Loeiharde rock
Ik sta voor een huis in een rustige woonwijk achter het station van het West-Vlaamse stadje Torhout. Volgens Google Maps ben ik aangekomen op mijn bestemming, maar dit lijkt me niet de juiste locatie. Net als ik op het punt sta om aan te bellen, weergalmen er iets verderop dreunende bassen.
Hoe dichter ik kom, hoe meer het voelt alsof ik op weg ben naar een festival. Eenmaal binnen omhult het geluid van de loeiharde rock me helemaal. Zittend in een kring bespelen zes mannen een waaier aan percussie-instrumenten, onder begeleiding van een gitarist.
‘Als een goed geoliede machine zetten ze hun jamsessie verder.’
De zes percussionisten zijn gasten die wonen of naar de dagondersteuning komen in Tordale vzw, een organisatie die in Torhout en omstreken mensen met een (vermoeden van) verstandelijke beperking ondersteunt. De gitarist is Jonas Messelier, de begeleider van het muziekatelier DREUN. Twee keer per week komen ze samen om te repeteren.
Samen met enkele bezoekers een ander atelier sla ik de muzikanten gade. Ongehinderd door de toeschouwers en als een goed geoliede machine, zetten ze hun jamsessie verder.
Op ‘t gevoel
Jonas speelt een rifje op zijn gitaar, waarop hij de pedaal van een loopstation induwt. Het deuntje wordt nu steeds weer herhaald. De percussionisten vallen in. Jonas gaat ze één voor één af. Als een dirigent wijst hij aan wanneer een van de drummers de cimbalen moet aanslaan. Op zijn knie tikt hij het ritme aan voor de congaspeler.
Het nummer gaat alsmaar harder, tot het na een handgebaar van Jonas eindigt. De zinderende stilte hangt niet lang in de lucht. Michael start een country ritme op zijn drums. Iedereen knikt mee. “Kan je dat iets trager doen?”, vraagt Jonas. Hij valt in met zijn gitaar en geeft met gebaren aan wanneer de andere muzikanten moeten volgen.
Nog tijd voor één nummer voor de pauze. “Laten we ‘Op ‘t gevoel’ spelen”, zegt Jonas. Eén percussionist neemt plaats aan het keyboard. Jonas wijst de toetsen aan die hij moet indrukken. Michael begint met hart en ziel in de micro te schreeuwen. Minutenlang zwelt het bezwerend ritme aan. Hier en daar begrijp ik een woord van het West-Vlaamse dialect, maar daar draait het nummer duidelijk niet om. Het gaat om het gevoel.
Eens goed roepen
“Het is mijn favoriete nummer om te spelen”, vertelt Steven. “Zo eens goed roepen.” Naast drummen zingt hij ook. “Ik hou van hardrockmuziek”, vertelt hij. “Ik ben grote fan van Tokio Hotel.”
Dat Marnix, die bij DREUN met zijn handen bongo’s bespeelt, ook van stevigere muziek houdt verraadde zijn Iron Maiden T-shirt al. “Deze zomer ben ik naar Alcatraz geweest. Dat is een metalfestival”, vertelt hij enthousiast. “Ik ken heel veel van muziek. Daarom ben ik bij DREUN.”
‘DREUN weerlegt het vooroordeel dat mensen met een verstandelijke beperking geen gevoel voor muziek hebben.’
Jonas bevestigt dit. “Marnix heeft een encyclopedische kennis van metal.” Maar dat is zeker niet de enige reden waarom hij bij ons speelt, geeft de begeleider aan. “Hij heeft veel gevoel voor ritme. Als hij tijdens de optredens even niets moet doen, verkoopt hij vooraan op het podium de show. Hij kan dat echt heel goed. Het is echt geweldig om hem te zien gaan: heel stoer. Je merkt dat hij veel liveoptredens bekijkt op YouTube en daar inspiratie haalt.”
DREUN weerlegt het vooroordeel dat mensen met een verstandelijke beperking geen gevoel voor muziek hebben. “Neem een van de drummers”, vertelt Jonas. “Hij heeft best wat ondersteuning nodig in het dagelijks leven. Maar als hij begint te drummen, dan klopt het wel. De maat zit juist. Weinig mensen kunnen dat. Maar bij hem zit dat ingebakken.”
Iedereen zijn plek
Voor een andere muzikant met iets minder ritmegevoel voorziet Jonas aangepaste instrumenten. “We gebruiken bijvoorbeeld een Kaoss pad. Dat is een toestel waar je met je vinger over kan wrijven en dat gekoppeld is aan een keyboard waar een andere muzikant op speelt. Met je vinger kan je dan de klank van het keyboard wat manipuleren. Zo krijgt iedereen zijn plek.”
Tordale probeert zo veel mogelijk vraaggestuurd te werken, ook buiten DREUN, vertelt Jonas. “Mensen vertellen ons wat hun interesses zijn. Wat ze graag zouden leren. En daar proberen we zo goed mogelijk aan tegemoet te komen. Soms zijn de vragen onrealistisch, iemand wil bijvoorbeeld garagist worden. Maar daar passen we dan een mouw aan door te bekijken of hij in een garage kan meewerken, bijvoorbeeld door poetswerk te doen.”
Die aanpak op maat levert mooie dingen op. “Neem Marnix”, verwijst Jonas naar de Iron Maiden fan. “Vroeger ging hij altijd heel netjes gekleed, met een mooie broek, een hemd en een trui. Sinds hij in Tordale woont, kiest hij zelf zijn kleren en zie je hem vooral rondlopen met een T-shirt van een of andere muziekband. Samen gaan we regelmatig naar een winkel met tweedehands cd’s om er te snuisteren tussen het aanbod. Hij legt zich toe op zijn passie: rockmuziek. Hij kan hier echt zichzelf zijn.”
Experimenteren met genres
De nummers die DREUN speelt, maken ze met iedereen samen. “Het is leuk om vanuit het jammen tot nummers te komen. Het is vooral noiserock, maar Michael verkleedt zich momenteel graag als cowboy en is op de drum veel aan het oefenen op countryritmes. Hij stuurt ons dan: ‘Kunnen we zoiets eens proberen?’”
‘Als begeleider leer je veel bij.’
“Soms doen jongere gasten stage bij ons en die willen eerder hiphopmuziek maken of dromen ervan om dj te worden. Telkens proberen we aan hun vraag tegemoet te komen. Dan zoeken we bijvoorbeeld iemand die software wil sponsoren waar je beats mee kan maken. Of we nodigen een dj uit om een workshop te geven. Als begeleider is dat leuk, want je leert zo heel veel bij.”
Een deel van de vaste DREUN-muzikanten volgt één keer per week ook les op de muziekschool. “Daar leren ze de noten kennen. De aanpak is wel anders dan hier. Het is schoolser en met kinderliedjes. Sommigen haken wel af na de proefles omdat het minder hun ding is.”
Eerbetoon
Enkele jaren geleden zette de sociaalartistieke organisatie kleinVerhaal de DREUN-leden samen met songschrijver en gitarist Thomas Werbroeck (Krankland) om aan nieuwe songs te werken. DREUN XL was geboren. Met Thomas en enkele andere professionele muzikanten doken ze vorig jaar de studio in om een album op te nemen.
Het album ‘Dewilde superheld’ werd een eerbetoon aan Keanu Dewilde, de bezieler van het DREUN-atelier. Na een fietsongeval belandde de geliefde begeleider vijf jaar geleden in een coma. Een jaar later overleed hij. Hij was amper 23 jaar. “Er wordt nog vaak over Keanu gepraat”, zegt Jonas. “Hij is er altijd een beetje bij. In verschillende nummers zitten stukken die hij geschreven heeft. Ons logo is een tekening van een Fiat Panda met blote voeten. Dat is een verwijzing naar Keanu, want hij reed met een Fiat Panda en liep altijd op blote voeten rond.”
‘Het was precies alsof hij er even weer was.’
DREUN ontstond als experiment van Keanu. “Met zelf geknutselde instrumenten begon hij met enkele gasten muziek te maken. Toen bleek dat er een paar echt muzikaal talent hebben. Beetje bij beetje verzamelde hij meer instrumenten en muzikanten en groeide DREUN.”
Jonas was begeleider in een woongroep van Tordale en speelde af en toe mee met DREUN in zijn vrije tijd. Na het overlijden van Keanu nam hij de fakkel over. Hij herinnert zich een bijzonder moment op een van de eerste repetities. “We waren aan het jammen toen ik zag dat mijn veters open waren. Ik bukte me om ze te binden. Plots begon iedereen stiller te spelen. Door zijn hurken gaan, was blijkbaar een signaal van Keanu aan de muzikanten om zachter te spelen. Het was precies alsof hij er even weer was.”
Buiten de muren
Sinds DREUN XL trekt de band steeds vaker buiten de muren van Tordale. Ze stonden al op enkele grote podia en festivals in Gent en Antwerpen.
“Inclusie is iets waar we echt hard voor werken”, zegt Jonas. “Niet alleen bij DREUN trouwens, maar ook bij de jobs die de gasten doen treden we naar buiten. We houden bijvoorbeeld een café open. Een van de muzikanten werkt in een snoepkraam op de markt, een andere in een boerderij.”
‘Inclusie is iets waar we echt hard voor werken.’
Het volgende doel van Jonas is om met DREUN XL in het buitenland op te treden. En hij speelt met het idee om zelf een inclusief festival te organiseren. “Het zou mooi zijn om bands met en zonder mensen met een beperking samen op een affiche te zetten. In Vlaanderen zijn er nog niet zo veel bands zoals wij, maar in Wallonië en Frankrijk bestaat die cultuur al langer.”
Optreden is spannend
Zo’n optreden met DREUN XL is altijd spannend. Jonas: “De dag van het optreden loopt daarom volgens een vast stramien. Dat geeft rust en voorspelbaarheid. Al heeft niet elke muzikant last van stress. Voor wie er gevoelig voor is, heb ik extra aandacht. En er zijn kleine trucjes die helpen. Zo is iedereen verkleed als superheld. Dat ziet er niet alleen stoer uit voor de show, maar dan kan je ook zeggen: ‘Je bent een superheld en die hebben geen zenuwen.’ Dat helpt echt.”
‘Het is normaal dat er iemand wel eens een fout speelt. Zolang we niet alle elf tegelijk fouten maken, valt dat niet op.’
Het helpt ook dat er elf muzikanten tegelijk op het podium staan. “Het is normaal dat er iemand wel eens een fout speelt. Zolang we niet alle elf tegelijk fouten maken, valt dat niet op”, lacht Jonas. “Bovendien, we drukken iedereen op het hart dat geen enkel optreden hetzelfde zal zijn. Als iets verkeerd of anders loopt, dan is dat niet zo erg. Het belangrijkste, en dat weten ze allemaal, is blijven doorspelen.”
Hechte groep
DREUN is ondertussen een hechte groep, benadrukt Jonas nog eens. “In het begin waren de gasten meer in zichzelf gekeerd of op de begeleiders gericht. Nu merk je aan kleine dingen dat het vrienden zijn. Ze brengen veel tijd samen door, maar door die optredens beleven ze ook iets samen: de stress, samen op dat podium staan en dan achteraf het applaus.”
‘De mensen herkennen ons. Soms vragen ze handtekeningen.’
“Je ziet de gasten groeien”, zegt Jonas. “Het is mooi om te zien hoe ze uit zichzelf breken. Michael beweegt zich bijvoorbeeld heel vrij op het podium. Hij neemt het publiek mee op sleeptouw en durft soms zelfs door het publiek wandelen. Op Dunk! Festival in Gent, is hij erin geslaagd om iedereen tien-om-te-zien-gewijs te laten meewaaien. Het was een mooi zicht: allemaal mannen met baarden en lang haar, met hun handen in de lucht. Geen enkele andere muzikant had hen zover gekregen.” (lacht)
Dat specifieke optreden vond Michael het allerleukste optreden tot nu toe. “Er was heel veel volk. Dat is goed en plezant.” Is hij soms niet zenuwachtig? “Ja, af en toe.” Dan helpt het als hij zich even afsluit en de soundtrack van Batman opzet, vertelt hij. “Daar word ik rustig van. Ik ben fan van Batman.”
Na de optredens verkoopt DREUN XL telkens veel platen, dus de muziek slaat wel aan. “De mensen zijn fan van ons”, zegt Christian, die vandaag een T-shirt van DREUN draagt. “De mensen herkennen ons. Soms vragen ze handtekeningen.” En hij voegt eraan toe dat de groep veel plezier maakt: “Ik hoop dat DREUN nog lang mag voortbestaan. Iedereen is welkom om eens te komen kijken en een handtekening te komen vragen.”
Reacties [1]
Ben blij en trots dat deze band blijft voortbestaan ,ank aan Jonas en de oprichter Keanu (RIP)
Zeker lezen
Evi Hanssen: ‘Palliatieve zorgverleners zijn de vroedvrouwen van de dood’
Monsterbrouwsel Fentanyl: ‘Ik wil het niet zien, maar kan niet stoppen met kijken’
Dikke Freddy aan Marc Coucke, een mens met geldproblemen
Functionele cookies Altijd actief
Voorkeuren
Statistische cookies
Socialemediacookies