdij bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen.
“Amadou is negen. Hij gaat naar school, speelt, maakt ruzie en legt het weer bij. Amadou is ook een kind van ouders zonder papieren. Hij is bang om opgesloten te worden, en die angst kan binnenkort realiteit worden. Ons land zal namelijk een gesloten centrum openen om gezinnen met minderjarige kinderen op te sluiten. Kinderen zullen er opgesloten zitten enkel en alleen vanwege hun migratiestatus of die van hun ouders of voogd. ”
‘Het is niet evident om de belangen van kinderen op de vlucht te behartigen.’
“Wij vinden samen met meer dan 280 organisaties dat alle kinderen moeten behandeld worden als kinderen, ook Amadou. Zij moeten vrij zijn, verzorgd en beschermd worden, en allemaal van dezelfde rechten kunnen genieten. De Kinderrechtencommissaris stelt in dat verband een pertinente vraag: Is kinderen en ouders opsluiten in een gesloten centrum, in afwachting van hun terugkeer, in hun belang? De Kinderrechtencommissaris herinnert ons eraan dat kinderrechten en mensenrechten niet de inzet mogen worden van een ideologische strijd, ze vormen immers ons gezamenlijk referentiekader.”
“Het is geen evidente opdracht om de belangen van kinderen op de vlucht te behartigen, en het vergt moed om oplossingen te vinden voor nieuwe uitdagingen. Maar ook als het gaat om het complexe migratie- en vluchtelingenbeleid wijst de Kinderrechtencommissaris ons op de onschendbare kinderrechten. Hij roept op om voorbij persoonlijke visies en voorkeuren in te zetten op een collectieve verantwoordelijkheid ten aanzien van kinderen en jongeren, zeker als ze in een zeer kwetsbare situatie zitten, zoals Amadou.”
‘De opsluiting van kinderen om migratieredenen is nooit in het belang van het kind.’
“De Kinderrechtencommissaris vraagt om werk te maken van een asiel- en migratiebeleid waarin kinderrechten centraal staan. Want het Kinderrechtenverdrag verplicht ons land om voor alle kinderen en jongeren een veilige en perspectiefvolle omgeving te verzekeren. De aanbevelingen van het Kinderrechtencommissariaat in het alternatief rapport aan het VN-Kinderrechtencomité sporen met de campagne ‘Een kind sluit je niet op. Punt’. De opsluiting van kinderen om migratieredenen is nooit in het belang van het kind. Het hoger belang van het kind betekent niet alleen dat je geen kinderen opsluit, maar ook dat je geen gezinnen in detentie plaatst. Want kinderen hebben te allen tijde het recht om bij hun ouders te zijn.
Sanctiebeleid scholen
Didier Finet is voorzitter van Don Bosco Onderwijscentrum.
“Ik bezocht met de kinderrechtencommissaris onze internaten en scholen in Sint-Pieters-Woluwe en Groot-Bijgaarden. We zijn er ook blijven overnachten en hebben mogen proeven van het leven daar. Tijdens de gesprekken heb ik Bruno Vanobbergen leren kennen als een bijzonder aimabele, competente en gedreven man met een gouden hart. Ter plaatse hebben we ervaren dat onderwijs en welzijn naar elkaar moeten toegroeien als we alle leerlingen alle kansen willen geven om te groeien in vrijheid, verantwoordelijkheid, verbondenheid en zin.”
‘Bruno komt spreken op onze directietweedaagse.’
Een getuigenis uit het internaat van Don Bosco Sint-Pieters-Woluwe: “Na de maaltijd mocht ik de kinderrechtencommissaris en zijn adviseur rondleiden op het internaat. Dat vond ik echt het topmoment van de dag. Ze vonden het internaat mooi en aangenaam. Ze luisterden echt naar ons verhaal, onze sterke kanten en zwakke plekken, onze successen en ons falen. Zo bespraken we moeilijkheden als prestatiedruk en faalangst, armoede en schoolfacturen, armoede en de noodzaak van digitale media, de verplichte schooluitstappen. Het was een lange babbel maar er werd echt naar onze mening gevraagd en geluisterd. De avond werd afgesloten met wat gezelschapsspelen. Gewoon gezellig samenzijn…”
“Naar aanleiding van uitsluitingen in een school komt de kinderrechtencommissaris naar de komende directietweedaagse van de Don Boscoscholen om te spreken voor onze leidinggevenden van het secundair onderwijs. Bruno wil dan focussen op de betekenis van een kinderrechtenperspectief voor de school van vandaag. Hij zal onder meer aandacht besteden aan het sanctiebeleid op school en aan de thema’s inclusie, armoede en participatie.”
‘Hij is gewoon mens tussen de mensen.’
“De grote betrokkenheid en vlotte bereikbaarheid van de kinderrechtencommissaris maken echt het verschil. Bruno is er voor iedereen. Hij is gewoon mens tussen de mensen. De kinderrechten zijn (terecht) zijn ding. Ze laten hem niet los. Als onafhankelijke luistert hij naar mensen, brengt mensen samen, is ombudsman. Het is voor mij echt een genoegen om Bruno te leren kennen en om met hem van gedachten te wisselen.”
Uit het internaat van Groot-Bijgaarden: “Woensdagavond was het zover. Kinderrechtencommissaris Bruno Vanobbergen kwam samen met zijn beleidsadviseur en een journalist en fotograaf van Knack langs. Heel wat volk op ons klein internaat. Het werd een avond waar de kinderen en de jongeren hen onthaalden, even lieten binnenkijken op hun kamer, vertelden wat het internaat voor hen betekent. Ook de opvoedsters deelden hun ervaringen en hun verwachtingen. Toen de internen en de inslapende opvoedsters al lagen te soezen werd er nog even verder gedroomd, gebouwd aan een maatschappij waar kinderen en jongeren van tel zijn. Het maakt niet uit wie ze zijn of wat ze meegemaakt hebben. Het gaat over de dromen en krachten die ze hebben…”
Reacties
Zeker lezen
Wat kan de lokale politiek aan armoede doen? ‘Regels strenger maken is niet altijd de oplossing’
Sociaal werk op het platteland: ‘Voor sommige cliënten is schaamte het grootste probleem’
Voedselonzekerheid: in het spoor van kwetsbare bewoners in Antwerpen-Noord
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies