Momentopname
Het boek verwierf ondertussen enige faam in de sector en brengt ook nu een deugdelijke en volledige analyse van het overheidsbeleid in de welzijnssectoren. Het Vlaams regeerakkoord bevatte een ambitieus hoofdstuk welzijn. Daardoor waren er in 2016 grondige wijzigingen in de regelgeving, die versneld doorgevoerd werden.
‘De regelgeving wijzigt snel.’
De auteurs behouden in deze momentopname van 2016 de klassieke acht hoofdstukken per subsector. Ze behandelen achtereenvolgens gezinsbeleid, jeugdhulp, beleid voor personen met een handicap, armoedebeleid, minderhedenbeleid, ouderenzorg, algemeen welzijnsbeleid en samenlevingsopbouw.
In de laatste vier hoofdstukken worden de bestuursniveaus en de organisatie van de dienstverlening, de Vlaamse sociale bescherming en de uitdagingen langs vraag- en aanbodzijde beschreven. Op die manier krijgt de lezer een keurig handboek bij de verkenning van het brede domein welzijn.
Snel gedateerd?
Door de snelle aanpassingen en het nieuw beleid dat op stapel staat, zal de lezer wellicht reeds in 2018-2019 een gedateerde versie van dit boek in handen hebben. Beide auteurs mogen zich nu al schrap zetten om de evoluties op de voet te volgen en ons uiterlijk tegen 2020 hun vijfde editie te bezorgen.
Weinig deskundigen slagen er vandaag nog in het volledig zicht te behouden op het brede domein welzijn. Dat beschikt na de recente bevoegdheidsoverdrachten over een budget van 11 miljard euro of 30% van de Vlaamse begroting. Met een departement, negen agentschappen en enkele fondsen is de bestuurlijke organisatie van het Vlaamse welzijnsbeleid een complex geheel geworden.
‘Ze bieden een bijzonder volledige kijk.’
Slechts enkele bevoorrechtte getuigen kunnen het zicht behouden. Verschuere en Hermans behoren tot deze selecte kring. Zij verdienen alle waardering van het brede werkveld en de talrijke stakeholders. Niet alleen omdat ze op een bijzonder volledige wijze het domein welzijn doorgronden. Maar vooral omdat ze dat ook in een leesbare taal doen.
Nieuw beleid
De lezer met vragen over de bevoegdheidsverdeling inzake welzijn tussen het federale, Vlaamse en lokale niveau, wordt op zijn wenken bediend. De belangrijke wijzigingen in de bestuurlijke context met onder meer de overdracht van kinderbijslag, ouderenzorg en jeugdsanctierecht, worden haarfijn beschreven. De auteurs volgen het nieuw beleid van nabij op.
We lezen meer over de persoonsvolgende financiering, de pleegzorg, de huizen van het kind en integrale jeugdhulp. Er wordt niet langer over de ‘bijzondere jeugdzorg’ geschreven, maar over ‘de jeugdhulp’, over rechtstreeks en niet-rechtstreeks toegankelijk, over modulering en de intersectorale toegangspoort.
Armoede
Mij treffen vooral de armoedecijfers en de opsomming van de bevoegdheden inzake armoede van de federale en Vlaamse overheid en van gemeenten en OCMW’s. Ze bewijzen nogmaals hoe complex de problematiek is. Armoede is sinds jaren het grootste welzijnsprobleem in ons land.
‘Armoede is het grootste welzijnsprobleem.’
Vanaf de jaren tachtig van de voorbije eeuw brengen jaarlijkse armoederapporten het fenomeen in beeld. Ondanks diverse maatregelen moeten we vandaag vaststellen dat er geen trendbreuk zichtbaar is. We hadden bij de Vlaamse versie van de kinderbijslagregeling anno 2019 liever een grotere inspanning gezien in de richting van lage inkomensgezinnen.
Minderheden
Een al even nijpend probleem komt in beeld in het hoofdstuk over het minderhedenbeleid. En het wordt nog versterkt door de recente vluchtelingenstroom. Terwijl onze samenleving steeds meer verkleurt, verschuift het maatschappelijk discours als maar meer in de richting van een ‘wij-zij’-discussie. Hierbij worden ‘alle zonden van Christus’ op de nek van de ‘nieuwkomers’ geschoven.
De auteurs behandelen op genuanceerde wijze de actuele twistpunten, zoals de grenzen van integratie, inburgering en regularisatie. Ze laten de verschillende standpunten en argumenten de revue passeren. Het vroeg ongetwijfeld een grote inspanning om hun eigen mening te bewaren voor een latere publicatie of een toespraak, waar ik alvast met belangstelling naar uitkijk.
Samenlevingsopbouw
Hoofdstuk acht gaat over samenlevingsopbouw. Een sector die in ogen van velen nog steeds zijn legitimiteit moet bewijzen. In tijden van individualisering wordt het steeds moeilijker om het buurtwerk, de participatie en de belangstelling voor samenlevingsopbouw op de agenda van de lokale gemeenschap te krijgen.
‘Samenlevingsopbouw moet zich bewijzen.’
Meer uitgebreid is het deel dat handelt over de Vlaamse sociale bescherming. Hier zijn belangrijke evoluties aan de gang. Zo was er onder meer de bevoegdheidsoverdracht van de ouderenzorg van het federale naar het Vlaams niveau.
Kennis en betrokkenheid
Het meest genoot ik van het laatste hoofdstuk, waarin aandachtspunten en uitdagingen worden geanalyseerd. Verschuere en Hermans beschikken over een unieke combinatie van brede kennis en betrokkenheid bij het werkveld. Die verwierven ze door hun academische belangstelling te koppelen aan talrijke contacten met het werkveld.
Hun boek is een aanrader voor wie morgen aan de slag wil in welzijn. Maar ook voor al wie op een genuanceerde wijze wil nadenken over maatschappelijke problemen zoals achterstelling, kwetsbaarheid, zorgvraag en zorgaanbod. Voor wie het bos door de bomen niet meer ziet in zorg en welzijn in Vlaanderen is dit keurig uitgegeven boek een hebbeding.
Reacties
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
‘AI biedt enorme kansen voor sociaal werk’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies