Achtergrond

Betaalbare ouderenzorg: ‘Hoe leiden we commercialisering in juiste banen?’

Laura De Brabandere

In Nederland neemt Vlaams onderzoeker Laura De Brabandere kleinschalige woonzorgvoorzieningen onder de loep. Ze gelooft dat Vlaanderen kritisch moet kijken naar Nederland, dat op vlak van commercialisering een versnelling hoger schakelde.

betaalbaarheid

© Age without limits

Onbetaalbare ouderenzorg

Op 1 september 2024 bedroeg de gemiddelde maandelijkse verblijfsfactuur van een Vlaams woonzorgcentrum 2.245 euro. Tegenover 1 september 2023 is dat een stijging van 3,6 procent. Terecht is bijna iedereen bezorgd over de betaalbaarheid van residentiële ouderenzorg.

‘Het verblijf in commerciële voorzieningen is per maand gemiddeld 335 euro duurder dan in OCMW-rusthuizen.’

Vooral de commerciële sector, die 34 procent van alle Vlaamse zorgvoorzieningen uitmaakt, rekent flink door. Die sector wordt voor een groot deel gedomineerd door drie Franse multinationals: Clariane (Korian Belgium), Groupe Colisée (Armonea) en Emeis (voorheen Orpéa). Samen bezitten zij een aanzienlijk marktaandeel. Het verblijf in commerciële voorzieningen is per maand gemiddeld 335 euro duurder dan in OCMW-rusthuizen en 264 euro duurder dan in voorzieningen van een vzw.

Toch blijven de verschillen relatief beperkt. Dat heeft alles te maken met het feit dat de overheid de maximumdagprijs vastlegt en controleert. Van ongecontroleerde marktwerking en vrije prijszetting is hier nog geen sprake.

Gluren bij de buren

Ook in Nederland spelen commerciële organisaties een steeds grotere rol in het aanbieden van residentiële ouderenzorg. Daar is de dagprijs niet begrensd. Gevolg: de maandlast voor verblijf in een private kleinschalige voorziening schommelt tussen de 850 en 7.000 euro. Als marktwerking nauwelijks gereguleerd wordt door de overheid, drijven betaalbare en toegankelijke zorg verder weg.

Mijn onderzoek richt zich op de winststrategieën van private zorgaanbieders. Een interessante case is ‘Eldergrove’ – ik gebruik om privacyredenen een pseudoniem – een organisatie die zich richt op geclusterde, kleinschalige zorg voor mensen met dementie. Deze organisatie is een onderdeel van een internationaal commercieel moederbedrijf. Eldergrove biedt op meer dan honderd locaties in Nederland betaalbare ‘budgetopties’ aan. In de context van de steeds duurdere zorgmarkt, nemen we die beleidskeuze graag onder de loep.

Positie kiezen in veranderend landschap

In Nederland heeft de invoering van marktwerking in de zorg, gecombineerd met de liberalisering van de woningmarkt, geleid tot een sterke groei van private initiatieven in de ouderenzorg. Traditionele woonzorgcentra – Nederlanders spreken over verpleeghuizen of VVT-instellingen – worden publiek gefinancierd via de Wet langdurige zorg. Omwille van bezuinigingen werd de capaciteit van deze centra bevroren. Bovendien hebben ze het moeilijk om flexibel in te spelen op de specifieke behoeften van bewoners, door strikte regels of een focus op grootschalige zorg.

Gezien de toenemende vergrijzing van de bevolking, biedt dat ruimte aan private zorgaanbieders zoals Eldergrove om zich te positioneren. Deze organisatie richt zich op kleinschalige, persoonsgerichte zorg en wint aan populariteit.

Verboden winst te maken

In deze organisaties worden zorgkost en woonkost strak onderscheiden. Enkel de zorgkosten worden publiek gefinancierd via de Wet langdurige zorg. De huur van de kamer wordt betaald door de bewoner zelf.

Omdat het verboden is winst te maken op zorg, genereren commerciële woonzorgcentra winst door hun huurprijzen te verhogen. In Nederland houdt de overheid geen oogje in het zeil door huurprijzen aan banden te leggen. Eldergrove biedt bijvoorbeeld kamers aan vanaf 850 euro per maand, maar in de sector kunnen de prijzen oplopen tot 7.000 euro per maand.

Cherry picking

Hoewel het marktsysteem innovatie en een variëteit aan zorgmodellen heeft gestimuleerd, heeft het ook geleid tot vragen over beschikbaarheid. Zo zijn op winst gerichte zorginstellingen vaak gefocust op laag-complexe zorg, een fenomeen dat beschreven wordt als ‘cherry picking’.

‘Eldergrove accepteert uitsluitend bewoners met een matige zorgvraag.’

Zo ook in Eldergrove: deze organisatie accepteert uitsluitend bewoners met een laag-complexe zorgvraag. Mensen met complexe vormen van dementie, zoals Korsakov, fronto-temporale dementie en Lewy-body dementie, kunnen er niet terecht. Daarnaast worden bewoners met gedragsproblemen, zoals agressie of dwaalgedrag, niet toegelaten in de voorzieningen. Agressief gedrag kan namelijk “onveilige situaties creëren voor zowel medebewoners als medewerkers” en dit zou niet passen bij het open karakter (bron: website Eldergrove).

Ook zorgvragen van mensen die specialistisch handelen vereisen en dus niet binnen het basisaanbod van Eldergrove passen, kunnen niet worden gehuisvest in de kleinschalige voorzieningen. Hoewel bewoners met een zwaarder wordende zorgvraag doorgaans in de voorziening blijven, roept deze selectieve instroom de vraag op of de meest kwetsbare groepen wel gelijke toegang hebben tot deze zorgvoorzieningen.

Goede relaties met beleidsvoerders

Naast hun organisatie- en verdienmodellen proberen commerciële zorgaanbieders ook actief invloed uit te oefenen op lokaal en nationaal beleid om zo hun eigen bedrijfsmodellen te versterken.

Eldergrove bijvoorbeeld streeft ernaar om haar zorgmodel niet alleen rendabel, maar ook wettelijk en maatschappelijk geaccepteerd te maken. Dit doen ze door strategisch relaties op te bouwen met regionale en nationale beleidsmakers en andere invloedrijke in de zorg.

‘Een goed contact met de gemeente is cruciaal.’

Daarnaast maken ze strategische connecties met lokale politici door hen uit te nodigen voor publieke evenementen, zoals de openingsceremonies van nieuwe zorgvoorzieningen. Deze connecties met gemeenten zijn essentieel: wanneer de relaties goed zijn, opent een commerciële zorgaanbieder vaak meerdere locaties binnen dezelfde gemeente. Dit biedt niet alleen schaalvoordelen, maar versterkt ook de lokale verankering van het bedrijf.

Een goed contact met de gemeente is cruciaal, aangezien zij de vergunningen voor de bouw van zorgvoorzieningen verstrekken. Bovendien koopt Eldergrove vaak gemeentelijke grond aan, die doorgaans goedkoper is dan particuliere grond. Dat stelt managers in staat om zorglocaties kostenefficiënter te ontwikkelen.

Nederlandse zorg onder druk

Het Nederlandse zorgmodel toont aan hoe marktwerking kan bijdragen aan innovatieve en efficiënte zorg. Maar die medaille heeft een keerzijde: niet iedereen kan gebruik maken van die zorg. Terwijl mensen met een gemiddeld inkomen en lichtere zorgbehoeften toegang hebben tot kleinschalige, vaak als warmer ervaren zorgvoorzieningen, worden kwetsbare groepen met complexere behoeften uitgesloten. Dit leidt tot ongelijkheid in de toegang tot kwaliteitsvolle zorg.

‘Risicoselectie en winstmaximalisatie zetten druk op zorgkwaliteit.’

Hoewel inspectierapporten geen ernstige kwaliteitsproblemen signaleren bij kleinschalige private zorgaanbieders, blijft waakzaamheid noodzakelijk. Risicoselectie en winstmaximalisatie zetten druk op zorgkwaliteit.

Wat met Vlaanderen?

In Vlaanderen staan we voor een belangrijke uitdaging: hoe leiden we commercialisering van ouderenzorg in de juiste banen? Hoe combineren we winst en ondernemerschap met kwaliteit en betaalbaarheid?

Vlaams minister van Welzijn Caroline Gennez benadrukt in haar beleidsnota 2024-2029 dat de toenemende commercialisering aandachtig moet opgevolgd worden. De Vlaamse regering wil niet dat ouderen slachtoffer worden van winstbejag in de zorgsector. Hier mag er geen plaats zijn voor schrijnende verhalen van buitensporige zorgkosten die niet in verhouding staan tot de geboden kwaliteit.

Kwaliteitsvol en betaalbaar

Om die ambitie meer concreet te maken, wil minister Gennez meer transparantie in zorgfacturen, meer buurtgerichte zorg en een grotere beschikbaarheid van residentiële plaatsen. Dit biedt Vlaanderen de kans om een zorgmodel te ontwikkelen dat zowel kwaliteit als betaalbaarheid waarborgt, met nadruk op het welzijn van ouderen. Commerciële organisaties moeten hun winsten herinvesteren in de zorg, zodat de focus ligt op de zorgbehoeften van bewoners en niet op financiële winstmaximalisatie.

Vlaanderen kan leren van de Nederlandse ervaring door marktwerking systematisch te reguleren, met transparantie, verantwoorde prijsstelling en focus op kwetsbare groepen. Alleen zo waarborgen we gelijke toegang tot kwalitatieve en betaalbare zorg voor iedereen, zonder financiële zorgen. Het is tijd om de zorg weer in dienst van de mens te stellen, niet van de winst.

Reacties

We zijn benieuwd naar je mening!
Blijf hoffelijk, constructief en respectvol

 

Elke reactie wordt gemodereerd. Lees hier onze spelregels. Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.