Allebei zijn ze maatschappelijk werker bij het OCMW van Beveren. Toch ziet hun dagelijks werk er anders uit: Dora is generalist, Hans specialist.
Bij Dora kunnen mensen aankloppen met allerlei vragen. Vaak gaan die over eenzaamheid, armoede en uitsluiting. Ze gaat in gesprek, zoekt samen oplossingen of schakelt meer gespecialiseerde collega’s in. Voor mensen die verwikkeld zitten in schulden, kan ze bijvoorbeeld aankloppen bij het team schuldhulpverlening. In dat team met schuldhulpverleners werkt Hans.
‘We kozen eerst voor kleine veranderingen, binnen de grenzen van onze gemeente.’
Klinkt mooi: generalisten en specialisten die elkaar versterken. Toch kan alles beter. Te veel kwetsbare mensen zakken verder weg omdat ze weinig of geen gebruik maken van premies, voordelen en tegemoetkomingen waar ze wel recht op hebben. Ze doen geen aanvraag voor sociale huisvesting, vragen geen mantelzorgpremie aan of maken geen gebruik van een vrijetijdspas.
Wat kan een OCMW doen tegen die onderbescherming? De Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten vroeg het OCMW van Beveren om dat samen onder de loep te nemen. Dora en Hans sprongen op de boot en volgden samen met twaalf collega’s gedurende anderhalf jaar een intensief traject.
Ondanks de hoge werkdruk namen jullie toch dit extra engagement op. Waarom?
Hans: “Dit project was maatwerk op lokaal niveau. De focus stond op het uitwerken van een concreet, vernieuwend initiatief waarvan we zelf het roer in handen hebben. Dat neemt niet weg dat er tegelijkertijd ook signalen moeten afgevuurd worden richting hogere overheden, bijvoorbeeld rond het optrekken van de sociale uitkeringen of meer sociale huisvesting. Maar de geschiedenis leert ons dat daar, ondanks de jarenlange roep vanuit het werkterrein, op korte termijn weinig verandering in komt. Ondertussen zoeken we al uit wat we in onze eigen gemeente kunnen verbeteren. Ook op kleine schaal kan je een verschil maken.”
“De start van het project zat meteen goed: het ging niet over wat wij als professionals vonden dat beter kon, wel over hoe onze cliënten dat zagen. Onze eerste opdracht: vraag het hen.”
Waar liggen volgens cliënten groeikansen?
Dora: “Mensen ervaren nog steeds veel schaamte als ze de stap naar het OCMW moeten zetten. Ze stellen het vaak uit en komen daardoor te laat bij ons terecht. Problemen escaleren en oplossingen worden er niet eenvoudiger op. Dat kunnen we doorbreken door drempels te verlagen of zelf naar mensen toe te stappen. Deze werkgroep legde de basis van een lokaal project rond brugfiguren op school.”
“Mensen geven ook aan dat het aanbod van hulp- en dienstverlening een kluwen is, zeker voor nieuwkomers in onze gemeente. Om dat te counteren, hebben we nu een gebruiksvriendelijke kaart met alle relevante organisaties. Dat helpt om tijdens gesprekken meteen aan te wijzen waar een ondersteunende dienst gelegen is, zoals de mutualiteit of het consultatiebureau van Kind en Gezin.”
Kaarten cliënten ook zelf het probleem van onderbescherming aan?
Dora: “Ze bevestigen wat onderzoekers vaststelden: premies, voordelen en tegemoetkomingen geraken niet tot bij hen terwijl ze er wel recht op hebben. Ook wij zien dat op het terrein.”
“Een grote groep ouders kan de kost van schoolfacturen drukken via het schoolparticipatiefonds. Maar slechts een kleine groep maakt er gebruik van. Of kijk naar thuiswonende oudere mensen. Veel hebben recht op een inkomensgarantie voor ouderen of een mantelzorgpremie. Alleen hebben ze er nog nooit van gehoord of beschikken ze niet over de juiste vaardigheden om zich door de administratieve verplichtingen te loodsen.”
En jullie pakken die onderbescherming aan?
Hans: “Het hoort bij de basisopdracht van elke maatschappelijk werker om mensen te informeren over hun rechten. Dat kan gaan over leefloon, invaliditeit, studiebeurs of een inschrijving voor sociale huisvesting. We stimuleren en ondersteunen mensen om gebruik te maken van de rechten die ze hebben.”
“Er waren al verschillende initiatieven om dat beter op elkaar af te stemmen, of nog meer ambitieus: ervoor te zorgen dat mensen automatisch krijgen waar ze recht op hebben. Helaas botsen al die stappen op wetgeving over privacy en gegevensuitwisseling tussen verschillende diensten.”
Conclusie: onderbescherming valt niet op te lossen.
Hans: “Toch wel. Wij bekeken eerst wat we vanuit dit OCMW zelf beter kunnen doen. Want ook een lokale overheid heeft heel wat voordelen en premies voor mensen. Als mensen die tegen de armoedegrens leven geen gebruik maken van deze tegemoetkomingen, is dat een gemiste kans.”
‘Gaan ouders niet in op de kans om dankzij financiële steun eindelijk nog eens met het gezin op reis te kunnen, dan gaan we daarop in.’
“In Beveren hebben mensen met een verhoogde tegemoetkoming ook recht op een vrijetijdspas om goedkoper deel te nemen aan activiteiten, kunnen ze naar een sociale kruidenier en hebben ze recht op het sociaal tarief voor gas en elektriciteit. Bij het ‘Rap op Stapkantoor’ kunnen ze terecht voor daguitstappen en reizen aan verminderde tarieven, een schoolparticipatiefonds helpt om schoolfacturen te betalen en er is een Kind in Actie-cheque van 25 euro om goedkoper deel te nemen aan het culturele en sportieve aanbod.”
Dat lijstje geraakt nog onvoldoende bij mensen die deze steun kunnen gebruiken?
Hans: “Daarom informeren we vanaf nu iedereen met een verhoogde tegemoetkoming die in contact komt met maatschappelijk werkers van het OCMW. Mits hun toestemming, versturen we na dit gesprek cliënten ook een enveloppe met daarin een overzicht van alle voordelen en premies.”
“Zo’n brief is geen doel op zich, wel een instrument om met mensen in gesprek te blijven. Horen we niets meer, dan toetsen we enkele weken later af hoe ver ze staan met het gebruik van die voordelen en premies. Dat gesprek is meteen een kans om ook te praten over andere levensdomeinen.”
Je sprak over een kindcheque van 25 euro per jaar. Zijn die bedragen niet gewoon te laag en dus oninteressant voor mensen?
Hans: “Als je aan het einde van de maand 150 euro tekortkomt maar je kan dat gat dichtrijden door maximale inzet van lokale voordelen en premies, dan is dat een verschil. De beslissing over de hoogte van de bedragen en premies is een lokale beleidsbeslissing. Het is vervolgens aan ons, maatschappelijk werkers, om ervoor te zorgen dat mensen die middelen ook gebruiken.”
‘Lokale voordelen en premies kunnen aan het einde van de maand een verschil maken.’
Dora: “Je mag ook niet enkel naar de cijfertjes kijken: misschien levert die cheque wel een gesprek op dat nieuwe perspectieven creëert. Als er goed over nagedacht is, kunnen kleine dingen grote impact hebben.”
Hoe staan andere collega’s van de gemeente ten aanzien van dit project?
Dora: “Over dit project werd gecommuniceerd binnen de gemeentelijke diensten. Het is fijn te merken dat er daardoor ook bij hen belletjes gaan rinkelen.”
“Jonge gezinnen en chronisch zieken krijgen binnenkort automatisch de gemeentelijke premie voor aankoop van huisvuilzakken. Als je perfect weet wie daarvoor in aanmerking komt, waarvoor moet je die mensen dan lastigvallen met administratieve hindernissen?”
Op bovenlokaal niveau pakt de Vlaamse overheid onderbescherming aan met het geïntegreerd breed onthaal.
Hans: “Het is nodig dat ook bovenlokale overheden oog hebben voor onderbescherming. Maar grote structuren zoals OCMW’s, Centra Algemeen Welzijnswerk en mutualiteiten van bovenaf plooien en doen samenwerken, vraagt veel tijd en overleg. Het is nog maar de vraag waar dit geïntegreerd breed onthaal uiteindelijk gaat landen en wat de voordelen hiervan op het terrein voor de hulpverleners gaan zijn. Soms geven kleine projecten die van onderuit groeien, zoals het onze, al wat zuurstof aan verandering.”
Jullie project geeft zuurstof.
Dora: “Dit project bevestigt dat ik in een organisatie werk waar je ook kritisch en structureel mag werken. Die ruimte heb ik nodig om een drukke job met volle goesting te blijven doen.”
“Ik vind het fantastisch dat het bestuur van Beveren de kracht van onze praktijkexpertise erkent en ons ruimte geeft om die ook op andere beleidsniveaus in te zetten. We hoeven ons er niet bij neer te leggen dat regels niet werken voor onze cliënten, maar krijgen wapens om te strijden. Ik voel me gesteund bij mijn werk binnen de Federatie van Vlaamse OCMW Maatschappelijk Werkers. We zoeken coalities met armoedeverenigingen en sociaalwerkopleidingen en kloppen aan bij ministers.”
“Sociaal werk is een moeilijke en veeleisende job. Professor Rudi Roose sprak drie jaar geleden over moedige Sisyfusarbeid om dezelfde steen telkens opnieuw de berg op te duwen. Passie, visie, geduld, volharding en realisme zijn belangrijke bouwstenen van sterk sociaal werk.”
Reacties [2]
ik wou gewoon even kwijt dat er heel veel mensen ook in armoede belanden die net naast de verhoogde tegemoetkoming vallen… en die belanden dan van de regen in de drop
Ik vind dat de alinea over ‘op reis’ een fout beeld schept over geluk. Reizen geeft stress …
Reizen kan pas als alle andere rekeningen zijn betaald.
Het lijkt alsof je geen deel uitmaakt van een vriendengroep, als je niet reist. Dan zeg ik dat ze pogen bij een ‘foute groep’ te horen …
Ik zou geneigd zijn om 65% korting te geven op de toegangsprijs voor de ouders en de kinderen uit de beoogde doelgroep.
Mogen betalen geeft ook eigenwaarde.
Ook zou men de ouders knn begeleiden dat de uitstap ook compleet is met een lekkere picknick. Maar al te vaak zie ik mensen uit de doelgroep het bespaarde geld spenderen aan een koffie/pintje en een ijsje aan de bar … ontzettend duur voor wie een beperkt inkomen heeft …
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘Sociaal werk zal meer politiek worden’
Impact van migratie op mentaal welzijn: ‘Kinderen dragen littekens van hun ouders’
Functionele cookies Always active
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies